Mandaatregeling gemeente Someren 2024

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Someren, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;

 

overwegende dat:

  • het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester voor de uitoefening van hun bevoegdheden mandaten hebben verleend aan de ambtelijke organisatie, vastgelegd in een mandaatregeling, om zo slagvaardig te kunnen handelen en besluiten;

  • deze mandaatregeling voor het laatst is gewijzigd bij besluiten van 15 en 17 augustus 2017: “Mandaatregeling gemeente Someren 2016”;

  • op 7 november 2023 het Organisatiebesluit gemeente Someren 2024 is vastgesteld waarin een gewijzigde organisatiestructuur is opgenomen, (mede) voortvloeiend uit het Organisatieontwikkelplan: ‘Voor elkaar!’;

  • deze gewijzigde organisatiestructuur in werking treedt op 1 februari 2024;

  • de Mandaatregeling gemeente Someren 2016 daarop aangepast moet worden;

  • het Organisatiebesluit gemeente Someren 2024 één geheel moet vormen met zowel de Mandaatregeling als ook met de budgetregeling en het treasurystatuut;

 

gelet op:

 

 

b e s l u i t :

 

voor het verlenen van bevoegdheden aan de organisatie in de vorm van mandaat, volmacht en machtiging onderstaande mandaatregeling met bijbehorende bijlagen vast te stellen:

Paragraaf 1 Algemene bepaling

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    afzonderlijk mandaatbesluit:

    besluit waarin het college of de burgemeester mandaat verleent in afwijking van deze mandaatregeling;

  • b.

    behandelend ambtenaar:

    degene die op basis van het geldende functieboek en de hierbij behorende functiebeschrijving in de uitoefening van zijn functie ambtelijk belast of mede belast is met de bedoelde werkzaamheden;

  • c.

    besluit:

    een schriftelijke beslissing van het college of de burgemeester als bedoeld artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht en artikel 8:3 Algemene wet bestuursrecht;

  • d.

    bestuursorgaan:

    het college of de burgemeester van de gemeente Someren;

  • e.

    burgemeester:

    de burgemeester zoals genoemd in Hoofdstuk XI Gemeentewet;

  • f.

    cao gemeenten:

    collectieve arbeidsovereenkomst voor de sector gemeenten;

  • g.

    college:

    het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Someren zoals genoemd in artikel 34, lid 1, Gemeentewet;

  • h.

    domein:

    de organisatorische eenheid binnen de organisatie zoals die op basis van het organisatiebesluit 2024 is vastgesteld;

  • i.

    domeinmanager:

    degene die op basis van het geldende functieboek en de hierbij behorende functiebeschrijving in de uitoefening van zijn functie ambtelijk verantwoordelijk is voor het betreffende domein, hiërarchisch leidinggevende is van de tot zijn domein behorende teammanagers, lid is van het Strategisch Managementteam en mede verantwoordelijk is voor de ontwikkeling van de organisatie en organisatie brede programma’s;

  • j.

    gemandateerde:

    degene aan wie het mandaat wordt verleend;

  • k.

    hoofdstructuur van de organisatie:

    de indeling van de organisatie in domeinen en concernstaf;

  • l.

    machtiging:

    de bevoegdheid om in naam van het college of de burgemeester handelingen te verrichten die geen besluit of privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • m.

    mandaat:

    de bevoegdheid om in naam van het college of de burgemeester besluiten te nemen;

  • n.

    mandaatgever:

    degene die het mandaat verleent;

  • o.

    ondermandaat:

    het verlenen van het mandaat door de gemandateerde aan een ander;

  • p.

    de organisatie:

    de ambtelijke organisatie van de gemeente Someren, met uitzondering van de functies van griffier, griffiemedewerker en ambtelijk secretaris van de ondernemingsraad;

  • q.

