Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Leidschendam-Voorburg

 

De raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg,

gezien het voorstel van het college d.d. 31 oktober 2023 (3526),

gelet op artikel 10.32a Wet milieubeheer,

gelet op artikel 2.8 Omgevingswet,

b e s l u i t:

a. De Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Leidschendam-Voorburg als volgt te wijzigen:

 

 

Artikel I

 

A.

Artikel 1, onder b, vervalt.

 

B.

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    het eerste lid wordt gewijzigd en komt te luiden:

  • 1.

    Het is in de daartoe door het college krachtens artikel 10.32a van de Wet milieubeheer, zoals die wet luidde direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet, of in het omgevingsplan aangewezen gebieden verboden om hemelwater en grondwater te lozen in een openbaar vuilwaterriool. Het betreft gebieden:

    • a.

      waar gescheiden riolering aanwezig is of wordt aangelegd;

    • b.

      met een afvoermogelijkheid vanaf het perceel naar aangrenzend oppervlaktewater.

  • 2.

    het tweede en vierde lid vervallen.

 

C.

Artikel 5 vervalt.

 

D.

Artikel 6 vervalt.

 

Artikel II

Dit besluit treedt in werking op het moment onmiddellijk voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

 

  • b.

    De bevoegdheid tot vaststelling van het omgevingsplan direct na inwerkingtreding van de Omgevingswet te delegeren aan het college in de volgende gevallen:

 

Het aanwijzen van gebieden waarbinnen het verboden is hemelwater en grondwater te lozen in een openbaar vuilwaterriool voor zover het betreft:

  • gebieden waar gescheiden riolering aanwezig is of wordt aangelegd;

  • gebieden met een afvoermogelijkheid vanaf het perceel naar aangrenzend oppervlaktewater.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg van 4 december 2023

de griffier, de voorzitter,

R.G.R. Jeene, M.W. Vroom

Naar boven