Nadere regels klimaatadaptatie

Artikel 1. Begripsbepalingen

In aanvulling op het bepaalde in artikel 1 van de verordening rioolheffing wordt voor de toepassing van deze paragraaf verstaan onder:

• a. Dakconstructie: samenstelling van balken (hout of staal), regels en bebording die sterk genoeg is om de dakbedekking van een gebouw te dragen en de wind-/regen-/ en sneeuwbelasting op te vangen. De dakconstructie dient zodanig te zijn dat deze beloopbaar is voor onderhoud en inspectie.

• b. Gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte ruimte vormt.

• c. Groendak: een begroeid plat of hellend dak, dat is bedekt met vegetatie. De daken zijn voorzien van en gesloten dakbedekking of dakpannen die aangevuld of vervangen worden door vegetatie. De opbouw bestaat uit een wortelwerende laag, een drainagelaag, een substraat laag met daarin de vegetatie.

• d. Afkoppelen: het afkoppelen van dakwater van de riolering en laten infiltreren in de bodem met of zonder een voorziening.

• e. Meerlaagse opbouw groendak: een groendak met een drainagelaag, wortelwerende laag, substraat laag en vegetatielaag.

• f. Ontstenen: Het verwijderen van bestrating en het omzetten in groen (beplanting).

Artikel 2. Subsidiabele activiteiten

• 1. Een eenmalige subsidie kan worden verstrekt voor een groendak, regenton, boom planten, afkoppelen van dakwater, vervangen van steen voor groen en het hergebruik van regenwater in de woning.

• 2. De activiteiten vinden uitsluitend plaats op particulier terrein.

• 3. Deze activiteiten komen uitsluitend voor subsidie in aanmerking:

  • a. Groendak: Het aanbrengen van een groendak, bestaande uit een meerlaagse opbouw met een minimale oppervlakte van 6 m².

  • b. Groene gevel: Het aanbrengen van een groene gevel met beplanting op de begane grond.

  • c. Regenton: Het aanschaffen en plaatsen van maximaal twee regentonnen.

  • d. Boom planten: Het aanschaffen en planten van bomen met een minimale stamomtrek van 8-10 cm op 1 m boven maaiveld.

  • e. Afkoppelen: Het afkoppelen van de riolering bij een minimaal dakoppervlak van 50 m². Inzichtelijk gemaakt met een afkoppelplan, waarin aangegeven hoe het water wordt verwerkt op de kavel.

  • f. Ontstenen: Het verwijderen van bestrating en het omzetten in groen (beplanting). Met een minimum oppervlakte van 10 m².

  • g. Hergebruik regenwater: Subsidie wordt verleend voor de aanschaf en installatie van totaalsystemen voor het opvangen, opslaan en hergebruiken van regenwater. Hierbij wordt bedoeld het totaalsysteem met een watertank, een pomp, een filter, een overloop en een infiltratievoorziening op eigen terrein. Het totale systeem heeft minimaal een statische berging van 50 l per m² over het aangesloten verharde oppervlak en een minimale inhoud van 3.000 liter.

Artikel 3. Subsidie per activiteit

• 1. De subsidie bedraagt nooit meer dan de werkelijke kosten of de begrote kosten en is maximaal:

  • a. Groendak

    • €20 per vierkante meter;

    • €30 per vierkante meter als de voorziening minstens 50 liter water per vierkante meter kan opvangen op eigen kavel.

  • Het is toegestaan een deel van de statische berging van 50mm elders op het perceel te realiseren (bijvoorbeeld in een infiltratievoorziening). De aanvrager toont dit aan met een ontwerpplan.

    De subsidie voor groendaken is bedoeld voor particuliere daken en voor daken van bedrijven en maatschappelijke instellingen. De vorm is verschillend per doelgroep:

    Particulieren:

    De maximale bijdrage is 75% van de totale kosten, op basis van facturen van een erkend bedrijf / leverancier. De maximale subsidiebijdrage is €2.500 per project.

    Bedrijven en maatschappelijke voorzieningen (scholen, sportaccommodatie etc.):

    Een maximale bijdrage van 50% van de totale kosten, met een maximum van €25.000 per aanvraag. Het dak moet voldoen aan de technische richtlijnen NTA8292 en/of de VBB-FLL groendaken.

  • b. Groene gevel: Het aanbrengen van een groene gevel met beplanting op de begane grond. 50% van de gemaakte kosten met een maximum van €5.000.

  • c. Regenton: voor een ton van 100-200 liter: €35, groter of gelijk aan 200 liter: €60.