    plaatsvervanger:

    degene die op basis van zijn functie is of, al dan niet ad hoc, wordt aangewezen om de gemandateerde bij zijn afwezigheid te vervangen;

  • r.

    team:

    organisatieonderdeel binnen een domein belast met de levering van producten;

  • s.

    teammanager:

    degene die op basis van het geldende functieboek en de hierbij behorende functiebeschrijving in de uitoefening van zijn functie ambtelijk verantwoordelijk is voor het betreffende team, hiërarchisch leidinggevende is van de tot zijn team behorende medewerkers en lid is van het Tactisch Managementteam;

  • t.

    volmacht:

    de bevoegdheid die het college of de burgemeester verleent om namens het college of de burgemeester privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten waaronder de opdracht van de burgemeester tot het ondertekenen van een overeenkomst.

 

Paragraaf 2 Machtiging, volmacht en mandaat

 

Artikel 2 Machtiging en volmacht

De bepalingen in deze mandaatregeling zijn van overeenkomstige toepassing wanneer het college of de burgemeester aan een ander, werkzaam onder diens verantwoordelijkheid, volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen of machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn, behalve wanneer uitdrukkelijk anders is besloten.

 

Artikel 3 Algemene bepalingen mandaat

  • 1.

    Voor mandaatverlening geldt als uitgangspunt: “mandaat, tenzij”.

  • 2.

    Gemeentesecretaris, domein- en teammanagers hebben mandaat voor:

    • a.

      het nemen van besluiten, en

    • b.

      het afdoen van stukken, zoals bedoeld in artikel 4, lid 3, van deze mandaatregeling, over alle zaken die tot hun taken behoren zoals opgenomen in het organisatiebesluit.

  • 3.

    Gemeentesecretaris, domein- en teammanagers zijn op basis van lid 1 van dit artikel en het organisatiebesluit bevoegd tot:

    • a.

      het aangaan van privaatrechtelijke verplichtingen met daaruit voortvloeiende financiële en/of andere gevolgen, en

    • b.

      het goedkeuren van uitgaven.

  • 4.

    De volmacht voor het aangaan van verplichtingen met financiële gevolgen en het goedkeuren van uitgaven, zoals genoemd in lid 3 van dit artikel, geldt alleen wanneer en voor zover hiermee binnen de regels van de geldende budgetregeling en het geldende inkoopbeleid wordt gehandeld.

  • 5.

    De in dit artikel genoemde bevoegdheden van gemeentesecretaris, domein- en teammanagers kunnen worden beperkt:

    • a.

      bij of volgens de wet;

    • b.

      voor zover uitdrukkelijk anders is bepaald in deze mandaatregeling;

    • c.

      door instructies zoals bedoeld in artikel 10:6, lid 1, Algemene wet bestuursrecht van college en/of burgemeester;

    • d.

      wanneer het college en/of de burgemeester nadrukkelijk anders heeft besloten, of

    • e.

      wanneer de aard van de bevoegdheid zich in een specifieke situatie verzet tegen mandatering.

  • 6.

    Mandaatverlening zoals genoemd in lid 2 en 3 van dit artikel geldt niet voor de in artikel 6 van deze mandaatregeling genoemde uitzonderingen.

  • 7.

    Bij het uitoefenen van bevoegdheden in mandaat wordt altijd rekening gehouden met datgene wat over mandaat is opgenomen in:

    • a.

      wetten;

    • b.

      besluiten;

    • c.

      verordeningen;

    • d.

      circulaires;

    • e.

      beleidsregels;

    • f.

      regelingen;

    • g.

      aanwijzingen, en

    • h.

      richtlijnen van wetgevende organen of bestuursorganen van Rijk, provincie, regio, samenwerkingsverband en/of de gemeente Someren.

  • 8.

    Bevoegdheden worden niet in mandaat uitgeoefend wanneer de omstandigheden zich daartegen in een specifiek geval verzetten.

