1e wijziging Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Brummen 2024

Kenmerk Z104653/D446239

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE BRUMMEN

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 november 2024 met kenmerk Z104653/D442607;

 

Gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden, artikel 26 van de Invorderingswet 1990 en de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990;

 

B E S L U I T :

 

vast te stellen de volgende wijziging van de Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Brummen 2024 (1e wijziging)

Artikel I Wijziging artikel 1

Artikel 1 komt als volgt te luiden:

Artikel 1 Omvang kwijtschelding

  • 1.

    Bij invordering van de volgende belastingen kan kwijtschelding worden verleend voor:

    • a.

      rioolheffing:

      • 1.

        de belasting, bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Verordening riool- en waterzorgheffing;

      • 2.

        de belasting, bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Verordening riool- en waterzorgheffing tot een maximum van het bedrag dat gelijk staat aan een waterafvoer van 100 m3 per jaar;

    • b.

      afvalstoffenheffing:

      • 1.

        de belasting, bedoeld in artikel 2 van de tarieventabel behorende bij de Verordening afvalstoffenheffing;

      • 2.

        de belasting, bedoeld in artikel 3 van de tarieventabel behorende bij de Verordening afvalstoffenheffing tot een bedrag dat maximaal gelijk staat aan vier ledigingen per jaar van een container voor restafval van 240 liter en dat maximaal gelijk staat aan twaalf ledigingen van een container voor GFT-afval van 240 liter.

  • 2.

    Geen kwijtschelding wordt verleend voor andere belastingen dan genoemd in het eerste lid.

Artikel II Wijziging artikel 7

  • 1.

    Artikel 7, tweede lid, vervalt.

  • 2.

    Het nummer (1.) voor het eerste lid van artikel 7 vervalt.

Artikel III Inwerkingtreding en overgangsrecht

  • 1.

    Artikel I van dit besluit treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Op aanvragen om kwijtschelding van afvalstoffenheffing die betrekking hebben op de belastingjaren 2024 en eerder blijft de Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Brummen 2024 zoals die gold op de dag voor de inwerkingtreding van dit besluit van toepassing.

  • 3.

    Artikel II van dit besluit treedt in werking op 1 januari 2027.

 

Dit besluit is genomen tijdens de openbare raadsvergadering van 19 december 2024.

De raad van de gemeente Brummen,

de griffier, M.E.A. Knook

de voorzitter, G.J.A. van Rumund

Toelichting 1e wijziging Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Brummen 2024  

Artikel I Wijziging artikel 1

In de regeling werd verwezen naar de verordening rioolheffing met vermelding van het jaartal. Dat jaartal wordt geschrapt, om te voorkomen dat jaarlijks deze regeling moet worden aangepast. De verwijzing betreft de verwijzing naar de verordening op basis waarvan de belastingschuld is vastgesteld en waarvoor kwijtschelding wordt gevraagd.

 

Bij de rioolheffing is strikt genomen niet het waterverbruik, maar de waterafvoer de maatstaf van heffing. Die term is daarom ook in deze regeling opgenomen. Inhoudelijk is daarmee geen wijziging beoogd.

 

Door een andere opzet van de tarieventabel bij de afvalstoffenheffing per 2025, moet de verwijzing worden aangepast. Daarin voorziet deze wijziging. Inhoudelijk is daarmee geen wijziging beoogd.

 

Artikel II Wijziging artikel 7

Bij het vaststellen van de Regeling kwijtschelding is voorzien dat artikel 6 op 1 januari 2027 wordt ingetrokken en artikel 7 en 8 worden vernummerd. Het huidige artikel 7, tweede lid, regelt dat. Daarbij is over het hoofd gezien dat artikel 7, tweede lid, na die intrekking in de regeling blijft staan (maar dan als artikel 6, tweede lid). Daardoor zou onduidelijkheid kunnen ontstaan wat daarmee bedoeld wordt en of die bepaling nog moet worden toegepast. Daarom wordt met de wijziging van dat artikel in dit besluit geregeld dat dat artikel zelf ook wijzigt (op 1 januari 2027, zie artikel III), zodat het tweede lid daaruit verdwijnt. Het eerste lid is dan het enige lid, zodat het nummer (1.) daarvoor moet worden geschrapt.

 

Artikel III Inwerkingtreding en overgangsrecht

Artikel I regelt de wijziging van artikel 1. Die wijziging gaat in op 1 januari 2025.

De wijziging van de afvalstoffenheffing hangt samen met de wijziging van de tarieventabel die in 2025 in gaat. Het is mogelijk dat in 2025 nog belastingaanslagen over eerdere jaren worden opgelegd. Daarvoor kunnen dan in 2025 nog aanvragen om kwijtschelding worden ingediend. Om te voorkomen dat deze nieuwe regeling daarvoor zou gelden en daardoor naar verkeerde artikelen in de verordening afvalstoffenheffing wordt verwezen, is in dit artikel een overgangsbepaling opgenomen. Die aanvragen worden dus afgehandeld op basis van de kwijtscheldingsregeling zoals die gold vóór deze wijziging.

Voor de rioolheffing kan de wijziging wel worden toegepast op kwijtscheldingsaanvragen over voorgaande jaren.

In het derde lid is geregeld dat de artikel II van dit besluit op 1 januari 2027 in werking treedt. Dat hangt samen met de inhoud van dat artikel 7 zelf.

Naar boven