Besluit van de raad van de gemeente Amsterdam tot verlenen van mandaat aan de griffier voor besluiten op grond van de Wet open overheid en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (Mandaatbesluit raadsgriffier Wet open overheid en Algemene Verordening Gegevensbescherming)

De raad van de gemeente Amsterdam,

 

gelezen het voorstel van het presidium van 4 december 2023,

gelet op artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht,

 

besluit aan de griffier de volgende bevoegdheden te mandateren:

Artikel 1  

  • 1.

    Te besluiten op verzoeken op grond van artikel 4.1 van de Wet open overheid.

  • 2.

    Te besluiten tot verdagen van de beslistermijn op grond van artikel 4.4, tweede lid, van de Wet open overheid.

  • 3.

    Mededeling te doen van de opschorting van de beslistermijn op grond van artikel 4.4, vierde lid van de Wet open overheid en mededeling te doen aan een derde op grond van artikel 4.4, zesde lid van de Wet open overheid.

Artikel 2  

  • 1.

    Informatie te verstrekken op grond van de artikelen 13 en 14 van de AVG.

  • 2.

    Te besluiten op een verzoek van een betrokkene tot inzage, rectificatie, gegevenswissing, beperking van de verwerking, dataportabiliteit (overdragen gegevens), met bezwaar tegen verwerking, om niet te onderwerpen aan geautomatiseerde individuele besluitvorming ingevolge de artikelen 15 tot en met 22 AVG en artikel 41 van de Uitvoeringswet AVG.

  • 3.

    De bevoegdheid tot verlenging van de termijn voor de afhandeling van een verzoek op grond van de artikelen 15-22 AVG en het verstrekken van de kennisgeving hierover.

Artikel 3  

Bij verhindering of afwezigheid van de griffier worden de bevoegdheden die zijn verleend krachtens dit besluit, uitgeoefend door diens plaatsvervanger.

Artikel 4  

Het mandaat griffier te besluiten op grond van de Wob en de AVG wordt ingetrokken.

Artikel 5  

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 24 januari 2024.

De voorzitter

Femke Halsema

De plaatsvervangend raadsgriffier

George Dikhout

Toelichting  

De Wet open overheid (Woo) die geldt sinds 1 mei 2022 geeft burgers recht op openbaarmaking van informatie die bij de overheid berust. De beslistermijnen die gelden nadat een verzoek is gedaan op grond van de Woo zijn kort. Op een ‘Woo-verzoek’ moet binnen de termijn van vier weken worden beslist. Deze termijn kan eenmalig met twee weken worden verdaagd. Door deze beslistermijn is besluitvorming in de gemeenteraad niet goed mogelijk en is mandaat aan de raadsgriffier (of de vervanger daarvan) wenselijk.

 

De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) die op 25 mei 2018 in werking is getreden, zorgt onder meer voor versterking en uitbreiding van privacyrechten van burgers. Met de AVG krijgen mensen meer mogelijkheden voor zichzelf op te komen bij de verwerking van hun gegevens. De beslistermijn ten aanzien van het geldend maken van deze rechten is een maand. Afhankelijk van de complexiteit van een verzoek en het aantal verzoeken kan deze termijn met twee maanden worden verlengd (art. 12, derde lid, AVG). Bij het ontbreken van tijdige besluitvorming, kan het bestuursorgaan een dwangsom verschuldigd zijn. De verwerkingsverantwoordelijke beslist op verzoeken van rechthebbende. De verwerkingsverantwoordelijke is het bestuursorgaan dat het doel en de middelen van de verwerking van persoonsgegevens vaststelt. Bij de gemeente zijn dat alle bestuursorganen, zowel de burgemeester, als het college, als de raad. De raad verwerkt bijvoorbeeld persoonsgegevens van insprekers en raads- en burgerleden.

 

Met dit mandaat wordt bewerkstelligd dat de bevoegdheden uit de Woo en de AVG, mede in verband met de korte termijnen, effectief en efficiënt kunnen worden uitgeoefend en de raad niet zelf op ieder verzoek moet beslissen.

 

Het mandaat griffier te besluiten op grond van de Wob en de AVG wordt met dit besluit ingetrokken. Het is overzichtelijker geacht om het oude mandaatbesluit niet te wijzigen maar te vervangen door dit nieuwe besluit. De inhoud van het nieuwe mandaatbesluit is grotendeels hetzelfde als het huidige mandaatbesluit, alleen zijn de bevoegdheden uit de vervallen Wob vervangen door de bevoegdheden uit de Woo, inclusief de nieuwe verplichting om mededeling te doen aan een betrokken derde en is toegevoegd dat als de raadsgriffier afwezig is, de bevoegdheden worden uitgevoerd door zijn (plaats)vervanger.

 

Naar boven