Gemeenteblad van Lingewaard
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Lingewaard | Gemeenteblad 2024, 547096 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Lingewaard | Gemeenteblad 2024, 547096 | beleidsregel |
Beleidsregels werk, inkomen en bijzondere vergoedingen Lingewaard 2025
Het college van burgemeester en wethouders van Lingewaard heeft op 17 december 2024 de Beleidsregels werk, inkomen en bijzondere vergoedingen Lingewaard 2025 vastgesteld.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard;
besluit vast te stellen de volgende
Beleidsregels werk, inkomen en bijzondere vergoedingen Lingewaard 2025
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In dit hoofdstuk staan regels en uitgangspunten die voor alle onderwerpen in de volgende hoofdstukken gelden.
artikel 1.1. Begripsbepalingen
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Algemene wet bestuursrecht, de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
artikel 1.2. Maatwerk en hardheidsclausule
Bij de uitvoering van deze beleidsregels wil het college een voorziening bieden die de betrokken inwoner nodig heeft om vooruit te komen. Daarom onderzoeken we eerst hoe de situatie van de inwoner is en wat de inwoner wil bereiken. Pas daarna kijken we of de wet en daarmee samenhangende andere regelgeving een instrument kunnen zijn om de inwoner daarbij te helpen.
Het college hanteert deze beleidsregels als richtlijn omdat zij voor de meeste situaties redelijk zijn. Als we vinden dat een besluit volgens deze regels in het geval van de aanvrager niet redelijk zou zijn en/of onvoldoende bijdraagt aan de doelstellingen van de gemeente, kunnen we van de regels afwijken. We leggen dan in de beschikking uit waarom we dat doen.
Hoofdstuk 2. Maandelijkse uitkeringen
In dit hoofdstuk staan regels die we gebruiken bij het vaststellen van uitkeringen. De regels lopen uiteen van de vaststelling van het recht op uitkering, de hoogte van de uitkering en de beëindiging van de uitkering tot de terugvordering van te veel verstrekte uitkering.
Als de regels ook betrekking hebben op andere uitkeringen dan bijstand vermelden we dat.
artikel 2.4. Herziening verlaging
Artikel 18 van de wet noemt in lid 4 acht verplichtingen die bij een uitkering van de gemeente horen. Als de inwoner deze verplichtingen niet nakomt, moeten wij de uitkering verlagen. Dat staat in lid 5 tot en met 8. De inwoner krijgt een brief toegestuurd over de verlaging.
Als de inwoner de verplichtingen alsnog gaat nakomen, kan hij ons vragen de verlaging minder streng te maken.
Wij laten de verlaging in stand als die opgelegd is voor het niet naleven van de verplichtingen in artikel 18 lid 4
Wij halen 50% van de verlaging af als de inwoner er om vraagt binnen een maand nadat hij de brief ontvangen heeft en aantoont (of voldoende aannemelijk maakt) dat hij aan alle verplichtingen voldoet. De halvering van de verlaging gaat in vanaf het moment dat de inwoner aangetoond heeft dat hij aan de verplichtingen voldoet.
artikel 2.5. Commerciële prijs kamerhuur of kostgang
Een overeenkomst voor kamerhuur wordt voor het bepalen van de toepasselijke uitkeringsnorm als commercieel aangemerkt als de betaling per maand hoger is dan
75% van de volgens de methodiek van de Huurcommissie berekende maximale huurprijs (www.huurcommissie.nl, huurprijscheck onzelfstandige woonruimte).
In dit hoofdstuk staan regels over werk en over het aanbieden van hulp om aan het werk te komen en te blijven.
Hoofdstuk 4. Bijzondere bijdragen
Dit hoofdstuk gaat over bijzondere bijstand voor noodzakelijke kosten die de inwoner zelf niet kan betalen en over vergoedingen die het college wenselijk vindt om te zorgen dat een inwoner in staat is om actief en gezond mee te doen in de samenleving. Als we het in dit hoofdstuk over bijstand hebben bedoelen we de bijzondere bijstand volgens artikel 35 van de wet. Wat er in de wet staat over bijstand en de uitleg die rechters daaraan geven, gaat altijd boven wat er in deze beleidsregels staat.
artikel 4.1. Draagkracht uit inkomen en vermogen
Voor de berekening van het inkomen volgens dit hoofdstuk vergelijken we inkomsten inclusief vakantietoeslag altijd met de toepasselijke bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag en inkomsten zonder vakantietoeslag met de norm zonder vakantietoeslag. Bij een combinatie van inclusief en exclusief rekenen we één van beide om.
