Gemeenteblad van Aa en Hunze
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Aa en Hunze | Gemeenteblad 2024, 549806 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Aa en Hunze | Gemeenteblad 2024, 549806 | beleidsregel |
Bestuurlijk aanpak (illegaal) vuurwerk gemeente Aa en Hunze
Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van 17 december 2024,
het gewenst is om een beleidsregel vast te stellen omtrent:
gelet op de artikelen 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en het bij of krachtens het gestelde in;
Artikel 1. Begrippen en definities
In het kader van deze beleidsregel en bijlagen wordt onder de volgende begrippen en definities verstaan:
Professioneel vuurwerk: vuurwerk dat is ingedeeld Categorie F4 van het Vuurwerkbesluit, alsmede vuurwerk dat is ingedeeld in Categorie F2 of F3 van het Vuurwerkbesluit, en dat bij of krachtens dat besluit niet is aangewezen als vuurwerk, dat ter beschikking mag worden gesteld voor particulier gebruik, alsmede een door de Minister aangewezen stof of een preparaat, een voorwerp of een onderdeel van een voorwerp, dan wel een stof of preparaat, een voorwerp of een onderdeel van een voorwerp dat behoort tot een door de Minister bij ministeriële regeling aangewezen categorie, voor zover die stof of dat preparaat of dat voorwerp of dat onderdeel van dat voorwerp kennelijk is bestemd of wordt gebruikt om voor vermakelijkheidsdoeleinden effecten te bewerkstelligen;
Illegaal vuurwerk: Vuurwerk dat niet aan de daarvoor bij of krachtens het Vuurwerkbesluit gestelde eisen voldoet, daaronder begrepen het in Nederland brengen van, handel in, ter beschikking stellen van, opslag van, het vervaardigen van, het voorhanden hebben van, bewerken van en/of afsteken buiten toegestane tijden van vuurwerk;
Artikel 2. Handhavingsmaatregelen
Bij aangetroffen illegaal vuurwerk op een locatie zal het college van burgemeester en wethouders, afhankelijk van de gevaarzetting, ernst en aard van de overtreding, een waarschuwing geven aan de overtreder/rechthebbende van die locatie, of bij ernstigere gevaarzetting een last onder dwangsom opleggen om herhaling van de overtreding(en) te voorkomen.
Bij herhaalde overtreding van bij of krachtens het Vuurwerkbesluit, het Besluit bouwwerken leefomgeving, de Woningwet en/of de Omgevingswet gestelde eisen op dezelfde locatie, waarbij eerder wegens aangetroffen illegaal vuurwerk een waarschuwing is afgegeven of een last onder dwangsom is opgelegd, en die eerdere last onder dwangsom volledig is uitgewerkt, zal het college van burgemeester en wethouders de locatie tijdelijk sluiten op grond van artikel 17 Woningwet.
Bij het afgeven van een waarschuwing, het opleggen van een last onder dwangsom en/of het sluiten van een locatie hanteert het college van burgemeester en wethouders de in Tabel 1 weergeven handhavingsmatrix en de daar weergegeven uitgangspunten voor hoogten van dwangsommen en lengten van sluitingstermijnen.
Artikel 4. Verzwarende omstandigheden
Er kunnen zich omstandigheden voordoen die ervoor zorgen dat een situatie extra gevaarlijk of bezwaarlijk is. Door deze omstandigheden kan het zo zijn dat de omschreven maatregel uit artikel 3 van dit beleid geen recht doet aan de ernst van de situatie. In deze omstandigheden kan het college van burgemeester en wethouders direct overgaan tot het opleggen van een hogere dwangsom of (langere) sluiting.
Artikel 5. Verzachtende omstandigheden
Er kunnen zich omstandigheden voordoen die ervoor zorgen dat een situatie minder gevaarlijk of bezwaarlijk is. Door deze omstandigheden kan het zo zijn dat de omschreven maatregel uit artikel 3 van dit beleid geen recht doet aan de ernst van de situatie. In deze omstandigheden kan het college van burgemeester en wethouders overgaan tot het opleggen van een lagere dwangsom of (kortere) sluiting.