 

Paragraaf 3 Inhoud mandaat

 

Artikel 4 Besluiten en andere handelingen

  • 1.

    Als hoofdregel geldt dat alle bij of volgens deze mandaatregeling verleende mandaten alleen van toepassing zijn op:

    • a.

      het nemen van begunstigende publiekrechtelijke besluiten en

    • b.

      het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen,

  • behalve wanneer uitdrukkelijk anders is besloten.

  • 2.

    Het verleende mandaat geldt daarnaast ook voor de uitvoering van voorbereidende handelingen om een besluit te kunnen nemen en handelingen achteraf om genomen besluiten uit te voeren, behalve wanneer uitdrukkelijk anders is besloten.

  • 3.

    De tot de in lid 2 van dit artikel genoemde voorbereidende handelingen en handelingen achteraf zijn:

    • a.

      het nemen van alle voorbereidende (ontwerp)besluiten, inclusief vooraankondigingen van bestuursrechtelijke handhaving;

    • b.

      het vaststellen van formulieren voor het indienen van aanvragen en verzoeken;

    • c.

      het uitreiken van een gespecificeerd bewijs van ontvangst;

    • d.

      het sturen van (algemene) ontvangstbevestigingen;

    • e.

      het uitstellen van de afhandeling wanneer daar een wettelijke grondslag voor bestaat;

    • f.

      het verzoeken om aanvullende informatie en het, voor zover van toepassing, op basis van artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht buiten behandeling laten van een aanvraag;

    • g.

      het voeren van correspondentie die direct te maken heeft met de gemandateerde taken;

    • h.

      het stellen van nadere voorwaarden;

    • i.

      het toekennen van bedragen in termijnen;

    • j.

      het toekennen van voorschotten;

    • k.

      het afleggen van verantwoording aan het Rijk of een andere bestuurslaag;

    • l.

      het bekend maken van besluiten, waaronder beschikkingen, en het ter inzage leggen van (ontwerp)besluiten wanneer dit wettelijk verplicht is;

    • m.

      het toezenden van besluiten wanneer dit wettelijk verplicht is;

    • n.

      alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die moeten worden verricht ter uitvoering van het verleende mandaat;

    • o.

      het ondertekenen van in mandaat genomen besluiten.

    • p.

      het opstellen en ondertekenen van een verweerschrift in een bezwaarprocedure of bestuursrechtelijke beroeps- of hoger beroepsprocedure;

    • q.

      het sturen van ingebrekestellingen, aanmaningen, vooraankondigingen en dwangbevelen tot invordering van privaatrechtelijke geldschulden;

    • r.

      het indienen van aanvragen bij een andere instantie namens de rechtspersoon gemeente Someren;

    • s.

      het aanbieden van stukken ter registratie bij een andere instantie en het ondertekenen van een voor die instantie benodigde verklaring.

  • 4.

    In afwijking van lid 1 van dit artikel mogen via mandaat besluiten met een negatief rechtsgevolg worden genomen wanneer:

    • a.

      het college of de burgemeester daar voor een specifieke bevoegdheid uitdrukkelijk toe heeft besloten, en

    • b.

      dit voor de efficiency van de bedrijfsvoering noodzakelijk is, en

    • c.

      de aard van de werkzaamheden niet leidt tot bezwaren tegen mandatering.

  • 5.

    In afwijking van lid 1 van dit artikel mogen via mandaat ook besluiten met een negatief rechtsgevolg genomen worden wanneer:

    • a.

      voor deze besluiten geldende wet- en regelgeving of vastgesteld beleid geen keuzeruimte biedt, en

    • b.

      met het besluit niet van geldende wet- en regelgeving of vastgesteld beleid wordt afgeweken.

  • 6.

