Gemeenteblad van Land van Cuijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Land van Cuijk | Gemeenteblad 2024, 75548 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Land van Cuijk | Gemeenteblad 2024, 75548 | beleidsregel |
Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk 2024
In het Programma Uitvoering en Handhaving Fysieke Leefomgeving gemeente Land van Cuijk 2024 (hierna: PUH) zijn de voorgenomen werkzaamheden opgenomen op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving binnen de fysieke leefomgeving. Deze werkzaamheden worden ook wel de ‘VTH-taken’ genoemd. Vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn belangrijke instrumenten om de veiligheid, leefbaarheid en duurzaamheid in de samenleving te borgen. Het PUH is de concrete uitwerking van de Uitvoerings- en handhavingsstrategie (hierna: U&HS) en omschrijft op hoofdlijnen de inzet van capaciteit, instrumenten en bestuurlijke maatregelen. Dit is de basis voor de programmatische en integrale uitvoering van de wettelijke taken en het bereiken van de doelstellingen zoals in de U&HS is verwoord.
Middels dit programma wil het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) een goede programmatische en integrale invulling geven aan de uitvoerings- en handhavingstaken, waarbij mensen en middelen zo efficiënt mogelijk worden ingezet. Hiertoe worden de doelen en prioriteiten uit het U&HS uitgewerkt in concrete acties per taakveld en gekoppeld aan de benodigde en beschikbare capaciteit. Om de uitvoering van dit programma te kunnen borgen, is een goede informatievoorziening van groot belang. Door te registreren en te rapporteren is het mogelijk om tussentijds bij te sturen en gesignaleerde knelpunten op te lossen. Dit wordt vastgelegd in een jaarverslag. Jaarlijks dient er een PUH door het college te worden vastgesteld en ter kennisname naar de gemeenteraad te worden gestuurd. Met het vaststellen van dit document voldoen we aan de wettelijke verplichting om jaarlijks een PUH vast te stellen.
De PUH gaat over de VTH-taken binnen onze gemeente voor zover deze betrekking hebben op het fysieke domein.
De PUH gaat niet over VTH taken die vallen onder:
In hoofdstuk 2 wordt het kader en het doel van het programma nader toegelicht. In hoofdstuk 3 staat de wijze van programmeren centraal en een toelichting op de taakbladen. Hoofdstuk 4 beschrijft de werkzaamheden binnen het taakveld uitvoering en handhaving. In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op organisatie en middelen . Hoofdstuk 6 beschrijft de benodigde en beschikbare capaciteit.
Het proces vergunningverlening, toezicht en handhaving is aan wettelijke regels gebonden. In het Omgevingsbesluit zijn de wettelijke onderwerpen benoemd die betrekking hebben op de invulling van de uitvoering- en handhavingsstrategie (U&HS).
Naast de verplichte onderwerpen staan er in het PUH ook de taken met betrekking tot APV en Bijzondere Wetten. Centraal in het Omgevingsbesluit staat de beleidscyclus (Big 8). De strekking van dit programma heeft met name betrekking op de onderste operationele cyclus. De U&HS heeft betrekking op de bovenste strategische cyclus. Het opstellen van een PUH is een wettelijke verplichting.
In het kader van het Interbestuurlijk toezicht ziet de provincie Noord-Brabant toe of het programma daadwerkelijk wordt opgesteld. Volgens het Omgevingsbesluit moet het uitvoeringsprogramma de volgende onderdelen bevatten:
In het PUH sluiten we aan bij de begrippen uit de U&HS en werken we de doelstellingen uit de U&HS verder uit. Een gedetailleerde uitwerking hiervan is opgenomen in bijlage 1.
Dit hoofdstuk geeft een toelichting op de manier waarop de uitvoeringstaken in gemeente Land van Cuijk zijn geprogrammeerd. De werkzaamheden voor uitvoering en handhaving komen voort uit wettelijke ontwikkelingen en bestuurlijke thema’s (prioriteiten).
In 2024 zal veel extra tijd worden besteed aan het gezamenlijk werken met gewijzigde processen en procedures als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen. Een uitgebreide toelichting van de wettelijke ontwikkelingen is terug te vinden in de U&HS. We hebben deze impact, indien relevant, beschreven in de taakbladen.
Om inzichtelijk te maken welke werkzaamheden wij het komende jaar gaan uitvoeren maken we gebruik van een format (taakblad). In elk taakblad wordt een vast aantal aspecten uitgewerkt die gebaseerd zijn op de (proces)eisen gesteld in de kwaliteitscriteria VTH. In de taakbladen wordt beschreven welke concrete activiteiten we gaan uitvoeren, hoe we dit gaan doen en welke capaciteit1 hiervoor benodigd is.
4. Werkzaamheden uitvoering en handhaving
De uitvoeringstaken zijn gebaseerd op prioriteiten uit de U&HS en de probleemanalyse VTH.
Wij werken risicogestuurd conform de uitkomsten van de risicoanalyse.
De eisen die aan de procescriteria worden gesteld zijn in de taakbladen nader uitgewerkt, Dit vormt de basis voor het stellen van prioriteiten en het formuleren van doelstellingen. Op deze manier kan de beschikbare capaciteit gerichter worden ingezet, namelijk daar waar de prioriteit het hoogst is. Hierdoor kan het college beter sturen op het behalen van de gestelde doelen met als gevolg dat de dienstverlening verbetert.
Bij een probleemanalyse vergunningen is het gebruikelijk om op basis van de gegevens van de voorafgaande jaren te analyseren. We houden de gegevens over de elementen van vergunningverlening nauwkeurig bij met behulp van kengetallen die wij indien nodig aanpassen. De probleemanalyse dient tenminste 1 maal per 4 jaar te worden opgesteld en bestuurlijk vastgesteld en de risicoanalyse dient 1 maal per jaar te worden geactualiseerd op basis van monitoringsgegevens over naleefgedrag.
We maken een onderverdeling tussen de bestuurlijke en ambtelijke organisatie.
Het college is als bevoegd gezag verantwoordelijk voor het uitvoeren van de VTH-taken op het gebied van de Omgevingswet. Zij stelt hiervoor een U&HS vast en maakt dit bekend aan de gemeenteraad. Het college beslist op vergunningaanvragen en treedt waar nodig bestuursrechtelijk handhavend op.
De verantwoordelijke portefeuillehouder(s) VTH bewerkstelligen dat, waar nodig, op bestuurlijk niveau afstemming plaatsvindt zodat er slagvaardig richting inwoners, bedrijven, instellingen of andere overheden wordt opgetreden. Daarnaast dragen zij bestuurlijk verantwoordelijkheid dat de U&HS wordt uitgevoerd binnen de visie en uitgangspunten.