Artikel 6. Mogelijkheid tot tijdelijke opheffing sluiting ex artikel 17 Woningwet
Elke betrokkene (gebruiker, eigenaar, huurder of anderszins rechthebbende) van de gesloten locatie, kan het college van burgemeester en wethouders gedurende een sluitingsperiode tussentijds schriftelijk verzoeken om tijdelijk in verband met (het voorkomen van) calamiteiten of het uitvoeren van noodzakelijke onderhoudsactiviteiten, de sluiting tijdelijk te schorsen;
Indien het college van burgemeester en wethouders in kan stemmen met het verzoek, dan verwijderen de gemeentelijke toezichthouders tijdelijk de verzegeling gedurende de periode van de tijdelijke opheffing. Aan het einde van de activiteiten wordt de locatie opnieuw verzegeld tot aan het einde van de opgelegde sluitingstermijn; en
Artikel 7. Mogelijkheid tot matiging sluiting ex artikel 17 Woningwet
De eigenaar van de locatie die gesloten is op basis van artikel 17 Woningwet, kan een verzoek indienen bij het college van burgemeester en wethouders om de duur van de sluiting te matigen.
Aldus besloten op 17 december 2024 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze,
Secretaris
burgemeester
De gemeente Aa en Hunze staat voor een krachtige aanpak van illegaal vuurwerk. De aanwezigheid van grote hoeveelheden van illegaal vuurwerk in woningen en lokalen is vanuit het oogpunt van openbare orde, veiligheid en algemeen maatschappelijk belang volstrekt ontoelaatbaar.
In het Handelingskader bestuurlijke aanpak illegaal vuurwerk (september 2024) geeft de politie aan dat ze bestuurlijke rapportages kan verstrekken, waarna de gemeenten middels het bestuurlijke traject kunnen optreden tegen personen, woningen of lokalen waar illegaal vuurwerk is aangetroffen.
Alle soorten vuurwerk zijn in vier “lijsten” opgedeeld. Deze indeling is nodig om onderscheid te maken in verschillende soorten vuurwerk, die elk een andere gevaarzetting hebben. De lijsten komen overeen met de richtlijn voor strafvordering vuurwerkdelicten waar de onderverdeling ook in “lijsten” wordt aangeduid. De indeling van het vuurwerk in deze vier lijsten is gebaseerd op de algemene gevaarzetting die van dat vuurwerk uit gaat, onafhankelijk van de omstandigheden waaronder het is aangetroffen. De lijstindeling komt terug in de processen-verbaal van het onderzoek van vuurwerk van het Centraal Onderzoeksteam Vuurwerk. Deze lijstindeling correspondeert niet met de categorie-indeling F1-F4, zoals doorgaans aangegeven op het vuurwerk zelf. Dit is niet nodig omdat de categorie-indeling F1-F4 ook onder de lijsten van de richtlijn voor strafvordering vuurwerkdelicten vallen.
Consumentenvuurwerk is onder bepaalde omstandigheden legaal om voorhanden te hebben. De consument mag bij aangewezen verkooppunten dit vuurwerk kopen om vervolgens tijdens de jaarwisseling af te steken. Een particulier mag tot maximaal 25 KG consumentenvuurwerk in een besloten ruimte hebben opgeslagen. Categorie F1 staat aangeduid op dit soort vuurwerk.
Lijst 2: (lichter) professioneel vuurwerk en niet gedefinieerd vuurwerk
Professioneel en niet gedefinieerd vuurwerk dat niet onder lijst 3 of 4 valt. Voor wat betreft knalvuurwerk gaat het om vuurwerk met minder dan 6 gram Netto Explosieve Massa of vuurwerk zonder opschrift. Per stuk is het vuurwerk niet langer dan 55 millimeter. Knalvuurwerk met meer dan 6 gram Netto Explosieve Massa of wat langer is dan 55 millimeter valt onder lijst 3.
Lijst 2 is sinds 1 oktober 2020 opgedeeld in A en B. Dit heeft te maken met de categorie-indeling F2 en F3. Beide categorieën zijn verboden, maar verschillen iets in gevaarzetting. Aangezien beide categorieën illegaal zijn en het verschil in gevaarzetting gering is, wordt er in de maatregelmatrix geen onderscheid gemaakt tussen A en B.
In de maatregelenmatrix (zie tabel 1) wordt verschil gemaakt tussen gewicht in kilo’s en stuks. Het gewicht geldt voor siervuurwerk en de stuks gelden voor (flash)bangers.
Lijst 3: Specifieke soorten professioneel vuurwerk en niet gedefinieerd vuurwerk die levensgevaarlijk zijn
Het overige professioneel en niet gedefinieerde vuurwerk valt onder deze lijst. Deze lijst bevat de vuurwerksoorten die door particulier gebruik levensgevaarlijk kan zijn. De soorten vuurwerk die hier onder vallen zijn de; Lawinepijlen, Bangers, Shells (mortierbommen), Flowerbeds en Romeinse kaarsen. Deze soorten worden ook wel de “Big Five” genoemd. Vuurwerk dat geen opschrift heeft of onder categorie F4 valt behoren ook tot deze lijst.
