Gemeenteblad van Bergeijk
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bergeijk | Gemeenteblad 2024, 537999 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Bergeijk | Gemeenteblad 2024, 537999 | beleidsregel |
Actieplan Dakloosheid regio Eindhoven 2024-2030
Op 1 december 2022 is door ministeries van VWS, BZK en SZW, de VNG, woningbouwcorporaties, zorgaanbieders, cliëntorganisaties en andere belanghebbende partijen het Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis gelanceerd (bijlage 1). Dit plan geeft invulling aan de ambitie om dakloosheid eind 2030 te beëindigen. Hieraan heeft Nederland zich gecommitteerd door het ondertekenen van de Verklaring van Lissabon (bijlage 1).
Met het Nationaal Actieplan wordt de focus verlegd van opvang naar preventie en wonen met ondersteuning op maat. Een beweging die we in onze regio al proberen te maken. Het plan omvat een domeinoverstijgende aanpak. In het plan is opgenomen dat we integraal werken aan het beëindigen van dakloosheid in 2030 door in te zetten op 6 actielijnen met 6 leidende principes als kompas. De actielijnen zijn:
In februari 2023 is het bestuurlijk overleg MO/BW geïnformeerd over het Nationaal Actieplan en de daarbij gemaakte bestuurlijke afspraken (zie bijlage 1). Er is toen afgesproken om de implicaties van deze afspraken voor onze regio te onderzoeken en gezamenlijk tot een regionaal voorstel te komen om de 6 actielijnen volgens de leidende principes op te pakken. Hierbij is besloten dat we zoveel mogelijk aanhaken bij de werkwijze en inhoudelijke keuzes zoals die voor BW gemaakt zijn.
In de afgelopen periode is samen met de 15 betrokken gemeenten in de regio Eindhoven: Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Heeze-Leende, Nuenen, Oirschot, Reusel-de Mierden, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven, Waalre het Actieplan Dakloosheid regio Eindhoven 2024-2030 opgesteld.
Om de landelijke ambitie te behalen is samenwerking tussen verschillende domeinen, zowel in uitvoering als beleid essentieel. Dit betekent dat we partijen op het gebied van werk, inkomen, volksgezondheid, veiligheid, welzijn en wonen nodig hebben. De invulling van dit actieplan en de uitwerking in het overzicht is getoetst bij partijen die essentieel zijn voor de uitvoering, zoals ervaringsdeskundigen, woningcorporaties en welzijn- en zorgpartners.
Met dit Actieplan Dakloosheid regio Eindhoven:
Op basis van de gemaakte afspraken zijn regionale ambities en uitgangspunten geformuleerd. Allereest is er een overkoepelende ambitie voor het volledige actieplan overeengekomen. Alle ambities en uitgangspunten die per actielijn zijn beschreven dragen bij aan de regionale ambitie.
Vanuit deze ambities en uitgangspunten zijn per actielijn en thema concrete acties en resultaten beschreven in een overzicht Acties per actielijn. Het overzicht Acties per actielijn is geen statisch document. Regionale en landelijke ontwikkelingen worden gevolgd door het programmateam en gedeeld met de regio. Acties en de prioritering ervan kunnen wijzigen door veranderende omstandigheden.
Het is onze ambitie om dakloosheid in de regio Eindhoven fors en structureel terug te dringen in 2030. In de regio Eindhoven zorgen we dat het aantal inwoners dat opvang nodig heeft fors is teruggedrongen, recidive steeds minder voortkomt en de overdracht van (gewelds)patroon van ouder op kind wordt uitgebannen.
Actielijn 1: Bestaanszekerheid
Landelijke doelstelling: Borging van het bestaansminimum.
Het versterken van bestaanszekerheid is een lokale verantwoordelijkheid die we lokaal vormgeven. Iedere gemeente investeert in en organiseert lokaal in ‘Aanpak geldzorgen, armoede en schulden’ en ‘Participatiewet in balans’. Deze aanpak draagt bij aan de bestaanszekerheid van veel Nederlanders, in het bijzonder mensen met een laag inkomen.