De gemeenteraad stelt het omgevingsplan en verordeningen vast en heeft in het kader van vergunningverlening in bepaalde gevallen de bevoegdheid van adviesrecht van de raad (zie besluit 29 juni 2023). De gemeenteraad heeft formeel geen wettelijke bevoegdheid over de wijze van uitvoering van de VTH-taken.
Op bestuurlijk niveau worden wij vertegenwoordigd door een gemeente in het bestuurlijk Platform Omgevingsrecht (BPO). Het BPO bewaakt en verbetert de kwaliteit, veiligheid, gezondheid en duurzaamheid van de fysieke leefomgeving in Brabant. De Brabantse samenwerking in het fysieke domein staat voor een aantal grote uitdagingen; dé Omgevingswet komt eraan, de maatschappij stelt hogere eisen aan het realiseren van milieu-, klimaat-, natuur-, veiligheid- en gezondheidsdoelstellingen én bestuurders vragen om steviger verbinden van bestuursrecht en strafrecht. Deze opgaven beperken zich niet tot de grenzen van gemeenten, operationele kaders van omgevingsdiensten, werkgebieden van veiligheidsregio’s, GGD’s of waterschappen en uitvoeringsorganisaties van ministeries. In het BPO stemmen de handhavingspartners af over ontwikkelingen en maken ze afspraken over de onderlinge samenwerking. Binnen de kaders van het interbestuurlijke programma bepalen BPO-leden jaarlijks gezamenlijk wat nodig is en urgent, inclusief de ambtelijke capaciteit. Dit overleg vindt 2 keer per jaar plaats.
Binnen de gemeente Land van Cuijk is de capaciteit voor het VTH-domein ondergebracht in de teams “Veiligheid, Toezicht & Handhaving”, “Vergunningverlening” en “Ondersteuning Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving”.
Op basis van de Omgevingswet, OOV en Bijzondere wetten voert het team Vergunningverlening taken uit op het gebied van vergunningverlening. Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door de casemanagers. Ook de vergunningverlening op basis van verordeningen (APV en Leefbaarheid) vindt binnen dit team plaats.
Team Veiligheid, Toezicht & Handhaving
Het toezicht op en handhaving van wet- en regelgeving in het omgevingsrecht, OOV en bijzondere wetten worden zowel door interne toezichthouders als externe toezichthouders uitgevoerd. Het toezicht op de brandveiligheid wordt uitgevoerd door de VRBN. Het toezicht op de bouwregelgeving, evenementen en ruimtelijke ordening wordt voornamelijk uitgevoerd door de eigen toezichthouders. Het taakveld toezicht en vergunningverlening is in de gemeente gescheiden, waardoor bevoegd- en verantwoordelijkheden elkaar niet kunnen beïnvloeden.
Team Ondersteuning Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving
Binnen dit team zijn de adviseurs en juristen werkzaam, die zorgen voor (juridisch ) advies op het gebied van vergunningverlening en handhaving. Zij schakelen tussen de interne en externe partijen en zorgen voor het behouden dan wel verbeteren van het kwaliteitsniveau binnen het VTH domein. Daarnaast wordt door het team een aantal lichte vergunningen verleend (kappen, inritten, parkeerontheffingen, etc.)
5.2 Interne en externe afstemming & samenwerking
De toegevoegde waarde van communicatie en voorlichting valt of staat met een eenduidige en uniforme toetsing en optreden naar burgers en bedrijven. Adequate interne en externe afstemming en samenwerking is daarbij noodzakelijk. Het gaat dan om interne afstemming en samenwerking tussen zowel vergunningverleners en andere interne betrokkenen onderling, als ook tussen vergunningverlener(s), toezichthouder(s), handhaver(s) en adviseur(s). Daarnaast omvat dit de relatie met andere organisatieonderdelen, zoals de teams die verantwoordelijk zijn voor ruimtelijke plannen, beleid en de uitvoering van projecten.
Externe afstemming en samenwerking is van belang om te komen tot een optimaal en integraal resultaat in zowel vergunningverlening, toezicht als handhaving en is bovendien cruciaal om een vergunning te kunnen afgeven binnen 8 weken. De samenwerkende partners (waterschap, politie, veiligheidsregio, omgevingsdienst, provincie, ministerie enzovoorts) benutten op deze manier de specifieke deskundigheid, ondersteuning, aanvulling en informatie over en weer. Ook het overleg met adviseurs van aanvragers, zoals architecten, milieuadviseurs enzovoorts, is veelal nodig en van betekenis voor het gewenste eindresultaat. Binnen de regio hebben wij met onze ketenpartners samenwerkingsafspraken voor de VTH ketenprocessen gemaakt. Voor de ketenpartners is de noodzaak om informatie uit te wisselen en te delen steeds groter geworden.
De wijze waarop wij samenwerken en het moment van afstemming liggen vast in specifieke werkprocessen, -instructies en -afspraken. Ook de samenwerkingsafspraken met ketenpartners maken hier onderdeel van uit.
Afstemming bestuur en ambtelijke organisatie
Er is frequent overleg tussen de portefeuillehouders en de ambtelijke organisatie. In deze overleggen komen zo nodig individuele handhavingszaken aan de orde en wordt gesproken over ontwikkelingen op het gebied van het omgevingsrecht. Bestuurlijk gevoelige handhavingszaken worden vooraf met de portefeuillehouder afgestemd. Daarnaast vindt periodiek overleg plaats over de uitvoering van VTH-taken bij de ODBN.
De gemeente heeft een regiefunctie bij uitvoering van VTH-taken en heeft een belangrijke rol bij een goede uitwisseling van informatie tussen de verschillende overheidsorganisaties. Voor de samenwerkingspartners aan wie uitvoering van VTH-taken is opgedragen, blijft de gemeente het bevoegd gezag en is verantwoordelijk voor het opstellen van de U&HS. De samenwerkingspartners voeren de VTH-taken uit conform de U&HS en leggen hierover verantwoording af aan de gemeente.
Met de toename van de complexiteit en omvang van de maatschappelijke opgave, realiseren wij ons dat geen enkele gemeente in staat is dit alleen op te lossen. Ook onze gemeente heeft de samenwerking met andere partners nodig. Coördinerende, interne en externe advies- en onderzoeksuren maken deel uit van de VTH-cyclus. Het is van belang deze inzichtelijk te maken, zodat hierop gestuurd kan worden. Samenwerking is belangrijk.