Lijst 4: Zelfgemaakte vuurwerk
Onder de zelfgemaakte (geïmproviseerde) vuurwerkartikelen vallen alle soorten explosiefgelijke voorwerpen waarvan de lading afkomstig is uit ander, veelal illegaal, vuurwerk.
Zwaar knalvuurwerk bevat 5 tot 50 gram (of meer) aan flitspoeder, een veel krachtigere lading dan zwart buskruit. Dit zware knalvuurwerk is in Europa niet toegestaan voor de consument. Voor de Nederlandse consument is in bangers (rotjes) alleen zwart buskruit toegestaan tot een maximum van 2,5 gram. Flitspoeder heeft als eigenschap dat het massa-explosie kan veroorzaken. Dit betekent dat wanneer één stuk ontbrandt de rest ook kan afgaan met een grote explosie tot gevolg. Bij het oneigenlijke (zware) professionele/niet-gedefinieerde vuurwerk gaat het om artikelen met als belangrijkste en/of enige effect een luide knal. Dit zijn vuurpijlen met uitsluitend knaleffect, zoals lawinepijlen, en ‘bangers’ zoals vlinders, nitraten en strijkers.
Artikel 2 Handhavingsmaatregelen
Afhankelijk van de gevaarzetting, ernst en aard van de overtreding maakt het college de keuze om te waarschuwen, een dwangsom op te leggen of de woning te sluiten. De handhavingsmatrix is gebaseerd op de indeling in algemene gevaarzetting, zoals verwoord in Lijst I t/m Lijst III van Richtlijn strafvordering voor vuurwerkdelicten, waarbij geldt hoe hoger het lijstnummer, hoe groter de potentiële gevaarzetting voor gezondheid, veiligheid en leefbaarheid op of in de directe nabijheid van de locatie.
Een bestuurlijke waarschuwing wordt toegepast in het minst erge geval, waarbij een persoon tussen de 25 kg en 100 kg vuurwerk uit lijst I heeft opgeslagen. Dit betreft een overtreding die eventueel door onoplettendheid kan ontstaan, een waarschuwing is hier op zijn plek. Een grotere overschrijding betreft een serieuze overtreding, waarbij een herstelsanctie opgelegd dient te worden.
Het inzetten van een dwangsom heeft een preventieve werking. Afhankelijk van de gevaarzetting, ernst en aard van de overtreding wordt een hogere dwangsom opgelegd. De maatregelen moeten altijd een preventief karakter hebben, omdat de verdachte door het Openbaar Ministerie zal worden vervolgd, wat (veelal) leidt tot een punitieve sanctie.
Het sluiten van een locatie is mogelijk bij herhaaldelijke overtreding. Zoals te zien is in de handhavingsmatrix wordt in alle gevallen bij de eerste constatering gekozen voor een waarschuwing of het opleggen van een last onder dwangsom. Het sluiten van een locatie is een zware maatregel. Daarom wordt deze maatregel pas opgelegd bij een derde constatering van een overtreding.
De (financiële) gevolgen van de toepassing van dit beleid kunnen zwaar zijn voor eigenaren, verhuurders en gebruikers. Voor bewoners van een pand dat wordt gesloten is een dergelijke maatregel tevens zeer ingrijpend. Echter, naast het feit dat eigenaren, verhuurders en gebruikers, indirect dan wel direct financieel voordeel hebben behaald uit de exploitatie van de handel/opslag in illegaal vuurwerk, wordt de sluiting gerechtvaardigd door:
het geschonden algemeen belang, namelijk verstoring van de openbare orde, veiligheid en rechtsorde, aantasting van woon-, leef- en werkklimaat, onveiligheidsgevoelens in de straat/wijk, aantasting van de geloofwaardigheid van de overheid, geen controle op verkoop met alle gevolgen en gevaren voor de volksgezondheid, vergaren van illegale inkomsten en belastingontduiking, aanzuigende werking op het ontstaan van soortgelijke activiteiten, vermindering van de waarde van onroerend goed; en
Het sluiten van een woning na het aantreffen van (illegaal) vuurwerk, is zeer ingrijpend voor de bewoners. Voor bewoners van woningen die worden gesloten, wordt verwacht dat zij zelf zorgen voor een vervangende woonruimte. In gevallen waarin dit de bewoners van de gesloten woning niet lukt, zal het college van burgemeester en wethouders hierin ondersteunen, dan wel zelf voorzien in een vervangende woonruimte.
