Ontheffingenbeleid voor toegang tot het voetgangersgebied in het centrum van Dalfsen

Beleidsregel voor het verlenen van toegang van gemotoriseerd verkeer tot het voetgangersgebied in het centrum van Dalfsen.

AANLEIDING

In het ‘Verkeersplan Klimaatwinkelstraat’, op 13 november 2024 geaccordeerd door het college en op 2 december 2024 vastgesteld door de raad, wordt de visie op de verkeerskundige inrichting van Prinsenstraat en Kerkplein, ook wel ‘Klimaatwinkelstraat’, omschreven.

Aanpak van Prinsenstraat en Kerkplein is het eerste deel van de herinrichting van het centrum van gemeente Dalfsen. Uit oogpunt van samenhangend beleid, uniformiteit en herkenbaarheid, dienen de opzet van het ‘Verkeersplan Klimaatwinkelstraat’, samen met deze beleidsregel, ook als vertrekpunt voor de herinrichting van het overige deel van het centrumgebied van Dalfsen.

INLEIDING

In Hoofdstuk 2.3 van het ‘Verkeersplan Klimaatwinkelstraat’ staat: ‘de beleidsregels voor het verlenen van ontheffingen worden door het college separaat vastgesteld, conform de strekking van dit verkeersplan’.

WETTELIJK EN REGELGEVEND KADER

Ontheffing wordt verleend op grond van art 87 van het RVV 1990 (Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens) en de artikelen 149 en 150 van de Wegenverkeerswet 1994.

WERKINGSSFEER

Het huidige voetgangersgebied wordt gevormd door Prinsenstraat en Kerkplein. Bijlage1 betreft een plattegrond van het voetgangersgebied, inclusief rijroutes.

WAT WORDT GEREGELD?

Doelgroepen

Het is van belang om doelgroepen te onderscheiden om zo de noodzaak van het inrijden van het gebied te kunnen beoordelen.

De doelgroepen bestaan uit:

• Eigenaren van woningen met een parkeerplaats op eigen terrein;

• Bedrijven of instellingen met een parkeerplaats op eigen terrein;

• Bedrijven die bouw-, installatie-, reparatie- en verhuiswerkzaamheden uitvoeren;

• Noodhulpdiensten en calamiteiten;

• Bezoekers (t)rouwdiensten;

• Storingsdiensten;

• Geld- en waarde transporten;

• Transporteurs van bederfelijke waren;

• Diensten voor beheer, onderhoud en handhaving;

• Vuilophaaldiensten.

Venstertijden en tijdvakken

Binnen venstertijden mag geladen en gelost worden op maandag tot en met zaterdag van 7.00 uur tot 12.00 uur. Buiten venstertijden (de ‘tijdvakken’) kan, onder voorwaarden, ontheffing worden verleend.

Tijdelijke en permanente ontheffingen

Doelgroepen die in aanmerking komen voor een (tijdelijke) ontheffing, kunnen een permanente ontheffing voor de duur van één jaar krijgen als ze hier aantoonbaar (meer dan 12 x per jaar) gebruik van moeten maken.

Ontheffingenbeleid voor toegang tot het voetgangersgebied in het centrum van Dalfsen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze beleidsregel verstaat onder:

• a. bewoner: een natuurlijk persoon die volgens de Gemeentelijke Basis Administratie op een adres in het voetgangersgebied is ingeschreven;

• b. voetgangersgebied: het gebied dat wordt begrensd door de borden G7-zonaal uit het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en is aangegeven op de kaart in bijlage 1. Fietsers worden door middel van een onderbord uitgezonderd.

• c. eigen parkeerplaats: een parkeerplaats die aan de aanvrager van de ontheffing ter beschikking staat krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht;

• d. Noodhulpdiensten: ambulancezorg, huisartsenpost, verloskundigen, politie en brandweer;

• e. laden en lossen en of bevoorraden: het onmiddellijk nadat het voertuig tot stilstand is gebracht bij voortduring inladen of uitladen van goederen van enige omvang of enig gewicht, gedurende de tijd die daarvoor nodig is;

• f. motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990.

• g. bedrijf: een natuurlijk persoon of een rechtspersoon die volgens het Handelsregister een vestiging heeft op een adres in het voetgangersgebied;

• h. ontheffing: een in de zin van artikel 87 RVV 1990 door het college van burgemeester en wethouders te verlenen ontheffing, waarmee het is toegestaan om met een motorvoertuig het voetgangersgebied, of een gedeelte daarvan, in- en uit te rijden;

• i. ontheffingshouder: de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie ontheffing is verleend;

• j. parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen;

• k. tijdvakken: de verschillende perioden binnen een etmaal buiten de venstertijd.

• l. venstertijden: de door het college bij besluit vastgestelde (venster)tijden, gedurende welke het voetgangersgebied toegankelijk is voor laad- en losverkeer.

• m. voertuighouder: degene die naar omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, en is ingeschreven in het kentekenregister.