Gemeenten geven uitvoering aan vroegsignalering uit de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en werken actief aan het zo vroeg mogelijk laten aanhaken van inwoners met mogelijke problematiek. Gemeenten investeren in de samenwerking met en tussen de lokale teams om snel in te spelen op vroege signalen van risico op dakloosheid.
Landelijke doelstelling: Dakloosheid wordt te allen tijde voorkomen.
Een succesvolle preventieve aanpak van dakloosheid werkt aan sociale inclusie. Dat houdt in dat wonen, inkomen, toegang tot zorg, zelfregie, informele zorg en de sociale basis op orde moeten zijn.
Landelijke doelstelling: Iedereen heeft een stabiele woonplek of wordt begeleid naar een zo thuis mogelijke oplossing, met indien nodig passende ondersteuning.
We dragen gezamenlijk verantwoordelijkheid om het spreiden van locaties in goede banen te leiden en communiceren tijdig en zorgvuldig met elkaar en de betrokken aanbieder. Iedere gemeente zorgt voor voldoende beschikbare en betaalbare huisvesting als doorstroom- of uitstroommogelijkheden voor het zelfstandig(er) wonen.
Actielijn 4: Versterken van de uitvoeringspraktijk
Landelijke doelstelling: Professionals in de uitvoeringspraktijk kunnen op basis van maatwerk snel en integraal ondersteuning bieden. Integraal werken en snelle hulp voor mensen is een randvoorwaarde voor minder dakloosheid. Dat geldt op ieder niveau: landelijk, regionaal en lokaal. Ook is een goede samenwerking tussen het fysieke, veiligheids-medische en sociale domein nodig. Professionals moeten kunnen doen wat nodig is om snel hulp te bieden.
Alle gemeenten dragen zorg voor gespecialiseerde expertise, zoals van de GGZ, de verslavingszorg en de zorg voor mensen met verstandelijke beperkingen, zodat die in de wijk en voor professionals in de wijk in lokale teams beschikbaar is. Daarbij is van belang dat in de toegang breed en proactief bekeken wordt welke ondersteuning iemand nodig heeft.
Bij uitstroom uit de Opvang wordt een warme overdracht verzorgd én zijn de voor de inwoner noodzakelijke randvoorwaarden geregeld (denk aan huisvesting, ambulante ondersteuning, inkomen, werk/(arbeidsmatige) dagbesteding, hulp bij financiën en het betrekken van het sociaal netwerk en de woonomgeving) dit is een lokale verantwoordelijkheid.
Actielijn 5: Ervaringskennis in de hele beleidscyclus
Landelijke doelstelling: Ervaringskennis wordt ingezet in de hele beleidscyclus
De inbreng van ervaringskennis is de sleutel naar effectiever beleid en betere dienstverlening. Het inzetten van ervaringskennis helpt de kloof die is ontstaan tussen de leef- en systeemwereld te verkleinen en het vertrouwen tussen overheid en burger te vergroten. Ervaringskennis wordt ingezet in de hele beleidscyclus, dat betekent zowel in de ontwikkeling van beleid als in het toetsen van beleid op lokaal en nationaal niveau. Ook wordt ervaringskennis ingezet in de uitvoering, in het contact met mensen die (dreigend) dakloos zijn.
Actielijn 6: Speciale aandacht voor bijzondere doelgroepen
Landelijke doelstelling: Daar waar voor bijzondere doelgroepen de generieke aanpak ontoereikend is, wordt extra inzet gepleegd, en worden extra kwetsbare groepen adequaat geholpen.
De groep (dreigend) dakloze mensen is zeer divers. Voor sommige specifieke groepen zijn soms extra acties nodig om tegemoet te komen aan hun behoeften. Vanuit het Actieplan is aandacht voor de extra kwetsbare groepen (dreigend) dakloze jongeren, dakloze LHBTIQ+’ers en dakloze EU-burgers. Voortschrijdend inzicht kan ertoe leiden dat tijdens de looptijd van het Actieplan een nieuwe groep wordt geïdentificeerd.