Artikel 3. Samenloop van lijsten/vuurwerksoorten
Bij de opslag van, en eventueel handel in, illegaal vuurwerk, wordt regelmatig vuurwerk uit verschillende lijsten aangetroffen. In beginsel gaat het college van burgemeester en wethouders uit van het vuurwerk uit de hoogste lijst, gezien de grotere mate van gevaarzetting. In de gevallen waarin er minder dan 10 kg of 20 stuks uit de hogere lijst aanwezig is, maar wel een grotere hoeveelheid vuurwerk uit een lagere lijst aanwezig is aangetroffen, kan bij de handhaving een lagere lijst aangehouden worden. Derhalve is er geen sprake van een situatie waarbij een lacune ontstaat in de handhavingsmogelijkheden.
Bij het opleggen van een last onder dwangsom wordt als last omschreven dat de overtreder het dwangsombedrag zal verbeuren bij het aantreffen van de in de handhavingsmatrix omschreven hoeveelheden uit de lagere lijsten, met uitzondering van lijst I; hiervoor kan een aanvullende bestuurlijke waarschuwing afgegeven worden. Bij het aantreffen van >100 kg vuurwerk uit lijst IV omvat de last dan dat ook bij het aantreffen van de in de handhavingsmatrix omschreven hoeveelheden uit lijst II en III zal verbeuren. Dit is vergelijkbaar met hoe de gemeente Aa en Hunzedit oppakt bij overtredingen van de Opiumwet.
Artikel 4. Verzwarende omstandigheden
Het doel van dit artikel is om als openbaar bestuur hard op te treden tegen personen die extra gevaarlijke of bezwaarlijke omstandigheden creëren. Van extra gevaar is bijvoorbeeld sprake wanneer vuurwerk wordt opgeslagen in een locatie nabij een beperkt kwetsbaar of kwetsbaar object. Dit beleid sluit aan bij de definitie van beperkt kwetsbare objecten en kwetsbare objecten zoals beschreven in bijlage VI. bij artikel 5.3, tweede en derde lid, van het Besluit kwaliteit leefomgeving.
Een voorbeeld van een extra gevaarlijke omstandigheid uit de gemeente Aa en Hunzewerd aangetroffen in een woning, midden in een woonwijk, waarbij in één ruimte een grote hoeveelheid illegaal vuurwerk werd aangetroffen naast een operationele kweektent voor hennep. In dit geval is het algemeen bekend dat illegale hennepkwekerijen een hoger risico hebben voor het ontstaan van brand. De gevolgen waren in dit geval aanzienlijk geweest.
Het college van burgemeester en wethouders heeft op basis van sub c van het derde lid de mogelijkheid zelf te komen met een reden waarom er sprake is van extra gevaarlijke of bezwaarlijke omstandigheden. Hierbij dient er door het college van burgemeester en wethouders nauwkeurig beargumenteerd te worden waarom hier sprake van is.
Artikel 5. Verzachtende omstandigheden
Er zijn eveneens omstandigheden denkbaar waarin er juist sprake is van verzachtende omstandigheden. Het meest duidelijke voorbeeld hier is minderjarigheid van de overtreder. Relevant hier is dat indien een dwangsom wordt opgelegd terwijl de overtreder minderjarig is, maar deze bij het verbeuren van de dwangsom inmiddels wel meerderjarig is, er geen sprake meer is van verzachtende omstandigheden.
Als er een minderjarige een waarschuwing krijgt aangezegd kan er inzet gepleegd worden vanuit het voorliggend veld, casus- en of procesregie, voor eventuele hulpverlening en/of ondersteuning richting de minderjarige en zijn ouders en/of verzorgers.
Indien aannemelijk kan worden gemaakt door bijvoorbeeld de eigenaar van een locatie dat deze actief maatregelen heeft getroffen om een overtreding te voorkomen, dan kan er eveneens sprake zijn van een verzachtende omstandigheid. Het is aan de persoon zelf om aan te tonen waarom het college van burgemeester en wethouders zou moeten afzien van het opleggen van een bestuurlijke maatregel.
