Aanwijzingsbesluit voor het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten in de vorm van het exploiteren van een hotel in de Binnen Wieringerstraat 9, gemeente Amsterdam

De burgemeester van Amsterdam

 

Gelet op:

 

  • -

    artikel 2.16A van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV);

  • -

    regionaal Veiligheidsplan 2023-2026;

  • -

    bestuurlijke rapportage van de politie d.d. 12 juli 2019;

  • -

    het aanwijzingsbesluit vergunningplicht voor het exploiteren van een hotel in het pand Korte van Eeghenstraat 8, gemeente Amsterdam d.d. 5 december 2019;

  • -

    het weigeringsbesluit van de exploitatievergunning van Hotel Parkview d.d. 18 april 2024.

Overweegt dat:

 

  • -

    als een van de ambities van de Amsterdamse driehoek in het Regionaal Veiligheidsplan 2023-2026 is benoemd: het duurzaam verstoren en beëindigen van georganiseerde ondermijnende (drugs)criminaliteit, het voorkomen van jonge aanwas en doorbreken van criminele carrières, het tegengaan van de verwevenheid van de onder- en bovenwereld en het voorkomen van verdere innesteling van ondermijnende criminaliteit in wijken en buurten;

  • -

    de burgemeester op grond van artikel 2.16A, lid 1 van de APV een gebied, straat of gebouw kan aanwijzen waarin het verboden is zonder vergunning als bedoeld in artikel 3.64 van de APV bepaalde categorieën bedrijfsmatige activiteiten uit te oefenen die naar zijn oordeel de openbare orde verstoren, het woon- en leefklimaat aantasten of anderszins ondermijning veroorzaken;

  • -

    de uiteindelijk belanghebbende en diens bedrijfsvoering van een onderneming in een aangewezen gebied of gebouw mogelijk ook elders in de stad een onderneming exploiteert.

  • -

    de burgemeester op grond van artikel 2.16A, lid 2 van de APV gebouwen kan aanwijzen waar het verbod van artikel 3.64 APV van toepassing is als in de afgelopen vijf jaar een vergunning op basis van dat artikel aan een betrokkene bij de exploitatie van die gebouwen zijn geweigerd of buiten behandeling zijn gesteld.

  • -

    in de onmiddellijke nabijheid van het pand Korte van Eeghenstraat 8 tweemaal (in 2018 en 2019) een explosief is geplaatst waarvan één daadwerkelijk is afgegaan, en waarbij in de bestuurlijke rapportage van de politie d.d. 12 juli 2019 een link is gelegd tussen de exploitatie van het hotel in dat pand en de geplaatste explosieven.

  • -

    gezien vorenstaande het pand Korte van Eeghenstraat 8 aangewezen is als pand waarin het exploiteren van een hotel verboden is zonder te beschikken over een vergunning als bedoeld in art. 3.64 APV, zoals omschreven in het aanwijzingsbesluit d.d. 5 december 2019.

  • -

    de exploitatievergunning voor het hotel in het pand Korte van Eeghenstraat 8 geweigerd is, omdat het niet aannemelijk is dat de feitelijke exploitatie van het hotel in overeenstemming zal zijn met hetgeen in de aanvraag van de exploitant is vermeld en vanwege het vermoeden dat de vergunning gebruikt zal worden om strafbare feiten te plegen;

  • -

    de uiteindelijk belanghebbende van het hotel in het gebouw Korte van Eeghenstraat 8 ook een hotel exploiteert in het gebouw Binnen Wieringerstraat 9 te Amsterdam;

  • -

    de hotels onder één entiteit worden geëxploiteerd, met eenzelfde ondernemingsconcept, en derhalve aannemelijk is dat dezelfde risico’s zich voordoen ten aanzien van de bedrijfsvoering in het gebouw Binnen Wieringerstraat 9.

  • -

    de bestuurlijke maatregel sluiten een repressief middel is om de openbare orde te herstellen en derhalve niet toereikend is in kader van een (preventieve) aanpak van ondermijning;

  • -

    een vergunningplicht geldt voor gevestigde en toekomstige ondernemingen die in een gebied of gebouw actief zijn en derhalve ook een preventief middel is tegen vestiging van mogelijk malafide ondernemers;

  • -

    strafrechtelijk vervolgen eveneens niet toereikend is om ondermijnende activiteiten in een onderneming te weren, onder meer wegens kans op stromanconstructies (het inzetten van personen uit het mogelijk criminele netwerk waarvan geen justitiële of politiële antecedenten bekend zijn om zo de ondermijnende activiteiten te kunnen voortzetten);

  • -

    gezien het vorenstaande en de beperkte bestuurlijke instrumenten in kader van de ondermijningsaanpak, het instellen van een vergunningplicht, die een voorafgaande integrale toets van de bedrijfsvoering inclusief financiering mogelijk maakt, derhalve noodzakelijk en doelmatig is;

  • -

    door invoering van een vergunningplicht een instrument voorhanden is om in geval van een negatieve beoordeling van een andere aanvraag van een betrokkene de vergunningplicht ook van toepassing te laten zijn voor panden waarin de betrokkene eveneens exploiteert ;

  • -

    de invoering van een pandgerichte vergunningplicht niet discriminatoir is, omdat voor alle negatief beoordeelde ondernemingen geldt dat vestigingen elders in de stad aangewezen kunnen worden.

  • -

    door het instellen van een vergunningplicht op het pand Binnen Wieringerstraat 9 toezicht en handhaving op de bedrijfsmatige activiteiten mogelijk wordt;

  • -

    het instrument gerechtvaardigd is gezien de ondermijnende activiteiten die zich vermoedelijk in het pand voordoen en de noodzaak om geen criminele activiteiten te faciliteren.

Brengt ter algemene kennis dat zij op 18 december 2024 heeft besloten:

 

  • A)

    Het gebouw Binnen Wieringerstraat 9, kadastraal bekend als ASD09 M 05292 G 0000, aan te wijzen als pand waarin het exploiteren van een hotel niet is toegestaan zonder te beschikken over een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.64 van de APV.

  • B)

    De Wet Bibob van toepassing is op de vergunningsaanvraag.

  • C)

    De termijn als bedoeld in artikel 3.69 van de APV, waarop de vergunningplicht in werking treedt, vast te stellen op direct, met dien verstande dat indien een aanvraag om vergunning is ingediend de bedrijfsmatige activiteiten in principe kunnen worden voortgezet totdat op de aanvraag een besluit is genomen.

  • D)

    Gelet op bovenstaande de termijn op direct is vastgesteld vanwege het risico op doorverkoop en stromanconstructies.

  • E)

    De termijn waarbinnen de vergunning aangevraagd moet worden en waarna handhavend opgetreden kan worden vast te stellen op vier weken na inwerkingtreding van dit besluit.

  • F)

    Dit besluit in werking te laten treden op de dag na die van bekendmaking in het Gemeenteblad. Het besluit kan worden aangehaald als “Aanwijzingsbesluit Binnen Wieringerstraat 9”.

Burgemeester van Amsterdam voornoemd,

Femke Halsema

 

Niet eens met dit besluit?

Bent u het niet eens met dit besluit? Dan kunt u binnen zes weken na de datum op deze brief bezwaar maken. In uw bezwaarschrift moet staan: uw naam, adres, woonplaats, telefoonnummer, de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft en uw handtekening, het kenmerknummer van dit besluit en de reden waarom u bezwaar maakt. Stuur ook een kopie van deze brief mee. Stuur uw bezwaarschrift naar: De burgemeester van Amsterdam, Directie Juridische Zaken, Postbus 202, 1000 AE Amsterdam.

Naar boven