Hoofdstuk 3 Programmastructuur
Opdrachtgever: Regionaal bestuurlijk overleg BW/MO
Het huidige regionaal programmateam, heeft zich tot nog toe vooral gericht op de doordecentralisatie Beschermd Wonen en realisatie van de vastgestelde visie op Beschermd Wonen. Vanaf januari 2024 (na besluitvorming door colleges) zal het programmateam ook de lead nemen bij de realisatie van het actieplan preventie dakloosheid. Hierin is een afvaardiging van elk van de sub regio's vertegenwoordigd. De regionaal programmamanager is voorzitter van het team en wordt daarbij ondersteund door de regionaal programmaondersteuner.
Het programmateam werkt hierin samen met de 15 gemeenten, uitvoeringsorganisaties en ervaringsdeskundigen. Hiertoe wordt een leer- en ontwikkeltafel (LOT) ingericht. Deze zal in eerste instantie nog meer gericht zijn op de decentralisatie Beschermd wonen, maar zal de samenhang met Maatschappelijke Opvang zoeken en in toekomst doorgroeien naar een bredere Leer- en ontwikkeltafel.
Deze is verantwoordelijk voor het inrichten en realiseren van bemensing van de werkgroepen, monitoren van de werkgroepen, monitoren van de lokale voortgang op vastgestelde actielijnen en ondersteunen waar mogelijk. De programmamanager agendeert voor zowel het programmateam als stuurgroep en bestuurlijk overleg de voortgang en de eventuele knelpunten. De programmamanager organiseert de LOT en zit deze voor. Bij de werkzaamheden wordt de programmamanager ondersteund door de programmaondersteuner.
Vanuit de bestuurlijke opdracht (d.d. 16 februari 2023) heeft het programmateam zich de volgende opdracht gesteld:
Er zijn/zullen regionale werkgroepen worden ingericht, om de beoogde resultaten per actielijn voor elkaar te krijgen. Deze worden bemenst door de verschillende gemeenten.
Om de werkdruk bij gemeenten niet onnodig te belasten, wordt goed gekeken naar de hoeveelheid, planning en benodigde bemensing van werkgroepen (de werkgroepen lokale basis, toegang, PGB en Leer- en ontwikkeltafel zijn in 2023 afgerond). We starten met onderstaande werkgroepen:
Hoofdstuk 4 Rapportage en verantwoording
Voor de rapportage en verantwoording van dit actieplan wordt aangesloten bij de overleg- en verantwoordingsstructuur van Beschermd Wonen. Dat betekent dat er voorbereid wordt op bestuurlijke besluitvorming met:
Het programma wordt periodiek geagendeerd in de subregionale ambtelijke overleggen om zo in een vroegtijdig stadium input en draagvlak te verkrijgen. Agendering vindt plaats door het desbetreffende programmateamlid.
Subregionale bestuurlijke overleggen
Op verzoek kan het programma worden geagendeerd in de subregionale bestuurlijke overleggen. Agendering vindt plaats door de regionaal programmamanager samen met het desbetreffende programmateamlid.
Het programma ondersteunt lokale agendering en besluitvorming. In het programma houden we rekening met eigen agendering in het college en de eigen gemeenteraad als dat van toepassing is. De programmamanager kan desgewenst de betreffende beleidsadviseur of bestuurder daarin ondersteunen.
De monitoring van dit actieplan kent verschillende vormen. Het programmateam houdt regie op de voortgang van het actieplan en stuurt bij waar nodig. Daarnaast dient de regio Eindhoven gegevens aan te leveren voor het landelijke dashboard van het Nationaal Actieplan Dakloosheid. Hiervoor benaderd de VNG jaarlijks centrumgemeenten. Het programmateam zal de verantwoordelijkheid dragen voor een representatief beeld van de regio. Een tweede randvoorwaarde van het Nationaal Actieplan Dakloosheid is ook dat in 2030 alle (dreigend) dakloze mensen in beeld zijn aan de hand van de ETHOS Light definitie. Vooruitlopend op de landelijke monitoring zal de regio Eindhoven deze telling in 2024/2025 uitvoeren.