Artikel 6. Mogelijkheid tot tijdelijke opheffing sluiting ex artikel 17 Woningwet
Dit artikel ziet op omstandigheden die de tijdelijke opheffing van de sluiting van een locatie rechtvaardigen. Indien dit artikel niet aanwezig zou zijn, zou een situatie kunnen ontstaan waarbij bijvoorbeeld ernstige schade ontstaat aan de locatie. In dit geval is het niet redelijk om de eigenaar van de locatie niet in staat te stellen om de calamiteit op te lossen of de noodzakelijke onderhoudsactiviteiten uit te laten voeren. In die gevallen zou immers schade kunnen ontstaan aan de locatie, waardoor de eigenaar onnodig extra kosten maakt.
Het artikel stelt strikte eisen aan een dergelijke tijdelijke opheffing om misbruik te voorkomen.
Artikel 7. Mogelijkheid tot matiging sluiting ex artikel 17 Woningwet
Dit artikel stelt eigenaren van een locatie in staat om het college van burgemeester en wethouders te verzoeken tot matiging van de sluitingsduur. Hiervoor dient de verzoeker door middel van een plan van aanpak aannemelijk te maken dat er geen kans is op recidive.
Het college van burgemeester en wethouders kan, bij een succesvol verzoek, de sluitingstijd maximaal matigen tot een derde van de oorspronkelijke sluitingsduur.
Bijzondere omstandigheden bij woningen van woningbouwcorporaties
Het college van burgemeester en wethouders zal slechts tot sluiting van een huurwoning van één van de woningbouwcorporaties in de gemeente Aa en Hunzeovergaan nadat de verhuurder er schriftelijk op is gewezen dat de huurovereenkomst civielrechtelijk kan worden ontbonden en hieraan geen gevolg is gegeven binnen de door het college van burgemeester en wethouders gestelde termijn.
Woningcorporaties hebben een bijzondere verantwoordelijkheid ten aanzien van huisvesting. Sluiting van een sociale huurwoning is niet opportuun en tast de sociale huurwoningvoorraad aan.
In plaats daarvan wordt een woningcorporatie aldus in beginsel eerst de gelegenheid geboden om de huurovereenkomst te ontbinden en ontruiming te vorderen, bij gebreke waarvan sluiting alsnog volgt. De Afdeling heeft bepaald dat deze benadering niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel.
Het voorgaande laat onverlet dat het college van burgemeester en wethouders in ernstige gevallen evenwel kan afzien van het aanbieden van de mogelijkheid aan een woningbouwcorporatie om de huurovereenkomst te ontbinden en ontruiming te vorderen en in plaats daarvan kan besluiten tot sluiting van de woning ex artikel 17 van de Woningwet.
Het college kan op grond van artikel 18.12 Omgevingswet een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste de vierde categorie. Dit is van toepassing bij overtreding van artikel 6.4 aanhef en onder b van het Besluit bouwwerken leefomgeving. Degene die door het gebruik van het bouwwerk redelijkerwijs kan vermoeden dat hierdoor een gevaarlijke situatie ontstaat bij brand, kan een bestuurlijke boete opgelegd worden.
Het betreft hier een kan-bepaling, wat betekent dat het college van burgemeester en wethouders beleidsruimte heeft om deze maatregel wel of niet op te leggen. De afweging om dit wel of niet te doen wordt afgewogen door te kijken naar de gevaarzetting van de situatie. Bij een zeer gevaarlijke situatie kan het wenslijk zijn om naast een herstelsanctie ook een bestraffende sanctie op te leggen. Ex. artikel 5:44 van de Algemene wet bestuursrecht legt het college van burgemeester en wethouders geen bestuurlijke boete op, als de overtreder voor hetzelfde feit ook strafrechtelijk wordt vervolgd.
Op basis van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht kan het college van B&W gemotiveerd afwijken van dit beleid. Er kunnen zich immers omstandigheden voordoen waarin het volgen van het beleid onredelijk is of op voorhand niet voorzienbaar was.
Informatieverstrekking door politie/OM
De gemeente is hoofdzakelijk afhankelijk van informatie uit opsporingsonderzoeken van de Nationale Politie. De informatie wordt verstrekt aan de burgemeester in het kader van zijn taak tot handhaving van de openbare orde en veiligheid. De informatie wordt verstrekt in de vorm van een bestuurlijke rapportage. Op basis van art. 16 Wet politiegegevens mag de politie gegevens verstrekken aan het bevoegd gezag. Een vereiste hiervoor is dat de verstrekking noodzakelijk is voor de handhaving van de openbare orde. De opslag van grote hoeveelheden (zwaar illegaal) vuurwerk vormt immers een groot gevaar voor de openbare orde en de woonomgeving.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-549806.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.