Subsidieregelingen gemeente ’s-Hertogenbosch 2025

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch heeft op 26 november 2024 de subsidieregelingen voor 2025 vastgesteld. Deze treden op 1 januari 2025 in werking. De subsidieregelingen vinden hun grondslag in de Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch heeft op 26 november 2024 voor onderstaande subsidieregelingen een subsidieplafond vastgesteld. Deze gelden vanaf 1 januari 2025.

Waar kunt u de gemeentelijke subsidies terugvinden?

Op www.overheid.nl en Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch kunt u vanaf vrijdag 29 november alle subsidieregelingen 2025 en de ASV terug vinden.

 

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van 26 november 2024,

gezien het voorstel met reg.nr. 17173163,

besluit vast te stellen de

Subsidieregelingen gemeente ’s-Hertogenbosch 2025 met de daarbij behorende subsidieplafonds.

Overzicht subsidieplafonds ‘s-Hertogenbosch 2025

 

 

Subsidieregeling 2025

Subsidieplafond 2025

Verdeling subsidieplafond

1. Subsidieregeling Wijk- en dorpsraden 2025

€ 111.660,-

Er is geen subsidieplafond

2. Subsidieregeling Jongeren 2025 (reeds vastgesteld)

€ 611.009,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

3. Subsidieregeling Cityboost 2025

€ 36.998,- plus (budget-) overheveling ontvangen Rijksgelden 2024

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

4. Subsidieregeling Maatschappelijke participatie kinderen

€ 580.410,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

5. Regionale Subsidieregeling Stimulering ervaringsdeskundigheid Meierij – Bommelerwaard 2023-2025

€ 280.000,-

Volgorde van binnenkomst

6. Subsidieregeling Nieuwe Initiatieven en Right to Challenge 2025

€ 183.875,-

Volgorde van binnenkomst

7. Subsidieregeling Sustainable Development Goals 2025

€ 31.692,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

8. Subsidieregeling “Goed voor elkaar“ 2025

€ 1.569.809,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

9. Subsidieregeling Ketenaanpak Valpreventie 2025

€ 270.000,-

Volgorde van binnenkomst

10. Subsidieregeling Wijk-, buurt- en dorpsbudget 2025

€ 878.980,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

11. Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs 2025

€ 363.650,- + (budget)overheveling

Gelijke verdeling

12. Subsidieregeling Professionele kunsten 2025-2028

€ 18.462.540,- + (budget)overheveling

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

13. Subsidieregeling Volksfeesten 2025

€ 119.490,- + (budget)overheveling

Tendersysteem

14. Subsidieregeling Bijzondere activiteiten amateurkunsten en cultuurparticipatie 2025

€ 207.800,- + (budget)overheveling

Volgorde van binnenkomst + Tendersysteem

15. Subsidieregeling Bossche Makersregeling 2025

€ 181.830,- + (budget)overheveling

Volgorde van binnenkomst

16. Subsidieregeling Professionele kunsten ’s-Hertogenbosch 2025

€ 311.700,- + (budget)overheveling

Volgorde van binnenkomst + Tendersysteem

17. Subsidieregeling innovatieregeling

€ 207.800,- + (budget)overheveling

Tendersysteem

18. Subsidieregeling Opzetten Samenwerkingsverbanden en Collectieve Ontwikkel- en Verbeterplannen Wijkwinkelcentra ’s-Hertogenbosch 2025-2026

€ 50.000,-

Tendersysteem

19. Subsidieregeling Verkeerseducatie en verkeersveiligheid 2025

€ 105.000,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

20. Subsidieregeling Sportverenigingen 2025

€ 314.400,-

Gelijke verdeling

21. Subsidieregeling Uitvoeringsbudget Bosch Sportakkoord II 2025

€ 96.070,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

22. Subsidieregeling combinatiefuncties ’s-Hertogenbosch 2025

€ 142.040,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

23. Subsidieregeling Bossche duurzaamheidsactiviteiten 2025

€ 24.790,-

Volgorde van binnenkomst

24. Subsidieregeling Energiebesparende maatregelen gespikkeld bezit

Budgetoverheveling

Volgorde van binnenkomst

25. Subsidieregeling Groene daken en afkoppelen 2025

€ 175.000,-

Volgorde van binnenkomst

26. Subsidieregeling Aanbod Spouwmuurisolatie gemeente

’s-Hertogenbosch 2024-2025

€ 2.000.000,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

27. Subsidieregeling Beheer dierenparken en kinderboerderijen 2025

€ 70.080,-

Tendersysteem (kwalitatieve toets)

28. Restauraties gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden ’s-Hertogenbosch

€ 383.000,-

Volgorde van binnenkomst

29. Subsidieregeling Haalbaarheidsonderzoeken herbestemming Monumenten 2025

Budgetoverheveling

Volgorde van binnenkomst

30. Subsidieregeling Heemkundekringen en Gilden 2025

€ 21.750,-

Gelijke verdeling

31. Subsidieregeling ‘Meedoen begint bij de basis!’

€ 448.950,-

Gelijke verdeling

32. Subsidieregeling Betere kansen Wsw’ers op de reguliere arbeidsmarkt 2025

€ 495.342,-

Volgorde van binnenkomst

33. Regionale Subsidieregeling non-formele Volwasseneneducatie Noordoost-Brabant 2025

€ 678.500,-

Volgorde van binnenkomst

34. Subsidieregeling Tegemoetkoming kosten peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente ’s-Hertogenbosch

€ 500.000,- gemeentelijk budget passende arrangementen

€ 1.400.000,- specifieke uitkering Onderwijsachterstanden/VVE

Er is geen subsidieplafond

 

1. Subsidieregeling Wijk- en dorpsraden 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is dat de wijk- en dorpsraden de mogelijkheid krijgen de betrokkenheid van burgers bij hun wijk/dorp te vergroten. Wijk- en dorpsraden zijn namens de wijk/het dorp de gesprekspartner van het college over wijk- en dorpsaangelegenheden.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Bestuur: het bestuur van de wijk- of dorpsraad.

  • 2.

    Inwoners: personen die binnen de grenzen van de wijk(en) of dorpen wonen.1

  • 3.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 4.

    Wijk: een deel van de gemeente dat door het college is aangewezen.

  • 5.

    Dorp: (bebouwde kom van een) gemeente op het platteland, kleiner dan een stad en groter dan een gehucht.2

  • 6.

    Wijk- of dorpsraad: een op privaatrechtelijke grondslag door inwoners opgericht orgaan. Het orgaan heeft tot doel de belangen van de (wijk- of dorps)bewoners te behartigen. De wijk- of dorpsraad is door het college op basis van de “Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden” als zodanig erkend.

  • 7.

    Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden: de regels voor het oprichten van een wijk- of dorpsraad en de eisen waaraan een wijk- of dorpsraad moet voldoen.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Deze subsidie is voor wijk- en dorpsraden van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Wijk- en dorpsraden kunnen in de “Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden” nalezen aan welke eisen zij moeten voldoen.

  • 2.

    Per wijk/dorp komt één wijk- of dorpsraad in aanmerking voor deze subsidie.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

De werkzaamheden van de wijk- of dorpsraad moeten leiden tot breed gedragen adviezen aan het college. Ook moeten ze bijdragen aan het stimuleren van bewoners om deel te nemen aan activiteiten in hun wijk/dorp. De adviezen van de wijk- of dorpsraad moeten gaan over de belangen van de wijk/dorp/bewoners.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

De hoogte van de subsidie hangt af van het aantal inwoners van de wijk/dorp per 1 januari 2024. Het bestaat uit een vast bedrag per inwoner en een bedrag per inwoner volgens het volgende schema:

  • Tot 3.000 inwoners: € 4.279,-

  • Vanaf 3.000 inwoners: € 4.279,- en € 0,39 per inwoner

  • Maximumbedrag: € 8.622,-

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    De wijk- of dorpsraad hoeft niet jaarlijks een aanvraag voor subsidie te doen.

  • 2.

    Wijk- en dorpsraden ontvangen in december 2024 een definitieve beschikking. Hierin staat hoeveel subsidie zij krijgen voor het jaar 2025.

  • 3.

    De subsidie wordt in vier (kwartaal)termijnen overgemaakt.

  • 4.

    De wijk- of dorpsraad levert elk jaar vóór 1 april een inhoudelijk verslag bij het college in. Hiermee tonen zij het draagvlak in de wijk aan.

  • 5.

    Het college kan als steekproef een financieel verslag opvragen. De wijk- of dorpsraad moet daarom de jaarlijkse inkomsten en uitgaven bijhouden in een administratie. Het college kan de subsidie of een deel van de subsidie terugvragen als de wijk- of dorpsraad de subsidie niet gebruikt voor het doel waarvoor het bestemd is zoals bedoeld in artikel 4.

Artikel 7 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Wijk- en dorpsraden 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

 

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Jane Pawiroredjo

Tel.: 073 -615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Bijlage: Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden

 

 

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Algemene subsidieverordening: de Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch.

  • b.

    Achterban: inwoners en organisaties van en voor inwoners, die belanghebbend zijn.

  • c.

    Bestuur: het bestuur van de wijk- of dorpsraad.

  • d.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • e.

    Inwoners: personen die volgens de gegevens van het persoonsregister van de gemeente binnen de grenzen van de wijk of een dorp wonen.

  • f.

    Dorp: (bebouwde kom van een) gemeente op het platteland, kleiner dan een stad en groter dan een gehucht.3

  • g.

    Wijk: een door het college aangewezen gedeelte van de gemeente.

  • h.

    Wijk- of dorpsraad: een op privaatrechtelijke grondslag door inwoners opgericht orgaan, dat tot doel heeft de belangen van de wijk/dorp/bewoners te behartigen en op grond van de Beleidsregels voor Wijk- en dorpsraden als zodanig is erkend.

Artikel 2 - Omvang wijkraadgebied

  • 1.

    Het college stelt na overleg met de bestaande wijkraden de grenzen van de wijken vast. In elk geval dient hierbij sprake te zijn van een ruimtelijke en/of sociale eenheid.

  • 2.

    Als er in een wijk het voornemen ontstaat om een wijkraad op te richten, dan moet het betrokken gebied ten minste uit 3.000 inwoners bestaan. In bijzondere gevallen, zoals bij te verwachten groei van de wijk, kan het college daarvan afwijken.

  • 3.

    Voor het oprichten van een wijkraad in een deel van een gebied, waar al een wijkraad is gevestigd, is voorafgaande instemming van de reeds aanwezige wijkraad nodig. Alsdan worden de grenzen aangepast.

  • 4.

    In gebieden van de gemeente waar een Bestuursraad of een dorpsraad is kan geen wijkraad worden opgericht.

Artikel 3 - Statuten

  • 1.

    De wijk- of dorpsraad stelt statuten vast. Deze worden ter kennisname aan het college overgelegd.

  • 2.

    De statuten regelen ten minste:

    • a.

      De omvang en wijze van (her)benoeming, de taak en de bevoegdheden van het bestuur.

    • b.

      De wijze van besluitvorming in het bestuur.

    • c.

      De openbaarheid van vergaderingen.

    • d.

      De wijze waarop de achterban wordt betrokken bij de werkzaamheden en waarop aan de achterban verantwoording wordt afgelegd.

    • e.

      De wijze waarop de financiën worden beheerd en daarvan verantwoording wordt afgelegd aan de achterban.

    • f.

      De wijze van opheffing van de wijk- of dorpsraad.

Artikel 4 - Samenstelling Wijk- of dorpsraad

  • 1.

    Het statutaire bestuur van de wijk- of dorpsraad bestaat uit ten minste drie leden.

  • 2.

    De leden van de wijk- of dorpsraad zijn inwoner van de betreffende wijk en hebben de leeftijd van ten minste zestien jaar bereikt.

  • 3.

    Een wijk- of dorpsraadslid kan niet tegelijkertijd burgemeester, wethouder of lid van de gemeenteraad of lid van een functionele raadscommissie zijn.

Artikel 5 - Erkenning

  • 1.

    Het college besluit omtrent de erkenning van wijk- of dorpsraden alsmede omtrent de intrekking van de erkenning.

  • 2.

    Om voor continuering van de erkenning en subsidie in aanmerking te komen dient de wijk- of dorpsraad:

    • a.

      te voldoen aan de bepalingen van de Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden en

    • b.

      aan te tonen dat hij beschikt over voldoende draagvlak in de wijk/het dorp.

Artikel 6 - Taken en bevoegdheden

  • 1.

    De wijk- of dorpsraden verstrekken informatie aan en raadplegen de achterban omtrent de te behartigen belangen op basis waarvan de gemeente wordt geadviseerd.

  • 2.

    De wijk- of dorpsraad is bevoegd om adviezen aan de gemeenteraad, het college of aan de burgemeester te geven over aangelegenheden, waarbij de belangen van de wijk/dorp/bewoners zijn betrokken.

  • 3.

    De in het vorige lid bedoelde adviezen kunnen tot stand komen door het geven van gevraagd of ongevraagd advies dan wel in de vorm van al dan niet uitgewerkte voorstellen over aangelegenheden die het werkterrein van de wijk- of dorpsraad betreffen.

  • 4.

    In het advies wordt de inbreng van de achterban en het resultaat ervan aangegeven.

Artikel 7 - Informatie en advies bij raadsvoorstellen

  • 1.

    Bij onderwerpen of voorstellen aan de gemeenteraad, het college dan wel de burgemeester, waarbij de belangen van de wijk/dorp c.q. wijk- of dorpsraad specifiek zijn betrokken, wordt de wijk- of dorpsraad in een zo vroeg mogelijk stadium van het besluitvormingsproces geïnformeerd en betrokken en wordt het advies van de wijk- of dorpsraad ingewonnen.

  • 2.

    Het door de wijk- of dorpsraad uitgebrachte advies wordt in de gemeentelijke besluitvorming betrokken.

  • 3.

    Wanneer van een door de wijk- of dorpsraad uitgebracht advies wordt afgeweken, dan wordt dat gemotiveerd aan de wijk- of dorpsraad meegedeeld.

  • 4.

    Met het oog op een tijdige besluitvorming kan de gemeente het eventueel uitbrengen van advies aan een termijn binden.

  • 5.

    De gemeenteraad kan, al dan niet op verzoek van de wijk- of dorpsraad, besluiten dat het college alsnog het advies van de wijk- of dorpsraad in moet winnen over een voorstel, waarover deze aanvankelijk niet is geraadpleegd.

Artikel 8 - Procedurebepalingen subsidie

  • 1.

    Per wijk/dorp komt één wijk- of dorpsraad voor subsidie in aanmerking.

  • 2.

    De hoogte van de subsidie is afhankelijk van het aantal inwoners van de wijk/het dorp.

  • 3.

    De subsidievoorwaarden zijn opgenomen in de Subsidieregeling Wijk- en dorpsraden. Deze wordt jaarlijks vastgesteld door het college. Op deze subsidieregeling is de Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch van toepassing.

  • 4.

    Een wijk- of dorpsraad ontvangt subsidie vanaf het moment van erkenning. Het subsidiebedrag wordt berekend naar rato van het aantal maanden van het subsidiejaar dat nog resteert.

Artikel 9 - Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2017 onder gelijktijdige intrekking van de Beleidsregels wijkraden.

  • 2.

    De regeling wordt aangehaald als “Beleidsregels voor wijk- en dorpsraden”.

 

2. Subsidieregeling Jongeren 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Alle jongeren moeten een gelijke kans krijgen om hun talenten te ontplooien, gezond te kunnen blijven en naar vermogen mee te doen in de samenleving. Voor de meeste jongeren verloopt dit zonder grote problemen, maar voor sommigen is hier ondersteuning bij nodig. Om die reden stimuleert en ondersteunt de gemeente vrijwilligersorganisaties om activiteiten te organiseren die bijdragen aan gelijke kansen, talentontwikkeling, voorkomen en tegengaan van eenzaamheid en bereiken van meer gezonde en gelukkige jaren.

We verwachten dat organisaties actief werken aan deze speerpunten en in het bijzonder kwetsbare inwoners hierop weten te stimuleren, te ondersteunen en te laten deelnemen zodat betrokkenheid op elkaar en bij de eigen leefomgeving bevorderd wordt.

Alleen die organisaties en activiteiten die aansluiten bij de inhoudelijke beleidsdoelen van de gemeente komen in aanmerking voor subsidie.

Artikel 2 - Definities

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Subsidieplafond: Een subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling. Het college stelt het subsidieplafond vast van deze subsidieregeling onder voorbehoud van vaststelling van de begroting door de gemeenteraad.

  • 2.

    Vast en flexibel budget: Binnen het vastgestelde subsidieplafond verdeelt de gemeente over alle aanvragende organisaties minimaal 90 % tot 95 % voor vaste subsidies over 2025 en maximaal 5 % tot 10% als flexibele inzet voor de aanpak van onvoorziene situaties en aanvragen die zich mogelijk voordoen in 2025.

  • 3.

    Rechtspersoon: Organisaties zonder winstoogmerk, in de vorm van een vereniging of stichting. De statuten zijn vastgesteld door een notaris, de organisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en er is een bestuur.

  • 4.

    “Tender” methode: Alle volledige subsidieaanvragen worden opgespaard tot de sluitingsdatum van 1 augustus 2024. De subsidieaanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde criteria.

  • 5.

    Op volgorde van binnenkomst methode: De gemeente behandelt de subsidieaanvragen op volgorde van binnenkomst. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag. Als wij uw aanvraag ontvangen nadat het subsidieplafond bereikt is, dan nemen wij uw aanvraag niet meer in behandeling. Als in 2025 een beroep wordt gedaan op het flexibel budget, dan behandelen we dit op volgorde van binnenkomst.

  • 6.

    Volledige subsidieaanvragen: het volledig ingevulde en ondertekende aanvraagformulier met de begroting 2025 en eventueel aanvullende informatie die nodig is voor de aanvraag.

  • 7.

    Maatschappelijk meerwaarde: Bij de verdeling van subsidiebedragen wordt gekeken naar de maatschappelijk meerwaarde van activiteiten die organisaties uitvoeren. Dit wordt bepaald door alle onderstaande criteria:

    • het aantal unieke deelnemers dat wordt bereikt met de activiteiten;

    • de toegevoegde waarde van de activiteiten aan de speerpunten genoemd in artikel 5.1;

    • bijdrage aan de zelfredzaamheid en de participatie van de doelgroep;

    • bijdrage aan de actieve inzet voor de samenleving door middel van vrijwillige inzet.

Artikel 3 - Wat is de doelgroep van deze subsidie?

Inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch van 0 tot 27 jaar.

Artikel 4 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Een vrijwilligersorganisatie uit de gemeente ’s-Hertogenbosch in de vorm van een rechtspersoon zonder winstoogmerk.

Artikel 5 - Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor de subsidie ‘Jongeren 2025’ moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • 1.

    De activiteiten leveren een bijdrage aan minimaal één van de volgende speerpunten:

    • Talentontwikkeling;

    • Het stimuleren van gelijke kansen;

    • Positieve gezondheid;

    • De aanpak van eenzaamheid.

  • 2.

    De activiteiten zijn toegankelijk voor de doelgroep. Iedereen kan gelijkwaardig gebruik maken van de activiteiten en initiatieven.

  • 3.

    De activiteiten vinden regelmatig gedurende het jaar plaats en worden voor het grootste deel met vrijwillige inzet ontwikkeld. De uitvoering van de activiteiten gebeurt helemaal of grotendeels met vrijwillige inzet en/of een bijdrage in natura, door inwoners.

  • 4.

    U spant zich in om meerdere inkomstenbronnen te realiseren. U bent zo niet alleen afhankelijk van gemeentelijke financiering maar maakt waar mogelijk gebruik van meerdere inkomstenbronnen.

  • 5.

    Een subsidieaanvraag is hoger dan € 200,-.

  • 6.

    De maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten moet zo hoog mogelijk zijn ten opzichte van het subsidiebedrag. Daarbij kijken we naar vergelijkbare organisaties, begrotingen, activiteiten en bereik van inwoners.

Artikel 6 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor de volgende onderdelen:

  • 1.

    Kosten voor het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten.

  • 2.

    Kosten voor huisvesting.

  • 3.

    Kosten voor coördinatietaken.

Artikel 7 - Wanneer komt u niet voor subsidie in aanmerking?

Het college zal de subsidieaanvraag weigeren, indien de aanvraag of activiteit naar het oordeel van het college:

  • 1.

    Niet voldoet aan één of meerdere voorwaarden uit artikel 5 van deze regeling.

  • 2.

    Niet in verhouding staat tot de maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten en het aangevraagde subsidiebedrag. Daarbij kijken we naar vergelijkbare organisaties, begrotingen, activiteiten en bereik van inwoners.

  • 3.

    Een winstoogmerk heeft dan wel op een andere wijze is ingegeven door commerciële belangen.

  • 4.

    Onderdeel uitmaakt van (organisatiekosten van) een actie van een goed doel.

  • 5.

    In aanmerking komt voor een andere, specifiekere subsidieregeling. De gemeente zorgt er samen met u voor dat uw aanvraag op de juiste plek terecht komt.

  • 6.

    Wordt aangewend voor activiteiten die zich richten op een politieke of levensbeschouwelijke overtuiging.

  • 7.

    Zich richt op activiteiten van verenigingen voor personen die een gemeenschappelijke hobby hebben, een liefhebberij of bezigheid ter ontspanning, die men met enige regelmaat uitoefent in zijn vrije tijd. Het betreft activiteiten van persoonlijke interesse (waaronder cafésporten) waarbij voldoening voorop staat en het vergroten van kennis, ervaringen en vaardigheden wordt nagestreefd.

  • 8.

    Zich richt op activiteiten van bewoners- en huurdersbelangen, die zich vooral richten op de eigen bewoners.

  • 9.

    Niet, of onvoldoende, ten goede komt aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Voor aanvragen hoger dan € 50.000,- geldt dat het college kan besluiten om geen subsidie toe te kennen als het vrij besteedbaar vermogen (inclusief eventuele bestemmingsreserves) meer dan 10 % van de begrote lasten van de aanvraag is.

  • 10.

    Als door het verlenen van de subsidie het subsidieplafond zou worden overstegen.

Artikel 8 - Hoe verloopt de subsidieprocedure vaste subsidie?

  • 1.

    De gemeente verdeelt 90 % tot 95 % van het subsidieplafond als subsidie. Voor deze verdeling wordt de “tender” methode” gebruikt.

  • 2.

    De subsidie wordt toegekend voor een periode van 1 jaar onder voorbehoud van het budgetrecht van de gemeenteraad.

Artikel 9 - Hoe verloopt de subsidie en aanvraagprocedure flexibele inzet?

  • 1.

    De gemeente verdeelt 5 tot 10% van het subsidieplafond als flexibele inzet voor de aanpak van onvoorziene situaties en nieuwe aanvragen. Voor deze verdeling wordt de “op volgorde van binnenkomst methode” gebruikt.

  • 2.

    Als op dat moment het resterende beschikbare flexibel budget in dat jaar op is, nemen wij de aanvraag om die reden niet in behandeling.

Artikel 10 - Hoe vraagt u subsidie aan?

  • 1.

    Op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch vindt u het aanvraagformulier. U kunt ook contact opnemen via subsidies@s-hertogenbosch.nl .

  • 2.

    Wilt u een aanvraag indienen voor vaste subsidie? Dan dient u het aanvraagformulier en de begroting voor 2025 volledig in te vullen en in te sturen vóór 1 augustus 2024, eventueel vergezeld met aanvullende informatie die u nodig acht voor de aanvraag. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag. Als uw aanvraag niet vóór de sluitingstermijn van 1 augustus 2024 is ontvangen, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • 3.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie uit het flexibel budget 2025, kunt u uw aanvraag indienen vanaf 1 januari 2025 tot uiterlijk 15 november 2025.

Artikel 11 - Beoordeling aanvragen

  • 1.

    Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen.

  • 2.

    Alle aanvragen voor subsidie worden beoordeeld op de maatschappelijke meerwaarde van activiteiten die organisaties organiseren.

  • 3.

    U ontvangt in december 2024 een besluit op uw aanvraag voor de vaste subsidie. Bij overige aanvragen ontvangt u een besluit binnen 13 weken.

Artikel 12 - Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Jongeren 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Wilt u meer weten? Neem dan contact op via subsidies@s-hertogenbosch.nl.

 

3. Subsidieregeling Cityboost 2025

 

Onze ambitie is dat alle jongeren in ’s-Hertogenbosch hun talenten kunnen ontdekken en optimaal kunnen ontwikkelen. Alle jongeren beschikken over talenten. Ze kunnen uitblinken in sport, creativiteit, sociale vaardigheden, vrijwilligerswerk enz.

De kans dat jongeren hun talenten kunnen ontdekken en ontwikkelen is niet gelijk verdeeld. Daarom doen wij van alles om alle Bossche jongeren de kans en de ruimte te bieden om achter hun talenten te komen en die te benutten. Dat doen wij door in te zetten op gelijke kansen in het onderwijs, via kinder- en jongerenwerk, schoolmaatschappelijk werk, sport en cultuur, door praktische ondersteuning, enz.

Jongerenparticipatie

Ook jongerenparticipatie zien wij als een middel om bij te dragen aan talentontwikkeling en gelijke kansen. Via jongerenparticipatie dagen wij jongeren uit om zelf het heft in handen te nemen, actief te worden om dingen in de samenleving te realiseren en/of te veranderen, hun mening te geven en mee te beslissen. Jongerenparticipatie draagt op deze manier bij aan de maatschappelijke dialoog, emancipatie, een samenleving die ook aansluit bij de wensen en behoeften van jongeren. Hierdoor voelen zij zich meer verbonden met de gemeente. Dat is juist nu belangrijk.

Belangrijk is dat jongerenparticipatie:

  • aansluit bij vragen van jongeren en deze als uitgangspunt neemt;

  • gaat om oplossingen die worden bedacht door en voor jongeren;

  • werkt met verschillende werkvormen die aansluiten bij de uiteenlopende talenten van jongeren;

  • we continu op zoek zijn naar jongeren die we nog niet bereikt hebben. Juist deze jongeren willen we kansen bieden, mogelijkheden aanreiken, trots en zelfbewust maken en verbinden;

  • toegankelijk is voor iedere jongere in onze gemeente.

Cityboost is een van de middelen die wij inzetten om jongerenparticipatie mogelijk te maken door:

  • Jou te helpen jouw idee werkelijkheid te laten worden.

  • Jou te helpen bij de financiering daarvan!

Jongeren van 12 tot en met 27 jaar kunnen ideeën indienen voor eenmalige activiteiten of events.

Ze kunnen als individu, groep of vereniging meedoen.

Ideeën onder de € 300,- kunnen direct worden uitgevoerd. De jongeren maken zelf een keuze uit de andere ideeën.

Wil je een graffitiworkshop, voetbaltoernooi of een festival organiseren? Cityboost investeert in ideeën en projecten voor, door en met jongeren, It’s up to you(th)!

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Met deze subsidie willen wij jongeren in staat stellen eenmalige activiteiten uit te voeren. De activiteiten worden georganiseerd door jongeren die in de gemeente ’s-Hertogenbosch wonen, werken of studeren en zijn gericht op jongeren in de gemeente ’s-Hertogenbosch. De activiteit moet hen én hun omgeving een positieve BOOST geven, bijdragen aan talentontwikkeling en gelijke kansen.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Jongere of groep van jongeren: jongeren in de leeftijdsgroep van 12 tot en met 27 jaar die in de gemeente ’s-Hertogenbosch wonen, studeren of werken.

  • 2.

    Natuurlijke personen: één persoon of meerdere personen die drager van rechten en verplichtingen kan/kunnen zijn. Dus geen organisatie.