Structurele en incidentele overleggen
Er zijn diverse structurele en incidentele overleggen binnen en/of buiten de organisatie plaatsvinden, die ondersteunend zijn aan de VTH-producten en/of dienstverlening, zoals intern overleg om inhoud te bespreken, de werkvoorraad en voortgang te bewaken en werkprocessen te optimaliseren:
Daarnaast werken we samen met de samenwerkingspartners in de regio, zoals:
De interne en externe afstemming richt zich met name op:
De raming benodigde uren voor 2024 zijn in de taakbladen verwerkt.
Afstemming uitvoeringsprogramma
De U&HS hebben wij vóór vaststelling afgestemd met andere betrokken bestuursorganen en partners die belast zijn met de uitvoering en/of (strafrechtelijke) handhaving. Zo hebben wij dit document – voor de voor hen relevante delen– aan de ODBN, VRBN en de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving (politie, OM) voorgelegd en met hen afgestemd conform de strafrechtelijke afstemmingsverplichting.
Om de VTH-taken te kunnen uitvoeren worden middelen ingezet zoals personele capaciteit en hulpmiddelen (financieel, maar ook apparatuur en instrumenten). De beschikbaarheid van personele capaciteit en de benodigde hulpmiddelen wordt geborgd in de systematiek van de Planning en Control cyclus (hierna P&C cyclus) van de gemeente Land van Cuijk. De begroting, kadernota en jaarrekening zijn de bekendste producten uit de P&C-cyclus. Andere jaarlijks terugkerende producten zijn de zomerrapportage en de december-rapportage. Voor de interne beheersing van de processen werkt de gemeente Land van Cuijk op basis van een concernplan en de daarvan afgeleide jaarplannen op teamniveau.
De kosten die zijn gemoeid met de uitvoering van VTH-taken bestaan voornamelijk uit personele kosten, de gemeentelijke bijdrage aan de ODBN en de VRBN en budgetten voor overige kosten zoals licenties en extern juridisch en technisch onderzoek en -advisering. Daartegenover staan legesinkomsten, die over een langere periode niet meer dan kostendekkend mogen zijn. Overigens komen niet alle taken in aanmerking voor dekking vanuit leges. Zo zijn onder meer de uitvoering van bezwaar- en beroepsprocedures, meldingen (sloop, brandveiligheid) en toezicht en handhaving van de bestaande gebouwenvoorraad uitgesloten van legesheffing. Er dienen voldoende middelen ter beschikking te staan om de risico’s die met de uitvoering van U&H-taken worden tegengegaan tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen.
Het huidige budget en de formatieomvang voor VTH is voor het college het vertrekpunt. Als de taakuitvoering gedurende de looptijd wijzigt, bijvoorbeeld door wetswijziging of andere bestuurlijke keuzes, dan worden de budgettaire effecten daarvan meegenomen in de reguliere begrotingscyclus.
Reservering middelen voor permanente her- en bijscholing
De reservering van middelen voor permanente her- en bijscholing gebeurt centraal binnen de gemeentelijke organisatie. Hiermee wordt gefaciliteerd in toerusting, zodat medewerkers ter zake kundig zijn. Ook wordt gezorgd dat medewerkers hun werkzaamheden veilig kunnen uitvoeren.
VTH-taken ondersteunende taken
Daarnaast worden er ten behoeve van de uitvoering van VTH-taken ondersteunende taken uitgevoerd door andere teams: financiële diensten (legesheffing, invordering verbeurde dwangsommen, facturering), juridische diensten (commissie voor de bezwaarschriften) en administratieve diensten . Daarnaast worden er specifieke taken “uitbesteed”. De reden hiervan kan zijn dat dat verplicht gebeurt, maar het kan ook een eigen keuze betreffen. Deze uitbesteding c.q. deelname aan een gemeenschappelijke regeling kost natuurlijk geld. De hieraan verbonden uitgaven zijn opgenomen in de begroting.
De benodigde inzet van de VRBN is geregeld in de gemeentelijke bijdrage van de Veiligheidsregio en is niet direct inzet afhankelijk. De inzet van de ODBN is opgenomen in het werkprogramma welke in de begroting is opgenomen, de beschikbare en benodigde capaciteit komt niet terug in het overzicht van de taakbladen. Indien de financiële middelen niet toereikend zijn dan worden deze zo nodig aangevuld bij de tussenrapportages.
Alle gemeentelijke taken op het gebied van milieu zijn uitbesteed aan de ODBN. Het gaat dan om advisering over en uitvoering van taken zoals vergunningverlening, toezicht en handhaving. Daarnaast voert de Omgevingsdient een aantal verzoektaken uit. Deze bedragen die hiervoor nodig zijn kunnen jaarlijks wijzigen. Dit geldt voor alle ketenpartners.
6. Beschikbare en benodigde personele capaciteit
In onderstaande tabel wordt inzichtelijk gemaakt welke functies en personele capaciteit er voor Vergunningverlening, Toezicht & Handhaving beschikbaar is:
In taakbladen wordt in detail ingegaan of met de beschikbare capaciteit de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. Het totaal beschikbare Fte is 67,8 en totaal aan beschikbare uren is afgerond ca. 92.500 uur (68 Fte x 1363 declarabele uren bepaalt het aantal beschikbare uren).
6.2 Benodigde personele capaciteit
Voor de uitvoering van voorgenomen VTH taken zijn de volgende uren in kaart gebracht:
Omgevingsvergunning voor de bouwactiviteit en de omgevingsplanactiviteit |
|||
Totaal benodigd Vergunningenverlening (inclusief 4 Fte frontoffice en 3 Fte administratie) |
6.3 Conclusie beschikbaar en benodigde capaciteit
Voor de uitvoering van alle werkzaamheden binnen VTH zijn afgerond 92.500 effectieve uren beschikbaar. Dit staat gelijk aan 67,8 Fte. Voor de uitvoering van alle werkzaamheden is er onvoldoende capaciteit. Er is een tekort van ca. 21 fte.
Dit verschil heeft verschillende oorzaken: er is een tekort aan capaciteit bij de BOA's, we moeten conform de recent vastgestelde U&HS pro actiever gaan werken en 2024 is het transitiejaar van de WABO naar Omgevingswet. We nemen de volgende maatregelen om het gat zo klein mogelijk te maken:
Team vergunningverlening werkt in 2024 vraaggestuurd met een flexibele schil van maximaal 8 fte aan externe inhuur. Op deze manier kan flexibel ingespeeld worden op de afhandeling van het proces vergunningverlening onder de Omgevingswet. Of het aantal ingeschatte fte’s voldoende is, zal blijken in de loop van het transitiejaar.
Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Land van Cuijk 09-01-2024
Voor het uitwerken van werkzaamheden gebruiken we een format (taakblad). In de taakbladen wordt beschreven welke concrete activiteiten we precies gaan uitvoeren, hoe we dit gaan doen en welke capaciteit hiervoor benodigd is.
Taakblad 6: Toezicht op grond van de APV + bijzondere wetten (bijzondere onderwerpen) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De medewerkers in de functie Handhaver/BOA (domein I) en Handhaver/BOA (Domein II) voeren bestuursrechtelijk en strafrechtelijke werkzaamheden uit. De bestuursrechtelijke werkzaamheden worden uitgevoerd als toezichthouder zoals is bedoeld in artikel 5:11 van de Algemene Wet Bestuursrecht. De strafrechtelijke werkzaamheden worden uitgevoerd zoals is bedoeld in artikel 142 wetboek van Strafvordering, Beleidsregels Buitengewoon Opsporingsambtenaar, besluit buitengewoon Opsporingsambtenaar en de bijhorende Regeling domeinlijsten buitengewoon opsporingsambtenaar. De taken en de capaciteit van BOA’s is onderverdeeld in;
De Handhaver/BOA (domein I) houdt zich bezig met de volgende bijzondere onderwerpen;
Deze bijzondere onderwerpen hebben dusdanige prioriteit vanuit een wettelijke verplichting, zoals de Wet Basisregistratie Personen of beleid, zoals de Gezondheidsnota of het Integraal Veiligheidsplan dat hier structureel specifiek tijd voor vrijgemaakt zal worden. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Voor genoemde bijzondere onderwerpen wordt specifiek tijd ingepland om de taken uit te voeren. Basiscontroles zijn onderverdeeld in;
Dit komt neer op de volgende capaciteitsraming; Een goede administratie van de feitelijke bewoningssituatie is belangrijk. Adresonderzoeken worden bij Burgerzaken uitgevoerd. We verwachten dat vanuit burgerzaken op basis van de Wet Basisregistratie Personen (BRP) ongeveer 150 á 175 aanvragen voor een feitelijk onderzoek ter plaatse (BRP controle) als onderdeel van een adresonderzoek gevraagd gaan woorden waarbij we voor het uitvoeren (1 á 3 controles) en rapporteren gemiddeld 6 uur per onderzoek bezig zijn. Dit is inclusief overige signalen die onvoldoende zijn om een adresonderzoek voor op te starten waarop een inventariserende controle gevraagd wordt. (1050 uur) Als gemeente doen we daarnaast mee aan de LAA (Landelijke Aanpak Adresfraude). We verwachten ongeveer 100 signalen LAA waarbij we voor het uitvoeren en rapporteren gemiddeld 5 uur per zaak bezig zijn. (500 uren) De inzet is verdeeld in het Interventieteam Maas- en Leigraaf (IML) , Lokaal Informatieoverleg (LIO) en Ondermijning welke geïnitieerd is vanuit de gemeente (Ondermijning gemeente) . Voor elk van deze drie onderdelen zijn ruim vooraf overlegmomenten, actiedagen, actieweken en of controledagen gepland. Voor 2024 zijn de volgende doelen ten aanzien van evenementen afgesproken; We maken onderscheid tussen operationele inzet tijdens het evenement. En capaciteit die gaat zitten in voorbereiding, advisering, evaluatie en schouw. Voor het laatste maken we structureel tijd vrij, dit zal gemiddeld 10 uur per week zijn,dus ongeveer 470 uren per jaar. Het is niet mogelijk toezicht te houden tijdens alle evenementen en alle voorschriften. Daarom wordt vooraf bepaald of ingezet wordt aan de hand van de uitgangspunten veiligheid, gezondheid, overlast en omvang. Op basis van de huidige prioritering, eerdere meldingen & ervaringen en de evenementenkalender is gekozen voor operationele inzet bij ongeveer vijf A/B-, 11 B- en drie C- evenementen plus er volgt nog een aanvulling van 19 andere evenementen waar inzet op zal zijn. Bij welke evenementen ingezet zal zijn wordt bij voorkeur vooraf bepaald middels een duidelijke evenementenjaarkalender. Aanvullingen zullen uiterlijk twee maanden vooruit afgestemd en ingepland worden. In 2024 zal deze operationele inzet vallen en gewogen worden binnen dagelijkse leefbaarheid onderdeel 6.; Vooraf zal er een duidelijke omschrijving zijn welke werkzaamheden/ doelen per evenement door BOA / handhaver (Domein I) uitgevoerd worden per type evenement, hier worden meldingen en evaluatiepunten van eerdere evenementen vanuit vergunningen in betrokken; Er wordt (indien de noodzaak uit de evaluatie blijkt en de gevaarzetting niet te hoog is) zoals jaarlijks de laatste vijf dagen van het jaar intensief ingezet op vuurwerkoverlast door dagelijks minimaal twee á vier koppels BOA Domein I in te plannen. In de aanloopperiode november-december wordt vuurwerkoverlast actief meegenomen in de reguliere surveillance tijdens de dagelijkse leefbaarheid. 6. Complexe Woonoverlast (Wet Aanpak Woonoverlast) In 2024 worden vijf intensieve ernstige en herhaaldelijke woon-overlast casussen in het kader van de Wet Aanpak Woonoverlast verwacht, waarin per casus ongeveer 40 á 100 uren besteed wordt. 7. Werktafel woonoverlast; Semi-complexe APV overlast met nader onderzoek / afstemming / regie nodig In 2024 verwachten we gemiddeld wekelijks één dag inzet aan overleg en voorbereiding(solo). Overleggen worden per gebied vooruit gepland. Per overleg wordt de agenda tijdig gepubliceerd zodat het overleg voorbereid kan worden. (470 uren). Vanuit de overleggen en voorbereiding kunnen er 65 locaties gecontroleerd dienen te worden (in diverse casussen). Een controle wisselt tussen 1 uur en 4 uur inzet(in koppel). (260 uren) In onderstaande tabel staat de inzet overzichtelijk weergeven;