  • d. Boom planten: €50 per aangeplante boom met een maximum van 3 stuks per perceel.

  • e. Afkoppelen: €10 per m² dakoppervlak, bij minimaal 50 dakoppervlak en wat 50 liter water kan opvangen op eigen kavel. Maximaal 75% van de kosten.

  • f. Ontstenen: Voor ontstenen is het bedrag €10 per m², met een minimum van 10 m² en een maximum bedrag van €500 per perceel.

  • g. Hergebruik regenwater: 50% van de kosten van aanschaf en installatie van het systeem, met een maximum van €3000 per aanvraag.

Artikel 4. Bijzondere bepalingen/verplichtingen

• 1. Activiteiten mogen in combinatie met andere activiteiten aangevraagd worden. Met uitzondering van:

  • Het groendak type van €30 per m² mag niet in combinatie met afkoppelen aangevraagd worden.

  • Hergebruik dakwater mag niet in combinatie met afkoppelen aangevraagd worden.

• 2. Subsidie wordt verstrekt als voldaan wordt aan de volgende verplichtingen:

  • a. Het gebouw en/of perceel waarvoor subsidie wordt aangevraagd is gelegen in de gemeente Rijssen-Holten

  • b. De aanvrager is de bewoner van het gebouw. Als het een huurwoning betreft dient de bewoner in contact te treden met de eigenaar.

  • c. Subsidie wordt verleend na uitvoering van de activiteit. Voorfinanciering is alleen mogelijk voor de activiteit groendak, bedrijven en maatschappelijke voorzieningen in overleg en met goedkeuring van de gemeente.

• 3. Bij de aanvraag worden de volgende gegevens ingediend:

  • a. Een factuur of aankoopbon.

  • b. Voor het onderdeel groene daken geldt dat in de factuur of aankoopbon duidelijk is aangegeven wat het waterbergend vermogen is voor het type van 50 mm of meer (€30 per m²).

  • c. Voor het onderdeel afkoppelen geld een afkoppelplan: een situatietekening maakt duidelijk hoe het afgekoppelde water (50mm) wordt verwerkt in de tuin.

  • d. De subsidieverkrijger stuurt een foto van de situatie voor en na het treffen van de klimaatadaptieve maatregel. Voor het onderdeel groendaken voor bedrijven en maatschappelijke voorzieningen kan uitsluitend in overleg met de gemeente hiervan worden afgeweken.

• 4. De getroffen klimaatadaptieve maatregelen worden ten minste 5 jaar in stand gehouden. Anders dan bij verkoop van de woning.

• 5. Het college kan de subsidieverlening intrekken indien blijkt dat de activiteiten niet binnen één jaar na de datum van verlening van de subsidie zijn uitgevoerd.

• 6. Voor klimaatadaptieve maatregelen die maximaal 6 maanden voor de datum van in werking treden van deze regeling zijn uitgevoerd kan subsidie aangevraagd worden.

• 7. Het college verlangt naar aanleiding van de aanvraag om vaststelling van de subsidie controle. De aanvrager van de subsidie is verplicht hieraan mee te werken en toestemming te verlenen o.a. voor bezoek op zijn of haar kavel en/of nadere uitleg.

• 8. Het stapelen van subsidies tussen gemeente en of het waterschap is niet toegestaan.

• 9. In geval uit controle naar de uitvoering van de klimaatadaptieve maatregelen naar het oordeel van het college is gebleken dat de klimaatadaptieve maatregel niet of niet geheel conform de aanvraag is aangelegd, kan in het geval er een subsidieverlening heeft plaatsgevonden de subsidie op een lager bedrag of op €0 worden vastgesteld en reeds betaalde subsidie worden teruggevorderd.

• 10. De vastgestelde subsidie wordt binnen zes weken uitgekeerd aan de aanvrager.

Artikel 5. Subsidieplafond en verdelingsregels

• 1. Het subsidieplafond voor de genoemde activiteiten is €210.000 per kalenderjaar als volgt verdeeld:

  • a. Rioolfonds €160.000 voor de jaren 2024 / 2025 / 2026 / 2027.

  • b. Kaderscan klimaatadaptatie €100.000 voor de jaren 2024 / 2025.

• 2. Als het totaal van de subsidieaanvragen hoger is dan het beschikbare (deel)budget, dan wordt in volgorde van binnenkomst gehandeld. Op de site wordt vermeld: subsidie tijdelijk gesloten i.v.m. overschrijding.