Gemeenteblad van Ermelo
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ermelo | Gemeenteblad 2024, 74789 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ermelo | Gemeenteblad 2024, 74789 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Financiële verordening gemeente Ermelo 2023
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Budget/Krediet: hieronder worden verstaan de financiële middelen die door de raad aan het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend voor het realiseren van doelstellingen, resultaat- en prestatieafspraken. Het betreffen financiële middelen voor zowel de (het) jaarlijkse exploitatie(budget) als voor investeringen (krediet).
Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
Bij de begroting en de jaarstukken worden bij de programma’s onder elk sub-programma de baten en lasten weergegeven. Per sub-programma is verwoord wat wij willen bereiken en wat wij daarvoor gaan doen. Daarnaast worden op programmaniveau ook de bijbehorende risico's en het vastgestelde beleid vermeld.
Bij de uiteenzetting van de financiële positie in de begroting wordt in aanvulling op het bepaalde in artikel 20 en artikel 21 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten inzicht gegeven in de ontwikkeling van de schuldpositie als gevolg van de begroting, de meerjarenraming, de investeringen en de grondexploitatie.
Het college biedt jaarlijks uiterlijk in het 2e kwartaal een kadernota aan de raad aan met een voorstel voor het beleid en de financiële kaders voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming. Deze kaders vormen voor het college de uitgangspunten voor het opstellen van begroting voor de eerstvolgende (meerjaren)begroting.
Artikel 5. Autorisatie Begroting
Voor nieuw beleid en nieuwe investeringen, niet zijnde vervangingsinvesteringen, ontvangt de raad op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet/exploitatiebudget voor nieuw beleid. De raad kan bij de begrotingsbehandeling aangeven voor welke van voornoemde nieuwe investeringen/exploitatiebudgetten voor nieuw beleid, hij geen apart voorstel wenst te ontvangen. Deze investeringen/exploitatiebudgetten voor nieuw beleid worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie geautoriseerd.
Het college informeert de raad als ze verwacht, dat de lasten van een sub-programma of een prioriteit dreigen te overschrijden, de investeringsuitgaven van een investeringskrediet het investeringskrediet dreigen te overschrijden, of de baten van een sub-programma of een prioriteit de baten dreigen te onderschrijden. De raad geeft aan of hij een voorstel wil, of het college stelt dit voor, voor het wijzigen van de lasten en/of baten van het sub-programma of prioriteit, voor het wijzigen van het investeringskrediet, of voor het bijstellen van het beleid.
Voor een investering vanaf € 100.000,00 waarvan het investeringskrediet niet met het vaststellen van de begroting is vrijgegeven, legt het college voorafgaand aan het aangaan van verplichtingen een in-vesteringsvoorstel met een raadsvoorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan de raad voor dat begrotingstechnisch wordt verwerkt in de eerstvolgende bestuursrapportage aan de raad.
Het college besluit niet over:
dan nadat de raad is geïnformeerd over het voornemen en hiertoe in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen.
Hoofdstuk 3. Rechtmatigheidsverantwoording
Artikel 9. Verantwoordings- en rapportagegrens rechtmatigheidsverantwoording
In de rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarrekening rapporteren burgemeester en wethouders aan de raad over afwijkingen met een verantwoordingsgrens, uitgedrukt in een percentage tussen 0 en 3% van de totale lasten van de gemeente, inclusief de dotaties aan de reserves. De raad stelt jaarlijks in het Controle-protocol het percentage vast.
Artikel 10. Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid, dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De eisen/voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving en hebben betrekking op aspecten als doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.
Burgemeester en wethouders bieden de raad jaarlijks ter vaststelling een normenkader rechtmatigheid aan. Dit kader bestaat uit alle relevante (interne) wet- en regelgeving waaruit financiële beheershandelingen kunnen voortvloeien. (Burgemeester en wethouders operationaliseren dit normenkader in een toetsingskader ten behoeve van de interne beheersing.)
Artikel 11. Begrotingscriterium
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door de raad geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende sub-programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen;
Hoofdstuk 4. Financieel beleid
Artikel 16. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de rente van de inzet van vreemd vermogen, reserves en voorzieningen voor de financiering van de in gebruik zijnde activa betrokken.
Bij de directe kosten worden betrokken de bijdragen aan en onttrekkingen van voorzieningen voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa en de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa. Voor de rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht (zoals rioolheffing, afvalstoffenheffing en dergelijke) worden daarbij ook de compensabele belasting over de toegevoegde waarde en de gederfde inkomsten van het kwijtscheldingsbeleid betrokken.