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Men vraagt steeds meer van de BOA’s,. Dagelijks wordt er vanuit diverse kanten een beroep op de BOA’s gedaan. Daarbij blijft de terugtrekkende beweging van de politie een rol spelen. Steeds meer taken komen hierdoor bij de gemeente te liggen, in het bijzonder bij de BOA’s. Dit vraagt kennis en expertise in de volle breedte van zowel bestuurlijk- als strafrechtelijk- toezicht & handhaving en kan druk opleveren op de capaciteit én ervoor zorgen dat hun taken diffuus worden. Hier spelen we op in door te zorgen dat BOA’s in algemeen goed toegerust zijn en zich vaker specialiseren op specifieke thema’s. De maatschappij wordt steeds mondiger en assertiever. Daarbij moeten de BOA’s op sommige vlakken juist strikter handhaven. BOA’s zijn voor onder andere hun veiligheid uitgerust met C2000, bodycam en steekwerend vest. We accepteren geen enkele vorm van grensoverschrijdend gedrag naar onze medewerkers. Dus geweld en agressie tegen BOA’s wordt niet getolereerd. We willen dat BOA’s effectief en daadkrachtig kunnen optreden als zij worden geconfronteerd met agressie en geweld of belet en belemmering tijdens de uitoefening van hun publieke taak. Bij onveilige situaties mogen de BOA’s vanuit hun functie geweld gebruiken (geweldsbevoegdheid) en mogen ze mensen fouilleren. BOA’s hebben handboeien bij zich. De BOA Domein II heeft ook een wapenstok en pepperspray. De BOA’s worden regelmatig getraind en gecoacht worden op gespreks- en benaderingstechnieken, de-escalerend optreden en omgaan met agressie. Op die manier bewegen zij mee met deze maatschappelijke ontwikkelingen en zijn zij voldoende weerbaar. De sturing van het toezicht op de bijzondere onderwerpen is op basis van geprogrammeerde toezichtscontroles. We werken daarbij risicogericht. Conform uitkomsten van de risicoanalyse zijn dit de prioriteiten voor dit jaar:
Dit jaar is extra inzet nodig op leeftijdsgrenscontroles Alcoholwet om de doelen van de gezondheidsnota en bijhorende bijlagen te bereiken. Indien dezelfde controlefrequentie aangehouden wordt als bij basiscontroles zullen dat 226 leeftijdsgrenscontroles plus ongeveer 10 controles bij een artikel 35 ontheffing Alcoholwet (evenement) zijn. Deze 236 controles besteden wij uit aan een externe partij. We verwachten in 2024 een pilot te draaien met betrekking tot controles op het Digitaal Opkoop Register (DOR) en Digitaal Opkoop Loket (DOL), hier is nog geen capaciteit voor vrijgemaakt en zal beslag krijgen binnen de capaciteit in taakblad 6. Er wordt specifiek ingehuurd voor inzet op overlast gevende asielzoekers (Flying Squad), hierdoor drukt dit niet op de huidige capaciteit. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
We werken conform de toezichtstrategie uit de U&HS. De vorm is thematisch toezicht dat plaatsvindt in het kader van vooraf benoemde projecten of een projectmatige aanpak vergt. Wat gedaan wordt aan bijzondere onderwerpen staat opgenomen onder taak en omvang. De BOA’s Domein I zullen in eerste instantie inzetten en optreden op de vrijgemaakte vastgestelde prioriteiten, de bijzondere onderwerpen. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (We beëindigen overtredingen oplossingsgericht ) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (Wij zetten in op gebieds- en projectgericht toezicht, waardoor wij op een meer integrale wijze toezicht gaan uitoefenen. Met gebiedsgericht toezicht willen wij binnen een afgebakend fysiek gebied (bijvoorbeeld een straat, wijk, dorp) gericht toezicht houden). De kernwaarde Betrouwbaar (we zorgen voor een effectieve inzet capaciteit door te werken met risicogerichte prioriteiten) staat de uitvoering van deze taken centraal. |
Taakblad 7: Toezicht op grond van de APV + bijzondere wetten (Dagelijkse Leefbaarheid) |
|||||||||
Naast bijzondere onderwerpen zoals opgenomen in taakblad 6 houden de handhavers BOA (domein I) zich voornamelijk bezig met de volgende taken; Dit betreft het afhandelen van meldingen over uiteenlopende (overlast)situaties die de leefbaarheid van de woonomgeving en de openbare ruimte betreffen. Deze meldingen komen binnen via de meldkamer van de Politie(Operationeel Centrum Politie), Klant Contact Center(KCC) van de gemeente, interne terugbelverzoeken, meldingsapplicatie (melddesk), zaakapplicatie (RX-Mission) of overige dienstopdrachten. Toezicht binnen handhavingszaken en toezicht op afgegeven vergunningen of ontheffingen. Dit is locatie, tijd en vaak ook persoonsgebonden overlast op basis van de prioriteiten waar middels controles specifiek intensiever toezicht gehouden wordt. Bijvoorbeeld; Afval, jongeren, overlast personen en recreatiegebieden. We willen (net als de organisatie) meer naar zaakgericht werken waarbij op basis van geprioriteerde of op in het moment nodige (bv bij veel meldingen informatie gestuurd) thema’s (tijdelijk) frequent ingezet wordt. Bijvoorbeeld op; Overlast recreatie- en natuurgebieden, Blauwe Zone, Zegelcontrole, verboden drankgebruik, voor in brand steken vatbare voorwerpen of voertuigen, hondenpoep of loslopende honden, fietsen in voetgangersgebied, fietswrakken & weesfietsen en gevaarlijk & blokkerend plaatsen van bv objecten of voertuigen. |
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
Binnen de organisatie komen er meldingen binnen bij het meldpunt voor de BOA die niet tot de taak van de BOA behoren. De BOA’s geleiden deze meldingen door naar andere onderdelen van de organisatie of externe ketenpartners. Dat kost veel tijd. Daarnaast is het werkgebied Land van Cuijk groot en uitgestrekt , waarbij keuzes in de inzet gemaakt moeten worden. Dagelijkse bezetting is daarbij helaas niet altijd te realiseren. Indien de BOA’s niet beschikbaar zijn voor inzet, dan zal de inzet voor spoed zaken afhankelijk zijn van de beschikbaarheid bij de politie. Conform uitkomsten van de risicoanalyse zijn dit de prioriteiten voor dit jaar:
|
|||||||||
Na de bijzondere onderwerpen krijgen overige overtredingen horende bij de hoogste risico de hoogste prioriteit. Als Boa’s in dienst zijn zal aan bovengenoemde vier taken zoveel als mogelijk binnen de capaciteit gevolg gegeven worden conform de vastgestelde prioriteiten. Vaak komt er meer binnen dan (tegelijk) behandeld kan worden. Om een goede beoordeling te maken wat dan als eerste opgepakt wordt zal het volgende gehanteerd worden; We verwachten dat er gemiddeld 10 meldingen per dag worden uitgevoerd. Na de vastgestelde prioriteiten prioriteren we overtredingen daarom op basis van hun (mogelijke) gevolgen (gevaar of impact voor de omgeving & algemeen belang voor de omgeving) en risico’s (aard en omvang van de overtreding) zoals opgenomen in onderstaande aanvullende matrix.
