Verordening op de heffing en de invordering van ‘Marktgelden Lingewaard 2025’

De raad van de gemeente Lingewaard;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard d.d. 5 november 2024;

 

gehoord de behandeling tijdens de Politieke Avond d.d. 28 november 2024;

 

gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van ‘Marktgelden Lingewaard 2025’

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    frontbreedte: de lengte van de ingenomen standplaats, gemeten langs de voorzijde, alsmede langs de achterzijde en/of langs één of beide zijkanten, indien het publiek daar toegang heeft en aldaar goederen zijn uitgestald;

  • b.

    markt: de door het college van burgemeester en wethouders ingestelde warenmarkt, artikel 2, onder b van de Marktverordening gemeente Lingewaard;

  • c.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van een markt op het marktterrein is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel met een marktkraam of verkoopwagen die is ingericht ten behoeve van de markthandel, artikel 2, onder c van de Marktverordening gemeente Lingewaard.

  • d.

    kleinverbruik: het elektriciteitsgebruik van geringe omvang zoals voor verlichting en apparatuur met een gering stroomverbruik, zoals een kassa;

  • e.

    grootverbruik: het elektriciteitsgebruik dat niet valt onder het kleinverbruik zoals gebruik voor bakken, koken, koelen en verwarmen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “marktgeld" wordt een recht geheven voor het gebruik van gemeentegrond, welke ingevolge de Marktverordening gemeente Lingewaard voor het houden van de wekelijkse markten zijn aangewezen, waaronder begrepen de diensten welke in verband hiermee door of vanwege de gemeente worden verleend.

Artikel 3 Belastingplicht

Het marktgeld op de wekelijkse markt wordt geheven van degene die gemeentegrond als standplaats gebruikt, waaronder begrepen de diensten welke in verband hiermee door of vanwege de gemeente worden verleend.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    Voor het gebruik van een standplaats op de wekelijkse markt, anders dan met het doel kramen of tafels ter verhuur te plaatsen, wordt per dag (of gedeelte daarvan) en per strekkende meter frontbreedte (of gedeelte daarvan) van de standplaats een recht geheven van € 1,92.

  • 2.

    Het recht voor het gebruik van de vanwege de door de gemeente aangebrachte elektriciteitsvoorzieningen bedraagt per marktdag, per standplaats:

    voor kleinverbruik: € 4,75

    voor grootverbruik: € 9,50

Artikel 5 Abonnementstarief per kwartaal

  • 1.

    Het is mogelijk om het recht voor het gebruik van een standplaats door middel van een abonnement, per kwartaal te voldoen. In dat geval wordt voor het gebruik van een standplaats als bedoeld in artikel 4 een recht geheven van € 21,12 per strekkende meter frontbreedte.

  • 2.

    Het recht voor een abonnement van een kwartaal voor het gebruik van de vanwege de door de gemeente aangebrachte elektriciteitsvoorzieningen bedraagt per standplaats:

    voor kleinverbruik: € 52,25

    voor grootverbruik: € 104,50

Artikel 6 Belastingtijdvak

  • 1.

    Het belastingtijdvak is een jaar.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid is het tijdvak bij een abonnement gelijk aan een kwartaal.

Artikel 7 Wijze van heffing

Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende nota of andere schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld. Het verschuldigde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld

Het marktgeld is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    Het in artikel 4 bedoelde recht moet worden voldaan op het moment van aanbieding van de nota of andere schriftuur.

  • 2.

    De in artikel 5 bedoelde abonnementsgelden moeten worden voldaan binnen 14 dagen na de dagtekening van de nota of ander schriftuur.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van het marktgeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Overgangsrecht

De ‘Verordening Marktgelden Lingewaard 2024’ van 14 december 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2025.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: ‘Verordening Marktgelden Lingewaard 2025’.

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 12 december 2024.

De raad voornoemd,

de griffier,

P.J. Peters

Naar boven