Artikel 17. Prijzen economische activiteiten
Voor de levering van goederen, diensten of werken door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden waarbij de gemeente in concurrentie met marktpartijen treedt, wordt ten minste de geraamde integrale kostprijs in rekening gebracht. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf voor elk van deze activiteiten afzonderlijk een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de levering van de desbetreffende goederen, diensten of werken wordt gemotiveerd.
Bij het verstrekken van leningen of garanties door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden worden ten minste de geraamde integrale kosten in rekening gebracht. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de lening of de garantie wordt gemotiveerd.
Bij het verstrekken van kapitaal door de gemeente aan overheidsbedrijven en derden gaat het college uit van een vergoeding van ten minste de geraamde integrale kosten van de verstrekte middelen. Bij afwijking vanwege een publiek belang doet het college vooraf een voorstel voor een raadsbesluit, waarin het publiek belang van de kapitaalverstrekking wordt gemotiveerd.
Artikel 19. Financieringsfunctie
Het college biedt aan de raad tenminste eens in de vier jaar een (bijgesteld) Treasurystatuut aan. De nota bevat regels die zij hanteert voor het rentebeleid, het dagelijkse beheer van kredietrisico en relatiebeheer, liquiditeitsrisico en geldstromenbeheer, administratieve organisatie en interne controle van de treasury-functie.
Artikel 20. Paragrafen – indeling -
De raad stelt bij aanvang van een nieuwe raadsperiode op voorstel van het college eventuele aanvullende paragrafen voor de komende raadsperiode vast over welke onderwerpen hij in extra paragrafen naast de –onderstaande- verplichte paragrafen van de begroting en de jaarstukken kaders wil stellen en wil worden geïnformeerd.
Bij de begroting en jaarstukken doet het college in de paragraaf Lokale heffingen verslag van de opbrengsten per lokale heffing, het volume en bedrag aan kwijtscheldingen, de mate van kostendekking van de rioolheffing en de afvalstoffenheffing, de (ontwikkeling van de) lokale lastendruk voor eenpersoonshuishoudingen, meerpersoonshuishoudingen en bedrijven.
Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf Financiering op grond van artikel 13 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten verslag van de kasgeldlimiet, de renterisiconorm, de omvang en samenstelling van het vreemd vermogen, de omvang en samenstelling van de uitzettingen, de huidige liquiditeitspositie, de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende meerjaren periode, de rentevisie en de rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie.
Artikel 23. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Het college biedt aan de raad tenminste eens in de vier jaar een (bijgestelde) nota Weerstandsvermogen en risicobeheersing aan. In deze nota wordt ingegaan op het risicomanagement, het opvangen van risico’s door verzekeringen, voorzieningen, incidentele weerstandscapaciteit (waaronder reserves) of andere wijze. In de nota wordt het gewenste weerstandsvermogen bepaald.
Artikel 24. Onderhoud kapitaalgoederen
Het college biedt de raad tenminste eens in de vijf jaar een (bijgesteld) onderhoudsplan openbare ruimte aan. Het plan geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud en de kosten van het onderhoud voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken en straatmeubilair. De raad stelt het plan vast.
Het college biedt de raad ten minste eens in de vijf jaar een (bijgesteld) rioleringsplan aan. Het plan geeft het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud, de uitbreiding van de riolering en de kosten van het onderhoud en de eventuele uitbreidingen. De raad stelt het plan vast.
Hoofdstuk 6. Financiële organisatie en financieel beheer
Artikel 33. Administratieve organisatie en interne controle
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening, bedoeld in artikel 213, derde lid, onder a, van de Gemeentewet, en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties, bedoeld in artikel 213, derde lid, onder b, van de Gemeentewet, voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.
Het college zorgt voor de systematische controle van de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het financieel vermogen van de gemeente met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de debiteurenvorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen, de kortlopende schulden en de vorderingen van crediteuren jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen ten minste eenmaal in de 5 jaar. Bij afwijkingen in de registratie neemt het college maatregelen voor herstel van de tekortkomingen.
Artikel 34. Intrekken oude verordening en overgangsrecht
De Financiële verordening van de gemeente Ermelo 2020, door de raad vastgesteld op 27 november 2019 wordt ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van deze verordening, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de jaarrekening en het jaarverslag en bijbehorende stukken van het begrotingsjaar voorafgaand aan het jaar waarin deze verordening in werking treedt.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-74789.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.