Hiernaast kunnen we ook rekening houden met het gedrag van de overtreder en of er sprake is van een recidive of constateringskans. Met dergelijke criteria kunnen de zaken uit de werkvoorraad betrekkelijk eenvoudig en snel geprioriteerd worden. De BOA’s handelen meldingen veelal zelfstandig af middels een gesprek, waarschuwing of feitgecodeerde Handhaving (strafrechtelijk), dit zijn veelal overtredingen en misdrijven welke middels een transactie snel en geautomatiseerd worden afgedaan via het Centraal Justitioneel Incasso Bureau (CJIB). In een enkel geval zal bestuurlijke handhaving noodzakelijk zijn om het doel of herstel te bereiken. Inwoners die een melding (indien gegevens achter gelaten zijn) doen ontvangen zo snel mogelijk een ontvangstbevestiging van de melding. Daarna is het streven om een melding van (hoge) prioriteit binnen 48 uur te beoordelen en binnen een week af te handelen plus het resultaat terug te koppelen aan de melder. Overige meldingen worden binnen een week beoordeeld en opgepakt als dit binnen de capaciteit past. Bij meldingen wordt de veroorzaker gemotiveerd tot herstel en of gestimuleerd zich aan de regels te houden. Indien nodig zal handhavend opgetreden worden. De melder wordt daarna op de hoogte gebracht van de wijze van afhandeling. Gedurende de werkdiensten surveilleren de BOA’s in uniform en incidenteel in burgerkleding. BOA’s fungeren als de oren en ogen van de gemeente door geconstateerde situaties intern uit te zetten en zij zijn preventief zichtbaar aanwezig. Als er werkzaamheden uit voortvloeien, dan zijn dat taken die voortkomen uit eigen waarnemingen. Hierbij wordt aan de hand van de vastgestelde prioriteiten, en eventueel beoordeeld vanuit veiligheid & gezondheid, gepast gevolg te geven. Tijdens surveillance kunnen BOA’s dingen tegenkomen waarbij verwacht en geacht wordt dat de BOA’s kunnen handelen zoals hulpverlening, deze inzet zal kort en bondig zijn zodat de daarvoor verantwoordelijke instantie of ketenpartner het overneemt. Op hulpverlening en incident-management wordt ingezet 1. op aansturing van de meldkamer Politie of 2. als op een andere wijze een melding binnenkomt die veiligheid of gezondheid betreft waar volgens het U&HS prioriteit aan gegeven dient te worden of 3. wanneer zich tijdens surveillance een situatie voordoet die raakt aan veiligheid of gezondheid. Daarnaast zijn de Boa’s ook een aanspreekpunt voor de inwoners in de buitenruimte, daarom is het belangrijk dat zij onzichtbaar (en indien nodig) zichtbaar aanwezig zijn, zowel overdag als in de avonduren en in het weekend. Tot slot fungeren de Boa’s ook als de oren en ogen van de politie of andere ketenpartners. Zaken waarvoor de Boa’s niet bevoegd zijn om op te handhaven worden doorgezet naar de politie ter afhandeling. Bij strafbare feiten uit eigen waarneming eventueel middels een aanvullend proces verbaal. De Handhaver BOA (Domein I) werkt intensief samen met ketenpartners zoals Politie. Onderlinge operationele afspraken tussen de BOA’s en de politie staan opgenomen in het handhavingsarrangement. Toezicht binnen handhavingszaken en toezicht op afgegeven vergunningen of ontheffingen. De gemeente heeft in de Algemene Plaatselijke Verordening regels opgesteld waarop vergunningen en ontheffingen afgegeven worden. De huidige capaciteit is onvoldoende om volledig toezicht te houden op alle afgegeven vergunningen en ontheffingen plus inhoudelijk alle voorschriften te toetsen. Hierom onderscheiden we drie vormen van toezicht; Periodiek of structureel toezicht Deze locaties worden periodiek of structureel gecontroleerd. Deze hebben minder prioriteit. Per artikel worden steekproefsgewijs (indien afgegeven) minimaal 10 controles uitgevoerd. Deze hebben lager tot geen prioriteit en zullen meldings- of signaal gestuurd gecontroleerd worden. Indien mogelijk kan steekproefsgewijs gecontroleerd worden. Toezicht op deze wijze zal een preventieve werking hebben. In de tabel hieronder is een overzicht opgenomen hoe de vergunningen of ontheffingen verdeeld zijn onder de vormen van toezicht; Indien er daarnaast een signaal binnenkomt wat vraagt om een controle zal dit binnen het dagelijkse leefbaarheid gewogen en geprioriteerd worden. *Deze controles worden gecontroleerd tijdens de basiscontroles Alcoholwet middels dezelfde frequentie en binnen de capaciteit die daarvoor opgenomen is onder bijzondere onderwerpen. Tenzij voor de locatie geen alcoholwetvergunning is afgegeven. Dan geldt de frequentie van exploitatievergunning. **Indien deze afgegeven is wordt direct (of anders jaarlijks) gecontroleerd. *** Exploitatievergunning: Het streven is om in de komende 4 jaar overal gecontroleerd te hebben. |
|||||||||
|
|||||||||
Door het uitvoeren van deze taken leveren een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (We beëindigen overtredingen oplossingsgericht ) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (Wij zetten in op gebieds- en projectgericht toezicht, waardoor wij op een meer integrale wijze toezicht gaan uitoefenen. Met gebiedsgericht toezicht willen wij binnen een afgebakend fysiek gebied (bijvoorbeeld een straat, wijk, dorp) gericht toezicht houden). De kernwaarde Betrouwbaar (we zorgen voor een effectieve inzet capaciteit door te werken met risicogerichte prioriteiten) staat de uitvoering van deze taken centraal. |
Taakblad 8: Toezicht op grond van de APV + bijzondere wetten (BOA Domein 2) |
||
De Handhavers BOA (Domein II) houden zich voornamelijk bezig met toezicht en handhaving in Natuur-, bos & buitengebied in beheer van Gemeente Land van Cuijk, en overlast op of rond het water en recreatiegebieden. Daarnaast houden zij zich bezig met zaken die binnen hun expertise vallen, zoals Bijtincidenten, Ondermijnende Criminaliteit en Milieu. In het Natuur-, bos & buitengebied richt het toezicht zich op het welzijn of de verstoring van natuur en dier. Hier wordt ingezet op toegangsvoorwaarden, afval(dumping), wildcrossers en stroperij. Ook kan sprake zijn van een overtreding van bijvoorbeeld de Wet Natuurbescherming. In de zomerperiode zal het accent meer liggen op overlast in recreatiegebieden met name op en rond de Kraaijenbergse plassen en Heeswijkse plas. De BOA Domein II trekt in bepaalde gevallen samen op met de Handhaver BOA Domein I. |
||
|
||
Toelichting 1. Overlast op of rond het water (1770 uur) Hierbij wordt ingezet op de Kraaijenbergse plassen, Heeswijkse plas, Maas (thv Cuijk, Gave, Sambeek, Vlieringsbeek en Boxmeer).