  • 3.

    Subsidieplafond: Het subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Een jongere of groep van jongeren (natuurlijke personen).

Artikel 4 - Wanneer krijg je geen subsidie?

Wij geven geen subsidie voor een activiteit:

  • als het initiatief niet van een jongere of een groep van jongeren komt;

  • als die door of namens een professionele organisatie wordt georganiseerd;

  • die gericht is op commerciële doeleinden;

  • wanneer het niet in de gemeente 's-Hertogenbosch wordt uitgevoerd;

  • waarvoor de gemeente al een subsidie geeft;

  • als voor hetzelfde doel al eerder subsidie is verleend.

Artikel 5 - Aan welke voorwaarden moet de subsidieaanvraag voldoen?

  • 1.

    Het project is eenmalig.

  • 2.

    Het project moet door en voor jongeren worden georganiseerd in de gemeente 's-Hertogenbosch.

  • 3.

    Het project moet binnen 1 jaar na toekenning zijn uitgevoerd.

  • 4.

    Je dient een volledig ingevuld aanvraagformulier en een begroting in (zie Cityboost / Den Bosch)

  • 5.

    De hoogte van het subsidiebedrag is afhankelijk van het type activiteit. Daarbij wordt rekening gehouden met het subsidieplafond.

  • 6.

    Zijn er overige inkomsten (bijvoorbeeld door kaartverkoop)? Dan moet je dit vermelden.

  • 7.

    Achteraf lever je een volledig ingevuld verantwoordingsformulier in. Hierbij voeg je onder meer alle betalingsbewijzen toe.

  • 8.

    Je leeft de spelregels na van Cityboost. Deze staan op de website van Cityboost (HYPERLINK "https://www.denbosch.nl/nl/jongeren/jongerendoenmee/cityboost"Cityboost / Den Bosch).

  • 9.

    Het rekeningnummer moet van een jongere zijn die 18 jaar of ouder is. Ben je nog geen 18 jaar, dan kan je het rekeningnummer van je begeleider aangeven. Bijvoorbeeld een van je ouders of een jongerenwerker.

  • 10.

    Je toont aan op welke wijze de activiteiten en events bijdragen aan talentontwikkeling en/of gelijke kansen van Bossche jongeren.

Artikel 6 - Hoe verloopt jouw subsidie aanvraag?

  • 1.

    Het digitale aanvraagformulier kun je vinden op E-mail contactformulier - Uw bericht en contactgegevens (s-hertogenbosch.nl). Dit vul je volledig in. Daarna voeg je de gevraagde bijlagen toe. Kom je er niet helemaal uit? Geen probleem. Kijk voor contact op Cityboost / Den Bosch.

  • 2.

    Je levert een concreet plan in. Tijdens Boostday ga je aan de slag om je idee uit te werken indien gewenst of nodig.

  • 3.

    Na Boostday stemmen jongeren online welke ideeën/projecten dat jaar door gaan en uitgevoerd mogen worden. Tijdens de Cityboost awards worden de winnaars bekend gemaakt. Op de website van Cityboost staat wanneer de stemming en de Cityboost awards plaatsvindt. Daar vind je ook de datum waarop jouw aanvraag uiterlijk bij ons binnen moet zijn.

  • 4.

    Je krijgt maximaal één jaar de tijd om jouw project te realiseren.

  • 5.

    Je legt verantwoording af over hoe je de subsidie hebt uitgegeven. Bonnetjes bewaren dus!

Artikel 7 - Hoe verloopt de procedure financieel?

  • 1.

    Kost jouw idee minder dan € 300,-? Dan krijg je binnen twee weken bericht of je het direct mag uitvoeren.

  • 2.

    Is jouw idee boven de € 300,-? Dan doe je mee met de Cityboost spelregels. Is jouw project gekozen? Binnen twee weken na de awards gaan we in gesprek met jou. We maken dan ook afspraken over het project en de uitbetalingsvoorwaarden.

  • 3.

    Je maakt afspraken met de projectleider Cityboost over hoe je het geld wilt ontvangen. Dat kan variëren van alles in één keer tot drie keer een deel.

  • 4.

    Vanaf dan ga je jouw idee uitvoeren. Na afloop van je project krijg je 3 weken de tijd om het verantwoordingformulier in te vullen, bonnen te scannen, flyer en foto toe te voegen en aan te leveren.

  • 5.

    Elk jaar is er een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers.

Artikel 8 - Wanneer kan de gemeente het geld (gedeeltelijk) terugvorderen?

De gemeente kan het geld gedeeltelijk of volledig terugvorderen. Dat kan onder andere:

  • als er misbruik van de subsidie wordt gemaakt;

  • als er illegale praktijken hebben plaatsgevonden door de aanvrager. Denk bijv. aan het achterhouden van inkomsten door de aanvrager, alcohol- en/of drugsmisbruik, enz.;

  • als het project niet of maar gedeeltelijk is uitgevoerd.

Artikel 9 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    De subsidieregeling heet: Subsidieregeling Cityboost 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen en de subsidieplafonds elk jaar in november (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Sheila Driessen

Tel.no.: 073 - 615 5155

Email: cityboost@s-hertogenbosch.nl

 

4. Subsidieregeling Maatschappelijke participatie kinderen

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is een impuls geven aan het bevorderen van participatie van schoolgaande kinderen aan de maatschappij. Het gaat om schoolgaande, Bossche kinderen uit gezinnen die het niet zelf kunnen betalen en rondkomen van een inkomen op of onder de 120 % van de geldende bijstandsnorm.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Schoolgaande kinderen: kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar die in de gemeente ’s-Hertogenbosch wonen.

  • 2.

    Participatie: kunnen meedoen op school en kunnen meedoen aan sport, cultuur of sociaal-culturele activiteiten.

  • 3.

    Verstrekking: Het betalen van essentiële materialen en voorzieningen die nodig zijn om mee te kunnen doen op school, het betalen van contributie, abonnementen e.d. en het eventueel betalen van de materialen die nodig zijn voor de uitoefening van sport, cultuur of sociaal-culturele activiteiten.

  • 4.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 5.

    Tendermethode: Alle volledige subsidieaanvragen worden opgespaard tot de sluitingsdatum van 15 februari voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft. De subsidieaanvragen worden beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde criteria.

  • 6.

    Volledige subsidieaanvraag: het volledig ingevulde, ondertekende aanvraagformulier met begroting, werkplan/activiteitenplan/beleidsplan en eventueel aanvullende informatie die nodig is voor de aanvraag.

  • 7.

    Subsidieplafond: Het subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Organisaties die zich richten op het bereiken van het doel onder artikel 1 kunnen subsidie aanvragen. De aanvrager van de subsidie is een organisatie zonder winstoogmerk die in de gemeente 's-Hertogenbosch of daarbuiten gevestigd kan zijn én zijn/haar diensten, bestemd voor inwoners uit de gemeente ’s-Hertogenbosch, in de gemeente ’s-Hertogenbosch uitvoert. 

Artikel 4 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Organisaties kunnen een subsidie aanvragen voor het financieel mogelijk maken van deelname aan school, sport, cultuur of sociaal-culturele activiteiten, zodat deelname aan de maatschappij mogelijk blijft voor schoolgaande kinderen ondanks de beperkte financiële mogelijkheden binnen het gezin.

  • 2.

    De organisatie moet de activiteiten in natura betalen. Dit betekent ofwel directe betaling aan leverancier of aanbieder, ofwel aan de ouder in de vorm van een waardebon, voucher e.d. waarbij de ouder het geld alleen kan besteden aan het daarvoor bestemde doel.

Artikel 5 - Subsidie aanvragen

  • 1.

    Een aanvraag kan worden ingediend door middel van een door het college vastgesteld formulier. U vindt voor deze subsidie het aanvraagformulier op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch . Na het invullen van het aanvraagformulier kunt u deze naar de gemeente mailen of per post opsturen.

  • 2.

    Uw volledige aanvraag dienen wij op uiterlijk 15 februari te ontvangen voorafgaand aan het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.

Artikel 6 - Subsidieplafond en deelplafonds

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van deze subsidieregeling is in totaal een subsidieplafond van € 580.410,- beschikbaar.

  • 2.

    Het subsidieplafond bestaat uit 3 deelplafonds:

    • a.

      € 365.000,- voor het bevorderen van participatie van schoolgaande kinderen op school;

    • b.

      € 200.000,- voor het bevorderen van participatie van schoolgaande kinderen buiten schooltijd, specifiek als het gaat om contributie voor sportclub/-vereniging, het volgen van muzieklessen, danslessen of andere lessen voor creatieve uitingen en het eventueel vergoeden van de (sport)materialen die hiervoor nodig zijn;

    • c.

      € 15.410,- voor recreatieve activiteiten buiten schooltijd, niet zijnde activiteiten zoals genoemd onder 2b in dit artikel.

  • 3.

    Indien er binnen een deelplafond een overschot is, kan het restant worden toegevoegd aan één of beide andere deelplafonds.

Artikel 7 - Beoordeling subsidieaanvraag

  • 1.

    Indien de aanvragen het (deel)subsidieplafond voor de betreffende activiteit overstijgen, vindt verstrekking van subsidie plaats zoals uitgewerkt in lid 2, 3, en 4 van dit artikel.

  • 2.

    Tijdige en volledige subsidieaanvragen die voldoen aan de voorwaarden van de artikelen 3 en 4 worden inhoudelijk en kwalitatief beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • a.

      de mate waarin de doelgroep wordt bereikt;

    • b.

      de mate waarin de beschikbare middelen effectief en efficiënt worden ingezet om bij te dragen aan de te behalen resultaten. Hierbij wordt expliciet gekeken welk verwacht percentage van de subsidie direct in de vorm van verstrekkingen ten goede komt aan de doelgroep;

    • c.

      de mate waarmee de kosten van de activiteiten kunnen worden gedekt door eigen vermogen en/of reserve.

  • 3.

    Aan de in het tweede lid vermelde criteria wordt een score toegekend met toepassing van een wegingsfactor zoals vermeld op het bijgevoegde vastgestelde beoordelingsformulier. Dit beoordelingsformulier maakt onderdeel uit van deze subsidieregeling.

  • 4.

    De subsidieaanvragen worden na een onderlinge vergelijking gerangschikt, waarna subsidie wordt verstrekt aan de aanvrager die als eerste in de rangschikking is geplaatst totdat het (deel)subsidieplafond is bereikt.

Artikel 8 – Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 10 van de Algemene subsidieverordening wordt de subsidie in ieder geval geweigerd als:

  • 1.

    met de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd is begonnen voordat de aanvraag is ontvangen.

  • 2.

    de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd voor een uitvoerende (gesubsidieerde) organisatie reeds een staande en bewezen praktijk is binnen de gemeente.

  • 3.

    het voorstel hetzelfde bewerkstelligt als één of meerdere maatregelen die in het kader van het Armoedebeleid al door de gemeente, dan wel een daarvoor aangewezen externe partij, worden uitgevoerd.

  • 4.

    het toekennen van de subsidieaanvraag in strijd zou zijn met wet- en regelgeving of de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

  • 5.

    als door het verlenen van de subsidie het subsidieplafond zou worden overstegen.

Artikel 9 – Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, één of meerdere bepalingen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken.

Artikel 10 - Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Maatschappelijke participatie kinderen.

  • 3.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt jaarlijks (veranderd of onveranderd) de subsidieregelingen vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 4.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

 

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Glencora Soentpiet

Tel no: 073-615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Bijlage beoordelingsformulier Subsidieregeling Maatschappelijke participatie kinderen

 

BEOORDELINGSFORMULIER

Aanvrager … 

Zaaknummer … 

Ingevuld door …

 

Beoordelingscriteria

Weging %

 

 

a. Bereik

 

 

 

Het verwachte bereik binnen de gemeentelijke doelgroep, zijnde kinderen uit de gemeente ’s-Hertogenbosch in de leeftijd van 4 tot 18 jaar, waarvan de ouders een inkomen hebben op of onder 120 % van de geldende bijstandsnorm.

60 %

 

 

b. Efficiëntie

 

 

 

Het verwachte percentage van de subsidie dat direct in de vorm van verstrekkingen ten goede komt aan de kinderen.

20 %

 

 

c. Eigen vermogen

 

 

 

De mate waarmee de kosten van de activiteiten kunnen worden gedekt door eigen vermogen en/of reserve.

20 %

 

 

Totaal

100 %

 

 

 

 

 

 

Waardering

Punten

Score

Gewogen score

a. Bereik

 

Uitstekend

10

 

 

Goed

8

 

 

Voldoende

6

 

 

Redelijk

4

 

 

Minimaal

2

 

 

b. Efficiëntie en effectiviteit

 

Uitstekend

10

 

 

Goed

8

 

 

Voldoende

6

 

 

Redelijk

4

 

 

Minimaal

2

 

 

c. Eigen vermogen in voorgaand boekjaar

 

Binnen de marge uit de Beleidsregels Algemene Subsidieverordening | Lokale wet- en regelgeving (overheid.nl)*

10

 

 

Eigen vermogen is gelijk of minder dan 20 % van de gevraagde subsidie

8

 

 

Eigen vermogen is meer dan 20 % en gelijk of minder dan 40 % van de gevraagde subsidie

6

 

 

Eigen vermogen is meer dan 40 % en gelijk of minder dan 60 % van de gevraagde subsidie

4

 

 

Eigen vermogen is meer dan 60 % en gelijk of minder dan 80 % van de gevraagde subsidie

2

 

 

Eigen vermogen is meer dan 80 % van de gevraagde subsidie

0

 

 

 

 

Totaal gewogen score

 

*Het vrij besteedbaar vermogen, inclusief eventuele bestemmingsreserves, bedraagt maximaal 10 % van de begrote lasten voor het daaropvolgende subsidiejaar.

 

 

 

 

5. Regionale subsidieregeling Stimulering ervaringsdeskundigheid Meierij-Bommelerwaard 2023-2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel en de doelgroep van deze subsidie?

Het doel van de subsidieregeling is om ervaringsdeskundigheid in de geestelijke gezondheidszorg en/of verslavingszorg te stimuleren en de inzet van ervaringsdeskundigen in de regio Meierij en Bommelerwaard te ondersteunen.

De inzet van ervaringsdeskundigheid komt vooral ten goede aan de doelgroep van beschermd wonen en maatschappelijke opvang: kwetsbare inwoners met problematiek op het terrein van psychiatrie, verslaving of dakloosheid.

We kennen twee subsidievormen:

  • 1.

    Eenmalige subsidie, nl. voor lokale en/of regionale initiatieven met inzet van ervaringsdeskundigheid en/of opleidingen tot ervaringsdeskundige. Dit leest u in hoofdstuk 1 van deze subsidieregeling.

  • 2.

    Jaarlijkse/ meerjarige subsidie voor regionale (vrijwilligers)organisaties die ervaringsdeskundigheid stimuleren en inzetten in de regio Meierij-Bommelerwaard. Dit leest u in hoofdstuk 2 van deze subsidieregeling.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden of begrippen uit:

  • 1.

    Aanvrager: een natuurlijk persoon (inwoner of groep inwoners) of een rechtspersoon die een schriftelijk verzoek indient om subsidie te verkrijgen.

  • 2.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 3.

    (Vrijwilligers)organisatie: organisaties in de vorm van een rechtspersoon zonder winstoogmerk die met de inzet van vrijwilligers ervaringsdeskundigheid ontwikkelen en inzetten in één of meer gemeenten in de regio Meierij en Bommelerwaard (’s-Hertogenbosch, Vught, Maasdriel, Meierijstad, Boxtel, Sint-Michielsgestel en Zaltbommel). De regio streeft naar een dekkend aanbod voor de hele regio.

  • 4.

    Rechtspersoon: organisatie zonder winstoogmerk, in de vorm van een vereniging of stichting. De statuten zijn vastgelegd bij de notaris, de organisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en er is een bestuur.

  • 5.

    Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling. Het college van Burgemeester en Wethouders stelt het subsidieplafond per subsidieregeling jaarlijks vast, na vaststelling van de gemeentebegroting door de gemeenteraad.

Begrippen voor eenmalige subsidies:

  • 6.

    Eenmalige subsidie: subsidie ten behoeve van eenmalige projecten of activiteiten die niet behoren tot de reguliere bezigheden van de aanvrager of voor een opleiding tot ervaringsdeskundige.

  • 7.

    Op volgorde van binnenkomst-methode: Wij behandelen de subsidieaanvragen voor eenmalige subsidies op volgorde van binnenkomst. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag als aanvraagdatum. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond is bereikt, verstrekken wij geen subsidie meer.

Begrippen voor jaarlijkse/meerjarige subsidies:

  • 7.

    Jaarlijkse/meerjarige subsidie: subsidie die per (boek/school)jaar of voor een bepaald aantal boekjaren wordt verstrekt. Aanvragers kunnen zelf aangeven of ze voor meerjarige subsidie in aanmerking willen komen. Een meerjarige subsidie kan de looptijd van 2023-2025 niet overschrijden.

  • 8.

    “Tender” methode: alle volledige subsidieaanvragen worden opgespaard tot de sluitingsdatum. Na de sluitingsdatum beoordelen wij uw subsidieaanvraag aan de hand van de volgende criteria:

  • 9.

    De bijdrage van de activiteiten aan de speerpunten genoemd in artikel 12.

     

    De maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten moet zo hoog mogelijk zijn ten opzichte van het subsidiebedrag

HOOFDSTUK 1 EENMALIGE SUBSIDIE

Artikel 3 - Wie kan deze eenmalige subsidie aanvragen?

Inwoners, groepen inwoners of organisaties werkzaam in de regio Meierij en Bommelerwaard kunnen deze eenmalige subsidie aanvragen. Dit geldt als ze met vrijwilligers initiatieven ontwikkelen voor kwetsbare inwoners met problematiek op het terrein van psychiatrie, verslaving of dakloosheid binnen de regio Meierij en Bommelerwaard (’s-Hertogenbosch, Vught, Maasdriel, Meierijstad, Boxtel, Sint-Michielsgestel en Zaltbommel) of als ze binnen deze regio zich gaan inzetten als ervaringsdeskundige voor deze doelgroep en hiervoor een opleiding willen doen. Voor subsidie van minder dan € 5.000,- is het niet nodig een rechtspersoon te zijn.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een eenmalige subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor:

  • De opleiding tot ervaringsdeskundige (officieel erkende opleiding), of;

  • Activiteiten die de inzet van ervaringsdeskundigheid stimuleren of;

  • Activiteiten georganiseerd door ervaringsdeskundigen met als doel bevordering van het herstel van kwetsbare inwoners met problematiek op het terrein van psychiatrie, verslaving of dakloosheid of;

  • Activiteiten georganiseerd door ervaringsdeskundigen die ervoor zorgen dat kwetsbare inwoners met problematiek op het terrein van psychiatrie, verslaving of dakloosheid gaan deelnemen aan algemene voorzieningen en sociale verbanden.

Artikel 5 - Voorwaarden toekennen subsidie

  • 1.

    Voor alle eenmalige subsidies geldt:

    • De subsidie wordt eenmalig verstrekt per persoon of activiteit.

    • Een project of activiteit wordt binnen één jaar na subsidietoekenning afgerond.

  • 2.

    Voor de eenmalige subsidie voor de opleiding tot ervaringsdeskundige geldt:

    • De aanvrager heeft zelf ervaring als cliënt met psychische- en of verslavingsproblematiek.

    • De aanvrager zet zich na het behalen van het diploma in als ervaringsdeskundige in de regio Meierij en Bommelerwaard.

    • Er kan een vergoeding gevraagd worden tot 75 % van het opleidingsbedrag met een maximum zoals gesteld in artikel 6 van deze regeling.

Artikel 6 - Hoeveel eenmalige subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    Voor inwoners kan er maximaal € 5.000,- per aanvraag worden verstrekt.

  • 2.

    Voor organisaties (rechtspersonen) kan er maximaal € 10.000,- subsidie per aanvraag worden verstrekt.

Artikel 7 - Hoe verloopt de procedure voor eenmalige subsidies?

  • 1.

    Uw aanvraag voor deze subsidie moeten wij uiterlijk 13 weken voordat de activiteit plaatsvindt hebben ontvangen. Binnen uiterlijk 6 weken krijgt u een antwoord op uw aanvraag.

  • 2.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. 20 % van het subsidieplafond is beschikbaar voor eenmalige subsidies. We verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘op volgorde van binnenkomst’-methode.

Artikel 8 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor eenmalige subsidie?

U krijgt geen subsidie als:

  • 1.

    de activiteit zich richt op het bevorderen van een partijpolitieke of levensbeschouwelijke overtuiging;

  • 2.

    de activiteit een feest, viering, evenement of excursie betreft;

  • 3.

    de activiteit betaald kan worden uit een specifiekere (subsidie)regeling. In dit soort gevallen zorgen wij er samen met u voor, dat de aanvraag op de juiste plek terecht komt;

  • 4.

    de activiteit of inzet van de ervaringsdeskundige na de opleiding plaats vindt buiten de regio Meierij en Bommelerwaard;

  • 5.

    de subsidie een structurele financiering vervangt, of de activiteit/het project al eerder gefinancierd is door de gemeente ’s-Hertogenbosch, Vught, Maasdriel, Meierijstad, Boxtel, Sint-Michielsgestel of Zaltbommel.

Artikel 9 - Hoe vraagt u de eenmalige subsidie aan?

  • 1.

    U vindt het digitale aanvraagformulier voor deze subsidie op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch

  • 2.

    Na het invullen van het aanvraagformulier wordt deze verstuurd naar de gemeente. Bij problemen of vragen kunt u contact opnemen met onderstaande contactpersoon.

 

HOOFDSTUK 2 JAARLIJKSE/MEERJARIGE SUBSIDIE

Artikel 10 - Wie kan deze jaarlijkse/meerjarige subsidie aanvragen?

(Vrijwilligers)organisaties in de vorm van een rechtspersoon zonder winstoogmerk die ervaringsdeskundigheid ontwikkelen en inzetten in de regio Meierij-Bommelerwaard (’s-Hertogenbosch, Vught, Maasdriel, Meierijstad, Boxtel, Sint-Michielsgestel en Zaltbommel) kunnen subsidie aanvragen. De regio streeft naar een dekkend aanbod voor de hele regio.

De inzet van ervaringsdeskundigheid is gericht op de doelgroep kwetsbare inwoners met problematiek op het terrein van psychiatrie, verslaving of dakloosheid.

Artikel 11 - Waarvoor kunt u een jaarlijkse/meerjarige subsidie aanvragen en welke voorwaarden hangen daaraan?

Om in aanmerking te komen voor de jaarlijkse subsidie moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • 1.

    De activiteiten zijn gericht op minimaal één van de volgende speerpunten:

    • herstel of sociale participatie van de doelgroep; of

    • het leren werken met ervaringsdeskundigheid; of

    • inzet van ervaringsdeskundigheid in het lokale voorliggend veld (in samenwerking met lokale partners zoals welzijn of corporaties) en/of beleidsparticipatie.

  • 2.

    De activiteiten zijn toegankelijk voor de doelgroep van deze subsidie, de activiteiten vinden regelmatig gedurende het jaar plaats en de activiteiten vinden gespreid over de gemeenten in de regio Meierij-Bommelerwaard plaats.

  • 3.

    De activiteiten worden grotendeels met vrijwillige inzet ontwikkeld en uitgevoerd.

  • 4.

    U spant zich in om meerdere inkomstenbronnen te realiseren. U bent zo niet alleen afhankelijk van gemeentelijke financiering maar maakt waar mogelijk gebruik van meerdere inkomstenbronnen.

  • 5.

    Een aanvraag is hoger dan € 200,-.

Artikel 12 - Voor welke kosten kunt u deze jaarlijkse/meerjarige subsidie aanvragen?

  • 1.

    Kosten voor het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten.

  • 2.

    Kosten voor huisvesting.

  • 3.

    Kosten voor coördinatie.

Artikel 13 - Wanneer komt u niet voor de jaarlijks/meerjarige subsidie in aanmerking?

  • 1.

    Als u niet voldoet aan één of meerdere voorwaarden uit artikel 11.

  • 2.

    Als de activiteiten in aanmerking komen voor een specifiekere subsidieregeling. De gemeente zorgt er samen met u voor dat uw aanvraag op de juiste plek terecht komt.

  • 3.

    Als de activiteiten zich richten op een politieke of levensbeschouwelijke overtuiging.

  • 4.

    Als het aangevraagde subsidiebedrag niet in verhouding staat tot de maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten.

  • 5.

    Als het college besluit om geen subsidie toe te kennen, voor aanvragen hoger dan € 50.000,- waarbij het vrij besteedbaar vermogen (inclusief eventuele bestemmingsreserves) meer dan 10 % van de begrote lasten van de aanvraag is.

Artikel 14 - Hoe verloopt de procedure voor jaarlijkse/meerjarige subsidies?

  • 1.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Voor de verdeling van jaarlijkse of meerjarige subsidies is 65 % van het subsidieplafond beschikbaar. Voor de verdeling ervan wordt de “tender methode” gebruikt.

  • 2.

    De subsidie wordt toegekend voor één of meer jaren, maar de looptijd van de subsidie overschrijdt de looptijd van deze subsidieregeling niet: de looptijd is vanaf 1 januari 2023 tot en met 31 december 2025.

Artikel 15 - Hoe vraagt u jaarlijkse/meerjarige subsidie aan?

  • 1.

    Op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch vindt u het aanvraagformulier voor deze subsidie. U kunt ook contact opnemen met de contactpersoon.

  • 2.

    De gemeente dient uw aanvraag voor 15 augustus van het kalenderjaar te ontvangen om in aanmerking te komen voor jaarlijkse of meerjarige subsidie.

  • 3.

    Dit onder voorbehoud van de jaarlijkse vaststelling van de regionale begroting Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch na consultatie van de colleges in de regiogemeenten.

Artikel 16 - Beoordeling aanvragen jaarlijkse/meerjarige subsidie

  • 1.

    Alle aanvragen voor jaarlijkse/meerjarige subsidie worden beoordeeld op de maatschappelijke meerwaarde van activiteiten die organisaties organiseren.

  • 2.

    De maatschappelijke meerwaarde wordt bepaald door alle onderstaande criteria:

    • Het aantal deelnemers of inwoners dat wordt bereikt met de activiteiten en de spreiding daarvan over alle regiogemeenten in de regio Meierij-Bommelerwaard.

    • De spreiding van de inzet van ervaringsdeskundigheid over meerdere terreinen, nl. herstel en sociale participatie van de doelgroep, het leren werken met ervaringsdeskundigheid, het samenwerken met het voorliggend veld of beleidsparticipatie.

    • Samenwerking met andere organisaties op het terrein van ervaringsdeskundigheid is een pré.

    • De bijdrage aan de regionale ambitie op het terrein van preventie psychische- en verslavingskwetsbaarheid, zoals verwoord in het toetsingskader (zie bijlage).

  • De maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten moet zo hoog mogelijk zijn ten opzichte van het subsidiebedrag.

HOOFDSTUK 3 TOT SLOT

Artikel 17 - Flexibel budget

15 % van het subsidieplafond wordt als flexibel budget vrij gehouden om nieuwe aanvragen voor jaarlijkse of meerjarige subsidies in volgende kalenderjaren te kunnen honoreren, voor aanvulling van de eenmalige subsidies of voor inzet in onvoorziene situaties.

Artikel 18 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2023.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2025.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Regionale Subsidieregeling Stimulering Ervaringsdeskundigheid Meierij-Bommelerwaard 2023-2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch, beleidsmedewerker Maatschappelijke opvang (MO)

Alexander van den Dungen

Email: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Telefoon: (073) 615 51 55

 

BIJLAGE TOETSINGSKADER JAARLIJKSE/MEERJARIGE SUBSIDIE

 

 

  • 1.

    Regionale basis:

We willen dat preventie partners die subsidie ontvangen in ieder geval voldoen aan de doelstellingen van de regionale basis én aantonen welke activiteiten zij ondernemen op deze vier pijlers.

1.1 De organisatie onderhoudt korte lijnen met het voorliggende- en lokale veld door bijv. aan te sluiten bij bestaande overleggen en netwerkbijeenkomsten.

1.2 De organisatie ondersteunt het voorliggend veld met deskundigheidsbevordering en de mogelijkheid tot consultatie bieden.

1.3 De organisatie stemt het aanbod af met organisaties uit het werkgebied en werkt mogelijk samen bij een overlap van aanbod/doelstelling.

Het aanbod van de organisatie is goed vindbaar, helder en wordt naar partners én doelgroep gecommuniceerd.

1.4 Bij de uitvoering van het preventieve aanbod wordt gebruik gemaakt van de inzet van ervaringsdeskundigen.

1.5 De organisaties bieden gezamenlijk een dekkend aanbod in de regio Meierij-Bommelerwaard op de functies preventie verslaving, preventie psychische kwetsbaarheid en inzet ervaringsdeskundigheid (ggz, verslaving, dakloosheid).

 

  • 2.

    Vroegsignalering

  • Door problematiek vroegtijdig te herkennen – erkennen en zorg te bieden kan verzwaring van problematiek en de inzet van zwaardere zorg (mogelijk) voorkomen worden

2.1 De organisatie verspreidt actief informatie en kennis over hun aanbod om zo vroeg mogelijk gevonden te worden door het voorliggend veld.

2.2 De organisatie levert inspanningen om informatie en kennis over hun aanbod bekend te maken bij het voorliggend- en lokale veld.

2.3 De organisatie is aanwezig bij en zichtbaar voor de doelgroep waardoor vroegsignalering mogelijk is;

2.4 De organisatie verwijst indien nodig door, en/of informeert partijen als dat passend voor de zorgvraag of het welzijn van de inwoner.

 

  • 3.

    Ondersteuning van netwerk

In veel gevallen heeft het netwerk een belangrijke rol in het welzijn van de inwoner. Door de naasten of het bredere netwerk van de inwoner te ondersteunen kunnen zij langer de inwoner ondersteunen.

3.1 De organisatie heeft oog voor het welzijn van naasten door en signaleert vragen of problemen bij naasten.

3.2 De organisatie adviseert naasten actief in de mogelijkheden tot eigen ondersteuning.

3.3 De organisatie ontwikkelt aanbod voor de ondersteuning van naasten.

 

  • 4.

    Vinger aan de pols

Voor de duurzaamheid van zorg is het van belang om nazorg of opnieuw opschalen niet ingewikkelder te maken dan nodig is. We zien graag dat partners een consultatiefunctie bieden voor oud-cliënten of organisaties die de zorg overnemen.

4.1 Er vindt een warme overdracht plaats naar het voorliggend- of lokale veld waarbij de mogelijkheid tot consultatie open blijft voor deze organisatie.

4.2 De organisatie is actief in het voorzien van een nazorg/waakvlam functie waarbij oud cliënten-deelnemers laagdrempelig opnieuw vragen kunnen stellen.

4.3 In de nazorg is aandacht voor de mogelijke inzet van ervaringsdeskundigen of lotgenotengroepen.

 

  • 5.

    Laagdrempelig en passend aanbod

Preventieve zorg moet laagdrempelig en benaderbaar zijn. Door vroegtijdig en snel te handelen, schakelen of doorverwijzen voorkomen we de inzet van zwaardere zorg.

5.1 De organisatie is laagdrempelig te benaderen voor kwetsbare inwoners of naasten én is zelf actief in het benaderen van inwoners.

5.2 De organisatie signaleert als veel vragen binnenkomen waar geen passend aanbod is en ontwikkelt dit in overleg met opdrachtgever en netwerk.

5.3 Bij het ontwerpen van het preventieve aanbod wordt gebruik gemaakt van de expertise van ervaringsdeskundigen.

 

6. Subsidieregeling Nieuwe Initiatieven en Right to Challenge 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Alle inwoners moeten een gelijke kans krijgen om hun talenten te ontplooien, gezond te kunnen blijven en naar vermogen mee te doen in de samenleving. Onze inwoners nemen steeds vaker zelf initiatief om de samenleving te veranderen. Met de gemeentelijke subsidieregeling Nieuwe Initiatieven en Right to Challenge ondersteunen we nieuwe initiatieven en challenges die de sociaal maatschappelijke kwaliteit van de stad bevorderen.

U kunt:

  • A.

    Een subsidie aanvragen om Right to Challenge mogelijk te maken, of;

  • B.

    Een subsidie aanvragen om een nieuw initiatief uit te voeren.

Hieronder volgen eerst de algemene bepalingen die voor beide subsidiemogelijkheden gelden. Daarna volgen de bepalingen die specifiek gelden voor Right to Challenge en daarna de bepalingen die specifiek gelden voor Nieuwe Initiatieven.

Artikel 2 - Definities

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Subsidieplafond: Een subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling. Het college stelt het subsidieplafond vast van deze subsidieregeling onder voorbehoud van vaststelling van de begroting door de gemeenteraad.

  • 2.

    Rechtspersoon: Organisaties zonder winstoogmerk, in de vorm van een vereniging of stichting. De statuten zijn vastgesteld door een notaris, de organisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en er is een bestuur.

  • 3.

    Op volgorde van binnenkomst methode: De gemeente behandelt de subsidieaanvragen op volgorde van binnenkomst. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag. Als wij uw aanvraag ontvangen nadat het subsidieplafond bereikt is, dan nemen wij uw aanvraag niet meer in behandeling.

Artikel 3 - Wat is de doelgroep van deze subsidie?

Inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 4 - Wanneer komt u niet voor subsidie in aanmerking?

Er zijn geen bijdragen mogelijk voor:

  • Initiatieven die religieus of politiek van aard zijn;

  • Feesten, evenementen, excursies of reguliere verenigingsactiviteiten;

  • Initiatieven die in aanmerking kunnen komen voor een specifiekere (subsidie)regeling. Wij zorgen er samen met u voor, dat de aanvraag op de juiste plek terecht komt.

  • Initiatieven die niet ten goede komen aan inwoners van de gemeente.

Artikel 5 - Verdeling subsidiebedrag

We verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers. Voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond behandelen wij de subsidieaanvragen ‘op volgorde van binnenkomst’.

 

A. Right to Challenge

 

Artikel 6 - Wat is het doel van Right to Challenge?

Right to Challenge of Challenge staat voor ‘het recht om de gemeente uit te dagen’. Een groep bewoners neemt het initiatief om een gemeentelijke sociaal-maatschappelijke taak over te nemen. Dit doen zij als zij denken dat het anders, beter en/of slimmer kan, voor maximaal hetzelfde budget.

Artikel 7 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Een groep bewoners uit de gemeente ‘s-Hertogenbosch met rechtspersoonlijkheid (bijvoorbeeld een stichting, een coöperatie of een vereniging) zonder winstoogmerk kan subsidie aanvragen.

Artikel 8 - Voorwaarden

  • 1.

    U daagt ons uit om een huidige gemeentelijke sociaal-maatschappelijke taak over te nemen.

  • 2.

    U kunt de taak uitvoeren in plaats van door de gemeente gefinancierd aanbod. U haalt de huidige doelen minimaal tegen maximaal hetzelfde budget.

  • 3.

    U bent geworteld in de buurt, wijk of het gebied.

  • 4.

    Er is aantoonbaar draagvlak voor het initiatief vanuit de wijk, buurt of het gebied. Iedereen kan gelijkwaardig gebruik maken van het initiatief. Eventuele te realiseren opbrengsten moeten publiek blijven en ten goede komen aan het maatschappelijk doel.

  • 5.

    U maakt aannemelijk dat u en uw eventuele partners de prestatie kunnen leveren.

Artikel 9 - Wat is er nodig voor een aanvraag?

Na een gesprek met de contactpersoon onder deze regeling vult u een aanvraagformulier in. In het gesprek helpen we u op weg met het schrijven van een plan. Daarin komen de volgende onderwerpen aan bod:

  • Een omschrijving van de uitdaging;

  • Welke gemeentelijke taak u wilt uitdagen;

  • Wat de meerwaarde is voor de wijk, buurt of het gebied;

  • Wat het draagvlak is in de wijk, buurt of het gebied;

  • Uitleg over samenwerkings- en uitvoeringspartners en hun (financiële) bijdragen;

  • Uitleg over het beoogde resultaat en effect;

  • Een planning;

  • Een (meerjarig) overzicht van de inkomsten en uitgaven.

 

B. Nieuwe initiatieven

 

Artikel 10 - Wat is het doel van Nieuwe Initiatieven?

Het gaat om nieuwe initiatieven die de sociale kwaliteit van de stad versterken. Het nieuwe initiatief moet een meerwaarde hebben voor de wijk of buurt en moet de leefbaarheid vergroten. We willen inwoners hierbij (financieel) ondersteunen. Bij deze subsidie gaat het niet om het overnemen (uitdagen) van taken van de gemeente; zie daarvoor A) Right to Challenge.

Artikel 11 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Een groep bewoners uit de gemeente ‘s-Hertogenbosch met rechtspersoonlijkheid (bijvoorbeeld een stichting, een coöperatie of een vereniging) zonder winstoogmerk kan subsidie aanvragen.

Artikel 12 - Voorwaarden

  • 1.

    Het initiatief is aanvullend en/of vernieuwend op sociaal terrein voor en door bewoners. Het initiatief levert een bijdrage aan minimaal één van de volgende speerpunten:

    • Het stimuleren van gelijke kansen;

    • Talentontwikkeling;

    • Positieve gezondheid;

    • De aanpak van eenzaamheid.

  • 2.

    Het initiatief onderscheidt zich door een structuurversterkende aanpak of werkwijze.

  • 3.

    Er is aantoonbaar draagvlak voor het initiatief vanuit de wijk, buurt of het gebied. Iedereen kan gelijkwaardig gebruik maken van het initiatief. Eventueel te realiseren opbrengsten moeten publiek blijven en ten goede komen aan het maatschappelijk doel.

  • 4.

    De uitvoering van het initiatief gebeurt helemaal of voor een deel met vrijwillige inzet en/of een bijdrage in natura, door inwoners.

  • 5.

    U maakt aannemelijk dat u en uw eventuele partners het initiatief kunnen uitvoeren.

  • 6.

    U maakt duidelijk wat de financiële vraag aan de gemeente is. U legt ook uit hoe deze zich verhoudt tot mogelijke andere financieringsbronnen. Voor het duurzaam slagen van het initiatief is het belangrijk dat u naast de gevraagde bijdrage van de gemeente ook andere geldstromen als cofinanciering benut.

  • 7.

    U dient een aanvraag in met daarbij de benodigde gegevens. Deze staan in artikel 13.

Artikel 13. Wat is er nodig voor een aanvraag?

Na een gesprek met de contactpersoon onder deze regeling vult u een aanvraagformulier in. Ophttps://www.s-hertogenbosch.nl/subsidiesSubsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch vindt u een contactformulier voor deze subsidie.

In het gesprek helpen we u op weg met het schrijven van een plan. Daarin komen de volgende onderwerpen aan bod:

  • Een omschrijving van het initiatief, de aanpak en activiteiten;

  • De doelen en resultaten die u met de activiteiten nastreeft, en hoe de activiteiten daaraan bijdragen. In het bijzonder ook in welke mate de activiteiten gericht zijn op de gemeente of haar inwoners;

  • Wat de meerwaarde is voor de wijk, buurt of het gebied;

  • Wat het draagvlak is in de wijk, buurt of het gebied;

  • Uitleg over samenwerkings- en uitvoeringspartners en hun (financiële) bijdragen;

  • Uitleg over de (inhoudelijke en organisatorische) voortgang van het initiatief in de toekomst;

  • Een planning;

  • Een (meerjarig) overzicht van de inkomsten en uitgaven.

Artikel 14 - Wanneer komt u niet voor subsidie Nieuw Initiatief / Right to Challenge in aanmerking?

  • 1.

    Als u niet voldoet aan één of meerdere voorwaarden uit de artikelen 8 of 12.

  • 2.

    Als de activiteiten in aanmerking komen voor een specifiekere subsidieregeling. De gemeente zorgt er samen met u voor dat uw aanvraag op de juiste plek terecht komt.

  • 3.

    Activiteiten die zich richten op een politieke of levensbeschouwelijke overtuiging.

  • 4.

    Activiteiten die niet ten goede komen aan inwoners van de gemeente.

  • 5.

    Voor aanvragen hoger dan € 50.000,- geldt dat het college kan besluiten om geen subsidie toe te kennen als het vrij besteedbaar vermogen (inclusief eventuele bestemmingsreserves) meer dan 10% van de begrote lasten van de aanvraag is.

Artikel 15 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Nieuwe Initiatieven en Right to Challenge 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is geldig op deze subsidieregeling.

Contact

Wilt u meer weten? Neem dan contact op met:

Bo Blitz

Tel. 073- 615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

7.Subsidieregeling Sustainable Development Goals

 

Deze regeling wordt later in 2025 ter vaststelling aangeboden aan het college van burgemeester van wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

 

8. Subsidieregeling Goed voor Elkaar 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Alle inwoners moeten een gelijke kans krijgen om hun talenten te ontplooien, gezond te kunnen blijven en naar vermogen mee te doen in de samenleving. Voor de meeste inwoners verloopt dit zonder grote problemen, maar voor sommigen is hier ondersteuning bij nodig. Om die reden stimuleert en ondersteunt de gemeente vrijwilligersorganisaties om activiteiten te organiseren die bijdragen aan gelijke kansen, talentontwikkeling, voorkomen en tegengaan van eenzaamheid en bereiken van meer gezonde en gelukkige jaren.

We verwachten dat organisaties actief werken aan deze speerpunten en in het bijzonder kwetsbare inwoners hierop weten te stimuleren, te ondersteunen en te laten deelnemen zodat betrokkenheid op elkaar en bij de eigen leefomgeving bevorderd wordt.

Alleen die organisaties en activiteiten die aansluiten bij de inhoudelijke beleidsdoelen van de gemeente komen in aanmerking voor subsidie.

 

Artikel 2 - Definities

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Subsidieplafond: Een subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling. Het college stelt het subsidieplafond vast van deze subsidieregeling onder voorbehoud van vaststelling van de begroting door de gemeenteraad.

  • 2.

    Vast en flexibel budget: Binnen het vastgestelde subsidieplafond verdeelt de gemeente over alle aanvragende organisaties minimaal 90% tot 95% voor vaste subsidies over 2025 en maximaal 5 % tot 10 % als flexibele inzet voor de aanpak van onvoorziene situaties of aanvragen die zich mogelijk voordoen in 2025.

  • 3.

    Rechtspersoon: Organisaties zonder winstoogmerk, in de vorm van een vereniging of stichting. De statuten zijn vastgesteld door een notaris, de organisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en er is een bestuur.

  • 4.

    “Tender” methode: Alle volledige subsidieaanvragen worden opgespaard tot de sluitingsdatum van 1 augustus 2024. De subsidieaanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde criteria.

  • 5.

    Op volgorde van binnenkomst methode: De gemeente behandelt de subsidieaanvragen waarin een beroep wordt gedaan op het flexibel budget, op volgorde van binnenkomst. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag. Als wij uw aanvraag ontvangen nadat het subsidieplafond bereikt is, dan nemen wij uw aanvraag niet meer in behandeling. Als in 2025 een beroep wordt gedaan op het flexibel budget behandelen we dit op volgorde van binnenkomst.

  • 6.

    Volledige subsidieaanvragen: het volledig ingevulde en ondertekende aanvraagformulier met de begroting 2025 en eventueel aanvullende informatie die nodig is voor de aanvraag.

  • 7.

    Maatschappelijk meerwaarde: Bij de verdeling van subsidiebedragen wordt gekeken naar de maatschappelijk meerwaarde van activiteiten die organisaties uitvoeren. Dit wordt bepaald door alle onderstaande criteria:

  • Het aantal unieke deelnemers dat wordt bereikt met de activiteiten;

  • De toegevoegde waarde van de activiteiten aan de speerpunten genoemd in artikel 5.1;

  • Bijdrage aan de zelfredzaamheid en de participatie van de doelgroep;

  • Bijdrage aan de actieve inzet voor de samenleving door middel van vrijwillige inzet.

 

Artikel 3 - Wat is de doelgroep van deze subsidie?

Inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

 

Artikel 4 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Een vrijwilligersorganisatie uit de gemeente ’s-Hertogenbosch in de vorm van een rechtspersoon zonder winstoogmerk.

 

Artikel 5 - Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor de subsidie ‘Goed voor Elkaar 2025’ moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • 1.

    De activiteiten leveren een bijdrage aan minimaal één van de volgende speerpunten:

  • Talentontwikkeling;

  • Het stimuleren van gelijke kansen;

  • Positieve gezondheid;

  • De aanpak van eenzaamheid.

  • 2.

    De activiteiten zijn toegankelijk voor de doelgroep. Iedereen kan gelijkwaardig gebruik maken van de activiteiten en initiatieven.

  • 3.

    De activiteiten vinden regelmatig gedurende het jaar plaats en worden voor het grootste deel met vrijwillige inzet ontwikkeld. De uitvoering van de activiteiten gebeurt helemaal of grotendeels met vrijwillige inzet en/of een bijdrage in natura, door inwoners.

  • 4.

    U spant zich in om meerdere inkomstenbronnen te realiseren. U bent zo niet alleen afhankelijk van gemeentelijke financiering maar maakt waar mogelijk gebruikt van meerdere inkomstenbronnen.

  • 5.

    Een subsidieaanvraag is hoger dan € 200,-.

  • 6.

    De maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten moet zo hoog mogelijk zijn ten opzichte van het subsidiebedrag. Daarbij kijken we naar vergelijkbare organisaties, begrotingen, activiteiten en bereik van inwoners.

Artikel 6 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor de volgende onderdelen:

  • 1.

    Kosten voor het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten;

  • 2.

    Kosten voor huisvesting;

  • 3.

    Kosten voor coördinatietaken.

Artikel 7 - Wanneer komt u niet voor subsidie in aanmerking?

Het college zal de subsidieaanvraag weigeren, indien de aanvraag of activiteit naar oordeel van het college:

  • 1.

    Niet voldoet aan één of meerdere voorwaarden uit artikel 5 van deze regeling.

  • 2.

    Niet in verhouding staat tot de maatschappelijke meerwaarde van de activiteiten en het aangevraagde subsidiebedrag. Daarbij kijken we naar vergelijkbare organisaties, begrotingen, activiteiten en bereik van inwoners.

  • 3.

    Een winstoogmerk heeft dan wel op een andere wijze is ingegeven door commerciële belangen.

  • 4.

    Onderdeel uitmaakt van (organisatiekosten van) een actie van een goed doel.

  • 5.

    In aanmerking komt voor een andere, specifiekere subsidieregeling. De gemeente zorgt er samen met u voor dat uw aanvraag op de juiste plek terecht komt.

  • 6.

    Wordt aangewend voor activiteiten die zich richten op een politieke of levensbeschouwelijke overtuiging.

  • 7.

    Zich richt op activiteiten van verenigingen voor personen die een gemeenschappelijke hobby hebben, een liefhebberij of bezigheid ter ontspanning, die men met enige regelmaat uitoefent in zijn vrije tijd. Het betreft activiteiten van persoonlijke interesse (waaronder cafésporten) waarbij voldoening voorop staat en het vergroten van kennis, ervaringen en vaardigheden wordt nagestreefd.

  • 8.

    Zich richt op activiteiten van bewoners- en huurdersbelangen, die zich vooral richten op de eigen bewoners.

  • 9.

    Niet, of onvoldoende, ten goede komt aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Voor aanvragen hoger dan € 50.000,- geldt dat het college kan besluiten om geen subsidie toe te kennen als het vrij besteedbaar vermogen (inclusief eventuele bestemmingsreserves) meer dan 10% van de begrote lasten van de aanvraag is.

  • 10.

    Als door het verlenen van de subsidie het subsidieplafond zou worden overstegen.

Artikel 8 - Hoe verloopt de subsidieprocedure vaste subsidie?

  • 1.

    De gemeente verdeelt 90 % tot 95 % van het subsidieplafond als subsidie. Voor deze verdeling wordt de “tender” methode” gebruikt.

  • 2.

    De subsidie wordt toegekend voor een periode van 1 jaar onder voorbehoud van het budgetrecht van de gemeenteraad.

Artikel 9 - Hoe verloopt de subsidie en aanvraagprocedure flexibele inzet?

  • 1.

    De gemeente verdeelt 5 tot 10 % van het subsidieplafond als flexibele inzet voor de aanpak van onvoorziene situaties en nieuwe aanvragen. Voor deze verdeling wordt de “op volgorde van binnenkomst methode” gebruikt.

  • 2.

    Als op dat moment het resterende beschikbare flexibel budget in dat jaar op is, nemen wij de aanvraag om die reden niet in behandeling.

Artikel 10 - Hoe vraagt u subsidie aan?

  • 1.

    Op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch vindt u het aanvraagformulier. U kunt ook contact opnemen via subsidies@s-hertogenbosch.nl .

  • 2.

    Wilt u een aanvraag indienen voor vaste subsidie? Dan dient u dient het aanvraagformulier en de begroting voor 2025 volledig in te vullen en in te sturen vóór 1 augustus 2024, eventueel vergezeld met aanvullende informatie die u nodig acht voor de aanvraag. Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, dan geldt de datum van binnenkomst van de complete aanvraag. Als uw aanvraag niet vóór de sluitingstermijn van 1 augustus 2024 is ontvangen, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • 3.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie uit het flexibel budget 2025, kunt u uw aanvraag indienen vanaf 1 januari 2025 tot uiterlijk 15 november 2025.

Artikel 11 - Beoordeling aanvragen

  • 1.

    Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen.

  • 2.

    Alle aanvragen voor subsidie worden beoordeeld op de maatschappelijke meerwaarde van activiteiten die organisaties organiseren.

  • 3.

    U ontvangt in december 2024 een besluit op uw aanvraag voor de vaste subsidie. Bij overige aanvragen ontvangt u een besluit binnen 13 weken.

Artikel 12 - Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Goed voor Elkaar 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Wilt u meer weten? Neem dan contact op via subsidies@s-hertogenbosch.nl .

 

9. Subsidieregeling Ketenaanpak Valpreventie 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Deze subsidieregeling heeft als doelstelling om een bijdrage te leveren aan de opsporing van inwoners met een verhoogd valrisico en de uitvoering van valpreventieve beweeginterventies voor inwoners, zodat het aantal valongelukken afneemt.

De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft de taak om de Ketenaanpak Valpreventie in te richten voor inwoners van 65 jaar en ouder met een valrisico. Dit is vastgesteld in het IZA en het GALA. Via de SPUK-regeling ontvangt de gemeente ’s-Hertogenbosch middelen om de afspraken in het GALA vorm te geven.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • a.
  • b.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • c.

    Aanvrager: Een organisatie (zowel met als zonder rechtspersoonlijkheid) die een schriftelijk verzoek voor subsidie indient.

  • d.

    Subsidieplafond: Het bedrag dat tijdens een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling. Het college stelt het subsidieplafond jaarlijks vast. Dit gebeurt na vaststelling van de begroting door de gemeenteraad in november.

  • e.

    Op volgorde van binnenkomst-methode: voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond behandelen wij de subsidieaanvragen ‘op volgorde van binnenkomst’. Dit heet ook wel ‘wie-het-eerst-komt-het-eerst-maalt’. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Bij een niet volledig ingevulde aanvraag geldt als datum van binnenkomst de datum van ontvangst van de volledige aanvraag. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond bereikt is, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • f.

    IZA: Integraal Zorg Akkoord. IZA heeft als doel de zorg voor de toekomst goed, toegankelijk en betaalbaar te houden.

  • g.

    GALA: Gezond Actief Leven Akkoord. GALA maakt een integraal preventief beleid mogelijk op gemeentelijk niveau.

  • h.

    SPUK-regeling: Specifieke Uitkering-regeling. De SPUK-regeling bundelt geldstromen die zich richten op het stimuleren van gezondheid, sport en bewegen, preventie en het versterken van de sociale basis.

  • i.

    Inwoner(s): thuiswonende inwoner(s) van de gemeente ’s-Hertogenbosch van 65 jaar of ouder.

  • j.

    Valpreventieve beweeginterventie(s): Valpreventieve beweeginterventie(s) zoals deze worden erkend door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), te weten Vallen Verleden Tijd, In Balans en Otago.

  • k.

    Ketenaanpak valpreventie: is gericht op thuiswonende ouderen van 65 jaar of ouder met een verhoogd valrisico en die bestaat uit: opsporen (risico-inschatting, screenen (valanalyse) en het inzetten van een valpreventieve beweeginterventie aangevuld met een advies op maat.

  • l.

    Samenwerking: een samenwerking met een of meer maatschappelijke partners in relatie tot de subsidieaanvraag; hierbij valt onder andere te denken aan een welzijnsorganisatie, seniorenvereniging of sportclubs.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De aanvrager van de subsidie is een organisatie, die zowel in de gemeente 's-Hertogenbosch of daarbuiten gevestigd kan zijn én zijn/haar diensten, bestemd voor inwoners uit de gemeente ’s-Hertogenbosch, in de gemeente ’s-Hertogenbosch uitvoert.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor:

  • a.

    Activiteiten die bijdragen aan de individuele opsporing van een verhoogd valrisico bij inwoners.

  • b.

    Uitvoering van valpreventieve beweeginterventies.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Het subsidieplafond is € 270.000, -. Dit subsidieplafond is opgesplitst in twee subsidiedoelen. Er is € 70.000, - beschikbaar voor het subsidiedoel dat is beschreven onder artikel 4a en € 200.000, - voor het subsidiedoel dat is beschreven onder artikel 4b.

  • 1.

    De subsidies worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst. Per subsidieverzoek kan maximaal € 7.500,00 worden aangevraagd. Een aanvrager is vrij om meerdere keren een subsidieverzoek in te dienen.

  • 2.

    Op 1 juli 2025 wordt bekeken of het gewenst is om het eventueel resterende subsidiebedrag opnieuw te verdelen over beide subsidiedoelen.

Artikel 6 - Aan welke voorwaarden moet u voldoen?

Om in aanmerking te komen voor deze subsidie moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:

  • 1.

    Subsidiedoel zoals beschreven in artikel 4a:

    • a.

      Uw aanvraag bevat een beschrijving van de activiteit, waarin wordt beschreven op welke manier de opsporing plaatsvindt;

    • b.

      De activiteit heeft als doel inwoners inzicht te geven in hun valrisico;

    • c.

      De activiteit vindt plaats in de gemeente ’s-Hertogenbosch;

    • d.

      De activiteit wordt aangeboden aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

    • e.

      De activiteit wordt in een samenwerking met een of meer maatschappelijke partners, in relatie tot de subsidieaanvraag, uitgevoerd of georganiseerd;

    • f.

      Er wordt opvolging gegeven aan de ketenaanpak;

    • g.

      De activiteiten waarvoor u subsidie vraagt mogen niet gestart zijn voor de subsidie is toegekend.

  • 2.

    Subsidiedoel zoals beschreven in artikel 4b:

    • a.

      Uw aanvraag bevat een beschrijving van de gekozen valpreventieve beweeginterventie;

    • b.