    Wanneer het college of de burgemeester een bevoegdheid zelf uitoefent zijn algemene handelingen en correspondentie ter voorbereiding op of ter uitvoering van te nemen en genomen besluiten opgedragen aan de behandelend ambtenaar. Hieronder wordt verstaan:

    • a.

      het schriftelijk verstrekken en toezenden van gegevens en informatie;

    • b.

      het opvragen van inlichtingen, stukken en kosteloze adviezen aan derden;

    • c.

      het doen van kennisgeving van ter inzage legging en mededeling van besluiten en

    • d.

      aanvragen;

    • e.

      het uitreiken van een algemeen bewijs van ontvangst;

    • f.

      het toezenden en doorzenden van besluiten aan instanties wanneer dit wettelijk verplicht is;

    • g.

      het bekendmaken van besluiten via een publicatie;

    • h.

      het verzoeken om aanvullende informatie;

    • i.

      het geven van algemene informatie.

  • 7.

    Voor zover bij of volgens deze mandaatregeling volmacht is verleend tot het uitvoeren van een privaatrechtelijke rechtshandeling omvat deze volmacht bij:

  • 8.

    Voor zover bij of volgens deze mandaatregeling volmacht is verleend tot het uitvoeren van een privaatrechtelijke rechtshandeling omvat deze volmacht bij een aansprakelijkstelling:

    • a.

      van of door de rechtspersoon gemeente in geval van schuldaansprakelijkheid zoals bedoeld in artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek en

    • b.

      van de rechtspersoon gemeente in geval van risicoaansprakelijkheid zoals bedoeld in artikel 6:174 Burgerlijk Wetboek:

      • 1e

        het erkennen van aansprakelijkheid of het afwijzen van een aansprakelijkstelling binnen de daarvoor gegeven kaders;

      • 2e

        het, waar nodig, doorsturen van de ontvangen aansprakelijkstelling naar de verzekeraar van de gemeente Someren;

      • 3e

        alle voor erkenning of afwijzing als bedoeld in lid a van dit artikel benodigde voorbereidende handelingen en handelingen achteraf.

  • 9.

    De handelingen in lid 7 en 8 van dit artikel laten hetgeen in lid 3 van dit artikel is bepaald over privaatrechtelijke rechtshandelingen onverlet.

 

Artikel 5 Besluiten met financiële gevolgen

  • 1.

    Voor de uitoefening van mandaatbevoegdheden met financiële gevolgen moet een toereikend bedrag zijn opgenomen in de gemeentebegroting met inachtneming van hetgeen hierover is bepaald in de geldende budgetregeling.

  • 2.

    Bij voorgenomen besluiten met financiële gevolgen waarvoor het vastgestelde budget met daaraan verbonden prestaties en/of resultaten niet toereikend is, is eerst een instemmingsbesluit van het college of de burgemeester nodig met inachtneming van hetgeen hierover is bepaald in de geldende budgetregeling.

 

Artikel 6 Besluiten uitgezonderd van mandaat

In afwijking van hetgeen hierover in deze mandaatregeling is bepaald en met inachtneming van artikel 10:3, lid 2, Algemene wet bestuursrecht, verlenen het college of de burgemeester geen mandaat voor:

  • a.

    het nemen van besluiten over vaststelling, wijziging of intrekking van kaders, beleidsregels en besluiten van algemene strekking;

  • b.

    het nemen van besluiten over wijziging van de hoofdstructuur van de organisatie;

  • c.

    het beslissen op bezwaarschriften;

  • d.

    het beslissen op beroepschriften over de invordering van privaatrechtelijke geldschulden;

  • e.

    het beslissen over het oninbaar verklaren van privaatrechtelijke geldvorderingen;

  • f.

    het nemen van besluiten over het voeren van rechtsgedingen zoals bedoeld in artikel 160, lid 1, sub e, Gemeentewet behalve wanneer het gaat om het voeren van verweer of vergelijkbare activiteiten in lopende rechtsgedingen;

  • g.

