Bevoegdheid
Op grond van artikel 18, eerste lid, onder d, Wegenverkeerswet 1994 (WVW) is het college van burgemeester en wethouders van Koggenland bevoegd tot het nemen van verkeersbesluiten, voor zover zij betreffen het verkeer op wegen die niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap.
Grondslag
Op grond van artikel 15 WVW moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.
Motivering
Er is op Nicolaas Koppesstraat in De Goorn een elektrisch laadpunt gerealiseerd voor het laden van elektrische voertuigen. Er is hiervoor een verkeersbesluit genomen om twee parkeerplaatsen te reserveren. In dit verkeerbesluit 413 zijn de verkeerde parkeerplaatsen gereserveerd. Er moet een nieuw verkeersbesluit genomen worden om de juiste parkeerplaatsen aan te wijzen als laadplaats.
In het onderstaande besluit worden de verkeerstekens benoemd conform het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV).
De bovenstaande belangen zijn de basis voor het verkeersbesluit. Zij staan in artikel 2 WVW:
het verzekeren van de veiligheid op de weg;
het beschermen van weggebruikers en passagiers.
het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;
het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.
Advies
Conform artikel 24 BABW is over het nemen van het verkeersbesluit overleg gepleegd met een verkeersadviseur van de politie Eenheid Noord-Holland, daartoe gemandateerd door de Korpschef van de politie. Deze heeft een positief advies uitgebracht over dit verkeersbesluit.
Besluit
Op grond van bovenstaande overwegingen besluiten burgemeester en wethouders:
- per 1 januari 2024 het verkeersbesluit 413 tot het aanwijzen van openbare parkeerplaatsen als laadplaatsen voor elektrische voertuigen in te trekken;
- twee parkeerplaatsen aan te wijzen als parkeergelegenheid voor het laden van elektrische motorvoertuigen met gebruik van een laadpaal, door het plaatsen van het bord E8c van bijlage I RVV, als mede door middel van plaatsing van een onderbord OB504 van bijlage I RVV, zoals bedoeld in artikel 8 BABW. Een en ander zoals staat aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening (D-500-467).