      Degene die de valpreventieve beweeginterventie gaat verzorgen is bevoegd deze interventie te geven. Een kopie van het certificaat, uitgegeven door VeiligheidNL of NCI, volstaat;

    • c.

      De valpreventieve interventie wordt aangeboden in de gemeente ’s-Hertogenbosch;

    • d.

      De valpreventieve interventie wordt aangeboden aan inwoners van de gemeente

      ’s-Hertogenbosch;

    • e.

      Het minimale aantal inwoners dat deelneemt aan de beweegpreventieve interventie is acht;

    • f.

      Het maximale aantal inwoners dat deelneemt aan de beweegpreventieve interventie is twaalf. Uitzondering is Otago. Hierbij is het maximaal aantal deelnemers acht;

    • g.

      Tijdens de beweegpreventieve interventie wordt de samenwerking met de Buurtsportcoach van ´S-PORT gezocht. Hij/zij inspireert en adviseert de deelnemers na afloop van de beweegpreventieve interventie structureel te gaan bewegen;

    • h.

      Na toetsing wordt het totaalbedrag van de offerte verlaagd met het bedrag van de (eventuele) aanvullende zorgverzekering van de inwoner. In de offerte wordt een onderscheid gemaakt tussen verzekerde en onverzekerde zorg;

    • i.

      Het is de aanvrager niet toegestaan aanspraak te doen op deze subsidieregeling en tegelijkertijd een eigen bijdrage aan de deelnemer te vragen (met uitzondering van de zorgverzekering van de deelnemer);

    • j.

      De activiteiten waarvoor u subsidie vraagt mogen niet gestart zijn voor de subsidie is toegekend.

Artikel 7 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

Wij wijzen uw subsidieaanvraag af als:

  • 1.

    Uw project onvoldoende bijdraagt aan de doelstelling van deze subsidieregeling zoals omschreven in artikel 1.

  • 2.

    Het vastgestelde subsidieplafond voor deze regeling is bereikt.

  • 3.

    Uw aanvraag, na het verzoek om die aan te vullen, nog steeds incompleet is.

Artikel 8 - Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen

Onderstaande kosten komen niet voor subsidie in aanmerking. Onderstaande opsomming is niet limitatief.

  • 1.

    Opleidingskosten voor het behalen van een licentie voor het verzorgen van een valpreventieve interventie;

  • 2.

    Aanschaf materialen voor opsporing en/of uitvoering van valpreventieve interventies;

  • 3.

    Kosten verbonden aan onderhoud en/of afschrijvingen op investeringen;

  • 4.

    Kosten voor een valpreventieve interventie die vanuit de aanvullende zorgverzekering van de deelnemer worden vergoed.

Artikel 9 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend tot 15 november 2025. Uw activiteit moet afgerond zijn op 31 december 2025.

  • 2.

    Binnen 4 weken nemen wij een besluit op uw aanvraag.

  • 3.

    Als uw aanvraag wordt goedgekeurd ontvangt u binnen 30 dagen na goedkeuring uw aangevraagde subsidiebedrag.

  • 4.

    Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond bereikt is, verstrekken wij geen subsidie meer.

Artikel 10 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een aanvraag voor deze subsidie kan gedaan worden via het aanvraagformulier dat via de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch verkrijgbaar is.

  • 2.

    Bij vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze regeling

Artikel 11 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

Voor de verantwoording ontvangen wij uiterlijk vier weken na afloop van uw activiteit ten minste het volgende:

Als de toegekende subsidie betrekking heeft op artikel 4a

  • 1.

    Foto's van de activiteit;

  • 2.

    Verslag van de (kwantitatieve) opbrengst van de activiteit;

  • 3.

    Quote van ten minste twee inwoners.

Als de toegekende subsidie betrekking heeft op artikel 4b

  • 1.

    Foto’s van de interventie;

  • 2.

    Overzicht van het aantal deelnemers bij de start van de interventie en een overzicht van het aantal deelnemers dat de volledige cursus heeft voltooid;

  • 3.

    Samenvatting van de docent over de totale impact van de interventie;

  • 4.

    Quote van ten minste 2 deelnemers.

Artikel 12 - Tot slot

Hier onder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Ketenaanpak Valpreventie 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Mariska Barendse – van Tulder

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel.nr.: 073 - 615 5155

 

10.Subsidieregeling Wijk-, buurt- en dorpsbudget 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het doel van deze subsidie is om bewoners in ’s-Hertogenbosch in staat te stellen zelf initiatieven te ontplooien die de leefbaarheid (sociaal, fysiek en veilig) in buurten, wijken en dorpen bevorderen.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    Bewonersadviesgroep: de groep bewoners uit een wijk, buurt of dorp in de gemeente ’s-Hertogenbosch die het college adviseert over subsidieaanvragen die betrekking hebben op die wijk, die buurt of dat dorp.

  • 3.

    Leefbaarheid: de mate waarin naar het oordeel van de bewonersadviesgroep een buurt, wijk of dorp aantrekkelijk is om in te wonen of werken.

  • 4.

    Sociaal: betrekking hebbend op de menselijke samenleving en de interactie tussen mensen als bewoners van een buurt, wijk of dorp. Zoals de aanwezigheid en kwaliteit van buurtcontacten en vormen van burenhulp.

  • 5.

    Fysiek: betrekking hebbend op de infrastructuur in wijken, buurten en dorpen. Zoals verlichting, groen, parkeren, vervoer, (zwerf)afval en spelen.

  • 6.

    Veilig: activiteiten en/of voorzieningen die gevaar of gevaarlijke situaties voorkomen. Zoals inbraak, drugsgebruik, vandalisme en verkeer.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Subsidie kan aangevraagd worden door inwoners die woonachtig zijn in ’s-Hertogenbosch en door verenigingen en stichtingen namens hen.

Artikel 4 Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

Subsidie kan aangevraagd worden voor initiatieven die bijdragen aan het bevorderen van de leefbaarheid (sociaal, fysiek en veilig) in buurten, wijken en dorpen. Initiatieven kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op “groene” initiatieven én op fysieke investeringen. Aanvragen voor en door jongeren die wijk- en/of buurt overstijgend zijn, doen een beroep op het stedelijk budget.

Artikel 5 Budget

Voor wijken, buurten en dorpen is jaarlijks een budget beschikbaar. Voor 2025 bedraagt het subsidieplafond € 878.980,-

Artikel 5.1 Stedelijk Budget

Voor wijk-, buurt- en dorp overstijgende initiatieven voor- en door jongeren is het subsidieplafond voor 2025 € 24.850,-

Artikel 6 Advisering over subsidieverzoeken

Subsidieverzoeken die betrekking hebben op een bepaald(e) wijk, buurt of dorp, worden door de betreffende bewonersadviesgroep voorzien van een advies aan het college. De wijkmanager van de desbetreffende wijk, buurt of dorp vervult een regierol naar bewoners, aanvragers én naar de bewonersadviesgroep. Subsidieverzoeken voor stedelijke activiteiten worden ambtelijk van advies voorzien.

Artikel 7 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

  • 1.

    Het college kan de subsidieaanvraag weigeren, als naar het oordeel van het college:

    • a.

      de subsidie onvoldoende bijdraagt aan het bevorderen van de sociale, fysieke of veilige leefbaarheid in de/het betreffende buurt, wijk of dorp;

    • b.

      de subsidiabele kosten niet in redelijke verhouding staan tot de bijdrage aan de sociale, fysieke of veilige leefbaarheid;

    • c.

      de bijdrage aan de sociale, fysieke of veilige leefbaarheid gericht is op individuele bewoners en niet op (een) groep(en) van wijkbewoners;

    • d.

      aantoonbaar draagvlak en betrokkenheid onder bewoners ontbreekt;

    • e.

      de subsidie is aangevraagd met een winstoogmerk dan wel op andere wijze is ingegeven door commerciële belangen;

    • f.

      de subsidie niet is aangevraagd binnen zes weken voor de geplande (voorbereiding van de) uitvoering van de subsidiabele activiteit;

    • g.

      de subsidie onderdeel uitmaakt van (organisatiekosten van) een actie voor een goed doel.

  • 2.

    Het college weigert de subsidievoorwaarden als:

    • a.

      het toekennen van de subsidie in strijd zou zijn met wet- en regelgeving of de algemene beginselen van behoorlijk bestuur;

    • b.

      als door het verlenen van subsidie het subsidieplafond zou worden overstegen.

Artikel 8 - Verschillen tussen wijken, buurten en dorpen

Het ingeschatte effect van een initiatief op de leefbaarheid kan per geografische eenheid verschillen. Het staat de verschillende bewonersadviesgroepen daarom vrij om per wijk, buurt en dorp een eigenstandige afweging te maken in de advisering aan het college. Dat kan er toe leiden dat het besluit over een bepaald initiatief in de ene geografische eenheid anders uitvalt dan in de andere.

Artikel 9 - Actieve communicatie over toegekende aanvragen

De initiatiefnemer is verplicht om tijdens of na de uitvoering van een geheel of gedeeltelijk toegekende aanvraag actief via sociale media, onder verwijzing naar de subsidieregeling Wijk-, buurt- en dorpsbudget van de gemeente ’s-Hertogenbosch, over het initiatief te communiceren.

Artikel 10 - Bewonersadviesgroep

Het college is bevoegd om de bewonersadviesgroepen te bemensen en te benoemen. De bewonersadviesgroepen worden zo divers mogelijk samengesteld. Daarbij wordt gestreefd naar een afspiegeling van gemeente, wijk, buurt of dorp. Een raadslid of commissielid niet zijnde raadslid, kan geen deel uitmaken van een bewonersadviesgroep.

Artikel 11 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Aanvragen voor subsidie hebben betrekking op het kalenderjaar 2025 en moeten uiterlijk 6 weken vóór de geplande (voorbereiding van de) uitvoering ingediend worden. U ontvangt binnen 6 weken na ontvangst van uw aanvraagformulier een reactie op uw aanvraag.

  • 2.

    Als het subsidiebedrag gelijk is aan of lager is dan € 5.000,- dan wordt de subsidie conform artikel 19 lid 4 van de ASV direct vastgesteld. Dit betekent dat we geen verantwoording vragen. Wel wordt steekproefsgewijs gevraagd gegevens aan te leveren. Initiatiefnemers moeten daarom de gegevens twee jaar bewaren. Als daar aanleiding toe is, kan te allen tijde bij de initiatiefnemer verantwoording gevraagd worden voor een reeds vastgestelde subsidie. Als de verantwoording van een toekenning ontoereikend is, is het niet te verantwoorden bedrag alsnog opvorderbaar.

  • 3.

    Als het bedrag hoger is dan € 5.000,- moet altijd aannemelijk gemaakt worden dat het initiatief is uitgevoerd. Binnen 13 weken na uitvoering moet een verslag, foto’s van de activiteit en een beknopt financieel verslag door de initiatiefnemer naar onze gemeente worden gestuurd.

  • 4.

    Voor alle geheel of gedeeltelijk toegekende aanvragen geldt dat via sociale media met verwijzing naar de subsidieregeling Wijk-, buurt- en dorpsbudget van de gemeente ’s-Hertogenbosch over het desbetreffende initiatief gecommuniceerd moet worden.

  • 5.

    Bij gehonoreerde aanvragen in het fysieke en openbare domein kan het college ervoor kiezen een bijdrage niet als subsidie toe te kennen, maar deze intern binnen de gemeentelijke organisatie te verrekenen en de uitvoering zelf ter hand te nemen (vanwege veiligheids- en aansprakelijkheidsrisico’s).

Artikel 12 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een subsidieverzoek moet via de gemeentelijke website aangevraagd worden. Op de gemeentelijke website is onder subsidies een standaard aanvraagformulier Wijk-, buurt- en dorpsbudget opgenomen. Voor identificatie moet DIGID gehanteerd worden.

  • 2.

    Eventuele vragen kunnen gesteld worden aan de wijkmanager van de wijk waarvoor de aanvraag wordt ingediend.

  • 3.

    Voor stedelijke initiatieven kan contact opgenomen worden met het hoofd van de afdeling wijkmanagement.

Artikel 13 - Afwijkingen

In bijzondere gevallen kan het college in het belang van het versterken van de leefbaarheid in wijken, buurten of dorpen, afwijken van de bepalingen in deze subsidieregeling.

Artikel 14 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Wijk-, buurt en dorpsbudget 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieregeling ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Rutger Janssens

E-mail: wijkmanagement@s-hertogenbosch.nl

Tel.nr: 073 – 615 5155

 

11.Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het bevorderen van amateurkunstbeoefening in groepsverband door het ondersteunen van:

  • A.

    muziekverenigingen met jeugdleden;

  • B.

    kinderkoren;

  • C.

    amateurkunst in formeel groepsverband (verenigingen, stichtingen, etc.);

  • D.

    amateurkunst in informeel groepsverband;

  • E.

    georganiseerd muziekonderwijs.

Artikel 2 - Woordenlijst

  • Amateurkunst: Kunst beoefenen (in groepsverband) als vrijetijdsbesteding, niet beroepsmatig of met winstoogmerk.

  • Amateurvereniging: Een groep mensen die amateurkunst beoefent in verenigingsverband.

  • ASV: De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch. Deze ASV geldt bij alle subsidieaanvragen.

  • Informeel Groepsverband: Actieve amateurkunstbeoefenaars in een andere organisatievorm dan een vereniging of stichting.

  • Jeugdleden: Leden die per 1 januari van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd 20 jaar of jonger zijn, contributie betalen en actief aan de repetities meedoen.

  • Jeugdorkest: Een orkest dat geheel uit jeugdleden bestaat en een eigen programma kent.

  • Jeugdopleiding: Het bieden van muziekles aan jeugd door een professionele muziekdocent.

  • Kinderkoor: Een zangkoor gericht op jeugd dat wekelijks (40 x per jaar) repeteert.

  • Kunst: Alle artistieke disciplines en combinaties daarvan (beeldende kunst, muziek, zang, literatuur, theater, fotografie, spoken word, etc.).

  • Leerlingen van muziekscholen: unieke, betalende cursisten van de muziekschool (voor de subsidie geldt dat het om leerlingen gaat tot en met 20 jaar en die 19 lessen of meer volgen in 2025).

  • Muziekdocent: Persoon met lesbevoegdheid die muziekles geeft en verbonden is aan de muziekschool via arbeidsverband of als zelfstandige is ingehuurd door de organisatie. De docent is gekwalificeerd en bevoegd.

  • Muziekles/muziekeducatie: muziekles voor alle muziekinstrumenten door professionele docenten;

  • Muziekschool: Een organisatie met als hoofddoel muziekeducatie zonder winstoogmerk;

  • Muziekvereniging: Een groep mensen die in verenigingsverband muziek maakt, zoals harmonieën en fanfares.

  • Organisatie: Een rechtspersoon, zoals een vereniging of stichting/coöperatie/genootschap, community, sociëteit, etc., die minimaal een jaar bestaat.

  • Opstaporkest: Een orkest met een substantieel deel jeugdleden dat een eigen programma kent.

 

A. Muziekverenigingen met jeugdleden

 

Artikel 3 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van actieve muziekbeoefening in georganiseerd verband, met een focus op deelname door jeugd tot en met 20 jaar.

Artikel 4 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door muziekverenigingen - harmonieën en fanfares - mét jeugdleden.

Artikel 5 - Voorwaarden

De aanvrager moet voldoen aan de volgende voorwaarden.

De vereniging:

  • heeft de bevordering van amateurkunstbeoefening als doel;

  • organiseert muzikale activiteiten die geheel of grotendeels ten goede komen aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • bestaat minimaal een jaar;

  • heeft minimaal 35 betalende actieve leden (totaal);

  • heeft een minimum aantal jeugdleden van 10, of in het geval de aanvrager minder dan 10 jeugdleden heeft, een plan om dit aantal voor 2027 te bereiken;

  • heeft een apart onderdeel speciaal ingericht voor de jeugd, zoals een opleidingsorkest of een opstaporkest of heeft een plan dit voor 2027 gerealiseerd te hebben;

  • biedt de jeugd een muziekopleiding aan of heeft een plan om deze voor 2027 gerealiseerd te hebben;

  • biedt voor de jeugd een specifiek programma of werkt aan een plan om dit voor 2027 bereikt te hebben;

  • houdt wekelijkse repetities (minimaal 40 weken);

  • verzorgt minimaal twee keer per jaar op eigen initiatief en kosten een optreden in ’s-Hertogenbosch;

  • staat ingeschreven als rechtspersoon bij de KvK en heeft een Algemene Ledenvergadering als hoogste orgaan;

  • heeft geen winstoogmerk.

Artikel 6 - Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    U kunt een subsidie aanvragen voor de wekelijkse beoefening van amateurkunst in verenigingsverband (minimaal 40 weken).

  • 2.

    U kunt subsidie van maximaal € 280,- aanvragen voor elk jeugdlid tot en met 20 jaar.

  • 3.

    U kunt subsidie van maximaal € 2.460,- aanvragen voor een bijdrage in de kosten van de jeugdafdeling/orkest/opleiding.

  • 4.

    U kunt subsidie aanvragen van maximaal € 2.800,- voor een bijdrage in de organisatiekosten van de vereniging.

  • 5.

    De totale subsidie mag niet hoger zijn dan het totaal van de contributie van alle leden.

 

B. Kinderkoren

Artikel 7 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van actieve zang- en muziekbeoefening in georganiseerd verband door jeugd tot en met 20 jaar.

Artikel 8 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door kinderkoren met jeugdleden.

Artikel 9 - Voorwaarden

De aanvrager moet voldoen aan de volgende voorwaarden.

Het kinderkoor:

  • heeft de bevordering van amateurkunstbeoefening als doel;

  • organiseert muzikale activiteiten die geheel of grotendeels ten goede komen aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • bestaat minimaal een jaar;

  • heeft minimaal 30 contributie betalende jeugdleden (totaal);

  • houdt wekelijkse repetities (minimaal 40 weken);

  • verzorgt minimaal twee keer per jaar op eigen initiatief en kosten een optreden in ’s-Hertogenbosch;

  • staat ingeschreven als rechtspersoon bij de KvK en heeft een Algemene Ledenvergadering als hoogste orgaan;

  • heeft geen winstoogmerk.

Artikel 10 - Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    U kunt een subsidie aanvragen voor de wekelijkse beoefening van amateurkunst in verenigingsverband (40 weken).

  • 2.

    U kunt subsidie van maximaal € 75,- aanvragen voor elk jeugdlid tot en met 20 jaar.

  • 3.

    U kunt subsidie van maximaal € 1.250,- aanvragen voor een bijdrage in de organisatiekosten van de vereniging.

  • 4.

    De totale subsidie mag niet hoger zijn dan het totaal van de contributie van alle leden.

 

C. Amateurkunst in formeel groepsverband

Artikel 11 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van actieve beoefening van amateurkunst in formeel groepsverband (zoals een vereniging of stichting) door volwassenen.

Artikel 12 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door verenigingen en stichtingen die is gericht op het beoefenen van amateurkunst in formeel groepsverband door volwassenen.

Artikel 13 - Voorwaarden

De aanvrager moet voldoen aan de volgende voorwaarden.

De vereniging of stichting:

  • heeft de bevordering van amateurkunstbeoefening in groepsverband als doel;

  • bestaat minimaal een jaar;

  • organiseert muzikale activiteiten die geheel of grotendeels ten goede komen aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • heeft minimaal 12 betalende actieve leden;

  • houdt wekelijks repetitie of les (minimaal 40 weken per jaar);

  • staat ingeschreven als rechtspersoon bij de KvK en heeft een Algemene Ledenvergadering als hoogste orgaan;

  • heeft geen winstoogmerk.

Artikel 14 - Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    U kunt een subsidie aanvragen voor de wekelijkse beoefening van amateurkunst in verenigingsverband (minimaal 40 weken).

  • 2.

    U kunt subsidie maximaal € 1.250,- aanvragen voor een bijdrage in de organisatiekosten van de vereniging.

  • 3.

    De totale subsidie mag niet hoger zijn dan het totaal van de contributie van alle leden.

 

D. Amateurkunst in informeel groepsverband

Artikel 15 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van actieve beoefening van amateurkunsten in het kader van jongerencultuur, in informeel groepsverband.

Artikel 16 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door en informeel verband van amateurkunstbeoefenaars.

Artikel 17 - Voorwaarden

De aanvrager moet voldoen aan de volgende voorwaarden.

  • 1.

    De groep of het verband:

  • Bestaat uit minimaal 12 actieve participanten.

  • Bestaat minimaal een jaar.

  • Kent een open karakter en staat daarmee open voor iedereen.

  • De leden komen samen in de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • De groep of het verband ontvangt geen structurele subsidie van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Heeft geen winstoogmerk.

  • 2.

    U dient een beknopte motivatie in te dienen waarin u aangeeft:

  • hoe de groep is georganiseerd en wie er namens de groep aanvraagt;

  • waarvoor de subsidie wordt ingezet;

  • welke activiteiten er worden ontplooid;

  • hoe u nieuwe deelnemers werft;

  • en welke doelgroep u bereikt.

  • 3.

    De activiteiten zijn gericht op het gezamenlijk beoefenen van een vorm van amateurkunst.

  • 4.

    De subsidie wordt aantoonbaar ingezet voor kosten die bijdragen aan de bovengenoemde doelstelling (artikel 15).

Artikel 18 - Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

U kunt een subsidie van maximaal € 1.250,- aanvragen voor de gezamenlijke kunstzinnige activiteiten van de groep.

 

E. Georganiseerd muziekonderwijs

Artikel 19 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van actieve muziekbeoefening door jeugd tot en met 20 jaar door georganiseerd professioneel onderwijs op een centrale locatie in de gemeente ‘s-Hertogenbosch.

Artikel 20 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door muziekscholen zonder winstoogmerk, gevestigd in gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 21- Voorwaarden

De muziekschool/organisatie:

  • is een stichting, coöperatie, of andere rechtspersoon die gevestigd is in de gemeente 's-Hertogenbosch;

  • bestaat minimaal een jaar;

  • huurt zelfstandig een ruimte in de gemeente 's-Hertogenbosch om de lessen te geven;

  • heeft minimaal jaarlijks 85 unieke leerlingen uit ’s-Hertogenbosch tot en met 20 jaar die les krijgen in gemeente ’s-Hertogenbosch: leerlingen die op 1 januari van het jaar dat subsidie wordt aangevraagd en verstrekt 20 jaar of jonger zijn;

  • heeft docenten die gekwalificeerd zijn en bevoegd als muziekdocent;

  • heeft geen winstoogmerk;

  • U kunt alleen subsidie aanvragen als u gegevens over jeugdleden (geboortedata) die door het bestuur zijn gecontroleerd desgevraagd kunt overleggen. Deze lijst moet actueel zijn per 1 januari 2025. De gemeente kan een steekproef uitvoeren ter controle van het aantal jeugdleden.

Artikel 22 - Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • .

    U kunt subsidie van maximaal € 185,- aanvragen voor elke leerling uit ’s-Hertogenbosch tot en met 20 jaar, waarbij de leerling 19 lessen of meer volgt in 2025.

  • U kunt subsidie maximaal € 2.460.- aanvragen voor een bijdrage in de organisatiekosten.

  • De totale subsidie mag niet hoger zijn dan het totaal van de lesgelden van de leerlingen.

 

Algemene bepalingen

Artikel 23 - Weigeringsgronden

Wij kunnen subsidie weigeren als:

  • U niet voldoet aan de voorwaarden;

  • Als u aanvraagt binnen categorie A en al twee jaar te weinig jeugdleden heeft, op zijn vroegst geteld vanaf 1 januari 2025;

  • U aanvraagt bij meerdere categorieën tegelijkertijd.

Artikel 24 - Hoe vraagt u subsidie aan?

  • 1.

    U dient tussen 1 januari en 15 februari 2025 een digitale aanvraag voor deze subsidie in via de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch: Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    Organisaties die in 2024 subsidie uit deze regeling kregen, ontvangen medio december 2024 een attentiemail over de subsidieaanvraag 2025.

Artikel 25 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Subsidieaanvragen moeten uiterlijk op 15 februari 2025 digitaal ingediend zijn.

  • 2.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen het beschikbare budget onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘Gelijke verdeling subsidiebedrag”-methode:

    • a.

      Voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond worden alle volledige subsidieaanvragen tot op de sluitingsdatum verzameld.

    • b.

      Daarna wordt het totale subsidiebedrag op basis van de in deze regeling gestelde voorwaarden over de toegekende aanvragers verdeeld.

    • c.

      Bij overvraging berekenen we naar rato een korting op de subsidie. Het kan zijn dat dit gevolgen heeft voor de hoogte van de toe te kennen subsidie.

  • 3.

    U ontvangt binnen 13 weken na de sluitingsdatum een besluit op uw aanvraag.

  • 4.

    Indien het nodig is om tot een afweging te komen kan het college om aanvullende informatie vragen.

Artikel 26 - Verplichtingen

  • 1.

    Bij een toekenning moet het aanbod worden aangeboden op www.actiefindenbosch.nl of de opvolger van die website.

  • 2.

    Bij een toekenning moet de ontvanger in openbare communicatie uitingen aangeven dat er subsidie is ontvangen van gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 27 - Verantwoording

  • 1.

    Ver antwoording van subsidies tot en met € 12.500,-

  • Subsidies tot en met € 12.500,- stellen wij direct vast. We controleren jaarlijks op basis van een steekproef of de activiteiten zijn verricht en aan de geldende voorwaarden is voldaan. De gegevens waarop de subsidieverlening is gebaseerd, moeten als bewijsstukken in uw administratie aanwezig zijn. Deze bewijsstukken moeten tot 1 jaar na afloop van het subsidiejaar bewaard blijven. Het gaat hierbij o.a. om de ledenlijst en het inhoudelijk en het financieel verslag van uw vereniging.

  • 2.

    Verantwoording van subsidies boven € 12.500,-

  • Subsidies van meer dan € 12.500,- dienen voor 1 april 2026 te worden verantwoord. De aanvrager moet een financieel en inhoudelijk verslag indienen waarin de gegevens zijn opgenomen van de in het subsidiejaar gerealiseerde aantallen en bedragen.

  • 3.

    Organisaties die nog niet eerder subsidie hebben ontvangen uit deze regeling dienen altijd te verantwoorden, ongeacht het subsidiebedrag. De aanvrager moet een financieel en inhoudelijk verslag indienen waarin de gegevens zijn opgenomen van de in het subsidiejaar gerealiseerde aantallen en bedragen.

Artikel 28 - Beschikbaar budget en deelplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze regeling is € 363.650,-

  • 2.

    Voor categorie D is maximaal € 12.500,- beschikbaar. Indien er budget overblijft kan dit worden ingezet voor de andere categorieën.

  • 3.

    Indien er binnen deze regeling budget overblijft wordt het resterende budget beschikbaar gesteld voor de cultuurbegroting 2025-2028.

Artikel 28 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    Het college kan, in bijzondere gevallen, afwijken van een artikel of artikelen van deze subsidieregeling.