    het nemen van besluiten over vaststelling van formatiewijzigingen wanneer voor die formatiewijzigingen geen toereikend bedrag is opgenomen in de gemeentebegroting;

  • h.

    het nemen van besluiten over gedwongen ontslag, schorsing of het opleggen van een disciplinaire straf;

  • i.

    het nemen van besluiten over benoeming van of op eigen verzoek verlenen van ontslag aan de gemeentesecretaris, domeinmanager of concerncontroller;

  • j.

    alle te nemen besluiten over de gemeentesecretaris op basis van de Cao gemeenten en aanvullende geldende lokale regelingen;

  • k.

    het nemen van besluiten waarvoor een versterkte meerderheid van stemmen nodig is;

  • l.

    het nemen van besluiten over openbare orde als genoemd in de artikelen 151b, 151c, 154a, 172, 172a, 174, 174a, 174b, 175, 176 en 176a Gemeentewet;

  • m.

    het nemen van besluiten op basis van de Zondagswet en de Wet openbare manifestaties waarbij grondrechten worden beperkt;

  • n.

    het nemen van besluiten tot inbewaringstelling op basis van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten;

  • o.

    het nemen van besluiten op ingediende klachten zoals bedoeld in de klachtenregeling;

  • p.

    het nemen van alle besluiten en voorgenomen besluiten in afwijking van vastgestelde financiële, beleids- of andere kaders;

  • q.

    de voor een taakveld uitgesloten bevoegdheden zoals opgenomen in de bij deze mandaatregeling behorende bijlage “Uitgesloten bevoegdheden”.

 

Paragraaf 4 Werking van het mandaat

 

Artikel 7 Ondermandaat

  • 1.

    Voor het verlenen van ondermandaat door een teammanager is artikel 3, lid 1, van deze mandaatregeling van overeenkomstige toepassing. Er geldt een algemeen ondermandaat aan de behandelend ambtenaar, tenzij de teammanager besluit tot een uitzondering hierop.

  • 2.

    Voor de door een domeinmanager te nemen besluiten als bedoeld in lid 1 van dit artikel is de goedkeuring van de gemeentesecretaris vereist.

  • 3.

    Voor de door een teammanager te nemen besluiten als bedoeld in lid 2 van dit artikel is de goedkeuring van de domeinmanager vereist.

  • 4.

    Datgene dat in deze mandaatregeling is bepaald over mandaat is ook van toepassing op ondermandaat, behalve wanneer nadrukkelijk anders is of wordt besloten door het college of de burgemeester.

 

Artikel 8 Uitzonderingen op ondermandaat

  • 1.

    In afwijking van artikel 7 is in de volgende gevallen geen ondermandaat mogelijk:

    • a.

      alle besluiten over een domeinmanager, teammanager en concerncontroller op basis van de Cao gemeenten en aanvullende geldende lokale regelingen zijn voorbehouden aan de gemeentesecretaris;

    • b.

      alle besluiten tot benoeming van of op eigen verzoek verlenen van ontslag aan een medewerker zijn voorbehouden aan de teammanager.

  • 2.

    In afwijking van artikel 7 is verder geen ondermandaat mogelijk voor besluiten met een negatief rechtsgevolg, behalve wanneer het college of de burgemeester bij een besluit zoals bedoeld in artikel 4, lid 4, sub a, expliciet aangeeft dat ondermandaat verleend mag worden.

  • 3.

    Wanneer het college of de burgemeester expliciet besluit tot ondermandaat is verder artikel 9 geheel van toepassing.

 

Artikel 9 Ondertekeningsmandaat

  • 1.

    Besluiten die door het college of de burgemeester zelf worden genomen en eventuele met die besluiten samenhangende uitgaande brieven worden ondertekend door de behandelend ambtenaar tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald of de aard van de bevoegdheid zich hiertegen verzet.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 van dit artikel worden overeenkomsten tot lening van gelden ondertekend door de domeinmanager Bedrijfsvoering wanneer de gemeenteraad expliciet tot het lenen van gelden heeft besloten met inachtneming van hetgeen over bevoegdheden is bepaald bij of volgens het treasurystatuut.