Bijlage 1 Landelijke ontwikkelingen
Nederland heeft zich gecommitteerd aan de Lissabon Verklaring. Hierbij wordt aangesloten bij de ambitie om dakloosheid eind 2030 te beëindigen. Met de ondertekening hebben we ons aangesloten bij de volgende doelstellingen:
Om de doelstellingen van de Lissabon Verklaring te behalen is eind 2022 is het Nationaal Actieplan Dakloosheid “Eerst een Thuis” gepresenteerd. In het Nationaal Actieplan wordt ingezet op een paradigma shift in de manier waarop we kijken naar en omgaan met dakloosheid. Er wordt flink ingezet op bestaanszekerheid en preventie.
Daarnaast wordt de nadruk verlegd van maatschappelijke opvang naar wonen met begeleiding. Hierbij is het van belang dat er integraal wordt samengewerkt aan huisvesting, bestaanszekerheid, preventie en een toegankelijke overheid.
Leidende principes en actielijnen
Onderstaande zes, met elkaar samenhangende, leidende principes vormen de komende jaren het kompas. Als regio onderschrijven we deze 6 leidende principes. Hier werken we de komende jaren naar toe.
Op basis van de leidende principes en de input van de vele partners en betrokkenen zijn 6 inhoudelijke actielijnen opgesteld:
Het Nationaal Actieplan sluit aan op lopende programma's en trajecten zoals Een Beschermd Thuis, Een (T)huis voor Iedereen, Aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden, de Participatiewet in Balans en Werk aan uitvoering. In onderstaande afbeelding is goed te zien hoe drie grote projecten elkaar versterken.
Gemeenten moeten uitvoering geven aan het landelijke actieplan. Daarvoor zijn op 5 december 2022 bestuurlijke afspraken vastgelegd in het kader van het Nationaal
Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis tussen de rijksoverheid, gemeenten, zorgaanbieders en woningcorporaties. Hierin is opgenomen dat wij, als gemeenten;
Werken integraal en domeinoverstijgend aan het borgen van bestaanszekerheid, preventie, het verbeteren van de uitvoeringspraktijk en Wonen. Eerst op basis van dit Actieplan Dakloosheid regio Eindhoven 2024 - 2030. Bij het opstellen van dit plan betrekken we betrokken aanbieders van ondersteuning en onderdak en corporaties en overige relevante partijen in onze regio en binnen onze gemeente, waaronder in ieder geval ervaringsdeskundigen, opvangorganisaties, woningcorporaties en de afdelingen Zorg, Inkomen en Wonen. Dit plan wordt vastgesteld door alle colleges van Burgemeester en Wethouders in onze regio.
Maken de voortgang van onze regionale plannen van aanpak dakloosheid inzichtelijk door middel van een dashboard. We ondersteunen en stimuleren de beoogde transformatie en spreken elkaar aan wanneer gemeenten onderlinge afspraken niet nakomen. Wij hanteren hierbij de escalatieladder, zoals we deze ook bij de Norm van Opdrachtgeverschap MO/BW inzetten
Bijlage 2 Regionale visie Maatschappelijke Opvang
Op 26 november 2019 is het “Toekomstbeeld Maatschappelijke Opvang' vastgesteld. In dit toekomstbeeld wordt ingezet op (betere) aansluiting bij de leefwereld van inwoners en zorgen dat mensen weer regie over hun leven krijgen. Ook wordt er kritisch gekeken naar wie welke vorm van begeleiding nodig heeft. De visie MO vormt het kader waarbinnen het Regionaal Actieplan Dakloosheid wordt ontwikkeld en uitgevoerd.
