Gemeente Oegstgeest -Verkeersbesluit rijrichtingen Nieuw Rhijngeest

Zaaknummer: Z/24/204480

Datum besluit: 12 december 2024

Nummer besluit: 2024-45

Burgemeester en wethouders van Oegstgeest.

Gelet op:

- de bepalingen van de Wegenwet;

- de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw 1994);

-de bepalingen van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) en de uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW);

- de bepalingen van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990);

- het Algemeen bevoegdhedenbesluit gemeente Oegstgeest 2021 waarin de bevoegdheid tot het nemen van een verkeersbesluit is gemandateerd aan de teammanager Ruimte;

Overwegende dat:

- dat de wijk Nieuw Rhijngeest gelegen is binnen de bebouwde kom van Oegstgeest;

- dat de weg binnen de wijk Nieuw Rhijngeest in beheer zijn bij de gemeente Oegstgeest;

- dat bovengenoemde allen wegen zijn als bedoeld in artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994;

- dat gelet op dit artikel het college van burgemeester en wethouders van Oegstgeest bevoegd is verkeersbesluiten te nemen voor deze wegen;

- dat de gemeentelijke wegencategorisering van Oegstgeest is opgenomen in het Mobiliteitsplan 2017 –2027;

- dat deze categorisering aansluit op de categorisering zoals bedoeld in het landelijk beleid Duurzaam Veilig;

- dat de in de afgelopen 20 jaar ontwikkelde woonwijk Nieuw Rhijngeest onderdeel uitmaakt van het verblijfsgebied en de daarbinnen gelegen wegen daarom gecategoriseerd worden als erftoegangsweg;

- dat de voornaamste functie van een erftoegangsweg de verblijfsfunctie is en de verkeersfunctie daarmee van ondergeschikt belang is;

- dat de wijk ontsloten wordt in het noorden via de Oude Rijnsburgerweg naar de Rijnzichtweg en in het zuiden via de Rhijnhofweg naar de Verlengde Wassenaarseweg;

- dat de twee bovengenoemde wegen een breedte kennen die conform de daarvoor geldende richtlijnen voldoende is om verkeer in twee richtingen af te wikkelen;

- dat de meeste erftoegangswegen in de wijk smaller zijn en slechtst geschikt zijn om gemotoriseerd verkeer in een richting af te wikkelen;

- dat het wenselijk is om dit ook formeel te organiseren door middel van het instellen van eenrichtingsstraten binnen de wijk;

- dat zich langs de Rijnzichtweg een fietspad bevindt dat onderdeel uitmaakt van de regionale hoofdfietsroute tussen Leiden – Oegstgeest - Rijnsburg;

- dat ter bevordering van een verkeersveilige fietsoversteek over de Oude Rijnsburgerweg het wenselijk is de rijrichtingen voor fietsers aan te laten sluiten op deze fietsroute;

- dat het ter voorkoming van het vastrijden van voertuigen wenselijk is om de rijrichtingen van diverse straten goed op elkaar af te stemmen;

- dat door de invoering van eenrichtingsstraten de gereden snelheid door het autoverkeer mogelijk omhoog gaat;

- dat de straten nauwelijks voorzien zijn van snelheidsremmende voorzieningen;

- dat ter voorkoming van onveilige verkeerssituaties voor (brom)fietsers het daarom wenselijk is ook eenrichtingsstraten voor (brom)fietsers in te stellen;

- dat de geldende richtlijnen aangeven dat een eenrichtingsstraat voor gemotoriseerd verkeer waarop fietsverkeer in twee richtingen wordt toegestaan een minimale breedte van 3,85 meter kent;

- dat bij een breedte van 3,40 meter tot 3,85 meter wordt aanbevolen om ook fietsverkeer in slechts een richting toe te staan;

- dat deze verkeersmaatregelen kunnen worden uitgevoerd door middel van het plaatsen van de verkeersborden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990, al dan niet voorzien van een onderbord waaruit een uitzondering voor fietsers en bromfietsers geldt;

- dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het plaatsen en verwijderen van de in dit verkeersbesluit genoemde verkeersborden een verkeersbesluit is vereist;dat gelet op artikel 15 van de WVW 1994;

• 1. de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens, en onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

• 2. maatregelen op of aan de weg tot wijziging van de inrichting van de weg of tot het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen ter regulering van het verkeer geschieden krachtens een verkeersbesluit, indien de maatregelen leiden tot een beperking of uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  - dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor genoemde verkeersmaatregelen strekken tot;

  o het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  o het beschermen van weggebruikers en passagier;

  o het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

- dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 en de hiervoor genoemde overwegingen het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer van ondergeschikt belang wordt geacht;

Overwegende:

- dat gelet op artikel 24 van het BABW op 22 januari 2024 overleg is gepleegd met de gemandateerde van de korpschef Nationale politie;

- dat de politie negatief geadviseerd heeft ten aanzien van de hierna genoemde maatregelen;

- dat de reden hiervoor is dat de straten een behoorlijk lange rechtstand hebben en snelheidsremmers ontbreken. Bij het instellen van eenrichtingsverkeer wordt het verkeer dan onvoldoende afgeremd, wat onwenselijk is in een 30 km/h zone.