  • 3.

    Voor de vervanging van de domeinmanager Bedrijfsvoering in de in lid 2 van dit artikel bedoelde gevallen, wordt aangesloten bij het door het Strategisch Managementteam opgestelde schema van vervanging.

 

Artikel 10 Wijze van ondertekening

  • 1.

    Bij de uitoefening van (onder)mandaat worden stukken van het college respectievelijk de burgemeester ondertekend volgens de bij deze mandaatregeling behorende bijlage “Instructie voor het ondertekenen van stukken”.

  • 2.

    De behandelend ambtenaar ondertekent door het college of de burgemeester genomen besluiten volgens de tot deze mandaatregeling behorende bijlage “Instructie voor het ondertekenen van stukken”.

 

Artikel 11 Uitoefening mandaat bij afwezigheid

  • 1.

    Bij afwezigheid van de gemandateerde worden zijn op basis van deze mandaatregeling gemandateerde bevoegdheden uitgeoefend door (één van) zijn plaatsvervanger(s).

  • 2.

    Bij afwezigheid van een plaatsvervanger worden de gemandateerde bevoegdheden uitgeoefend door degene die het mandaat of ondermandaat heeft verleend.

 

Artikel 12 Verantwoording en toezicht

  • 1.

    Het management legt in algemene zin verantwoording af over de uitvoering van de aan hem opgelegde taak en het gebruik van verleende bevoegdheden in managementrapportages en desgewenst specifiek in een nadere rapportage.

  • 2.

    Voor registratie en periodieke verantwoording van in mandaat genomen besluiten worden nadere afspraken gemaakt met het college bij aanvang van een nieuwe collegeperiode en met de burgemeester na benoeming of herbenoeming.

  • 3.

    Toezicht op de uitvoering van deze mandaatregeling gebeurt via interne controle.

 

Paragraaf 5 Extern mandaat

 

Artikel 13 Mandaat aan niet-ondergeschikten

  • 1.

    Het college en de burgemeester kunnen ook mandaat verlenen aan niet-ondergeschikten.

  • 2.

    Mandaatverlening aan niet-ondergeschikten betekent, in afwijking van artikel 3 van deze mandaatregeling, niet automatisch ook een verlening van volmacht en/of machtiging. Hiertoe moet het college of de burgemeester eerst uitdrukkelijk besluiten.

  • 3.

    De voor mandaten aan niet-ondergeschikten geldende voorwaarden en/of beperkingen worden per mandaat bepaald met inachtneming van artikel 10:4 Algemene wet bestuursrecht.

  • 4.

    Mandaten aan niet-ondergeschikten zijn opgenomen in het bij deze mandaatregeling behorende overzicht “Mandaten aan niet-ondergeschikten”.

 

Paragraaf 6 Slotbepalingen

 

Artikel 14 Overgangs- en slotbepaling

  • 1.

    Besluiten in mandaat genomen op basis van de Mandaatregeling gemeente Someren 2016 worden geacht te zijn genomen onder de werking van de Mandaatregeling gemeente Someren 2024, tenzij deze mandaatbesluiten worden vervangen door een nieuw mandaatbesluit.

  • 2.

    Het college en de burgemeester kunnen voor een bepaald onderwerp een afzonderlijk mandaatbesluit nemen over de uitoefening van hun bevoegdheden.

  • 3.

    Voor zover de tekst van het in lid 2 van dit artikel genoemde afzonderlijke mandaatbesluit afwijkt van de tekst in deze mandaatregeling geldt de tekst van het afzonderlijke mandaatbesluit.

  • 4.

    Voor zover in het afzonderlijke mandaatbesluit hetzelfde wordt geregeld als in deze mandaatregeling vervalt die tekst in het afzonderlijke mandaatbesluit.