De berekende totale draagkracht geldt voor een jaar, gerekend vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanvraag gedaan is. Als de draagkracht € 0,00 is en het inkomen van de inwoner naar verwachting niet zal veranderen, hanteren we deze vaststelling drie jaar vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanvraag gedaan is.
artikel 4.3. Terugwerkende kracht
Artikel 44 van de wet regelt dat bijstand pas gegeven kan worden vanaf het moment dat een inwoner zich gemeld heeft om een aanvraag in te dienen. Bij de toekenning van bijzondere bijstand houdt het college ook rekening met kosten die ten hoogste twee maanden vóór het indienen van de aanvraag gemaakt zijn.
Bij het uitbetalen van tegemoetkomingen kiest het college welke manier van uitbetalen het beste is. We willen het liefste dat elke inwoner zelfstandig de regie over zijn leven voert en zelf zijn geld beheert. Als het nodig is kijken we of de inwoner ondersteuning kan krijgen door hulp bij het beheer en de besteding. Het is ook mogelijk om gespreid uit te betalen. Tenslotte kunnen we de inwoner ook volledig ontzorgen door rechtstreeks te betalen aan een aanbieder/leverancier.
artikel 4.6. Rechtsbijstand / griffierecht
Als een inwoner in een gerechtelijke procedure gebruik maakt van een door de overheid betaalde advocaat op grond van de Wet op de rechtsbijstand, komen de te betalen eigen bijdrage, de kantoorkosten en het griffierecht in aanmerking voor bijzondere bijstand. Voor de hoogte van de bijzondere bijstand wordt altijd rekening gehouden met de korting die toegepast wordt na advies bij Het Juridisch Loket (www.juridischloket.nl). Dat gebeurt ook als de inwoner ervoor kiest om rechtstreeks contact met een advocaat op te nemen.
artikel 4.8. Verblijfsvergunning
Er is één uitzondering mogelijk: als het gaat om een hereniging van een erkende vluchteling met zijn gezinsleden en daardoor het recht op gezinsleven volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens uitgeoefend kan worden, kan bijzondere bijstand worden verleend voor de vergunning van de gezinsleden.
artikel 4.9. Verhuizing en woninginrichting
Kosten van verhuizing en woninginrichting moet de inwoner zelf betalen. Alleen als er iets bijzonders is, kan er bijstand worden verleend. Dat kan bijvoorbeeld als een noodzakelijke verhuizing niet redelijkerwijs voorzienbaar was en er geen mogelijkheid is geweest om te reserveren. Ook als een asielzoeker een verblijfsvergunning krijgt en zich vanuit de asielopvang in Lingewaard vestigt, kan het college bijzondere bijstand verlenen.
Bij vervanging van duurzame gebruiksgoederen is het aan de behandelend medewerker om vast te -laten- stellen of reparatie een acceptabele oplossing biedt. De medewerker let hierbij op de kosten van reparatie, de globale levensduur van het goed en de kosten van vervanging. Voor de globale levensduur sluiten we aan bij de door het Nibud vermelde afschrijvingstermijn.
artikel 4.10. Reiskosten / vervoer
Voor afstanden tot 10 kilometer vindt het college een fiets een geschikt vervoermiddel. Als een inwoner niet of niet voldoende heeft kunnen reserveren voor de aanschaf van een (tweedehands) fiets kan eenmalig bijstand worden gegeven. We vergoeden maximaal 60% van het normbedrag van het Nibud voor een gewone fiets.
artikel 4.13. Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering
Het nemen van een aanvullende verzekering is een vrije keuze en de verzekering kan niet gezien worden als een voorliggende voorziening in de zin van de Participatiewet. Wel volgen wij de uitspraken van rechters: medische kosten worden passend en voldoende vergoed vanuit de voorliggende voorzieningen Wet langdurige zorg (Wlz) en de Zorgverzekeringswet (Zvw). Voor medische kosten die de wetgever bewust buiten de Zvw en de Wlz gelaten heeft, kan geen beroep op bijzondere bijstand worden gedaan.
In uitzonderlijke gevallen kan op grond van de hardheidsclausule van artikel 1.2 toch een tegemoetkoming verleend worden aan een inwoner die geen gebruik maakt van een aanvullende ziektekostenverzekering. Dan wordt wel rekening gehouden met de vergoeding die van de aanvullende verzekering ontvangen zou zijn.