  • 6.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze regeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Cultuur

Telefoon: 073-615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

12. Subsidieregeling Professionele Kunsten ’s-Hertogenbosch 2025-2028

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het bevorderen van een professioneel kunstenklimaat in de gemeente ’s-Hertogenbosch in de periode 2025 – 2028.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

  • Algemene Bossche Cultuurvoorziening (ABC-voorziening): een culturele instelling aangemerkt als ABC voorziening door de gemeenteraad in het Raadsbesluit Cultuurbegroting 2025-2028;

  • ASV: Algemene subsidieverordening van gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • Awb : Algemene wet bestuursrecht;

  • Code Diversiteit & Inclusie: een gedragscode om culturele diversiteit structureel in de instelling te verankeren https://codedi.nl/;

  • College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • Commissie Bosch Cultuursysteem (BC): De adviescommissie die het college van burgemeester en wethouders adviseert over aanvragen ingediend op grond van deze subsidieregeling;

  • Fair Practice Code: gedragscode voor ondernemen en werken in kunst, cultuur en de creatieve industrie https://www.fairpracticecode.nl;

  • Festival: reeks van onderling samenhangende activiteiten die gedurende een in de tijd beperkte periode onder een gemeenschappelijke noemer worden georganiseerd; Governance Code Cultuur: normatief kader voor goed bestuur en toezicht in culturele organisaties https://bij.cultuur-ondernemen.nl/governance-code-cultuur/principe/introductie;

  • Kunst: Uitingsvormen van alle kunstdisciplines en combinaties ervan;

  • Kunstenaar/maker: professionele beoefenaar van kunst;

  • Liquiditeit: het kengetal dat aangeeft of de aanvrager in staat is kortlopende betaalverplichtingen te voldoen op basis van de quick ratio (vlottende activa minus voorraden gedeeld door kort vreemd vermogen);

  • Meerjarige (exploitatie)subsidie: subsidie die voor een bepaald aantal kalenderjaren wordt verstrekt voor een periode van maximaal vier jaar;

  • Producerende instelling: Een organisatie die in continuïteit aanbod op het gebied van professionele (podium)kunsten produceert;

  • Professionele kunsten: het professioneel vervaardigen, produceren, presenteren en/of exposeren van kunst of het presenteren en/of exposeren van professioneel gemaakte kunst;

  • Solvabiliteit: het kengetal dat de verhouding aangeeft tussen eigen vermogen en het totale vermogen;

  • Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies zoals bedoeld in artikel 4:22 van de Awb;

  • Tendersysteem: alle volledige subsidieaanvragen moeten binnen de periode zoals genoemd in artikel 10 ingediend zijn. De subsidieaanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde criteria en worden onderling gewogen.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Privaatrechtelijke rechtspersonen kunnen op grond van deze regeling subsidie aanvragen.

  • 2.

    Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen drie categorieën:

  • Categorie I: Organisaties die aangemerkt zijn in het Raadsbesluit Cultuurbegroting 2025-2028 als een ABC-voorziening, zijnde Huis73; Theater aan de Parade (ZNTM); Design Museum Den Bosch; Willem Twee muziek en beeldende kunst; Verkadefabriek; Het Noordbrabants Museum; Theaterfestival Boulevard.  

  • Categorie II: Organisaties die structureel gesubsidieerd zijn door gemeente 's-Hertogenbosch vanaf 2017 tot heden, niet behorende tot categorie I.  

  • Categorie III: Culturele organisaties niet behorende tot categorie I en II. 

Artikel 4 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    Het minimum aanvraagbedrag is € 12.500 per jaar. 

  • 2.

    Organisaties, zoals bedoeld onder artikel 3 kunnen binnen deze regeling de volgende maximale subsidiebedragen aanvragen, exclusief indexatie voor de jaren 2025-2028:

    • a.

      Categorie I: per jaar maximaal 100% van de in 2024 toegekende gemeentelijke structurele meerjarige subsidie. Mogelijke aanvullende incidentele gemeentelijke subsidies worden hierbij niet meegerekend.   

    • b.

      Categorie II: per jaar kan maximaal 135 % van de in 2024 toegekende gemeentelijke structurele meerjarige subsidie worden aangevraagd. Daarnaast onderscheidt het college de subcategorieën i, ii, iii met elk aanvullende maxima. Het maximaal aan te vragen bedrag wordt per subcategorie bepaald op het laagste maximumbedrag van, óf het voorgenoemde percentage van 135 %, óf de in leden i, ii, of iii genoemde maximale bedragen. Mogelijke aanvullende incidentele gemeentelijke subsidies worden niet gezien als gemeentelijke structurele meerjarige subsidie:

      • i.

        maximaal 60 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 75.000,- wanneer de organisatie alleen van de gemeente 's-Hertogenbosch subsidie ontvangt; 

      • ii.

        maximaal 30 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 125.000,- wanneer de organisatie een producerende instelling is die in de periode 2025-2028 meerjarig subsidie ontvangt van de provincie en/of het Rijk; 

      • iii.

        maximaal 30 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van €150.000,- wanneer de organisatie een festivalorganisatie is die in de periode 2025-2028 meerjarige subsidie ontvangt van de provincie en/of het Rijk.   

    • c.

      Categorie III: per jaar maximaal 60 % van de begroting tot een maximum van € 75.000,-.   

  • 3.

    Indien er binnen deze regeling budget overblijft wordt het resterende budget beschikbaar gesteld voor de cultuurbegroting 2025-2028.

  • 4.

    Subsidies worden verstrekt onder voorbehoud van het beschikbaar stellen van middelen door de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch. 

Artikel 5 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten in de periode 2025-2028:

  • die zijn gericht op het professioneel vervaardigen, ontwikkelen, produceren en/of presenteren van kunsten;

  • die zijn gericht op het presenteren en/of exposeren van professionele kunsten;

  • die gerelateerd zijn aan de in leden 1 en 2 genoemde activiteiten op het vlak van cultuureducatie, -participatie en talentontwikkeling;

  • van een ABC-voorzieningen m.b.t een bibliotheekfunctie, bemiddelaar en huis voor amateurkunst en cultuureducatie tezamen in gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • met betrekking tot het verzorgen van museale presentaties, het verzamelen en beheren van museale collecties.

Artikel 6 - Aan welke vereisten moet de subsidieaanvraag voldoen?

  • 1.

    Alleen complete aanvragen worden in behandeling genomen. Een aanvraag wordt als compleet beschouwd wanneer het de volgende onderdelen bevat:

    • a.

      Activiteitenplan 2025-2028 inclusief toelichting op de culturele codes, van maximaal 20 pagina’s, inclusief afbeeldingen, lettergrootte 10, regelafstand 1;

    • b.

      Een missie en visie op de rol van de instelling in de Bossche culturele infrastructuur in relatie tot de in de cultuurnota beschreven beleidslijnen. Categorie I moet daarbij tevens aangeven op welke wijze zij individueel en gezamenlijk verantwoordelijkheid neemt voor het bredere culturele veld in de gemeente en op welke wijze dat tot uiting komt in de begroting;

    • c.

      Sluitende en realistische begroting 2025-2028 inclusief toelichting, op basis van het format op de website van gemeente 's-Hertogenbosch Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch;

    • d.

      Een aanbiedingsbrief aan het college met daarin het aangevraagde subsidiebedrag en de naam van deze regeling, ondertekend door een daartoe bevoegd persoon;

    • e.

      Jaarverslag en jaarrekening van 2022. Als er sprake is van een negatief eigen vermogen dient de aanvrager tevens een plan van aanpak in te dienen waaruit blijkt dat er geen gevaar is voor de continuïteit van de bedrijfsvoering;

    • f.

      Oprichtingsakte/-statuten (indien de organisatie nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch); 

    • g.

      Uittreksel Kamer van Koophandel (indien de organisatie nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch); 

  • 2.

    Om voor subsidie als bedoeld in artikel 5 in aanmerking te komen, moet worden voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de subsidieaanvrager is gevestigd in ’s-Hertogenbosch of heeft ’s-Hertogenbosch aantoonbaar als standplaats;

    • b.

      De activiteiten betreffen minimaal één van de in artikel 5 genoemde punten;

    • c.

      De activiteiten worden in belangrijke mate uitgevoerd in de gemeente ’s-Hertogenbosch of vanuit ’s-Hertogenbosch ontwikkeld;

    • d.

      Uit de aanvraag blijkt een:

      • i.

        hoge artistiek-inhoudelijke kwaliteit, wat betreft zeggingskracht, oorspronkelijkheid, visie en vakmanschap;

      • ii.

        hoge zakelijke kwaliteit, blijkend uit de bedrijfsvoering en de inhoudelijke haalbaarheid van de activiteiten; bedrijfsmatige gezondheid: het tonen van een helder ondernemingsplan, plan van aanpak en een gezonde financieringsmix;

      • iii.

        maatschappelijke betekenis m.b.t. de mate waarin de activiteiten bijdragen aan diversiteit van het aanbod, een bijdrage leveren aan de beleidslijnen uit de nota ‘Cultuur Maakt Mensen’ in ’s-Hertogenbosch en bijdragen aan de culturele infrastructuur van de gemeente.

      • iv.

        visie op publiek, diversiteit en inclusie: het tonen van een duidelijke visie op doelgroepen met bijbehorend communicatieplan en/of een duidelijk uitgewerkte aanpak van de publiekswerking.

    • e.

      De subsidieaanvrager voldoet aan de volgende basisvereisten van de drie culturele codes:

      • i.

        Governance Code Cultuur: aanstelling van een onafhankelijk bestuur en/of onafhankelijke raad van toezicht, overzicht organisatiestructuur, vastlegging taken en verantwoordelijkheden van bestuur, directie en medewerkers en formulering beleid voor een veilige werkomgeving;

      • ii.

        Fair Practice Code: per 1 januari 2025 een beloningsbeleid toepassen binnen de organisatie dat in lijn is met landelijke richtlijnen inzake eerlijke beloning in de culturele sector;

      • iii.

        Code Culturele Diversiteit & Inclusie: formulering van tenminste drie realistische doelstellingen voor de eigen organisatie ten aanzien van deze code.

    • f.

      De activiteiten worden uitgevoerd in de periode 2025 tot en met 2028.

  • 3.

    Organisaties die bij ook bij de provincie en/of Rijk een meerjarige subsidie voor de periode 2025-2028 aanvragen, kunnen die aanvraag indienen bij deze regeling, aangevuld met een oplegger waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de specifieke lokale eisen of voorwaarden die zijn genoemd in de voorgaande leden van dit artikel, voor zover dat nog niet blijkt uit de aanvraag.

  • 4.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 7 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?

Subsidie wordt geweigerd indien:

  • 1.

    de aanvrager als privaatrechtelijk rechtspersoon is opgericht na het jaar 2022; of

  • 2.

    de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden kan beschikken om de kosten van zijn activiteiten te dekken; of

  • 3.

    de aanvrager een school voor amateurkunsten is (zoals muziek, dans of theater etc.);

  • 4.

    subsidieverstrekking niet past binnen het gemeentelijke cultuurbeleid dan wel de activiteiten in dat kader onvoldoende prioriteit hebben.

Artikel 8 - Welke kosten komen voor subsidie in aanmerking?

  • 1.

    Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen alle kosten voor subsidie in aanmerking.

  • 2.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden (waaronder andere afdelingen van de gemeente 's-Hertogenbosch) en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de activiteiten als bedoeld in artikel 5.

Artikel 9 - Welke kosten komen niet voor subsidie in aanmerking?

In afwijking van artikel 8 komen de volgende kosten niet in aanmerking voor subsidie:

  • 1.

    Kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag of, in geval van een meerjarige subsidie, buiten het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt verleend;

  • 2.

    Verrekenbare of compensabele belastingen, heffingen of lasten.

Artikel 10 - Wanneer kan de subsidieaanvraag worden ingediend?

  • 1.

    Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend tot uiterlijk 1 maart 2024 om 23:59 uur via het daarvoor vastgestelde aanvraagformulier op de website van de gemeente ‘s-Hertogenbosch (Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch).

  • 2.

    Aanvragen die na het in het vorige lid genoemde moment zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.

Artikel 11 - Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond is € 17.900.000 per jaar waarvan € 16.050.000 voor categorie I en € 1.850.000 voor categorie II en III tezamen;

  • 2.

    Alle genoemde bedragen in bovengenoemd lid zijn exclusief indexatie voor de jaren 2025-2028.

Artikel 12 - Subsidieduur

De subsidie wordt aangevraagd voor een periode van vier jaar. Het college kan besluiten een subsidie te verstrekken voor twee jaar, met de mogelijkheid tot het verlengen met nogmaals twee jaar.

Artikel 13 - Advisering aan het college

  • 1.

    Alle complete en tijdig ingediende aanvragen worden beoordeeld door een financieel adviseur van de gemeente ‘s-Hertogenbosch. Deze toetst op de weigeringsgronden omschreven in artikel 14.1, 14.2 en 14.3.

  • 2.

    Het college legt vervolgens de ontvankelijke subsidieaanvragen voor aan de externe adviescommissie “Commissie Bosch Cultuursysteem (BC)”. Deze adviescommissie adviseert met inachtneming van de in deze regeling opgenomen criteria.

    • a.

      De commissie BC toetst aanvragen van categorie I op basis van de criteria uit deze regeling zonder expliciet te adviseren over het al dan niet toekennen van het subsidiebedrag. Voor deze categorie geldt dat de toekenning plaatsvindt op basis van het raadsbesluit Cultuurbegroting 2025-2028.

    • b.

      De commissie kan bij categorie II en III adviseren:

      • .

        Aanvraag honoreren

      • .

        Aanvraag honoreren voor zover het budget het toelaat

      • .

        Aanvraag afwijzen vanwege te weinig budget

      • .

        Aanvraag afwijzen

    • c.

      In uitzonderlijke gevallen kan de commissie BC adviseren om een subsidie te verstrekken voor twee jaar, met de mogelijkheid tot het verlengen met nogmaals twee jaar.

  • 3.

    Aanvragen die door de provincie Noord-Brabant zijn toegekend in het kader van de regeling Professionele Kunsten Provincie Noord-Brabant 2025-2028 krijgen automatisch een positieve beoordeling, mits de aanvraag binnen deze regeling ontvankelijk is en de lokale maatschappelijke betekenis zoals beschreven in artikel 6, lid 2.d.iii als voldoende is beoordeeld.

  • 4.

    Het beschikbare budget voor de categorieën II en III wordt bij overvraging verdeeld middels een tendersysteem. De adviescommissie beoordeelt de aanvragen integraal en in relatie tot elkaar en komt tot een afgewogen verdeling van het beschikbare budget over de aanvragen waarover zij positief oordeelt. Dit doet zij op basis van de beoordelingscriteria genoemd in artikel 6.2, en de mate waarin de activiteiten bijdragen aan diversiteit van het aanbod in relatie tot:

    • a.

      verschillende kunstdisciplines;

    • b.

      culturele functies;

    • c.

      beleidslijnen uit de cultuurnota.

Artikel 14 - Wanneer wordt subsidie geweigerd?

Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb, artikel 7 van deze regeling en artikel 9 van de ASV geregelde gevallen ook (deels) geweigerd worden indien:

  • 1.

    Niet is aangetoond dat de subsidie noodzakelijk is voor het verrichten van de activiteiten waarvoor deze wordt gevraagd;

  • 2.

    Uit de financiële beoordeling blijkt dat de organisatie financieel ongezond is kijkend o.a. naar liquiditeit, solvabiliteit, exploitatieresultaat, ontwikkeling van deze ratio’s in de tijd en de uitleg door de subsidieaanvrager over de financiële gezondheid;

  • 3.

    Uit de financiële beoordeling blijkt dat het aangevraagde subsidiebedrag hoger is dan hetgeen noodzakelijk is voor de uitvoering van de activiteiten;

  • 4.

    De aanvraag niet voldoet aan voorwaarden die zijn gesteld in artikel 6 om voor subsidie in aanmerking te komen;

  • 5.

    De adviescommissie onvoldoende vertrouwen heeft in de criteria genoemd in artikel 6 leden 2d en 2e;

  • 6.

    Er naar het oordeel van de adviescommissie al voldoende aanvragen ondersteund zijn binnen een bepaalde kunstdiscipline, culturele functies of beleidslijnen uit de cultuurnota;

  • 7.

    Subsidieverlening zou leiden tot strijd met artikel 107 van het Verdrag van de Werking van de Europese Unie (verbod op staatssteun) en deze steun niet vrijgesteld is op grond van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening van de Europese Commissie of een andere verordening, richtlijn of besluit van de Europese Commissie;

  • 8.

    Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd;

  • 9.

    Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd;

  • 10.

    Het gevraagde bedrag de maxima gesteld in artikel 4 overschrijdt;

  • 11.

    Het door het college vastgestelde subsidieplafond bereikt is.

Artikel 15 - Verplichtingen van de subsidieontvanger

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • 1.

    de subsidieontvanger past de volgende codes toe:

    • a.

      Governance Code Cultuur;

    • b.

      Fair Practice Code;

    • c.

      Code Culturele Diversiteit & Inclusie.

  • 2.

    de activiteiten beschreven in het activiteitenplan worden uitgevoerd in de periode 2025 tot en met 2028;

  • 3.

    de subsidieontvanger zorgt voor communicatie over de activiteiten en vermeldt daarbij dat de activiteit mede ondersteund is door de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • 4.

    het college kan in de voorlopige beschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 16 - Verantwoording

  • 1.

    Subsidies worden jaarlijks vastgesteld. De subsidieontvanger overlegt, met ingang van 2026, jaarlijks vóór 1 juni een verzoek tot vaststelling bestaande uit een inhoudelijk jaarverslag en een jaarrekening over het voorgaande kalenderjaar die voldoet aan titel 9 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 2.

    In voorkomende gevallen kan het college afwijken van de datum genoemd in voorgaand punt;

  • 3.

    Het jaarverslag moet de volgende punten worden bevatten: 

    • a.

      een verantwoording waaruit blijkt dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht; 

    • b.

      een beschrijving van de invulling van de culturele codes in het betreffende jaar een reflectie daarop en welke conclusies u daaraan verbindt voor het komende jaar;

    • c.

      een toelichting op de wijze waarop de visie op duurzaamheid is vertaald in de activiteiten en de organisatie;

    • d.

      een realisatie van de begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting; 

    • e.

      een ondertekening van een door de organisatie bevoegd persoon. 

  • 4.

    Vaststelling vindt plaats bij een subsidie

    • a.

      vanaf € 12.500,- t/m € 100.000 (op jaarbasis) op basis van een inhoudelijk jaarverslag en jaarrekening;

    • b.

      van € 100.001,- tot en met € 500.000 (op jaarbasis) op basis van een inhoudelijk jaarverslag en jaarrekening met een beoordelingsverklaring van een accountant;

    • c.

      Vanaf € 500.001,- (op jaarbasis) op basis van een inhoudelijk jaarverslag en jaarrekening met een controleverklaring van een accountant.

  • 5.

    de subsidieontvanger houdt een administratie bij van aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten als bedoeld in artikel 4:37, eerste lid, onder b, van de Awb en overlegt deze desgevraagd aan het college;

  • 6.

    de subsidieontvanger verleent medewerking aan een gesprek over de voortgang van de activiteiten;

  • 7.

    wanneer de bijdrage van de gemeente hoger uitvalt dan 30% respectievelijk 60% van de gerealiseerde kosten (zoals beschreven in artikel 4), kan deze door het college lager worden vastgesteld. 

Artikel 17 - Bevoorschotting en betaling

  • 1.

    Alle subsidies worden bevoorschot.

  • 2.

    Afspraken over betalingstermijnen worden gemaakt in de beschikking.

Artikel 18 - Hardheidsclausule

Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

Artikel 19 - Beslistermijn

Het college maakt na maximaal 26 weken na het uiterlijke indienmoment zoals genoemd in artikel 9 lid 1 bekend of de aanvraag wordt toegekend of afgewezen.

Artikel 20 - Tot slot

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 december 2023. 

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2028. 

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Professionele Kunsten 's-Hertogenbosch 2025 -2028. 

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    Bij deze subsidieregeling is de Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) van kracht. Artikelen in deze regeling die afwijken van de ASV gaan voor de ASV.

 

Toelichting Subsidieregeling Professionele Kunsten ‘s-Hertogenbosch 2025 – 2028

 

 

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Lid 2

De verschillende categorieën zijn gemaakt om historisch ontstane verschillen te verkleinen.

 

In categorie II vallen organisaties die sinds 2017 structureel ondersteund zijn door de gemeente 's-Hertogenbosch als onderdeel van de Bossche Culturele Basis, waaronder de Regeling Amateurkunsten, en/of jaarlijks budget dat is gereserveerd als begrotingspost op de gemeentebegroting voor een (specifieke activiteit van een) organisatie.

Incidentele subsidies zoals toekenningen uit de projectfondsen vallen niet onder de term ‘structureel gesubsidieerd’.

 

In categorie III vallen organisaties die:

nooit structurele subsidie hebben ontvangen van gemeente 's-Hertogenbosch, of;

wél structurele subsidie van gemeente 's-Hertogenbosch (hebben) ontvangen in periode 2021-2024 maar niet in periode 2017-2020 en andersom.

Artikel 4 - Hoeveel subsidie kan je aanvragen?

Leden 2a & b

Toekenningen uit incidentele middelen worden niet gezien als structurele subsidie. Voorbeelden van aanvullende incidentele gemeentelijke subsidies zijn toekenningen uit de cultuurfondsen, het wijk- en dorpsbudget, de coronaschaderegelingen, regeling ‘transitie en vernieuwing’ of tegemoetkoming voor energiekosten.

Lid 2b: i, ii & iii

In dit lid staan meerdere maximumbedragen genoemd. Dit maximumbedrag hangt af van het subsidiebedrag dat de aanvrager in 2024 heeft ontvangen, het totaalbedrag aan subsidiabele kosten en het absolute maximumbedrag (in leden i, ii & iii).

Het laagste bedrag van volgende punten bepaalt het maximale aanvraagbedrag voor organisaties binnen categorie II:

  • 135% van de in 2024 toegekende gemeentelijke structurele meerjarige subsidie

  • Maximum van 60% (bij i) en 30% (bij ii en iii) van de subsidiabele kosten.

  • Het absolute maximumbedrag van €75.000 (bij i), €125.000 (bij ii) en €150.000 (bij iii).

Artikel 5 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

Leden 1 & 2

Deze regeling is bedoeld voor professionele kunsten zoals omschreven in artikel 3. Soms kunnen activiteiten in de praktijk een combinatie zijn van professionele kunsten met cultuureducatie, amateurkunst, community art, etc. Wanneer de hoofdactiviteit onder de noemer ‘professionele kunsten’ valt kunnen de cultuureducatie, -participatie en talentontwikkeling meegenomen worden als subsidiabele activiteiten.

Lid 3.

ABC-voorzieningen die plannen indienen voor een bibliotheekfunctie, bemiddelaar en huis voor amateurkunst en cultuureducatie in de gemeente ’s-Hertogenbosch hoeven geen hoofdactiviteit onder de noemen ‘professionele kunsten’ te hebben.

Artikel 6 - Aan welke eisen moet de subsidieaanvraag voldoen?

Lid 1c.

Om administratieve druk voor organisaties te verminderen is het format van de gemeente geënt op die van de provincie en het Rijk. Deze wordt voor eind 2023 gepubliceerd op de website van gemeente ‘s-Hertogenbosch.

Lid 1e.

Indien het boekjaar van de aanvrager niet overeenkomt met een kalenderjaar, betreft dit lid het jaarverslag van jaar 2022-2023.

 

Artikel 12 - Subsidieduur

Het uitgangspunt is dat het college aanvragen toekent voor een periode van vier jaar. In uitzonderlijke gevallen kan het college ervoor kiezen om toe te kennen voor een periode van twee jaar met een mogelijkheid tot verlengen met twee jaar. Dat kan het doen wanneer het onvoldoende overtuigd is van continuïteit van de activiteiten over de gehele periode 2025-2028 en het daarom een tussentijdse evaluatie nodig acht.

Artikel 13 - Advisering aan het college

Het behandelproces van subsidieaanvragen gaat in het kort als volgt:

Als eerste worden alle tijdig ontvangen aanvragen gecontroleerd op compleetheid (zoals beschreven in artikel 6.1).

Lid 1.

Vervolgens toetst een financieel adviseur op de weigeringsgronden beschreven in artikel 14.1, 14.4, 14.5. Hierbij houdt de adviseur rekening met de verschillende soorten organisaties en de grootte ervan. Het doel is om voldoende zekerheid te hebben over de noodzaak, besteding van subsidie en financiële stabiliteit van de organisatie. Wanneer de financieel adviseur negatief adviseert worden aanvragen niet voorgelegd aan de adviescommissie.

Leden 2 a & b.

Aanvragen worden vervolgens voorgelegd aan de adviescommissie. Aanvragen van categorie I krijgen een inhoudelijk advies zonder uitspraak over al dan niet toekennen van de commissie. Bij categorieën II en III spreekt de adviescommissie zich hier wel over uit, volgens de mogelijkheden genoemd in artikel 13.2b.

Lid 2c.

Het uitgangspunt is dat de commissie adviseert om toe te kennen voor een periode van vier jaar. In uitzonderlijke gevallen kan de commissie adviseren om toe te kennen voor een periode van twee jaar met een mogelijkheid tot verlengen met twee jaar. Dat kan zij doen wanneer zij onvoldoende overtuigd is van continuïteit van de activiteiten over de gehele periode 2025-2028 en daarom een tussentijdse evaluatie nodig acht.

Lid 3.

Toegekende aanvragen bij de regeling Professionele Kunsten Provincie Noord-Brabant 2025-2028 worden positief beoordeeld op voorwaarde dat de aanvullende oplegger (zoals beschreven in artikel 6) als voldoende is beoordeeld. Een positieve beoordeling leidt echter niet automatisch tot het advies 'aanvraag honoreren'. Dit wordt pas bepaald aan de hand van de integrale beoordeling zoals beschreven in lid 4 van dit artikel.

Lid 4.

Wanneer er na de beoordeling in het vorige punt het totaal aangevraagde bedrag van alle positieve adviezen het beschikbaar budget overschrijden, gaat de commissie alle positieve integraal beoordelen om tot een divers totaalaanbod te komen volgens de in dit lid genoemde criteria.

Artikel 14 - Wanneer wordt subsidie geweigerd

Lid 4.

Deze weigeringsgrond is bedoeld om organisaties uit te sluiten waarover ernstige twijfels bestaan met betrekking tot de financiële gezondheid. De adviseur houdt rekening met de (financiële) context, grootte van, en het soort organisatie. Daarom worden geen streefgetallen genoemd voor de liquiditeit, solvabiliteit, exploitatieresultaat, etc.

 

13. Subsidieregeling Volksfeesten 2025

Artikel 1 – Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze regeling is om de organisatie en de uitvoering van volksfeesten te ondersteunen die bijdragen aan het verbinden van mensen en het versterken van de culturele levendigheid en sociale cohesie in de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 2 – Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • College: College van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Gemeente: Gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Kern: ’s-Hertogenbosch (stad), Rosmalen, Empel, Engelen, Nuland en Vinkel.

  • Subsidieplafond: Het bedrag dat gedurende de geldigheid van deze regeling maximaal beschikbaar is.

  • Volksfeesten: Openbaar toegankelijke gemeentebrede activiteiten in het kader van carnaval, Koningsdag, Bevrijdingsdag en Sinterklaas.

Artikel 3 - Wie kan subsidie aanvragen?

Een rechtsvorm (zoals een stichting) kan subsidie aanvragen.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor maximaal 50% van de kosten voor vergunningen, leges en de volgende activiteiten:

  • Carnaval: voor de intocht, optocht of andere openbare ceremoniële en/of (live) muzikale activiteiten op de officiële carnavalsdagen. Er kan geen subsidie worden aangevraagd voor activiteiten op of rondom 11-11.

  • Koningsdag: voor de organisatie van (de veiligheid van) de vrijmarkt en/of al dan niet traditionele activiteiten passend bij het karakter van Koningsdag. Voor de binnenstad van ’s-Hertogenbosch geldt dat activiteiten in samenwerkingsverband tot stand komen.

  • Bevrijdingsdag: voor de culturele (muziek)programmering in het kader van Bevrijdingsdag.

  • Sinterklaas: voor de intocht van de goedheiligman en eventueel aanvullende openbare activiteiten van de goedheiligman.