• n. bedrijfsvoertuig: een voertuig op vier of meer wielen, niet zijnde een voertuig met beperkte snelheid of een landbouwtrekker en ingericht voor het vervoer van goederen en/of het uitvoeren van werkzaamheden; en aangeduid als bedrijfsvoertuig volgens het afgegeven kentekenbewijs.

• o. calamiteit: een (natuur)ramp of een niet-verwachte gebeurtenis die ernstige schade kan veroorzaken of een alarmering van een inbraakalarm;

• p. bederfelijke waren: tijd- en temperatuurgevoelige producten die een zorgvuldige behandeling en verzending vereisen om hun versheid te behouden. Waarvan kwaliteitsverlies schadelijk kan zijn voor de gezondheid.

• q. nachtelijke uren: het tijdvak tussen en 23:00 en 07:00 uur.

Artikel 2 Aanvraag ontheffing

• 1. Een ontheffing moet minimaal 4 weken voor de gewenste ingangsdatum worden aangevraagd.

• 2. Een aanvraag om ontheffing wordt digitaal ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen. www.dalfsen.nl/verkeersontheffing-aanvragen

• 3. Voor beoordeling worden de volgende gegevens aan de gemeente verstrekt;

  • a. het soort voertuig;

  • b. het tijdvak waarvoor ontheffing wordt gevraagd;

  • c. de aantoonbare noodzaak van de ontheffing en het ontbreken van een passend alternatief;

  • d. de onbereikbaarheid van bepaalde locaties op een andere wijze.

Artikel 3 Beslistermijn

• 1. Het college beslist binnen 4 weken na ontvangst van een aanvraag over een ontheffing.

• 2. Het college kan de in het eerste lid genoemde termijn met 2 weken verlengen.

• 3. Aanvrager ontvangt een schriftelijk besluit waaruit blijkt of de aanvraag wordt verleend of geweigerd.

Artikel 4 Gegevens, voorschriften en beperkingen

• 1. De ontheffing bevat in ieder geval de volgende gegevens:

  • a. de periode, en gelegenheid, waarvoor de ontheffing geldt;

  • b. tijdvak(ken) waarvoor de ontheffing geldt;

  • c. de naam van de ontheffingshouder, en/of het kenteken van het motorvoertuig (uitgezonderd artikel 12, rouw- en trouwdiensten);

  • d. het voorschrift dat in het voetgangersgebied maximaal stapvoets gereden mag worden.

• 2. De ontheffing is niet overdraagbaar aan andere (rechts)personen.

• 3. Er kunnen tijdelijke en permanente ontheffingen worden verleend.

• 4. Een permanente ontheffing wordt verleend voor de duur van maximaal een kalenderjaar.

• 5. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag zijn leges verschuldigd.

• 6. De ontheffing kan worden afgegeven op naam, voertuigkenmerk en/of kenteken.

• 7. Het college kan aan een ontheffing voorschriften verbinden tot bescherming van de leefbaarheid en de ruimtelijke kwaliteit van het centrum, het verzekeren van de veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers.

Artikel 5 Gebruik en eventuele wijziging van de ontheffing

Tijdens de periode(s) waar binnen het inrijden van het gebied is toegestaan, is verplicht dat de ontheffingshouder;

• 1. de ontheffing op verzoek van een bevoegd ambtenaar kan tonen.

• 2. wijzigingen in de eerder verstrekte gegevens zo spoedig mogelijk meldt.

• 3. de in- en uitrijroutes van het voetgangersgebied respecteert.

Artikel 6 Intrekkings- en wijzigingsgronden

Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen:

• a. op verzoek van de vergunninghouder; of wanneer:

• b. de ontheffingshouder niet meer in het gebied woont of er geen bedrijf meer uitoefent;

• c. zich een wijziging voordoet in een van de omstandigheden die relevant waren voor het verlenen van de ontheffing;

• d. het verschuldigde legesbedrag niet binnen redelijke termijn is betaald;

• e. de ontheffingshouder handelt in strijd met de regels van de ontheffing;

• f. blijkt dat bij de aanvraag van de ontheffing onjuiste gegevens zijn verstrekt;

• g. de ontheffing wordt gebruikt voor andere doelen dan waarvoor deze is verstrekt;

• h. er redenen zijn van openbaar belang.

Artikel 7 Diefstal, verlies of vermissing

Bij diefstal, verlies of vermissing van de ontheffing kan een duplicaat worden verkregen.

Artikel 8 Ontheffing voor bewoners met eigen parkeerplaats

Voor het inrijden van het voetgangersgebied kan een vaste ontheffing worden verleend aan een bewoner met één of meerdere eigen parkeerplaatsen, wanneer deze uitsluitend via het voetgangersgebied bereikbaar zijn. Per eigen parkeervak kan één vaste ontheffing verstrekt worden.