Als de woonkosten hoger zijn dan de maximale huur volgens de Wet op de huurtoeslag wordt het berekende bedrag verhoogd met het deel van de werkelijke woonkosten boven de maximale huur. De bijzondere bijstand wordt dan toegekend voor de duur van maximaal een jaar. De inwoner krijgt daarbij de verplichting opgelegd om op zoek te gaan naar een andere woning, waarvan de kosten beter passen bij zijn inkomen. Zodra de inwoner een goedkopere woning heeft kunnen accepteren eindigt de bijzondere bijstand. Als de inwoner voldoende moeite heeft gedaan, maar geen beter geschikte woning gevonden heeft, kan de bijstandverlening met een jaar worden verlengd.
artikel 4.17. Aanvullend levensonderhoud jongvolwassenen
Als een beroep op de ouders onmogelijk of erg onwenselijk is, verleent het college bijzondere bijstand. De hoogte van deze bijstand wordt zo vastgesteld dat de periodieke bijstand of de eigen inkomsten worden aangevuld tot de bijstandsnorm voor een zelfstandig wonende van 21 jaar of ouder. Indien nodig verlenen wij ook een woonkostentoeslag volgens artikel 4.15.
De inwoner kan een aanvraag indienen via de website www.meedoeninlingewaard.nl.
De inwoner kan kiezen voor een geldbedrag van € 125,00 of voor een tegemoetkoming in punten met een waarde van maximaal € 250,00. Een gekozen puntensaldo kan benut worden voor de aankoop van een lidmaatschap via de webwinkel op www.meedoeninlingewaard.nl. Als na aankoop nog een aantal punten overblijft, kan dit in geld worden uitbetaald tot een maximum van € 125,00. Ook dit bedrag is bedoeld voor meedoen in de samenleving.
Het kindpakket kan worden aangevraagd via www.meedoeninlingewaard.nl.
Voor elk kind is een puntensaldo van 600 per jaar beschikbaar, te besteden via de webwinkel op www.meedoeninlingewaard.nl. De besteding moet gebeuren vóór 15 december van het betreffende jaar.
Aldus vastgesteld op 17 december 2024,
burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard,
de secretaris,
drs. I.P. van der Valk
de burgemeester,
dr. P.T.A.M. Kalfs
Het college van burgemeester en wethouders heeft de opdracht om inwoners te helpen als die inwoners niet zelf voor hun levensonderhoud kunnen zorgen. Het college doet dat door maandelijks bijstand te geven zodat de inwoner over een inkomen kan beschikken. Ook probeert het college er voor te zorgen dat de inwoner aan het werk kan, om op die manier zelf voor voldoende inkomen te zorgen. Als er door bijzondere omstandigheden kosten ontstaan die de inwoner niet zelf kan betalen, kan het college extra bijstand geven. Tot slot kan het college nog hulp bieden bij actief en gezond meedoen in de samenleving.
Veel regels voor deze taak van het college staan al in de wet en in de verordening. Voor de keuzes die aan het college overgelaten zijn, bestaan tot nu toe meerdere richtlijnen en beleidsregels, die op verschillende momenten en in verschillende documenten zijn vastgelegd. Het college wil graag zorgen voor meer toegankelijkheid en meer duidelijkheid over die regels, onder meer door alles op te nemen in één document. Daarom worden deze beleidsregels vastgesteld.
Bij het opstellen van de beleidsregels heeft het college bestaande regels zoveel mogelijk overgenomen. Daarbij zijn regels uit wetten en verordeningen weggelaten, omdat die de omvang en de ontoegankelijkheid vergroten en onbedoeld de indruk kunnen wekken dat het college die regels zou kunnen veranderen.
Waar het college op basis van de huidige visie en uitvoeringsinzichten een verandering van de beleidsregels noodzakelijk of wenselijk vond en een keuze eenvoudig gemaakt kon worden, is die wijziging doorgevoerd. In een bijlage bij het collegevoorstel is vermeld bij welke onderwerpen dit gebeurd is.
Waar een keuze minder voor de hand ligt en beter onderzocht moet worden heeft het college de bestaande regels gevolgd. Wel heeft het college, in een andere bijlage bij het collegevoorstel, vastgelegd dat op die onderwerpen nog nader onderzoek moet plaatsvinden.
Bij de vaststelling van deze beleidsregels realiseert het college zich dat de andere weergave van bestaande regels, die in een zeer kort tijdsbestek tot stand gekomen is, kan leiden tot interpretatieverschillen. Het college kiest er desondanks voor de regels op deze manier vast te stellen om de toegankelijkheid en duidelijkheid voor inwoners en uitvoerders. In de loop van 2025 zullen tenminste twee evaluatiemomenten vastgelegd worden, waarbij ook klaarblijkelijke missers gecorrigeerd kunnen worden. In de jaren na 2025 zal tenminste eenmaal per jaar een actualisering van de beleidsregels plaatsvinden.
Omdat in de meeste gevallen de bestaande regelgeving is overgenomen, wordt er geen artikelsgewijze toelichting bij deze beleidsregels opgenomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-547096.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.