Ambitie “Toekomstbeeld Maatschappelijke Opvang":
Vanaf 2021 geven we op een kwalitatieve en transparantere manier vorm aan ons beleid rondom dak- en thuisloze mensen. We zetten in ons toekomstbeeld in op vier pijlers (preventie, basiszorg, maatwerk en nazorg) en hebben aan deze pijlers een 8-tal belangrijke uitgangspunten gekoppeld. We realiseren hiervoor onder andere een 24 uursinstelling en één duidelijke toegang zodat inwoners (en professionals) weten waar zij terecht kunnen.
Vier pijlers voor Maatschappelijke Opvang
In de maatschappelijke opvang onderscheiden we vier pijlers:
Bijlage 3 Regionaal Preventieprogramma Dakloosheid 2021-2023
In de regio Eindhoven is de afgelopen periode regionaal al ingezet op de pijler preventie van dakloosheid. Op basis van de rapportage van de Preventiescanner Dakloosheid, uitgevoerd door de Preventie Alliantie bij Impuls, is vanaf maart 2022 een regionaal programma Preventie van Dakloosheid uitgevoerd.
De uitkomsten van de preventiescanner geven het beeld dat de gemeenten in de regio Eindhoven op verschillende onderdelen van de aanpak beleid hebben geformuleerd. Ook leert het beeld dat nog niet op alle onderdelen van de preventieve aanpak van dakloosheid beleid geformuleerd is vanuit het perspectief van dakloze mensen en dat de samenhang tussen de beleidsvelden versterkt moet worden. Daarnaast moeten de huidige actielijnen geborgd worden in de uitvoeringspraktijk.
De behaalde resultaten van het Regionaal Preventieprogramma willen we nu integreren en voortzetten in het Actieplan Dakloosheid regio Eindhoven.
Bijlage 4 Regionale bestuurlijke afspraken Beschermd Wonen/Maatschappelijke opvang 2020-2026
We sluiten voor MO zoveel mogelijk aan op de structuur en afspraken die we al gemaakt hebben voor de Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen. Zo creëren we een structuur die de samenwerking verder helpt en flexibel de beweging naar “Eerst een Thuis” ondersteunt. De onderstaande afspraken hebben betrekking op de Maatschappelijke Opvang in de regio Eindhoven, bestaande uit:
De gemeenten in de regio Eindhoven houden zich aan het “Convenant Landelijke Toegankelijkheid Maatschappelijke Opvang” dat door centrumgemeente Eindhoven met de VNG is afgesloten. De centrumgemeente Eindhoven is verantwoordelijk voor de regiocheck in het kader van de landelijke toegankelijkheid Opvang aan de hand van de in het landelijke convenant gestelde criteria.
Tot 2026 zorgt centrumgemeente Eindhoven als budgethouder voor de inkoop en subsidiering van Opvang inclusief het bijbehorende contractmanagement. Het mandaat ‘Opdrachtverlening, mandaat, machtiging en volmacht betreffende maatschappelijk wonen, versie d.d. [datum]' voorziet hierin en maakt als bijlage 1 onderdeel uit van deze bestuurlijke afspraken.
Regiogemeenten zijn conform de verantwoordelijkheidsverdeling tussen centrumgemeente en regiogemeenten, zoals vastgesteld bij de herijking van het Stedelijk Kompas, (mede) verantwoordelijk voor preventie van dakloosheid (beperking van instroom) en nazorg (bevorderen van uitstroom). De regiogemeenten creëren de benodigde randvoorwaarden en ondernemen de benodigde activiteiten hiervoor in overleg met de centrumgemeente Eindhoven. Andersom treedt centrumgemeente Eindhoven in overleg met de regiogemeenten over hetgeen zij inkoopt dan wel subsidieert ten behoeve van preventie en nazorg.
Vanwege de landelijke doordecentralisatie van “beschermd wonen en Opvang” is door de gemeenten in de regio Eindhoven aan een plan van aanpak gewerkt. Dit plan bevat een duidelijke koers en richting voor de periode na 31-12-2025 in het geval van maatschappelijke opvang. Het plan van aanpak gaat zowel over beschermd wonen als ook over de Opvang.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-537999.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.