Er zijn maximaal twee kentekenvermeldingen per ontheffing mogelijk. De ontheffing;

• a. wordt verleend aan een aanvrager die is ingeschreven op een woonadres in het gebied;

• b. wordt op kenteken gesteld;

• c. vereist dat de bewoner de houder van het voertuig moet zijn;

Artikel 9 Ontheffing voor bedrijven en instellingen met eigen parkeerplaats

• 1. Aan bedrijven en instellingen met een eigen parkeerplaats, die uitsluitend via het voetgangersgebied kan worden bereikt, kan ontheffing worden verleend voor het in- en uitrijden van dit gebied.

• 2. Het maximale aantal ontheffingen per bedrijf of instelling, zoals bedoeld in het eerste lid, is gelijk aan het aantal per adres beschikbare parkeerplaatsen op eigen terrein.

• 3. De ontheffing geldt uitdrukkelijk niet voor het parkeren in het voetgangersgebied zelf.

• 4. De ontheffing wordt afgegeven op kenteken.

• 5. Er wordt alleen ontheffing verleend aan een aanvrager die volgens de inschrijving in de Kamer van Koophandel een vestiging heeft in het voetgangersgebied.

• 6. De ontheffing geldt voor maximaal een jaar.

Artikel 10 Tijdelijke ontheffingen voor bouw-, installatie-, reparatie- en verhuisverkeer

• 1. Ontheffing ten behoeve van het gebruiken, in- en uitladen van gereedschap, apparatuur, materialen e.d. buiten de laad- en lostijden, met uitzondering van de nachtelijke uren, kan worden verleend aan bedrijven die zich bezig houden met bouw-, installatie-, reparatiewerkzaamheden.

• 2. Ontheffing ten behoeve van een verhuizing buiten de laad- en lostijden, met uitzondering van de nachtelijke uren, kan worden verleend aan bedrijven/instellingen en bewoners.

• 3. De in dit artikel genoemde ontheffingen worden niet verleend voor motorvoer-tuigen waarvan het kenteken op naam staat van een ondernemer die gevestigd is in het voetgangersgebied.

• 4. De ontheffing wordt afgegeven op kenteken.

• 5. De ontheffing geldt voor maximaal een half jaar.

Artikel 12 Rouw- en trouwdiensten

• 1. Voor de kerk in het centrum worden maximaal vijf ontheffingen verstrekt ten behoeve van (t)rouwstoeten. Deze zijn geldig tijdens de kerkdienst.

• 2. De ontheffingen worden voorafgaand aan de (t)rouwdienst door een vertegenwoordiger van de kerk uitgereikt aan de bestuurders van maximaal vijf volgauto’s die in één rij aan de uiterste westzijde van de kerk op het Kerkplein mogen parkeren.

• 3. Inrijden gebeurt via Vechtstraat en Molendijk. Uitrijden via Molendijk.

• 4. Na de (t)rouwdienst worden de ontheffingen weer door een vertegenwoordiger van de kerk ingenomen, zodat ze de volgende keer opnieuw kunnen worden gebruikt.

• 5. Het tijdelijk parkeren van de lijkwagen bij de toegangsweg naar het gebouw ‘de Overkant’ en aan de westzijde van de kerk, wordt gedoogd.

Artikel 13 Noodhulpdiensten, calamiteiten

Noodhulpdiensten mogen te allen tijde het voetgangersgebied in- en uitrijden mits:

• de motorvoertuigen worden gebruikt voor de uitoefening van hun functie;

• het gebruik van het voertuig noodzakelijk is voor de functie-uitoefening.

Artikel 14 Storingsdiensten

• 1. Storingsdiensten (loodgietersbedrijven, nutsbedrijven, glasleveranciers e.d.) mogen het voetgangersgebied in- en uitrijden indien het verhelpen van een storing spoed vereist en niet kan plaatsvinden tijdens de laad- en lostijden.

• 2. Deze uitzondering geldt uitdrukkelijk niet voor geplande reguliere werkzaamheden. Hiervoor is artikel 10 van toepassing.

Artikel 15 Geld- en waarde transporten; transporteurs van bederfelijke waren; diensten voor beheer en onderhoud openbare ruimte; handhaving (boa’s); vuilophaaldiensten

• 1. Herkenbare geld- en waardetransporten en transporten met vervoer van bederfelijke waren, gerelateerd aan de bedrijfsvoering, mogen ter uitvoering van hun werkzaamheden het voetgangersgebied te allen tijde in- en uitrijden.

• 2. Diensten voor beheer, onderhoud en handhaving, mogen het gebied te allen tijde in- en uitrijden.

• 3. Bedrijven of diensten die zich bezighouden met het ophalen van vuil/afval mogen ter uitvoering van hun werkzaamheden het voetgangersgebied in- en uitrijden tijdens laad- en lostijden.

Artikel 16 Inwerkingtreding en slotbepalingen

• 1. Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking.

• 2. Het college kan in bijzondere gevallen bepalingen van deze beleidsregels buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing, gelet op het belang van de aanvrager, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 17 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: ‘Ontheffingenbeleid voor toegang tot het voetgangersgebied in het centrum van Dalfsen’.

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen in haar vergadering van 17 december 2024.

Het college voornoemd,

de burgemeester de gemeentesecretaris

H. Jager H.J. van der Woude

Bijlage 1