Toelichting 2 Bijtincidenten (750 uur) Er komt een nadere uitwerking met betrekking tot protocol en werkwijze met betrekking tot gevaarlijke honden. Na afstemming met de politie kunnen er ongeveer 30 bijtincidenten zijn waar bestuurlijk gevolg aan gegeven gaat worden. Gemiddeld 25 uur per zaak inzet. Dit betreft het opleveren van rapportages zoals aangifte, verhoor, getuigenverklaring, advies en nacontrole. Toelichting 3. Ondermijnende criminaliteit Dit jaar maken we een apart plan met actieweken, LIO en buitengebied. Ook wordt een plan van aanpak met betrekking tot reguliere signalering en controles ondermijning opgesteld. Inzet IML komt op 700 uur per jaar. Dit wordt ingezet op acties en overleg. Toelichting 4. Overlast Vuurwerk (340 uur) Het Vuurwerkproject (eind december) wordt geïnitieerd en uitgevoerde samen met de BOA Domein I. Samen met politie wordt ingezet om Vuurwerk bezit en overlast tegen te gaan en aan te pakken, met name in de aanloopperiode nov-dec. En intensief de laatste vijf dagen van het jaar. Toelichting 5 Natuur-, bos & buitengebied (1940 6 uur) Na de voorgenoemde punten worden de overige uren ingezet op met name;
|
||
We hebben een groot en uitgestrekt gebied. Conform uitkomsten van de risicoanalyse zijn dit de prioriteiten voor dit jaar:
|
||
We werken conform de toezichtstrategie zoals is beschreven in de U&HS (zie toelichting in taakblad 5). De BOA Domein II werkt meer zelfstandig en minder afhankelijk dan de BOA Domein I. De taken voert de BOA Domein II uit op de manier zoals uitgewerkt onder meldingen, hotspots en thematisch toezicht in Taakblad 6. De inzet op onderwerpen zoals hierboven bij Omvang Taak in de toelichting omschreven gaan voor. De Handhaver BOA (Domein II) werkt intensief samen met de politie. Ook werkt de BOA Domein II samen met andere ketenparktners zoals SSiB (Samen Start in Brabant) en gebiedsbeheersorganisaties zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Ook is er een groen convenant waardoor onze BOA’s bij de andere deelnemende gemeenten strafrechtelijk bevoegd zijn en andere BOA’s in onze gemeente strafrechtelijk bevoegd zijn. Hierdoor kan intensiever samengewerkt worden, bijvoorbeeld bij (handhavings)acties of als men op doorreis is. Het doel is om de levenskwaliteit in specifieke gebieden te verbeteren en problemen aan te pakken door een meer gerichte en samenwerkingsgerichte aanpak. De alinea over agressie en geweld zoals genoemd in taakveld 5 en waar bij taakveld 5 en 6 BOA’s staat is dat ook van toepassing op de BOA Domein II. De strafrechtelijke werkzaamheden worden bij voorkeur transactioneel (een feitgecodeerde beschikking via het Centraal Justitioneel Incasso Bureau) afgedaan. In gevallen waarin dit niet mogelijk is zal - bij voorkeur in heterdaad situaties - in afstemming met de officier van justitie van het functioneel parket (FP) en of dienstdoende hovj-politie een tik-verbaal opgemaakt kunnen worden. In andere gevallen zal bestuursrechtelijk opgereden kunnen worden. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (We beëindigen overtredingen oplossingsgericht ) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (Wij zetten in op gebieds- en projectgericht toezicht, waardoor wij op een meer integrale wijze toezicht gaan uitoefenen. Met gebiedsgericht toezicht willen wij binnen een afgebakend fysiek gebied (bijvoorbeeld een straat, wijk, dorp) gericht toezicht houden). De kernwaarde Betrouwbaar (we zorgen voor een effectieve inzet capaciteit door te werken met risicogerichte prioriteiten) staat de uitvoering van deze taken centraal. |
Een jurist die gespecialiseerd is in vergunningverlening heeft verschillende taken en verantwoordelijkheden om ervoor te zorgen dat het vergunningsproces juridisch correct en in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving verloopt.
|
||
|
||
Door de inwerkingtreding van de omgevingswet verwachten wij een toename van het aantal adviesvragen intern over de gevolgen hiervan. Dit jaar is extra inzet nodig op het trainen en opleiden van de juristen vanwege de nieuwe wet- en regelgeving. Om de collega’s van juist advies te voorzien dient dit jaar extra geïnvesteerd te worden in training en opleiding. De afgelopen jaren is er vacatureruimte geweest bij de functie van jurist vergunningverlening. Tijdens het schrijven van dit document is deze nog niet ingevuld. De verwachting is dat deze functie met de krapte op de arbeidsmarkt niet eenvoudig is om deze in te vullen. |
||
We werken is aanbodgestuurd zowel bij de behandeling van de procedures als bij het geven van juridisch advies. Via vakapplicatie worden adviesvragen schriftelijk uitgezet. De juristen hebben een gezamenlijke mailbox waarin de adviesvragen terecht komen. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (We werken met vaste procedures). De kernwaarde Betrouwbaar(vergelijkbare situaties worden op gelijke wijze afgehandeld: willekeur en rechtsongelijkheid wordt voorkomen en het proces is voorspelbaar) staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Over het algemeen draagt de jurist handhaving bij aan het behoud en de bescherming van de fysieke leefomgeving en zorgt ervoor dat individuen, bedrijven en organisaties zich houden aan de geldende wet- en regelgeving om de veiligheid en duurzaamheid van de samenleving te waarborgen.