Artikel 5 - Subsidievorm en hoogte van de subsidie

Het college kan op grond van deze regeling een incidentele subsidie verstrekken. Het minimale aanvraagbedrag is € 250,-. Het maximale subsidiebedrag verschilt per volksfeest en kern:

’s-Hertogenbosch (stad):

  • Carnaval: € 10.000,-

  • Koningsdag:

    • activiteiten: € 18.500,-

    • vrijmarkt: € 8.500,-

  • Bevrijdingsdag: € 42.000,-

  • Sint Nicolaas: € 8.500,-

Rosmalen:

  • Carnaval: € 5.500,-

  • Koningsdag: € 3.750,-

  • Bevrijdingsdag: € 3.000,-

  • Sint Nicolaas: € 750,-

Empel:

  • Carnaval: € 2.000,-

  • Koningsdag: € 3.750,-

  • Bevrijdingsdag:€ 2.000,-

  • Sint Nicolaas: € 750,-

Engelen, Nuland, Vinkel (per kern):

  • Carnaval: € 2.000,-

  • Koningsdag: € 2.000,-

  • Bevrijdingsdag: € 2.000,-

  • Sint Nicolaas: € 750,-

Artikel 6 - Welke kosten komen voor subsidie in aanmerking?

  • 1.

    In aanmerking voor subsidie komen de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 en de kosten die direct verbonden zijn met de activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de activiteiten als bedoeld in artikel 5.

Artikel 7 - Welke kosten komen niet voor subsidie in aanmerking?

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking: 

  • 1.

    Kosten voor het oprichten van een rechtspersoon.

  • 2.

    Kosten voor het creëren van een online platform. 

  • 3.

    Kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag.

  • 4.

    Kosten van rente, bankdiensten, financieringen, gerechtelijke procedures, boetes en sancties.

  • 5.

    Kosten die gemaakt worden ten behoeve van commerciële horeca-exploitatie of andere commerciële activiteit, los van de culturele activiteit.

Artikel 8 - Aan welke voorwaarden moet u voldoen?

  • A.

    Wij nemen uw aanvraag alleen in behandeling als:

  • u voldoet aan artikelen 3 t/m 6 uit deze regeling, en;

  • u geen winstoogmerk hebt, en;

  • de activiteiten gratis en openbaar toegankelijk zijn, en;

  • de activiteiten zijn gericht op de gehele betreffende kern.

  • B.

    Om in aanmerking te komen voor deze subsidie moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:

    • 1.

      De activiteiten dragen bij aan het verbinden van inwoners en versterken de culturele levendigheid en sociale cohesie.

    • 2.

      De aanvrager benoemt in het plan acties of activiteiten om naast de reguliere of bekende doelgroep (publiek en/of deelnemers) ook een nieuwe doelgroep te bereiken en/of te betrekken.

    • 3.

      Het plan en de doelen zijn realistisch, concreet en haalbaar, en verhouden zich tot de organisatiekracht van de aanvrager.

    • 4.

      De begroting is realistisch waarbij het aanvraagbedrag in verhouding staat tot:

    • het beoogde publieksbereik, en;

    • de totaalbegroting, en;

    • andere inkomsten.

  • C.

    Bij aanvraagbedragen boven de € 8.500,- moet de aanvrager onderstaande culturele codes onderschrijven en toelichten op welke wijze invulling wordt gegeven aan de volgende punten:

  • 1.

    Code Cultural Governance: De gemeente 's-Hertogenbosch vindt het belangrijk dat de volksfeesten transparant en veilig worden georganiseerd. Daarom moet de aanvrager beknopt inzicht geven in:

    • i.

      de leden en nevenfuncties van het bestuur/of raad van toezicht;

    • ii.

      de organisatiestructuur, medewerkers/personeel van de organisatie;

    • iii.

      de aanwezigheid van een visie op een veilige organisatie of een vertrouwenspersoon.

  • 2.

    Code Diversiteit en Inclusie: De gemeente 's-Hertogenbosch vindt het belangrijk dat de volksfeesten voor alle inwoners van de gemeente toegankelijk zijn. Daarom moet de aanvrager aangeven hoe hij ervoor zorgt dat iedereen zich welkom voelt om deel te nemen als publiek, in de organisatie en/of in de uitvoering.

Artikel 9 - Weigeringsgronden

  • A.

    Wij nemen uw aanvraag niet in behandeling als:

    • 1.

      U niet voldoet aan artikel 8 lid A.

    • 2.

      De activiteiten niet plaatsvinden in een van de kernen genoemd in artikel 5.

    • 3.

      De kosten waarvoor subsidie wordt aangevraagd al zijn gemaakt op moment van aanvragen.

  • B.

    Wij kunnen subsidie weigeren als:

  • 1.

    De activiteiten onvoldoende voldoen aan artikel 8 leden B en C of de ASV.

  • 2.

    De activiteiten te weinig publieksbereik, te weinig nieuw publiek bereiken of betrekken of een te particulier publieksbereik genereren.

  • 3.

    De activiteiten inhoudelijk te weinig samenhang hebben met het desbetreffende volksfeest.

  • 4.

    Het vastgestelde subsidieplafond of deelplafond voor deze regeling is bereikt.

  • 5.

    Uw aanvraag incompleet is op het moment van of na de deadline voor het indienen van de aanvraag.

  • 6.

    U meer dan € 8.500,- aanvraagt en de activiteiten onvoldoende in lijn zijn met de culturele codes;

  • 7.

    Een andere partij subsidie aanvraagt voor een plan voor hetzelfde volksfeest in dezelfde kern dat beter aansluit op deze regeling.

Artikel 10 - Hoe en wanneer kunt u subsidie aanvragen?

  • A.

    Indientermijn en beoordelingstermijn:

  • Aanvragen kunnen ingediend worden (ook in het voorafgaande jaar) tot de deadline. De aanvragen van het betreffende volksfeest worden in behandeling genomen vanaf de deadline:

  • Carnaval: 12 januari

  • Koningsdag, Bevrijdingsdag: 1 februari

  • Sint Nicolaas: 1 augustus

  • U ontvangt binnen maximaal 4 weken na bovenstaande deadline bericht over uw aanvraag.

  • B.

    Wat moet u indienen?

  • Alleen complete aanvragen worden behandeld. Een complete aanvraag bevat een:

  • 1.

    aanbiedingsbrief gericht aan het college waarin u aangeeft dat u subsidie aanvraagt uit deze regeling en voor welk bedrag, volksfeest en kern, ondertekend door het bestuur;

  • 2.

    inhoudelijk plan waarin u aangeeft wat u gaat doen en voor welke activiteiten u subsidie aanvraagt;

  • 3.

    toelichting op hoe u publiek bereikt waarin wordt ingegaan op:

    • -

      welke doelgroep u al goed bereikt en/of betrekt

    • -

      welke doelgroep u beter wilt bereiken en/of betrekken;

  • 4.

    begroting met inkomsten en uitgaven;

  • En bij aanvraagbedragen boven de € 8.500,-:

  • 5.

    toelichting op de culturele codes volgens artikel 8 lid C

  • Indien de aanvrager nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch:

  • Uittreksel Kamer van Koophandel

  • Meest recente statuten

  • Bankafschrift Om te controleren dat het opgegeven bankrekeningnummer juist is moet een kopie van het bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de naamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn.

  • C.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 11 - Wijze van verdeling van het budget bij overvraging

Wanneer het beschikbare deelbudget voor een volksfeest in een kern is overvraagd wordt de tender-methode toegepast. De subsidieaanvragen worden beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde voorwaarden, en onderling gerangschikt. De aanvraag of aanvragen die het beste aansluiten krijgen de subsidie toegewezen totdat het betreffende deelbudget op is.

Artikel 12 - Verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

    • a.

      De activiteiten worden uitgevoerd volgens het ingediende plan.

    • b.

      De subsidieontvanger zorgt voor communicatie over de activiteiten en vermeldt daarbij dat de activiteit mede ondersteund is door de gemeente ‘s-Hertogenbosch inclusief het logo van de gemeente. 

  • 2.

    Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 13 - Verantwoording

  • 1.

    Subsidiebedragen tot en met € 12.500,- worden direct vastgesteld. Elk jaar controleren wij een aantal subsidies die direct zijn vastgesteld. We bekijken of de activiteiten zijn verricht en aan de geldende voorwaarden is voldaan. De subsidieontvanger kan ongeacht de steekproef gevraagd worden deel te nemen aan een ambtelijk evaluatiegesprek.

  • 2.

    Bij subsidies boven de € 12.500,- dient de subsidieontvanger uiterlijk 2 maanden na de afronding van het project of programma een aanvraag tot vaststelling in (geteld vanaf de 1e dag van de maand na afronding). Deze aanvraag tot vaststelling bevat in ieder geval een: 

  • Inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;

  • Realisatie van de begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting;

  • Evaluatie van het publieksbereik waarin u terugkijkt naar de mate waarin u het reguliere en nieuwe publiek heeft bereikt en welke leerpunten u daaruit haalt;

  • Reflectie op de toepassing van de culturele codes (zoals genoemd in artikel 8C).

  • 3.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 14 - Subsidieplafond en reserveringen

  • 1.

    Het subsidieplafond is € 119.490,-.

  • 2.

    Er is voor de volksfeesten een maximum deelbudget beschikbaar. Deze bedragen zijn gelijk aan de maximaal aan te vragen bedragen genoemd in artikel 5.

  • 3.

    Niet-besteed budget vloeit naar het frictiebudget dat in uitzonderlijke gevallen ingezet kan worden voor volksfeesten. Dit bedrag kan worden overgeheveld naar het budget van het opvolgende jaar.

  • 4.

    Indien er in ’s-Hertogenbosch (stad) geen organisatie is die de vrijmarkt op Koningsdag organiseert, kan de gemeente kosten voor een veilige uitvoering daarvan halen uit het betreffende deelbudget.

Artikel 15 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 december 2024.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 december 2025.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Volksfeesten 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregeling jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de vastgestelde subsidieregelingen en de maximale subsidiebedragen voor het komende jaar.

  • 5.

    Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

  • 6.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Cultuur

Tel.nr.: 073-615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

14.Subsidieregeling Bijzondere activiteiten amateurkunsten en cultuurparticipatie 2025

 

Deze regeling is voor bijzondere projecten en programma’s op het gebied van amateurkunst en cultuurparticipatie.

  • Bij deelregeling A (‘snelle aanvragen’) kunnen bedragen aangevraagd worden van € 250,- tot en met € 12.500,-. Deelregeling A omvat artikelen 1 t/m 10 en 16 t/m 18.

  • Bij deelregeling B (‘grote aanvragen’) kunnen bedragen aangevraagd worden van € 12.501,- tot en met € 30.000,-. Deelregeling B omvat artikelen 1 t/m 6 en 11 t/m 18.

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het stimuleren van bijzondere incidentele amateurkunstenactiviteiten en actieve cultuurparticipatie door alle bewoners van de gemeente 's-Hertogenbosch.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • Aanvrager: Een organisatie of natuurlijk persoon die een schriftelijk verzoek voor subsidie indient.

  • Amateurkunst: Beoefening van kunst als vrijetijdsbesteding (en daarmee niet-beroepsmatig).

  • Amateurorganisatie: Een organisatie gericht op het vervaardigen, ontwikkelen, produceren en/of presenteren van amateurkunst.

  • ASV: Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch.

  • College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Commissie BC: Commissie Bosch Cultuursysteem. De adviescommissie die het college van burgemeester en wethouders adviseert over aanvragen ingediend op grond van deze subsidieregeling.

  • Cultuurparticipatie: De actieve betrokkenheid van individuen in culturele activiteiten.

  • Gemeente: Gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Kunst: Uitingsvormen van alle kunstdisciplines en combinaties ervan.

  • Organisatie: Een culturele organisatie die activiteiten organiseert op het gebied van kunst.

  • P roject: Een opzichzelfstaande activiteit op het gebied van kunst met een duidelijk (inhoudelijk) begin- en eindpunt.

  • Programma: Een reeks activiteiten op het gebied van kunst met een duidelijk begin- en eindmoment.

  • Secretaris: Medewerker van de gemeente die aanvragen op grond van deze regeling in behandeling neemt.

  • Subsidieplafond: Een subsidieplafond is een bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling.

Artikel 3 - Wie kan subsidie aanvragen en hoeveel kan aangevraagd worden?

  • 1.

    Het college verstrekt op grond van deze regeling een incidentele subsidie van minimaal € 250,- en maximaal € 30.000,-. Daarbij zijn de volgende beperkingen van toepassing:

    • a.

      Subsidiebedragen van € 250,- tot en met € 3.000,- worden toegekend tot maximaal 90 % van de subsidiabele kosten.

    • b.

      Subsidiebedragen boven € 3.000,- kunnen worden toegekend:

    • i.

      tot maximaal 60 % van de subsidiabele kosten, en;

    • ii.

      als er minimaal één inkomstenbron is naast eventuele gekapitaliseerde uren of eigen inbreng.

  • 2.

    Natuurlijke personen kunnen bedragen van € 250,- tot en met € 7.500,- aanvragen.

  • 3.

    Rechtsvormen (zoals een stichting) kunnen bedragen van € 250,- tot en met € 30.000,-.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

Subsidie kan worden verstrekt voor bijzondere projecten of programma's van openbare activiteiten van maximaal één jaar die zijn gericht op amateurkunst en projecten of programma's die zijn gericht op actieve cultuurparticipatie door bewoners van de gemeente 's-Hertogenbosch.

Artikel 5 - Welke kosten komen in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    In aanmerking voor subsidie komen de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 en de kosten die direct verbonden zijn met de activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4.

 

Artikel 6 - Welke kosten komen niet voor subsidie in aanmerking?

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

  • kosten die niet voldoen aan artikel 5;

  • kosten voor het oprichten van een rechtspersoon;

  • kosten voor het creëren van een online platform;

  • kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag;

  • kosten van rente, bankdiensten, financieringen, gerechtelijke procedures, boetes en sancties;

  • kosten voor activiteiten die redelijkerwijs gezien kunnen worden als regulier (zoals repetitiekosten, huur repetitieruimte, etc.);

  • structurele organisatiekosten zoals verrekenbare of compensabele belastingen, heffingen of lasten, bestuurskosten, verzekeringen, lidmaatschappen, kleding/uniformen, etc.;

  • kosten voor uitgaven waarvan langer voordeel wordt genoten dan de duur van activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, zoals aanschaf van apparatuur, instrumenten, etc.

 

DEELREGELING A (snelle procedure)

Artikel 7 - Voorwaarden

  • 1.

    Uw aanvraag is alleen ontvankelijk als er wordt voldaan aan onderstaande voorwaarden a en b:

    • a.

      De activiteiten:

      • i.

        vinden plaats in de gemeente 's-Hertogenbosch, en;

      • ii.

        zijn gericht op het vervaardigen, produceren, presenteren en/of exposeren van amateurkunst en/of actieve cultuurparticipatie.

    • b.

      De aanvrager:

      • i.

        is een amateurorganisatie met gemeente 's-Hertogenbosch aantoonbaar als standplaats, en/of;

      • ii.

        zet inwoners van de gemeente aan tot het actief maken van (amateur)kunst.

  • 2.

    Uw aanvraag komt in aanvulling op lid 1 alleen in aanmerking voor subsidie als het voldoende aansluit op elk van onderstaande punten:

    • a.

      Artistieke en maatschappelijke betekenis

  • De artistieke activiteiten hebben betekenis doordat zij

    • i.

      artistieke ontwikkeling stimuleren: de activiteiten zijn uitdagend en leiden tot een verbetering van het artistieke niveau van de deelnemers, en/of;

    • ii.

      lokale gemeenschappen versterken: de activiteiten zijn gericht op het versterken van sociale cohesie en het gevoel van verbondenheid binnen en/of tussen gemeenschappen, en/of;

    • iii.

      levend cultureel erfgoed behouden en bevorderen: de activiteiten dragen bij aan het behoud en de vernieuwing van levend cultureel erfgoed en tradities, zodat culturele praktijken worden versterkt en overgedragen aan toekomstige generaties.

    • b.

      Publieksbereik

      • i.

        de activiteiten zijn voldoende gericht op het bereiken van publiek uit de gemeente, en;

      • ii.

        het beoogde publieksbereik is ambitieus en haalbaar, en;

      • iii.

        de aanvrager heeft een visie op publiek, diversiteit en inclusie en toont een duidelijke visie op doelgroepen met bijbehorend communicatieplan en/of een duidelijk uitgewerkte aanpak van de publiekswerking.

    • c.

      Organisatie

  • Het plan en de doelen zijn realistisch, concreet en haalbaar, en verhouden zich tot de organisatiekracht van de aanvrager.

    • d.

      Financiën

  • De begroting is realistisch waarbij het aanvraagbedrag in verhouding staat tot:

    • i.

      de artistieke betekenis (zoals genoemd in lid 1), en;

    • ii.

      het beoogde lokale publieksbereik en/of aantal Bossche amateurkunstenbeoefenaars, en;

    • iii.

      de totaalbegroting, en;

    • iv.

      andere inkomsten.

  • 3.

    De aanvrager onderschrijft de culturele codes. Daarbij moet voldaan worden aan de volgende punten:

    • a.

      Code Cultural Governance : Indien de aanvrager een rechtspersoon is, moet er sprake zijn van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht en de verdeling van de rollen en taken zijn op transparante wijze inzichtelijk gemaakt.

    • b.

      Code Diversiteit en Inclusie: De aanvrager licht toe op welke manier de activiteit bijdraagt aan een diverser en inclusiever aanbod en/of bereik.

    • c.

      Fair Practice Code: Er is sprake van een beloningsbeleid in lijn met landelijke richtlijnen voor eerlijke beloning in de culturele sector.

Artikel 8 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    Wij nemen uw subsidieaanvraag niet in behandeling als:

  • er niet is voldaan aan artikel 3 en/of artikel 4;

  • het door het college vastgestelde subsidieplafond of een gereserveerd deel daarvan bereikt is;

  • de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs bekostigd kunnen worden vanuit de Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs 2025;

  • de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs volledig bekostigd kunnen worden door organisaties die subsidie ontvangen uit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch2025-2028;

  • er bij een rechtsvorm geen sprake is van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht;

  • subsidie wordt aangevraagd voor amateurkunstenonderwijs (muziek-, dans-, theaterles, etc.);

  • de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar reeds een toekenning heeft ontvangen uit deze regeling;

  • de aanvrager de culturele codes niet onderschrijft;

  • de activiteit(en) onderdeel zijn van een opdracht van derden;

  • de activiteiten ook zonder financiële steun van de gemeente kunnen plaatsvinden;

  • er subsidie wordt aangevraagd voor kunst in de openbare ruimte met een structureel karakter;

  • de aanvraag uit meer dan 2.000 woorden bestaat.

  • 2.

    Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb benoemde voorwaarden en op basis van de ASV ook (deels) geweigerd worden indien:

  • er onvoldoende is voldaan aan de voorwaarden genoemd in artikel 7;

  • een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd;

  • een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd.

 

Artikel 9 - Verloop van subsidieprocedure en onderdelen subsidieaanvraag

  • 1.

    Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst ambtelijk behandeld en binnen drie weken afgehandeld totdat het beschikbare deelbudget (van de tranche) bereikt is. Aanvragen worden getoetst op basis van de artikelen 3 t/m 8 van deze regeling.

    • a.

      Aanvragen worden behandeld vanaf het moment dat deze compleet zijn.

    • b.

      Aanvragen moeten de volgende onderdelen bevatten om als compleet te worden beschouwd:

      • -.

        Inhoudelijk plan van maximaal 2.000 woorden, waaronder een;

      • beschrijving van de doelstelling(en) en urgentie voor het project of programma.

      • beknopte planning;

      • sluitende begroting met inkomsten en uitgaven;

      • toelichting op de begroting;

      • onderschrijving van de culturele codes.

      • -

        Formulier activiteitenoverzicht waarin beoogd aanbod en bereik wordt aangegeven (te vinden op www.s-hertogenbosch.nl);

      • -

        Beknopte reflectie op eerdere gesubsidieerde activiteiten met minimaal positieve en negatieve leerpunten (alleen wanneer de aanvrager een eerdere toekenning heeft ontvangen);

      • -

        Indien de aanvrager een rechtspersoon is en nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch:

      • Uittreksel Kamer van Koophandel;

      • Meest recente statuten;

      • Bankafschrift: om te controleren of het opgegeven bankrekeningnummer juist is, moet een kopie van een bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de tenaamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn.

  • 2.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

  • 3.

    Aanvragen worden behandeld totdat het beschikbare deelplafond (en/of tranche) bereikt is. Indien het deelplafond is bereikt worden aanvragen direct afgewezen.

Artikel 10 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    Subsidies tot en met € 7.500,- worden bij een toekenning direct vastgesteld. Bij directe vaststelling vindt de controle steekproefsgewijs plaats.

  • 2.

    Als de aanvrager eerder subsidie heeft ontvangen uit deze regeling worden subsidies van € 7.501,- t/m € 12.500,- bij een toekenning direct vastgesteld en steekproefsgewijs gecontroleerd. Als de aanvrager voor het eerst subsidie ontvangt uit deze regeling dient de aanvrager uiterlijk 2 maanden na de afronding van het project of programma een aanvraag tot vaststelling (verantwoording) in (geteld vanaf de 1e dag van de maand na afronding).

  • 3.

    Bij de verantwoording moet de aanvrager minimaal de onderstaande zaken aanleveren. Het verslag moet een handtekening bevatten van een door de organisatie bevoegd persoon.

    • a.

      een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht, inclusief een reflectie op de realisatie van de door u genoemde doelstelling(en).

    • b.

      een realisatie van de ingediende begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting.

    • c.

      ingevuld formulier activiteitenoverzicht: realisatie van de ingevulde cijfers.

  • 4.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen of verzoeken tot deelname aan een evaluatiegesprek.

  • 5.

    Als de bijdrage van deze regeling hoger uitvalt dan 90 % respectievelijk 60 % van de subsidiabele kosten zoals genoemd in artikel 4, kan deze door het college lager worden vastgesteld.

 

DEELREGELING B (grote procedure)

Artikel 11 - Voorwaarden

  • 1.

    Uw aanvraag is alleen ontvankelijk als er wordt voldaan aan de voorwaarden in leden a en b:

    • a.

      De activiteiten:

      • i.

        vinden plaats in de gemeente 's-Hertogenbosch, en;

      • ii.

        zijn gericht op het vervaardigen, produceren, presenteren en/of exposeren van amateurkunst en/of actieve cultuurparticipatie.

    • b.

      De aanvrager:

      • i.

        is een amateurkunstorganisatie met de gemeente 's-Hertogenbosch aantoonbaar als standplaats, en/of;

      • ii.

        zet inwoners van de gemeente aan tot het actief maken van (amateur)kunst.

  • 2.

    Uw aanvraag komt in aanvulling op lid 1 alleen in aanmerking voor subsidie als het voldoende aansluit op onderstaande punten:

    • a.

      Artistieke en maatschappelijke betekenis

  • De artistieke activiteiten hebben betekenis doordat zij

    • i.

      artistieke ontwikkeling stimuleren: de activiteiten zijn uitdagend en leiden tot een verbetering van het artistieke niveau van de deelnemers, en/of;

    • ii.

      lokale gemeenschappen versterken: de activiteiten zijn gericht op het versterken van sociale cohesie en het gevoel van verbondenheid binnen en/of tussen gemeenschappen, en/of;

    • iii.

      de activiteiten dragen bij aan het behoud en de vernieuwing van levend cultureel erfgoed en tradities, zodat culturele praktijken worden versterkt en overgedragen aan toekomstige generaties.

    • b.

      Publieksbereik

      • i.

        de activiteiten zijn voldoende gericht op het bereiken van publiek uit de gemeente

      • ii.

        het beoogde publieksbereik is ambitieus en haalbaar;

      • iii.

        de aanvrager heeft een visie op publiek, diversiteit en inclusie en toont een duidelijke visie op doelgroepen met bijbehorend communicatieplan en/of een duidelijk uitgewerkte aanpak van de publiekswerking.

    • c.

      Organisatie

  • Het plan en de doelen zijn realistisch, concreet en haalbaar, en verhouden zich tot de organisatiekracht van de aanvrager.

    • d.

      Financiën

  • De begroting is realistisch waarbij het aanvraagbedrag in verhouding staat tot:

    • i.

      de artistieke betekenis (zoals genoemd in lid 1);

    • ii.

      het beoogde lokale publieksbereik en/of aantal Bossche amateurkunstenbeoefenaars;

    • iii.

      de totaalbegroting;

    • iv.

      andere inkomsten.

  • 3.

    De aanvrager onderschrijft de culturele codes en voldoet aan de volgende punten:

  • Code Cultural Governance :

    • i.

      Er is een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht.

    • ii.

      Inzicht in de organisatiestructuur met een korte toelichting op de taken en verantwoordelijkheden bestuur of RvT, directie en medewerkers.

    • iii.

      Er is sprake van (beleid voor) een veilige werkomgeving.

  • Code Diversiteit en Inclusie:

    • i.

      De aanvrager licht toe op welke manier de activiteiten bijdragen aan een diverser en inclusiever aanbod en/of bereik, en benoemt hiervoor in het plan concrete acties of activiteiten.

  • Fair Practice Code:

    • i.

      Er is sprake van een beloningsbeleid in lijn met landelijke richtlijnen voor eerlijke beloning in de culturele sector.

Artikel 12 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    Wij nemen uw subsidieaanvraag niet in behandeling als:

  • Er niet is voldaan aan artikel 3 en/of artikel 4.

  • Er geen sprake is van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht.

  • De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs bekostigd kunnen worden vanuit de Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs 2025.

  • De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs volledig bekostigd kunnen worden door organisaties die subsidie ontvangen uit de Subsidieregeling Professionele kunsten ’s-Hertogenbosch 2025-2028.

  • Subsidie wordt aangevraagd voor amateurkunstenonderwijs (muziek-, dans-, theaterles, etc.).

  • De aanvrager de culturele codes niet onderschrijft.

  • De aanvrager in hetzelfde kalenderjaar reeds een toekenning heeft gehad uit deelregeling B.

  • De aanvraag voor hetzelfde project of programma al tweemaal eerder is afgewezen in deze regeling.

  • De activiteit(en) onderdeel zijn van een opdracht van derden.

  • De activiteiten ook zonder financiële steun van de gemeente kunnen plaatsvinden.

  • Er subsidie wordt aangevraagd voor kunst in de openbare ruimte met een structureel karakter.

  • 2.

    Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb benoemde voorwaarden en op basis van de ASV ook (deels) geweigerd worden als:

  • Er volgens de adviescommissie onvoldoende aansluiting is op de voorwaarden van artikel 11.

  • Er naar het oordeel van de adviescommissie al voldoende aanvragen ondersteund zijn binnen een bepaalde artistieke en maatschappelijke betekenis en/of voor een bepaalde doelgroep.

  • Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd.

  • Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd.

  • Het door het college vastgestelde subsidieplafond of een gereserveerd deel daarvan bereikt is.

Artikel 13 - Verloop van subsidieprocedure en onderdelen subsidieaanvraag

  • 1.

    De aanvraagprocedure kent de volgende stappen:

  • Aanmelding: Om mee te doen met de eerstvolgende ronde moet de aanvrager zich aanmelden binnen de voorafgaande aanmeldperiode via het webformulier op www.s-hertogenbosch.nl/cultuurfondsen met een korte projectbeschrijving van maximaal twee A4's en een (concept)begroting.

    • Aanmeldperiode voorjaar is 1-1-2025 t/m 26-1-2025.