  • 5.

    Afwijken van deze mandaatregeling zoals bedoeld in lid 2 van dit artikel gebeurt zo min mogelijk.

 

Artikel 15 Citeertitel, intrekking en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als “Mandaatregeling gemeente Someren 2024”.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na elektronische bekendmaking en werkt terug tot en met 1 februari 2024 onder gelijktijdige intrekking van de Mandaatregeling gemeente Someren 2016, zoals vastgesteld bij besluiten van 15 en 17 augustus 2017, waarbij alle besluiten die op basis van de regeling van 2016 zijn genomen ter nadere uitwerking en/of afbakening van bevoegdheden onverkort van kracht blijven.

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Someren,

de secretaris,

J. Koppers-Krabben

de burgemeester,

D. Blok

De burgemeester

D. Blok

Uitgesloten bevoegdheden op het terrein van bouwen, grondzaken en ruimtelijke ontwikkeling

(als bedoeld in artikel 6, sub q, Mandaatregeling gemeente Someren 2024, geactualiseerd vastgesteld bij besluit van 6 februari 2024)

 

 

Omschrijving bevoegdheid

Bevoegd bestuursorgaan

Mandaat

  • 1.

     

  • a.

    Afwijkingen van het omgevingsplan:

Medewerking verlenen aan een omgevingsvergunningprocedure om (tijdelijk) af te wijken van het omgevingsplan voor zover niet passend binnen het geldende gemeentelijke beleid.

College

Nee

  • b.

    Uitzondering op de uitgesloten bevoegdheid:

Van deze uitgesloten bevoegdheid is uitgezonderd de tijdelijke afwijking van het omgevingsplan voor zover afwijking plaatsvindt om een tijdelijke woonunit te plaatsen als vervangende woonruimte bij een nieuwbouwwoning of een project waarbij sprake is van ingrijpende verbouw van een woning. (De medewerking voor het plaatsen van tijdelijke woonunits valt niet onder de uitgesloten bevoegdheden maar is (onder)gemandateerd aan de behandelend ambtenaar.)

College

Ja

  • c.

    Bij ontwerpbesluit medewerking verlenen aan een omgevingsvergunningprocedure om af te wijken van het omgevingsplan bij een uitgebreide voorbereidingsprocedure.

College

Nee

  • 2.

     

Besluiten met zienswijzen:

Wanneer sprake is van de uitgebreide voorbereidingsprocedure: het verlenen van een definitieve omgevingsvergunning als er zienswijzen zijn ingediend tegen het ontwerpbesluit en het college bevoegd bestuursorgaan is.

College

 

Nee

  • 3.

     

Beeldkwaliteit en Besluit Bouwwerken Leefomgeving:

Het verlenen van een omgevingsvergunning met een bouw- en/of reclameactiviteit waarbij niet wordt voldaan aan redelijke eisen van welstand (volgens het geldende beleid: Nota ruimtelijke kwaliteit en/of beeldkwaliteitsplan).

College

Nee

  • 4.

     

Monumenten:

Het verlenen van een omgevingsvergunning waarbij sprake is van het (gedeeltelijk) slopen van een gemeentelijk- of rijksmonument.

College

Nee

  • 5.

     

Grondtransacties/ transacties onroerend goed:

 

 

  • a.

    Besluiten tot de aankoop van grond, gebouwen en/of opstallen

  • b.

    Besluiten tot de uitgifte van grond

  • c.

    Besluit tot de verkoop van grond: het verkoopbesluit

  • d.

    Besluiten tot de verkoop van grond die niet passen binnen vastgestelde uitgiftecriteria en/of richtlijnen voor de verkoop van grondstroken aan de rand van de bebouwde kom

  • e.

    Besluiten tot het te koop aanbieden van gemeentelijke gebouwen en/of opstallen

College

Nee

 

Naar boven