|
||
Alle wet- en regelgeving waar handhaving uit voort kan vloeien. Strategie Handhavingsverzoeken en meldingen, zoals beschreven in de U&HS. |
||
|
||
Uit de praktijk blijkt dat een substantieel deel van de handhavingscapaciteit in beslag genomen wordt door de behandeling van deze werkzaamheden. Deze werkzaamheden vloeien voort uit conflicten tussen buren onderling, maar ook door overige algemene vormen van overlast. Handhavingsverzoeken worden altijd opgepakt en zijn divers qua inhoud. Bij een handhavingsverzoek moet het bestuursorgaan binnen een bepaalde termijn een besluit nemen. Handhavingsprocedures kosten veel tijd. Het is belangrijk om de procedures zorgvuldig en geheel uit te voeren, zodat de gemeente serieus wordt genomen wanneer handhaving moet worden ingezet. Het doen van thematische handhaving en programmatische handhaving is met deze capaciteit niet toereikend. Veelal wordt nu alleen gereageerd op verzoeken om handhaving en excessituaties (ondervangen melden interventieteam). In een aantal gevallen wordt de standaard behandeltermijn van 8 weken niet gehaald. In dat geval wordt de verzoeker om handhaving hierover bericht. Besluitvorming leidt in een aantal gevallen tot een reactie uit de omgeving in de vorm van bezwaar of beroep. Om dit soort reacties te kunnen behandelen is voldoende kwalitatieve en kwantitatieve juridische capaciteit nodig. Ook moet het bevoegde gezag vertegenwoordigd worden in juridische procedures. Burgers en instanties kunnen zich beroepen op het inzien van openbare stukken. Het afgelopen jaar hebben we te maken gehad met onderbezetting binnen het team om het aantal taken te kunnen uitvoeren. We verwachten onvoldoende capaciteit voor de uitvoering van alle taak omschreven werkzaamheden onder 1. Dit is onderdeel van de strategische personeelsplanning. |
||
We handelen conform de LHSO en de strategie voor handhavingsverzoeken en meldingen. De LHSO gaat uit van het principe zo licht mogelijk starten met ingrijpen, gericht op herstel en het vervolgens snel inzetten van zwaardere middelen wanneer naleving uitblijft. De toezichthouders, handhavers en juristen van de gemeente Land van Cuijk bepalen het in te zetten sanctiemiddel met behulp van de interventiematrix. Er wordt in principe gekozen voor de minst zware (combinatie van) interventie(s) uit de matrix, tenzij de toezichthouder of handhaver motiveert dat in de betreffende situatie een andere (combinatie van) interventie(s) passender is. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling Dienstverlening (we beëindigen overtredingen oplossingsgericht) en de doelstelling in het kader van Uitvoeringskwaliteit (We werken met vaste procedures). De kernwaarde Betrouwbaar (vergelijkbare situaties worden op gelijke wijze afgehandeld: willekeur en rechtsongelijkheid wordt voorkomen en het proces is voorspelbaar) staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Naast de reguliere taken zijn ook andere taken relevant voor een goede uitvoering van de VTH-taken, zie hieronder de taakomschrijving.
|
||
Wet vergunningverlening, toezicht en handhaving (Wet VTH), Omgevingswet, besluit omgevingsrecht, omgevingsplan, Besluit bouwwerken leefomgeving, Wet Milieubeheer, gemeentewet, Wet veiligheidsregio’s. |
||
Werkzaamheden VTH documenten 2024 450 uur Kwaliteit- en procesborging dagelijkse verzoeken 390 uur Kennisoverdrachten wet- en regelgeving 200 uur Coördinatie en kwaliteitsbewaking processen intern 370 uur Coördinatie en kwaliteitsbewaking processen extern 320 uur |
||
Coördinatie en kwaliteitsbewaking De wetgever stelt hoge eisen aan de kwaliteit van de uitvoering van VTH taken. Hiervoor gelden wettelijke procescriteria die stelt dat de organisatie tijdig en volledig aan die kwaliteitscriteria dient te voldoen en ook blijft voldoen. 2024 wordt het eerste jaar van de Omgevingswet. Hierdoor dient er extra tijd geïnvesteerd te worden in het door ontwikkelen, begeleiden en ondersteunen van alle betrokken medewerkers voor de vertaling van de nieuwe wetgeving naar de nieuwe praktijk. De inwerkingtreding van de Omgevingswet en de daaraan gekoppelde Wet kwaliteitsborging voor het bouwen zorgen ervoor dat wij ook in 2024 bezig blijven met de implementatie. Het inregelen van de VTH-systemen is een dagelijkse prioriteit. De afstemming met interne adviseurs en ketenpartners via de Digitale Samenwerkings-ruimte (DSO) dient vooral in het begin van het jaar geoptimaliseerd te worden. Om op tijd een vergunning te kunnen afgeven na de invoering van de Omgevingswet is het essentieel dat alle VTH processen zijn aangepast aan de nieuwe wetgeving. Naast het beschrijven van processen dienen de medewerkers te worden opgeleid in het kunnen uitvoeren van nieuwe processen. Dit zal ook in de 2024 capaciteit vragen van de medewerkers. We verwachten voldoende capaciteit voor de uitvoering van deze taken. |
||
Een adviseur VTH gaat te werk door interne en externe procedures te ontwikkelen, implementeren en evalueren om ervoor te zorgen dat vergunningen, toezicht en handhaving binnen de organisatie effectief en in overeenstemming met de wet worden uitgevoerd. Alle processen en handleidingen voor het werken met de nieuwe wet- en regelgeving zijn digitaal beschreven en vastgelegd en vastgelegd in de vakapplicatie. Een belangrijke taak is verbinding maken tussen de onderlinge teams om werkprocessen en uitvoering efficiënt op elkaar af te stemmen. Ook het verzorgen van cursussen en kennisoverdrachten aan medewerkers is een onderdeel hiervan. |
||
|
||
Door het uitvoeren van deze taken leveren we een bijdrage aan de doelstelling Uitvoeringskwaliteit (voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen). De kernwaarde Betrouwbaar(we sturen op duidelijke en transparante informatieverstrekking via de gemeentelijke website, frontoffice VTH en het KCC. We instrueren casemanagers op het geven van juiste, heldere en snelle informatie naar een initiatiefnemer. We werken met risicogerichte prioriteiten) staat centraal bij de uitvoering van deze taken. |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-75548.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.