    • Aanmeldperiode najaar is 1-8-2025 t/m 31-8-2025.

  • Begeleiding: de secretaris begeleidt de aanvraag tot uiterlijk het moment van het indienen.

    • a.

      Indiening: Subsidieaanvragen moeten uiterlijk op de dag van de deadline van de desbetreffende ronde worden ingediend om te worden behandeld door de adviescommissie:

      • -

        Voorjaarsdeadline is 16-2-2025

      • -

        Najaarsdeadline is 28-2-2025

  • Commissievergadering: Een afvaardiging van vijf leden van de Commissie BC komt samen in een vergadering en beoordeelt of aanvraag voldoende aansluit op de regeling. Wanneer het beschikbare budget is overschreden, verdeelt de commissie BC de aanvragen volgens de wijze zoals beschreven in artikel 14. Commissie BC kan de volgende adviezen geven:

    • aanvraag toekennen;

    • aanvraag toekennen voor zover budget beschikbaar is;

    • aanvraag afwijzen vanwege onvoldoende budget;

    • aanvraag afwijzen.

  • Besluit: Het college neemt een besluit. Uiterlijk 8 weken na de indiendeadline heeft de aanvrager antwoord gekregen.

  • 2.

    Subsidieaanvragen moeten de volgende onderdelen bevatten:

  • Aanbiedingsbrief gericht aan het college waarin kort wordt aangegeven dat subsidie wordt aangevraagd uit deze regeling en voor welk bedrag, ondertekend door een door de organisatie bevoegd persoon of orgaan.

  • Projectplan van maximaal 5.000 woorden waarin wordt ingegaan op de voorwaarden in artikel 11. Het plan moet naast de voorgenomen activiteiten ook bevatten:

    • Beschrijving van de doelstelling(en) en urgentie voor het project of programma.

    • Marketing- en communicatieplan: op welke doelgroepen het plan zich richt en met welke strategie en middelen deze bereikt moet worden.

  • Begroting met toelichting op de diverse posten.

  • Toelichting toepassing culturele codes (volgens artikel 11 lid 3) op maximaal twee A4'tjes.

  • Beknopte reflectie op eerdere (vergelijkbare) door de gemeente gesubsidieerde activiteiten met daarin minimaal positieve en negatieve leerpunten.

  • Formulier Activiteitenoverzicht waarin beoogd aanbod en bereik wordt aangegeven (te vinden op www.s-hertogenbosch.nl).

  • Indien de aanvrager een rechtspersoon is en nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch:

    • Uittreksel Kamer van Koophandel

    • Meest recente statuten

    • Bankafschrift: om te controleren of het opgegeven bankrekeningnummer juist is, moet een kopie van het bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de tenaamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn.

  • 3.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 14 – Wijze van verdeling van het budget bij overvraging

Het beschikbare budget binnen een ronde van de grote procedure wordt bij overvraging verdeeld via een tendersysteem. De adviescommissie beoordeelt de aanvragen integraal en in relatie tot elkaar en komt tot een afgewogen verdeling van het beschikbare budget over de aanvragen waarover zij positief oordeelt. Dit doet zij op basis van de beoordelingscriteria genoemd in artikel 11 en de mate waarin de activiteiten bijdragen aan diversiteit van het cultureel aanbod in relatie tot de verschillende kunstdisciplines en culturele functies.

Artikel 15 – Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    De subsidieontvanger dient uiterlijk 2 maanden na de afronding van het project of programma een aanvraag tot vaststelling in (geteld vanaf de 1e dag van de maand na afronding). Deze aanvraag tot vaststelling bevat in ieder geval een:

  • inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht inclusief een reflectie op de realisatie van de doelstelling(en).

  • realisatie van de begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting.

  • Ingevuld formulier Activiteitenoverzicht: realisatie van de ingevulde cijfers.

  • Het verslag bevat een handtekening van een door de organisatie bevoegd persoon of orgaan.

  • 2.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

  • 3.

    Als de bijdrage van deze regeling hoger uitvalt dan 60 % van de subsidiabele kosten zoals genoemd in artikel 4, kan deze door het college lager worden vastgesteld.

  • 4.

    Het college kan om een accountantsverklaring vragen in het geval de organisatie in hetzelfde kalenderjaar meerdere gemeentelijke subsidies ontvangt, waarbij het totaalbedrag hoger is dan € 100.000,-. Dit betreft een beoordelingsverklaring voor totaalbedragen van € 100.001,- tot en met € 500.000,- en een controleverklaring vanaf € 500.001,-.

Artikel 16 - Verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

    • a.

      De activiteiten worden uitgevoerd volgens het ingediende plan.

    • b.

      De subsidieontvanger zorgt voor communicatie over de activiteiten en vermeldt daarbij dat de activiteiten mede ondersteund zijn door de gemeente ‘s-Hertogenbosch en gebruikt daarvoor het logo van de gemeente.

    • c.

      De subsidieontvanger stelt de secretaris van deze regeling tijdig op de hoogte van openbare publieksactiviteiten zoals presentatie, expositie of anderszins relevante vorm.

    • d.

      De subsidieontvanger meldt de publieksactiviteiten die in ’s-Hertogenbosch plaatsvinden aan op www.zinindenbosch.nl.

  • 2.

    Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 17 – Subsidieplafond en overheveling

  • 1.

    Het subsidieplafond is € 207.800,- (exclusief mogelijke subsidieoverheveling) waarvan:

    • a.

      minimaal € 67.800 beschikbaar is voor deelregeling A waarvan maximaal 2/3 deel vrijkomt voor de eerste tranche en minimaal 1/3 voor de tweede tranche.

      • i.

        De eerste tranche is beschikbaar per 1 januari 2025 totdat het deelplafond is bereikt.

      • ii.

        De tweede tranche is beschikbaar per 1 september 2025 totdat het subsidieplafond is bereikt.

    • b.

      maximaal € 140.000,- beschikbaar is voor de deelregeling B (grote procedure). Dit bedrag wordt verdeeld over de twee aanvraagrondes. Het beschikbare budget per ronde wordt gecommuniceerd via www.s-hertogenbosch.nl .

  • 2.

    Indien er binnen deze regeling budget overblijft wordt het resterende budget beschikbaar gesteld voor de cultuurbegroting 2025-2028.

Artikel 18 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Bijzondere activiteiten amateurkunsten en cultuurparticipatie 2025.

  • 4.

    Het college stelt deze subsidieregeling jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

  • 6.

    Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

  • 7.

    Bij honorering wordt de naam van het project, de hoogte van het subsidiebedrag en (indien de aanvrager een rechtspersoon is) de naam van de aanvrager gepubliceerd.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Cultuur

Telefoon: 073-615 9025

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Toelichting Subsidieregeling Bijzondere activiteiten amateurkunst en cultuurparticipatie

 

Artikel 4 – Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?  

Het is mogelijk om voor projecten of een jaarprogramma subsidie aan te vragen. Activiteiten mogen elkaar echter niet overlappen: het is bijvoorbeeld niet mogelijk om subsidie aan te vragen voor een project tijdens de looptijd van een (jaar)programma waarvoor eerder subsidie is ontvangen.

 

DEELREGELING A - Artikel 8 – Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?  

Lid 1, streep 3

Deze regeling subsidieert geen activiteiten die voorwaardelijk zijn voor het krijgen van subsidie uit de Subsidieregeling Basisondersteuning Amateurkunsten en Georganiseerd Muziekonderwijs. Dat zijn activiteiten als (wekelijks) repeteren, het hebben van een jeugdafdeling, etc. Het betreft ook de kosten die daar direct mee samenhangen zoals huur of een structurele dirigent.

Lid 1, streep 4 

Er kan geen subsidie worden aangevraagd door organisaties die meerjarig ondersteund worden door de gemeente, en niet voor activiteiten van die organisaties. Het is wel mogelijk om aan te vragen voor co-producties waarbij een organisatie is betrokken die meerjarig ondersteund is. Daarbij is het wel relevant hoe de activiteiten zijn beschreven in de plannen en begroting van de meerjarig ondersteunde organisatie.  

Aanvragers moeten een aantoonbare inhoudelijke en/of organisatorische binding hebben met 's-Hertogenbosch. Dat moet meer omvatten dan samenwerkingen die facilitair van aard zijn.  

Lid 1, streep 7 

Deze regeling subsidieert geen amateurkunstonderwijs of activiteiten die daar direct uit voortvloeien (zoals eindvoorstellingen of -concerten).

Lid 1, streep 8

Een ‘snelle aanvraag’ kan alleen worden toegekend als de aanvrager dat kalenderjaar nog geen andere toekenningen uit deze regeling heeft ontvangen. Binnen een kalenderjaar is het wel mogelijk om eerst een ‘snelle aanvraag’ en daarna een ‘grote aanvraag’ toegekend te krijgen, maar niet andersom.  

DEELREGELING A - Artikel 12 – Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?  

Lid 1, streep 3

Zie toelichting artikel 8 lid 1, streep 3

Lid 1, streep 6 

Zie toelichting artikel 8 lid 1 streep 7

Lid 1, streep 8

Een ‘grote aanvraag’ kan alleen worden toegekend als de aanvrager dat kalenderjaar nog geen andere toekenningen uit deelregeling B heeft ontvangen. Binnen een kalenderjaar is het mogelijk om eerst een ‘snelle aanvraag’ en daarna een ‘grote aanvraag’ toegekend te krijgen, maar niet andersom.  

 

5. Bossche Makersregeling 2025

 

Deze regeling is bedoeld voor projecten en activiteiten op het gebied van professionele kunst. Binnen de Bossche Makersregeling kunnen subsidiebedragen van € 750,- tot en met € 7.500,- aangevraagd worden.

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het stimuleren van het Bossche makersklimaat door ondersteuning van professionele Bossche makers, makerscollectieven en gezelschappen in de ontwikkeling van hun culturele beroepspraktijk.

 

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • Aanvrager: Een natuurlijk persoon of rechtspersoon die een schriftelijk verzoek voor subsidie indient.

  • Artistiek project: Een opzichzelfstaande activiteit op het gebied van kunst met een duidelijk begin- en eindpunt.

  • ASV: Algemene subsidieverordening ‘s-Hertogenbosch.

  • College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Cultureel aanbod: Activiteiten die plaatsvinden op het gebied van kunst.

  • Kunst: Uitingsvormen van alle kunstdisciplines en combinaties ervan.

  • Kunstproject: Een project met een duidelijk begin- en eindpunt en artistiek eindresultaat.

  • Maker: Een individu dat gericht is op het produceren en presenteren van eigen werk op het gebied van kunst.

  • Professionele maker: Iemand met een actieve beroepspraktijk in de kunsten na afronding van een kunstvakopleiding of via zelfstudie/als autodidact een vergelijkbaar niveau heeft verkregen.

  • Ontwikkeltraject: Het opdoen van zakelijke, artistieke of anderszins relevante kennis, al dan niet via een workshop of cursus voor de ontwikkeling van de professionele beroepspraktijk.

  • Secretaris: Medewerker van de gemeente die aanvragen op grond van deze regeling in behandeling neemt.

  • Subsidieplafond: Het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor een bepaalde subsidieregeling. Het college stelt de subsidieplafonds per subsidieregeling jaarlijks vast na de vaststelling van de begroting door de gemeenteraad.

Artikel 3 - Wie kan subsidie aanvragen?

Natuurlijke personen en rechtspersonen (zoals een stichting) kunnen subsidie aanvragen.

Artikel 4 – Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Het college verstrekt op grond van deze regeling een eenmalige subsidie van maximaal € 7.500,-. Daarbij zijn de volgende beperkingen van toepassing:

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor artistieke en/of zakelijke ontwikkeltrajecten

    • a.

      waarbij bedragen van € 750,- tot en met € 1.500,- worden toegekend tot maximaal 90 % van de kosten.

    • b.

      waarbij bedragen van € 1.500,- t/m € 3.000,- worden toegekend tot maximaal 60 % van de kosten.

  • 2.

    Subsidie kan worden verstrekt voor autonome kunstprojecten waarbij sprake is van een openbare uitvoering, expositie, vertoning, etc.

    • a.

      waarbij bedragen van € 750,- tot en met € 3.000,- worden toegekend tot maximaal 90 % van de kosten.

    • b.

      waarbij bedragen van € 3.000,- t/m € 7.500,- worden toegekend:

    • tot maximaal 60% van de kosten, en;

    • als er minimaal één andere inkomstenbron is, niet zijnde eigen inbreng of eventuele gekapitaliseerde uren.

  • 3.

    Een combinatie van een ontwikkeltraject (lid 1) en kunstproject (lid 2) is mogelijk tot een maximum van € 7.500,- volgens de voorwaarden van bovenstaande leden.

Artikel 5 – Welke kosten komen in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    In aanmerking voor subsidie komen de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 en de kosten die direct verbonden zijn met de activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4.

Artikel 6 - Welke kosten komen niet in aanmerking?

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

  • 1.

    kosten die niet voldoen aan artikel 5;

  • 2.

    kosten voor het restaureren van eerder gerealiseerd werk;

  • 3.

    kosten voor de documentatie van, publicatie over of communicatie/marketing voor eerder gerealiseerd werk;

  • 4.

    kosten voor het creëren van een (online) platform;

  • 5.

    kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag;

  • 6.

    kosten die structureel onderdeel zijn van de beroepspraktijk, bijvoorbeeld huur van een werkruimte, verzekeringen, etc.;

  • 7.

    de volledige kosten voor uitgaven waarvan langer voordeel wordt genoten dan de duur van activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, zoals aanschaf van apparatuur, instrumenten etc.;

  • 8.

    kosten voor het vergoeden van tijd voor het volgen van een workshop of cursus;.

  • 9.

    verrekenbare of compensabele belastingen, heffingen of lasten.

Artikel 7 - Voorwaarden

Uw aanvraag komt alleen in aanmerking voor subsidie als het voldoet aan de leden 1 t/m 5:

  • 1.

    Er wordt aangevraagd voor een professionele maker met een actieve beroepspraktijk die:

  • staat ingeschreven als inwoner van de gemeente ’s-Hertogenbosch, en/of;

  • een atelier (of anderszins structurele werkplek) in de gemeente ’s-Hertogenbosch heeft, en/of;

  • de gemeente ’s-Hertogenbosch aantoonbaar structureel als standplaats heeft.

  • 2.

    De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd:

  • stimuleren artistieke en/of zakelijke ontwikkeling van de beroepspraktijk, en;

  • hebben urgentie in de context van de ontwikkeling van de beroepspraktijk van de maker, en;

  • duren maximaal één jaar.

  • 3.

    Het plan en de doelen zijn realistisch, concreet en haalbaar en verhouden zich tot de organisatiekracht van de maker.

  • 4.

    De begroting is sluitend, realistisch en voldoet aan artikel 4, waarbij het aanvraagbedrag in verhouding staat tot:

  • beoogde ontwikkeling van de beroepspraktijk zoals genoemd in lid 2, en;

  • de totaalbegroting, en;

  • andere inkomsten.

  • 5.

    Bij het afnemen van diensten of producten van derden is er sprake is van ‘fair pay’, als onderdeel van de Fair Practice Code.

Artikel 8 - Wanneer komt uw aanvraag niet voor subsidie in aanmerking?

Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb genoemde voorwaarden en op basis van de ASV ook (deels) geweigerd worden indien:

  • 1.

    Het subsidieplafond, of het deelbudget is bereikt.

  • 2.

    Er onvoldoende is voldaan aan de voorwaarden gesteld in artikel 7.

  • 3.

    De maker (al dan niet via een stichting) in hetzelfde kalenderjaar reeds subsidie heeft ontvangen uit

  • deze regeling, en/of;

  • een toekenning van boven de € 12.500,- uit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch 2025 en/of;

  • de Subsidieregeling Professionele kunsten ’s-Hertogenbosch 2025-2028.

  • 4.

    De activiteiten te weinig gericht zijn op de eigen beroepspraktijk en/of onderdeel zijn van een onderwijs(programma) dat de aanvrager volgt.

  • 5.

    De activiteiten zijn gericht op het exposeren of een podium bieden aan werk van derden.

  • 6.

    De activiteiten ook zonder financiële steun van de gemeente kunnen plaatsvinden.

  • 7.

    Er sprake is van werk in opdracht dat uitgevoerd wordt door de maker.

  • 8.

    Er subsidie wordt aangevraagd voor kunst in de openbare ruimte met een structureel karakter.

  • 9.

    De aanvraag uit meer dan 2.000 woorden bestaat.

Artikel 9 - Onderdelen subsidieaanvraag en behandeltermijn

  • 1.

    Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld en binnen drie weken afgehandeld.

    • Onvolledige aanvragen worden pas behandeld wanneer deze compleet zijn;

    • Indien het subsidieplafond is bereikt wordt de aanvraag direct afgewezen.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag is compleet wanneer het de volgende onderdelen bevat:

  • Projectplan van maximaal 2.000 woorden waaronder:

  • een toelichting waaruit blijkt hoe de activiteiten bijdragen aan de ontwikkeling van de beroepspraktijk, en;

  • een (beknopte) planning van de activiteiten, en;

  • een sluitende begroting met inkomsten en uitgaven en een toelichting op de posten.

  • KvK-inschrijving waaruit blijkt dat de maker beroepsmatig kunstenaar is, of bij afwezigheid hiervan een bachelor- of masterdiploma van een kunstvakopleiding van maximaal 5 jaar oud (geteld vanaf het moment van indiening);

  • actueel artistiek CV met overzicht van recente activiteiten;

  • link naar website;

  • bankafschrift: om te controleren of het opgegeven bankrekeningnummer juist is, moet een kopie van een bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de tenaamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn;

  • 3.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 10 - Verplichtingen

De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

  • 1.

    De subsidieontvanger voert de activiteiten uit volgens het ingediende plan.

  • 2.

    De subsidieontvanger vermeldt in de communicatie over de activiteiten dat deze mede ondersteund zijn door de gemeente ’s-Hertogenbosch en gebruikt daarvoor het logo van de gemeente.

  • 3.

    De subsidieontvanger meldt openbare publieksactiviteiten die in de gemeente ’s-Hertogenbosch plaatsvinden aan op www.zinindenbosch.nl .

  • 4.

    De subsidieontvanger stelt de secretaris van deze regeling tijdig op de hoogte van openbare publieksactiviteiten zoals presentatie, expositie of een anderszins relevante vorm.

  • 5.

    Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 11 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    Subsidies tot en met € 7.500,- kunnen bij een toekenning direct worden vastgesteld. Bij directe vaststelling vindt de controle steekproefsgewijs plaats. Bij de verantwoording moet de aanvrager minimaal de volgende zaken aanleveren:

  • 2.

    een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en hoe deze hebben bijgedragen aan de beroepspraktijk, en;

  • 3.

    een realisatie van de ingediende begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting.

Artikel 12 - Subsidieplafond en overheveling

  • 1.

    Het subsidieplafond is € 181.830,- (exclusief mogelijke overheveling van voorgaand jaar) en wordt verdeeld over twee tranches:

  • tranche 1 bevat maximaal 2/3 van het beschikbare budget en is beschikbaar per 1 januari

  • tranche 2 bevat minimaal 1/3 van het beschikbare budget en is beschikbaar per 1 september

  • 2.

    Indien er binnen deze regeling budget overblijft wordt het resterende budget beschikbaar gesteld voor de cultuurbegroting 2025-2028.

Artikel 13 - Hardheidsclausule

Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

 

Artikel 14 – Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Bossche Makersregeling 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Cultuur

Telefoon: 073-615 9025

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Toelichting subsidieregeling Bossche Makersregeling 2025

 

Artikel 4 – Waarvoor en hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Onder inkomstenbronnen vallen bijvoorbeeld bijdragen uit andere fondsen, kaartverkoop, verkoop van werk, giften en sponsoring maar ook eigen inbreng (al dan niet door onbetaalde werkzaamheden), korting op diensten of producten van betrokken partijen.

Bij bedragen boven de € 3.000,- is het belangrijk dat er voldoende draagvlak voor het plan is. Daarom moet er minimaal één inkomstenbron van derden zijn, naast de gewenste bijdrage uit dit fonds en eventueel gekapitaliseerde uren of eigen inbreng.

Lid 3

Als het plan een combinatie is van een ontwikkeltraject (art. 4 lid 1) en kunstproject (art. 4 lid 2) wordt er gekeken welke kosten vallen onder een ontwikkelingstraject en welke onder een kunstproject. De maximumbedragen en –percentages die zijn beschreven in leden 1 en 2 blijven van toepassing.

 

Artikel 6 – Welke kosten komen niet in aanmerking?

Lid 3

Hier onder vallen ook publicaties, websites, (online) portfolio’s of andere communicatie-uitingen.

Lid 7

Het voordeel dat wordt genoten van het aanschaffen van apparatuur, instrumenten of vergelijkbare zaken is langer dan het ontwikkelingstraject of project waarvoor subsidie wordt aangevraagd. Alleen in uitzonderlijke gevallen zijn deze kosten subsidiabel.

Lid 8

Het opdoen van kennis leidt tot een structureel voordeel van de beroepspraktijk. Daarom zijn de noodzakelijke kosten hiervoor subsidiabel. Het vergoeden van de tijd voor het opdoen van kennis wordt niet gezien als een noodzakelijke kostenpost en kan daarnaast een prikkel voor inefficiënte tijdsbesteding zijn.

 

Artikel 7 - Voorwaarden

Lid 1.3

Sommige kunstdisciplines (met name theater) vereisen geen structureel gebruik van een werkruimte. Als aangetoond is dat de maker ’s-Hertogenbosch structureel als standplaats heeft -bijvoorbeeld doordat premières altijd in de gemeente plaatsvinden- dan kan de maker voldoen aan deze voorwaarde.

Het regelmatig gebruikmaken van een bepaalde culturele voorziening -bijvoorbeeld het Grafisch Atelier- wordt niet gezien als bewijs voor het hebben van de gemeente als standplaats.

 

Lid 2

De aanvrager moet onderbouwen waarom de activiteiten bijdragen aan de ontwikkeling van de beroepspraktijk en waarom dit op het moment van aanvragen relevant is.

 

Lid 4

Bij de beoordeling van het aanvraagbedrag wordt rekening gehouden met waar een maker staat in diens ontwikkeling. Voor een startende maker zijn andere inkomsten zoals (kaart)verkoop lastiger te verkrijgen dan iemand die al langer bezig is. Maar ook kan voor de ene kunstvorm publieksbijdrage gangbaarder zijn dan voor een andere. Dit lid wordt daarom in de context van de aanvraag en aanvrager bekeken.

 

Lid 5

Wanneer er gebruikt wordt gemaakt van diensten of producten van andere makers, dan moet er sprake zijn van fair pay. Het kan echter zijn dat iemand korting geeft en voor een lager tarief de dienst of het product levert. In dat geval moet dat zichtbaar zijn op de begroting. Dat kan door de korting bij de baten/inkomsten te zetten, of door het (te) lage tarief toe te lichten.

 

Artikel 8 – Wanneer komt uw aanvraag niet voor subsidie in aanmerking?

Leden 3 en 4

Het is niet mogelijk om als maker tweemaal subsidie te ontvangen in één kalenderjaar. Daarbij is het niet van belang door wie de subsidie is aangevraagd (de maker als natuurlijk persoon, een stichting of andere penvoerder). Het gaat erom dat de maker in kwestie maar eenmaal per jaar voordeel kan genieten uit deze regeling, en in maximaal twee opeenvolgende jaren. Drie jaar na elkaar subsidie ontvangen uit deze regeling is dan ook niet mogelijk. Een toekenning van € 12.500,- of meer uit de Subsidieregeling Professionele Kunsten ’s-Hertogenbosch voor een project of programma van de maker in kwestie heeft dezelfde invloed als een toekenning uit deze regeling.

 

Lid 6

Indien de activiteiten zijn gericht op het presenteren of programmeren van werk van anderen wordt dat niet gezien als een project van een maker en daarmee niet passend bij deze regeling. Voor het exposeren of presenteren van werk van anderen kan een beroep worden gedaan op de Subsidieregeling Professionele Kunsten ’s-Hertogenbosch. Activiteiten van collectieven of samenwerkingen met andere makers waar er sprake is van een gelijkwaardige (non-hiërarchische) zeggenschap komen wel in aanmerking.

 

Lid 8

Deze regeling is bedoeld voor projecten en ontwikkelingstrajecten van makers. Indien een maker een opdracht uitvoert voor een andere partij, ligt het eigenaarschap van het project of de activiteiten niet bij de maker en voldoet het niet aan artikel 5.

 

16.Subsidieregeling Professionele Kunsten 's-Hertogenbosch 2025

 

Deze regeling is voor projecten en programma's op het gebied van professionele kunst.

  • Bij Deelregeling A (‘snelle aanvragen’) kunnen bedragen aangevraagd worden van € 250,- tot en met € 12.500,-. Deelregeling A omvat artikelen 1 t/m 10 en 16 t/m 18.

  • Bij Deelregeling B (‘grote aanvragen’) kunnen bedragen aangevraagd worden van € 12.501,- tot en met € 50.000,-. Deelregeling B omvat artikelen 1 t/m 6 en 11 t/m 18.

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het stimuleren van de ontwikkeling van incidentele projecten of programma's op het gebied van professionele kunsten die niet vallen onder de meerjarige regeling professionele kunsten.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • Aanvrager: Een rechtspersoon of natuurlijk persoon die een schriftelijk verzoek voor subsidie indient.

  • ASV: Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch.

  • College: Het college van burgemeester en wethouders.

  • Commissie BC: Commissie Bosch Cultuursysteem. De adviescommissie die het college van burgemeester en wethouders adviseert over aanvragen ingediend op grond van deelregeling B van deze subsidieregeling.

  • Kunst: Uitingsvormen van alle kunstdisciplines en combinaties ervan.

  • Organisatie: Een natuurlijk persoon of rechtspersoon die activiteiten organiseert op het gebied van kunst.

  • Professionele kunsten: Het beroepsmatig vervaardigen, produceren, presenteren en/of exposeren van kunst of het presenteren en/of exposeren van professioneel gemaakte kunst.

  • Project: Een opzichzelfstaande activiteit op het gebied van kunst met een duidelijk inhoudelijk begin- en eindpunt.

  • Programma: Een reeks activiteiten op het gebied van kunst binnen een afgebakende periode.

  • Secretaris: Medewerker van de gemeente die aanvragen op grond van deze regeling in behandeling neemt.

  • Subsidieplafond: Het bedrag dat gedurende de geldigheid van deze regeling maximaal beschikbaar is.

Artikel 3 – Wie kan subsidie aanvragen en hoeveel kan aangevraagd worden?

  • 1.

    Het college verstrekt op grond van deze regeling een incidentele subsidie van minimaal € 250,- en maximaal € 50.000,-. Daarbij zijn de volgende beperkingen van toepassing:

  • a.

    Subsidiebedragen van € 250,- tot en met € 3.000,- worden toegekend tot maximaal 90 % van de subsidiabele kosten.

  • b.

    Subsidiebedragen boven € 3.000,- kunnen worden toegekend:

    • i.

      tot maximaal 60 % van de subsidiabele kosten, en;

    • ii.

      als er minimaal één inkomstenbron is naast eventuele gekapitaliseerde uren of eigen inbreng.

  • 2.

    Natuurlijke personen kunnen bedragen van € 250,- tot en met € 7.500,- aanvragen.

  • 3.

    Rechtsvormen (zoals een stichting) kunnen bedragen van € 250,- tot en met € 50.000,- aanvragen.

Artikel 4 - Waarvoor kunt subsidie aanvragen?

  • 1.

