Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden Maasgouw 2025

De raad van de gemeente Maasgouw,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

 

 

B E S L U I T :

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden Maasgouw 2025

(Verordening marktgelden Maasgouw 2025)

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Onder ‘marktdag’ wordt voor de uitvoering van de verordening bedoeld de uren, die ingevolge de Marktverordening de weekmarkt wordt gehouden;

  • b.

    Onder ‘dagplaats’ wordt voor de uitvoering van de verordening bedoeld een standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld aan de vergunninghouder;

  • c.

    Onder ‘kwartaal’ wordt voor de uitvoering van de verordening bedoeld een periode van twaalf aaneengesloten weken, hetgeen vier gelijke perioden van twaalf weken op jaarbasis betekent;

  • d.

    Onder ‘vaste plaats’ wordt voor de uitvoering van deze verordening bedoeld een standplaats op de weekmarkt, die tot wederopzegging beschikbaar wordt gesteld.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘marktgelden’ wordt, overeenkomstig de bepalingen van deze verordening, een recht geheven voor het innemen van een standplaats op het ingevolge de ‘Marktverordening gemeente Maasgouw 2008’ aangewezen marktterrein.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten, als bedoeld in artikel 2, worden geheven van degene, die een standplaats of standwerkerplaats inneemt of van degene aan wie een standplaats of standwerkerplaats is toegewezen.

Artikel 4 Heffingsgrondslag

  • 1.

    Het marktgeld wordt geheven naar het aantal strekkende meters per marktdag in gebruik genomen grond van de standplaats of standwerkerplaats.

  • 2.

    Een gedeelte van een strekkende meter grond wordt als een hele strekkende meter gerekend.

Artikel 5 Belastingjaar

Met betrekking tot het recht dat per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Ontstaan belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    Het recht voor een vaste plaats is verschuldigd bij het begin van het kwartaal of, als dit later is, bij aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het kwartaal aanvangt, is het recht verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat kwartaal verschuldigd recht als dat er in dat kwartaal, na aanvang van de belastingplicht nog volle weken overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het kwartaal eindigt, wordt ontheffing verleend voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat kwartaal verschuldigd recht, als er in dat kwartaal, na het einde van de belastingplicht nog volle weken overblijven.

  • 4.

    Geen aanspraak kan worden gemaakt op ontheffing indien deze minder dan € 5,00 zou bedragen.

  • 5.

    In alle overige gevallen dan genoemd in dit artikel is het marktgeld verschuldigd bij aanvang van de belastingplicht.

Artikel 7 Tarief

Het marktgeld bedraagt:

  • a.

    voor een vaste plaats € 19,30 per strekkende meter in gebruik genomen grond per kwartaal;

  • b.

    voor een dagplaats € 1,65 per strekkende meter in gebruik genomen grond per dag met een minimum van € 8,00.

Artikel 8 Wijze van heffing

  • 1.

    Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, nota of ander schriftuur waarop het te vorderen bedrag is vermeld.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders stelt de modellen van de in het eerste lid bedoelde bescheiden vast.

Artikel 9 Termijn van betaling

  • 1.

    Het marktgeld voor een vaste plaats moet worden betaald binnen 1 maand na de dagtekening van de kennisgeving, nota of ander schriftuur.

  • 2.

    Indien het marktgeld niet binnen 1 maand na dagtekening van de kennisgeving, nota of ander schriftuur is betaald, dient het marktgeld bij aanvang van het kwartaal aan de marktmeester te worden voldaan alvorens de standplaats wordt ingenomen.

Artikel 10 Overgangsrecht

De ‘Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden Maasgouw 2024’ vastgesteld op 19 december 2023 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening marktgelden Maasgouw 2025’.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maasgouw,

d.d. 17-12-2024.

De raad voornoemd;

De griffier,

G.H. Bakkes

De voorzitter,

D.W.J. Schneider

Naar boven