Wij hebben besloten het advies van de politie niet over te nemen. Hiertoe hebben wij overwogen:

- dat de belangrijkste reden voor het instellen van eenrichtingsverkeer te maken heeft met de breedte van de straten. Volgens het ASVV/CROW bedraagt de minimale maat voor tweerichtingsverkeer 4,85 meter. De wegen waarop dit verkeersbesluit betrekking heeft, zijn flink smaller dan de voorgeschreven 4,85 meter.

- dat hierdoor tweerichtingsverkeer fysiek gezien niet mogelijk is;

- dat er bovendien onvoldoende passeermogelijkheden zijn om tweerichtingsverkeer werkbaar te maken;

- dat dit tevens een risico vormt voor de bereikbaarheid van de hulpdiensten;

- dat het toepassen van snelheid remmende voorzieningen zoals drempels in smalle straten kan zorgen voor geluids- en trillingshinder in naastgelegen woningen;

- dat indien dat het geval is, dit ten koste gaat van het woon- en leefgenot van inwoners;

- dat het toepassen van een versmalling als snelheid remmende voorziening bij eenrichtingsverkeer bijna geen effect heeft aangezien er geen voertuigen vanaf de andere kant komen;

- dat tot slot een rol speelt dat dit verkeersbesluit voorziet op het grotendeels bestendigen van de feitelijke situatie;

- dat daarmee reeds sprake is van een situatie waaraan inwoners / verkeersdeelnemers gewend zijn.

Besluit:

Burgemeester en wethouders van Oegstgeest besluiten:

eenrichtingsverkeer in te stellen, uitgezonderd fietsers en bromfietsers, door middel van het  plaatsen van de verkeersborden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990 inclusief onder bord waaruit die uitzondering voor fietsers en bromfietsers blijkt, in de hierna volgende straten met een minimale breedte van 3,85 meter;

o Hollandse Tuin vanaf Rustenburgertuin tot Rustenburgertuin in oostelijke richting;

o Sterreschans vanaf Rhijngeestpad tot Zilverstein;

o Oude Rijnsburgerweg vanaf Erfprins tot Duifhuislaan;

o Duifhuislaan en Sterreschans vanaf Oude Rijnsburgerweg tot Rhijngeestpad;

o Duifhuislaan vanaf Oude Rijnsburgerweg tot Rhijnhofweg; naar boven

Rustenburgerpad (zuidzijde) tussen Engelenburg en Oude Rijnsburgerweg in oostelijke richting;

o Rustenburgerpad (noordzijde) tussen Rustenburgertuin en Engelenburg in westelijke richting;

eenrichtingsverkeer in te stellen door middel van het plaatsen van de verkeersborden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990 in de hierna volgende straten die smaller zijn dan 3,85 meter;

o Zilverstein (noordzijde) tussen Sterrenschans en Zilverstein in westelijke richting;

o Zilverstein (zuidzijde) tussen Sterrenschans en Zilverstein in oostelijke richting;

o Twee Gezusters en Wassende Maan vanaf Oude Rijnburgerweg tot Vliegend Hert;

o Vliegend Hert vanaf Wassende maan tot Oude Rijnburgerweg;

o Vergulde Draak vanaf Oude Rijnburgerweg tot Rhijnhofweg;

o Drie Gebroeders vanaf Rhijnhofweg tot Oude Rijnburgerweg;

o Griffioen vanaf Oude Rijnburgerweg tot Wassende Maan;

o Wassende Maan vanaf Schoonzicht tot Griffioen;

o Erfprins vanaf Rhijnhofweg tot Oude Rijnburgerweg;

eenrichtingsverkeer in te stellen door middel van het plaatsen van de verkeersborden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990 in de hierna volgende straat die breder is dan 3,85 meter maar die in de tegenrichting niet goed aansluit op het fietspad langs de Rijnzichtweg:

o Rustenburgerpad tussen Rustenburgertuin en Oude Rijnsburgerweg aan de noordzijde in westelijke richting.

Cf. situatietekening.

Aldus vastgesteld op 12 december 2024 te Oegstgeest,

namens het college van Burgemeester en wethouders van Oegstgeest,

Kees Schrieks

manager Ruimte

Meer informatie:

Het verkeersbesluit en de op dit besluit betrekking hebbende stukken, liggen vanaf één dag na bekendmaking in het Gemeenteblad gedurende zes weken ter inzage via https://www.oegstgeest.nl/inwoners/actueel/officiele-bekendmakingen.

Bezwaarmogelijkheid

Bekendmaking van dit besluit geschiedt overeenkomstig het bepaalde in artikel 26 van het BABW.

De belanghebbende bij dit besluit kan op grond van artikel 7:1 van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb), binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een bezwaar indienen bij:

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Oegstgeest

Postbus 1270

2340 BG OEGSTGEEST

Pro forma bezwaar:

Het kan voorkomen dat de termijn van zes weken te kort is om een volledig gemotiveerd bezwaarschrift te schrijven. Bijvoorbeeld omdat u eerst advies wilt vragen aan anderen. Om uw recht op bezwaar niet te verspelen, kan u binnen zes weken ook een ‘pro forma bezwaarschrift’ indienen bij het college. Hierin geeft u kort aan waartegen u in bezwaar gaat. Ook geeft u daarin aan dat u later de motivering van uw bezwaarschrift wilt aanvullen.

Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking.