Derde wijziging Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Sluis 2018

DE RAAD VAN DE GEMEENTE SLUIS

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. ; 7 november 2023

gelet op de artikelen: 2.1.3, 2.1.4 (eerste tot en met het vierde lid, en zesde lid), 2.1.4a (eerste, tweede, vijfde en zesde lid), 2.1.4b (tweede lid), 2.1.5 (eerste lid), 2.1.6, 2.1.7, 2.3.6 (vierde lid) en 2.6.6. (eerste lid) van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikelen 3.8 (tweede lid) en 5.4 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015;

BESLUIT: vast te stellen de derde wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Sluis 2018

Artikel I Wijziging Verordening

De Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Sluis 2018 wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 5. Regels voor Pgb 3. De hoogte van een PGB: e. Bedraagt voor huishoudelijke hulp €17,84 per uur f. bedraagt voor de maatwerkvoorziening individuele begeleiding, dagbesteding, vervoer van en naar de dagbesteding en kortdurend verblijf 75% van het tarief dat hiervoor zou worden gehanteerd door een door de gemeente gecontracteerde aanbieder voor zorg in natura.	Artikel 5. Regels voor Pgb 3. De hoogte van een PGB: e. Bedraagt voor huishoudelijke hulp het bedrag overeenkomstig de geldende cao VVT f. Bedraagt voor de maatwerkvoorziening individuele begeleiding Sociaal Netwerk overeenkomstig de geldende cao VVT FWG 30. g. Maatwerkvoorziening individuele begeleiding overig, dagbesteding, vervoer van en naar de dagbesteding en kortdurend verblijf bedraagt 75% van het tarief dat hiervoor zou worden gehanteerd door een door de gemeente gecontracteerde aanbieder voor zorg in natura.
Artikel 6. Bijdrage in de kosten van een algemene voorziening. Voor de volgende algemene voorziening is geen eigen bijdrage verschuldigd: · Travalje Subiet · Werkleerbedrijf Emergis/Dethon.	Artikel 6. Bijdrage in de kosten van een algemene voorziening. Voor de algemene voorziening dagbesteding is geen eigen bijdrage verschuldigd
Artikel 7. Bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening en pgb's. 2. De bijdragen voor maatwerkvoorzieningen of pgb zijn gelijk aan de kostprijs, tot aan ten hoogste € 19,00 per maand voor de ongehuwde cliënt of de gehuwde cliënten tezamen, tenzij overeenkomstig artikel 2.1.4a, vijfde lid, van de wet of hoofdstuk 3 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 geen of een lagere bijdrage is verschuldigd 6. Voor het collectief vraagafhankelijk vervoer is een cliënt een bijdrage in de kosten verschuldigd ter hoogte van € 1,20 (instaptarief) en € 0,95 (zoneprijs). 7. De in het zesde lid genoemde bedragen zijn uitgedrukt in prijspeil van het jaar 2017 en kunnen ieder opvolgend kalenderjaar worden gewijzigd.	Artikel 7. Bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening en pgb's. 2. De bijdragen voor maatwerkvoorzieningen of pgb zijn overeenkomstig het landelijk vastgestelde bedrag, tenzij overeenkomstig artikel 2.1.4a, vijfde lid, van de wet of hoofdstuk 3 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 geen of een lagere bijdrage is verschuldigd 6. Voor het collectief vraagafhankelijk vervoer (CVV) geldt voor de cliënt een eigen bijdrage per kilometer en een starttarief.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.

Sluis, 14 december 2023

DE RAAD VOORNOEMD,

De griffier, De voorzitter,

mr. P. T. G Claeijs mr. M. M. D. Vermue