    Subsidie kan worden verstrekt voor programma's of projecten:

    • a.

      die zijn gericht op het professioneel vervaardigen, ontwikkelen en/of produceren van kunsten, en/of;

    • b.

      die zijn gericht op het presenteren en/of exposeren van professionele kunsten, en;

    • c.

      die ondersteunend zijn aan de in leden a. en b. genoemde activiteiten op het vlak van cultuureducatie, -participatie en talentontwikkeling;

  • 2.

    Subsidie kan worden aangevraagd voor projecten of programma's van maximaal één jaar. Alleen in voorkomende gevallen kan subsidie worden verstrekt met een langere duur.

Artikel 5 - Welke kosten komen in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    In aanmerking voor subsidie komen de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 en de kosten die direct verbonden zijn met de activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor de activiteiten als bedoeld in artikel 4.

Artikel 6 - Welke kosten komen niet in aanmerking voor subsidie?

De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

  • kosten die niet voldoen aan artikel;

  • kosten voor het oprichten van een rechtspersoon;

  • kosten voor het produceren van een publicatie over, of documentatie van eerder gerealiseerd werk;

  • kosten voor het restaureren van eerder gerealiseerd werk of een collectie;

  • kosten voor het creëren van een online platform;

  • kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag;

  • kosten van rente, bankdiensten, financieringen, gerechtelijke procedures, boetes en sancties;

  • de volledige kosten voor uitgaven waarvan langer voordeel wordt genoten dan de duur van activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd, zoals aanschaf van apparatuur, instrumenten etc.;

  • verrekenbare of compensabele belastingen, heffingen of lasten;

  • kosten voor activiteiten die gericht zijn op het restaureren, conserveren, beheren of presenteren van een museale collectie.

 

DEELREGELING A (snelle aanvragen)

Artikel 7 – Voorwaarden

  • 1.

    Uw aanvraag is alleen ontvankelijk als er wordt voldaan aan artikelen 3 en 4 en de activiteiten in belangrijke mate worden uitgevoerd in de gemeente ’s-Hertogenbosch of vanuit de gemeente ’s-Hertogenbosch worden ontwikkeld;

  • 2.

    Uw aanvraag komt in aanvulling op lid 1 alleen in aanmerking voor subsidie als het voldoende aansluit op elk van onderstaande punten:

  • hoge artistiek-inhoudelijke kwaliteit voor wat betreft zeggingskracht, oorspronkelijkheid, visie en vakmanschap;

  • hoge zakelijke kwaliteit blijkend uit de inhoudelijke en financiële haalbaarheid van de activiteiten, organisatiekracht, een helder plan van aanpak en een gezonde en passende financieringsmix;

  • maatschappelijke betekenis m.b.t. de mate van lokale relevantie:

  • de bijdrage van de activiteiten aan de beleidslijnen uit de nota ‘Cultuur Maakt Mensen’ in ’s-Hertogenbosch;

  • de bijdrage van de activiteiten aan de diversiteit van het lokale aanbod;

  • de mate waarin de activiteiten aanvullend zijn op bestaand (meerjarig gesubsidieerd) aanbod;

  • en/of zorgen voor verbinding tussen maatschappelijke vraagstukken en cultuur.

  • visie op publiek, diversiteit en inclusie: het tonen van een duidelijke visie op doelgroepen met bijbehorend communicatieplan en/of een duidelijk uitgewerkte aanpak van de publiekswerking.

  • 3.

    De aanvrager onderschrijft de culturele codes. Daarnaast moet voldaan worden aan de volgende punten:

  • Code Cultural Governance : Indien de aanvrager een rechtspersoon is, moet er sprake zijn van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht en de verdeling van de rollen en taken zijn op transparante wijze inzichtelijk gemaakt.

  • Code Diversiteit en Inclusie: De aanvrager licht toe op welke manier de activiteit bijdraagt aan een diverser en inclusiever aanbod en/of bereik.

  • Fair Practice Code: Er is sprake van een beloningsbeleid in lijn met landelijke richtlijnen voor eerlijke beloning in de culturele sector.

Artikel 8 – Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    Wij nemen uw subsidieaanvraag niet in behandeling als:

  • er niet is voldaan aan bepalingen in artikel 3, en/of artikel 4;

  • het door het college vastgestelde subsidieplafond of het deelplafond bereikt is.

  • de aanvrager de culturele codes niet onderschrijft en/of er geen sprake is van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht;

  • de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al een toekenning heeft ontvangen uit deze regeling.

  • de aanvrager subsidie ontvangt vanuit de Subsidieregeling Professionele kunsten ‘s-Hertogenbosch 2025-2028;

  • de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd onderdeel zijn van activiteitenplannen van een organisatie die subsidie ontvangt uit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch 2025-2028;

  • de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs gefinancierd kunnen worden door een organisatie die subsidie ontvangt uit de Subsidieregeling Professionele kunsten ’s-Hertogenbosch 2025-2028 of door andere regelingen van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • subsidie wordt aangevraagd voor het vervaardigen, produceren, presenteren en/of exposeren van kunst van de aanvrager. Hiervoor kan een beroep gedaan worden op de Bossche Makersregeling;

  • de activiteit(en) onderdeel zijn van een opdracht van derden;

  • er geen aantoonbare inhoudelijke en/of organisatorische binding met de gemeente 's-Hertogenbosch is;

  • de activiteiten ook zonder financiële steun van de gemeente kunnen plaatsvinden;

  • de aanvraag uit meer dan 2.000 woorden bestaat;

  • subsidie wordt aangevraagd voor kunst in de openbare ruimte met een structureel karakter.

  • 2.

    Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb genoemde voorwaarden en op basis van de ASV ook (deels) geweigerd worden indien:

  • er onvoldoende is voldaan aan voorwaarden gesteld in artikel 7;

  • een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd;

  • een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd.

Artikel 9 - Verloop van subsidieprocedure en onderdelen subsidieaanvraag

  • 1.

    Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst ambtelijk behandeld en binnen drie weken afgehandeld. Deze worden getoetst op basis van de artikelen 3 t/m 8.

    • a.

      Aanvragen worden behandeld vanaf het moment dat deze compleet zijn.

    • b.

      Aanvragen moeten de volgende onderdelen bevatten om als compleet te worden beschouwd:

      • Inhoudelijk plan van maximaal 2.000 woorden, waaronder een;

        • beschrijving van de doelstelling(en) en/of urgentie voor het project of programma.

        • beknopte planning;

        • beschrijving op welke wijze publiek wordt geworven;

        • sluitende begroting met inkomsten en uitgaven met toelichting op de diverse posten;

        • onderschrijving van de culturele codes;

      • Formulier activiteitenoverzicht waarin beoogd aanbod en bereik wordt aangegeven (te vinden op www.s-hertogenbosch.nl);

      • Beknopte reflectie op eerdere door de gemeente gesubsidieerde activiteiten met daarin minimaal positieve en negatieve leerpunten (alleen wanneer de aanvrager een eerdere toekenning heeft ontvangen);

      • Indien de aanvrager een rechtspersoon is en nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch:

        • Uittreksel Kamer van Koophandel

        • Meest recente statuten

        • Bankafschrift: om te controleren of het opgegeven bankrekeningnummer juist is, moet een kopie van een bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de tenaamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn.

  • 2.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

  • 3.

    Aanvragen worden behandeld totdat het beschikbare deelplafond (en/of tranche) bereikt is. Indien het deelplafond is bereikt worden aanvragen direct afgewezen.

Artikel 10 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    Subsidies tot en met € 7.500,- worden bij een toekenning direct vastgesteld. Bij directe vaststelling vindt de controle steekproefsgewijs plaats.

  • 2.

    Als de aanvrager eerder subsidie heeft ontvangen uit deze regeling worden subsidies van € 7.501,- t/m € 12.500 bij een toekenning direct vastgesteld en steekproefsgewijs gecontroleerd. Als de aanvrager voor het eerst subsidie ontvangt uit deze regeling dient de aanvrager uiterlijk 2 maanden na de afronding van het project of programma een aanvraag tot vaststelling (verantwoording) in (geteld vanaf de 1e dag van de maand na afronding).

  • 3.

    Bij verantwoording moet de aanvrager minimaal de onderstaande zaken aanleveren. Het verslag moet een handtekening bevatten van een door de organisatie bevoegd persoon.

  • een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht, inclusief een reflectie op de realisatie van de door u genoemde doelstelling(en).

  • een realisatie van de ingediende begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting.

  • ingevuld formulier activiteitenoverzicht: realisatie van de ingevulde cijfers.

  • 4.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen of verzoeken tot deelname aan een evaluatiegesprek.

  • 5.

    Als de bijdrage uit deze regeling hoger uitvalt dan 90 % respectievelijk 60 % van de subsidiabele kosten zoals genoemd in artikel 3, kan deze door het college lager worden vastgesteld.

 

DEELREGELING B (grote aanvragen)

Artikel 11 - Voorwaarden

  • 1.

    Uw aanvraag is alleen ontvankelijk als er wordt voldaan aan de artikelen 3 en 4 en de activiteiten in belangrijke mate worden uitgevoerd in de gemeente ’s-Hertogenbosch of vanuit de gemeente ’s-Hertogenbosch worden ontwikkeld.

  • 2.

    Uw aanvraag komt in aanvulling op lid 1 alleen in aanmerking voor subsidie als het voldoende aansluit op elk van onderstaande punten. Er is sprake van:

  • hoge artistiek-inhoudelijke kwaliteit, voor wat betreft zeggingskracht, oorspronkelijkheid, visie en vakmanschap;

  • hoge zakelijke kwaliteit, blijkend uit de inhoudelijke en financiële haalbaarheid van de activiteiten, organisatiekracht, een heldere plan van aanpak en een gezonde en passende financieringsmix;

  • maatschappelijke betekenis m.b.t. de mate van lokale relevantie:

    • de bijdrage van de activiteiten aan de beleidslijnen uit de nota ‘Cultuur Maakt Mensen’ in ’s-Hertogenbosch;

    • de bijdrage van de activiteiten aan de diversiteit van het lokale aanbod;

    • de mate waarin de activiteiten aanvullend zijn op bestaand (meerjarig gesubsidieerd) aanbod;

    • en/of zorgen voor verbinding tussen maatschappelijke vraagstukken en cultuur;

  • visie op publiek, diversiteit en inclusie: het tonen van een duidelijke visie op doelgroepen met bijbehorend communicatieplan en/of een duidelijk uitgewerkte aanpak van de publiekswerking.

  • 3.

    De aanvrager onderschrijft de culturele codes en voldoet aan de volgende punten:

  • Code Cultural Governance :

    • i.

      Er is een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht.

    • ii.

      Inzicht in de organisatiestructuur met een korte toelichting op de taken en verantwoordelijkheden bestuur of RvT, directie en medewerkers.

    • iii.

      Er is sprake van (beleid voor) een veilige werkomgeving.

  • Code Diversiteit en Inclusie:

    • i.

      De aanvrager licht toe op welke manier de activiteiten bijdragen aan een diverser en inclusiever aanbod en/of bereik, en benoemt hiervoor in het plan concrete acties of activiteiten.

  • Fair Practice Code:

    • i.

      Er is sprake van een beloningsbeleid in lijn met landelijke richtlijnen voor eerlijke beloning in de culturele sector.

Artikel 12 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?

  • 1.

    Wij nemen uw subsidieaanvraag niet in behandeling als:

  • Er niet is voldaan aan artikel 3 en/of artikel 4.

  • De aanvrager de culturele codes niet onderschrijft en/of er geen sprake is van een onafhankelijk bestuur of raad van toezicht.

  • De aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al een toekenning van boven de € 12.500,- heeft gehad uit deze regeling.

  • De aanvrager subsidie ontvangt vanuit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch 2025-2028.

  • De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd onderdeel zijn van activiteitenplannen van een organisatie die subsidie ontvangt uit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch 2025-2028.

  • De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd redelijkerwijs gefinancierd kunnen worden door een organisatie die subsidie ontvangt uit de Subsidieregeling Professionele kunsten 's-Hertogenbosch 2025-2028 of andere regelingen van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • De activiteit(en) onderdeel zijn van een opdracht van derden.

  • De activiteiten ook zonder financiële steun van de gemeente kunnen plaatsvinden.

  • Er geen aantoonbare inhoudelijke en/of organisatorische binding met de gemeente 's-Hertogenbosch is.

  • Het plan onvoldoende voldragen is om voor te leggen aan de adviescommissie.

  • Het projectplan uit meer dan 5.000 woorden bestaat.

  • Subsidie wordt aangevraagd voor kunst in de openbare ruimte met een structureel karakter.

  • 2.

    Subsidieverlening kan naast de in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb genoemde voorwaarden en op basis van de ASV ook (deels) geweigerd worden als:

  • Er onvoldoende is voldaan aan voorwaarden in artikel 11.

  • Wanneer het plan onvoldoende in lijn is met de culturele codes.

  • Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd.

  • Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd.

  • De adviescommissie adviseert geen subsidie toe te kennen.

  • Het door het college vastgestelde subsidieplafond of het deelplafond bereikt is.

Artikel 13 - Verloop van subsidieprocedure en onderdelen subsidieaanvraag

Aanvragen worden tweemaal per jaar behandeld.

  • 1.

    De procedure kent de volgende stappen:

  • Aanmelding: Om mee te doen met de eerstvolgende ronde moet de aanvrager zich aanmelden binnen de voorafgaande aanmeldperiode via het webformulier op www.s-hertogenbosch.nl/cultuurfondsen met een korte planbeschrijving van maximaal twee A4's en een (concept)begroting.

    • -

      Aanmelden voor de voorjaarsronde kan van 1-1-2025 t/m 31-1-2025.

    • -

      Aanmelden voor de najaarsronde kan van 15-8-2025 t/m 14-9-2025.

  • Optionele kennismaking: de commissie kan de aanvrager uitnodigen voor een kort gesprek tussen de aanvrager en een afvaardiging van de Commissie BC. Dit is niet verplicht voor de aanvrager.

  • Begeleiding: de secretaris begeleidt de aanvraag tot uiterlijk het moment van het indienen.

  • Indiening: Subsidieaanvragen moeten uiterlijk op de dag van de deadline van de desbetreffende ronde worden ingediend om te worden behandeld door de adviescommissie:

    • -

      Voorjaarsdeadline is 11 maart 2025

    • -

      Najaarsdeadline is 19 oktober 2025

  • Commissievergadering: Een afvaardiging van de Commissie BC komt samen in een vergadering en beoordeelt de aanvraag op basis van de artikelen 4 t/m 6, 11 en 12. Wanneer het beschikbare budget is overschreden, verdeelt de Commissie BC de aanvragen volgens de wijze zoals beschreven in artikel 14. De Commissie BC kan de volgende adviezen geven:

    • -

      aanvraag toekennen;

    • -

      aanvraag toekennen voor zover budget beschikbaar is;

    • -

      aanvraag afwijzen vanwege onvoldoende budget;

    • -

      aanvraag afwijzen.

  • Besluit: Het college neemt een besluit op advies van de Commissie BC. Uiterlijk 8 weken na de indiendeadline heeft de aanvrager antwoord gekregen.

  • 2.

    Subsidieaanvragen moeten de volgende onderdelen bevatten:

  • Aanbiedingsbrief gericht aan het college waarin u aangeeft dat u subsidie aanvraagt uit deze regeling en voor welk bedrag, ondertekend door een door de organisatie bevoegd persoon of orgaan.

  • Project- of activiteitenplan van maximaal 5.000 woorden waarin wordt ingegaan op de voorwaarden zoals omschreven in artikel 11, inclusief een:

    • -

      beschrijving van de doelstelling(en) en/of urgentie voor het project of programma.

    • b.

      -rketing- en communicatieplan.

  • Begroting met toelichting op de diverse posten.

  • Toelichting toepassing culturele codes (volgens artikel 11 lid 3) op maximaal twee A4'tjes.

  • Beknopte reflectie op eerdere door de gemeente gesubsidieerde activiteiten met daarin de belangrijkste positieve en negatieve leerpunten.

  • Formulier activiteitenoverzicht waarin beoogd aanbod en bereik wordt aangegeven (te vinden op www.s-hertogenbosch.nl);

  • Indien de aanvrager een rechtspersoon is en nog geen subsidierelatie heeft met de gemeente ’s-Hertogenbosch:

    • -

      Uittreksel Kamer van Koophandel

    • -

      Meest recente statuten

    • -

      Bankafschrift: om te controleren of het opgegeven bankrekeningnummer juist is, moet een kopie van een bankafschrift of een foto van de bankpas meegestuurd worden waarop alleen de tenaamstelling en het bankrekeningnummer zichtbaar zijn.

  • Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen.

Artikel 14 - Verdeling van het budget bij overvraging

Het beschikbare budget binnen een ronde wordt bij overvraging verdeeld via een tendersysteem. De adviescommissie beoordeelt de aanvragen integraal en in relatie tot elkaar en komt tot een afgewogen verdeling van het beschikbare budget over de aanvragen waarover zij positief oordeelt. Dit doet zij op basis van de voorwaarden genoemd in artikel 11, en de mate waarin de activiteiten bijdragen aan diversiteit van het cultureel aanbod in relatie tot de verschillende kunstdisciplines en culturele functies.

Artikel 15 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    De subsidieontvanger dient uiterlijk 2 maanden na de afronding van het project of programma een aanvraag tot vaststelling in (geteld vanaf de 1e dag van de maand na afronding). Deze aanvraag tot vaststelling bevat in ieder geval een:

  • inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht, inclusief een reflectie op de realisatie van de doelstelling(en).

  • realisatie van de begroting waaruit blijkt hoe de werkelijke kosten en opbrengsten zich verhouden ten opzichte van de begrote kosten en opbrengsten volgens dezelfde opzet van de bij de aanvraag ingeleverde begroting.

  • Ingevuld formulier Activiteitenoverzicht: realisatie van de ingevulde cijfers.

  • Het verslag moet een handtekening bevatten van een door de organisatie bevoegd persoon.

  • 2.

    Als het voor de beoordeling van belang is kan het college aanvullende stukken opvragen of verzoeken tot deelname aan een evaluatiegesprek.

  • 3.

    Als de bijdrage van deze regeling hoger uitvalt dan 60 % van de subsidiabele kosten zoals genoemd in artikel 3, kan deze door het college lager worden vastgesteld.

  • 4.

    Het college kan om een accountantsverklaring vragen in het geval de organisatie in hetzelfde kalenderjaar meerdere gemeentelijke subsidies ontvangt, waarbij het totaalbedrag hoger is dan € 100.000,-. Dit betreft een beoordelingsverklaring voor totaalbedragen van € 100.001,- tot en met € 500.000,- en een controleverklaring vanaf € 500.001,-.

Artikel 16 - Verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:

    • a.

      De activiteiten worden uitgevoerd volgens het ingediende plan.

    • b.

      De subsidieontvanger zorgt voor communicatie over de activiteiten en vermeldt daarbij dat de activiteit mede ondersteund is door de gemeente ‘s-Hertogenbosch en gebruikt daarvoor het logo van de gemeente.

    • c.

      De subsidieontvanger stelt de secretaris van deze regeling tijdig op de hoogte van openbare publieksactiviteiten zoals presentatie, expositie of anderszins relevante vorm.

    • d.

      De subsidieontvanger meldt de publieksactiviteiten die in ’s-Hertogenbosch plaatsvinden aan op www.zinindenbosch.nl.

  • 2.

    Het college kan in de verleningsbeschikking aanvullende verplichtingen opleggen.

Artikel 17 – Subsidieplafond en overheveling

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze regeling is € 311.700,- (exclusief mogelijke subsidieoverheveling) waarvan:

    • a.

      Minimaal € 111.700 beschikbaar is voor deelregeling A waarvan maximaal 2/3 deel vrijkomt voor de eerste tranche en minimaal 1/3 voor de tweede tranche.

      • i.

        De eerste tranche is beschikbaar per 1 januari 2025 totdat het deelplafond is bereikt.

      • ii.

        De tweede tranche is beschikbaar per 1 september 2025 totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • b.

    Maximaal € 200.000,- beschikbaar is voor de deelregeling B. Dit bedrag wordt verdeeld over de twee aanvraagrondes. Indien er onbesteed budget is wordt dit beschikbaar gesteld voor de deelregeling A.

  • 2.

    Indien er binnen deze regeling budget overblijft wordt het resterende budget beschikbaar gesteld voor de cultuurbegroting 2025-2028.

Artikel 18 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Professionele kunsten ‘s-Hertogenbosch 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

  • 6.

    Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen. 

  • 7.

    Bij honorering wordt de naam van het project, de hoogte van het subsidiebedrag en (indien de aanvrager een rechtspersoon is) de naam van de aanvrager gepubliceerd.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Cultuur

Telefoon: 073-615 9025

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Toelichting op de Subsidieregeling Professionele kunsten ’s-Hertogenbosch 2025

 

 

Artikel 4 – Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?  

Lid 1

Deze regeling is bedoeld voor projecten of programma’s primair gericht op activiteiten benoemd in de leden a. en b. Voor projecten en programma’s waarbij cultuureducatie en -participatie centraal staan kan subsidie aangevraagd worden via de Subsidieregeling Bijzondere activiteiten amateurkunst en cultuurparticipatie.

 

DEELREGELING A - Artikel 8 – Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie?  

Lid 1, streep 2

Als het budget voor de eerste tranche op is, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Het is mogelijk om die opnieuw in te dienen op het moment dat het loket voor de tweede tranche opengaat.

Lid 1, streep 4

Een ‘snelle aanvraag’ kan alleen worden toegekend als de aanvrager dat kalenderjaar nog geen andere toekenningen uit deze regeling heeft ontvangen. Binnen een kalenderjaar is het wel mogelijk om eerst een ‘snelle aanvraag’ en daarna een ‘grote aanvraag’ toegekend te krijgen, maar niet andersom.

Lid 1, streep 5, 6 en 7

Er kan geen subsidie worden aangevraagd door organisaties die meerjarig ondersteund worden door de gemeente, en niet voor activiteiten van die organisaties. Het is wel mogelijk om aan te vragen voor co-producties waarbij een organisatie is betrokken die meerjarig ondersteund is. Daarbij is het wel relevant hoe de activiteiten zijn beschreven in de plannen en begroting van de meerjarig ondersteunde organisatie.

Aanvragers moeten een aantoonbare inhoudelijke en/of organisatorische binding hebben met 's-Hertogenbosch. Dat moet meer omvatten dan samenwerkingen die facilitair van aard zijn.

Lid 1, streep 8

Voor projecten van makers, collectieven en/of gezelschappen kan alleen subsidie in de grote procedure (deelregeling B) worden aangevraagd. Voor ‘snelle aanvragen’ kan een beroep gedaan worden op de Bossche Makersregeling.

Lid 1, streep 10

Activiteiten van organisaties van buiten de gemeente en te weinig lokale binding komen niet in aanmerking voor subsidie. Het uitsluitend uitvoeren van activiteiten (al dan niet in een theater of concertzaal) in de gemeente wordt niet gezien als lokale binding. Dit geldt ook voor samenwerkingen die alleen betrekking hebben op facilitair niveau.

 

DEELREGELING B - Artikel 12 – Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor subsidie:

Lid 1, streep 3

Een ‘grote aanvraag’ kan alleen worden toegekend als de aanvrager dat kalenderjaar nog geen andere toekenningen uit deelregeling B heeft ontvangen. Binnen een kalenderjaar is het mogelijk om eerst een ‘snelle aanvraag’ en daarna een ‘grote aanvraag’ toegekend te krijgen, maar niet andersom.

Lid 1, streep 4, 5 en 6

Zie toelichting artikel 8 lid 1, streep 5, 6 en 7

Lid 1 streep 9

Zie toelichting artikel 8 lid 1, streep 10

 

17. Subsidieregeling innovatieregeling

 

Deze subsidieregeling wordt in 2025 separaat ter vaststelling aan het college van burgemeester en wethouders aangeboden.

 

18. Subsidieregeling Opzetten Samenwerkingsverbanden en Collectieve Ontwikkel- en Verbeterplannen Wijkwinkel- en stadsdeelcentra ’s-Hertogenbosch 2025

 

 

Artikel 1 - Doel

Het stimuleren van eigenaren en gebruikers (ondernemers/exploitanten) van commercieel onroerend goed om de samenwerking in hun wijkwinkelcentrum in de gemeente ’s-Hertogenbosch concreet te verbeteren en het wijkwinkelcentrum (fysiek) toekomstbestendiger te maken.

Artikel 2 - Begripsbepalingen

  • College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • Aanvrager: een collectief van gebruikers en/of eigenaren van onroerend goed dat een aanvraag indient. Of een individueel belanghebbende die aantoonbaar een collectief van minimaal 30 % van de direct belanghebbende gebruikers of eigenaren vertegenwoordigt.

  • Collectief: een collectief is een samenwerkingsverband van personen of organisatie(s) die een gemeenschappelijk belang vertegenwoordigt. Het kan hierbij gaan om een vereniging, stichting of een ander rechtspersoon of een samenwerking die nog geformaliseerd moet worden: een vereniging, stichting of ander rechtspersoon in oprichting. Dit collectief heeft geen winstoogmerk.

  • Gebruiker: de gebruiker van een commercieel onroerende zaak, die hier een bedrijf of ander soort organisatie exploiteert (exploitant of ondernemer). De gebruiker kan de huurder van de commerciële ruimte zijn en tevens de eigenaar.

  • Eigenaar: een natuurlijk of rechtspersoon die volgens de wet het volledig eigendom, zowel juridisch als economisch, heeft over een onroerende zaak.

  • Pand: een gebouwde onroerende zaak, niet zijnde tijdelijke bebouwing.

  • Commercieel onroerende zaak: fysieke ruimte (enkelvoud) die gebruikt wordt ten behoeve van commerciële activiteiten.

  • Commercieel onroerend goed: meervoud van commercieel onroerende zaak

  • Commercieel onroerend goed in een wijkwinkel- of stadsdeelcentrum: onroerend goed, met een bestemming waarbinnen vormen van detailhandel en/of horeca in geclusterde vorm mogelijk worden gemaakt, veelal aangeduid als bestemming ‘gemengd’ of ‘centrum’ en waar zich exploitanten van detailhandel, horeca of andere centrumvoorzieningen mogen vestigen. Deze regeling is niet bedoeld voor woningen in een wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum.

  • Wijkwinkelcentrum: een concentratie van verschillende detailhandelsbedrijven, horecabedrijven en/of dienstverlenende organisaties met een omvang van maximaal 12.000 m². De wijkwinkelcentra die het hier betreft, staan beschreven in de Detailhandelsvisie ’s-Hertogenbosch 2023 ‘Samen werken aan kwaliteit’.

  • Stadsdeelcentrum: Een concentratie van verschillende detailhandelsbedrijven, horecabedrijven en/of dienstverlenende organisaties, groter dan 12.000 m². In ’s-Hertogenbosch is de Helftheuvelpassage het enige stadsdeelcentrum.

  • Subsidieplafond: Het bedrag dat tijdens een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling. Het college stelt de subsidieplafonds jaarlijks vast. Dit gebeurt na vaststelling van de begroting door de gemeenteraad in november.

  • Tender-methode: Alle volledige subsidieaanvragen moeten binnen de periode zoals genoemd in artikel 8 ingediend zijn. De subsidieaanvragen worden beoordeeld aan de hand van de in deze regeling genoemde criteria en worden onderling gerangschikt.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De volgende belanghebbende stakeholders kunnen subsidie aanvragen:

  • 1.

    Aanvrager van de subsidie kan een eigenaar van commercieel onroerend goed zijn in een in artikel 4.A genoemd wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum, die aantoonbaar een collectief vertegenwoordigt van minimaal 30% van de (lokaal) belanghebbende eigenaren van commercieel onroerend goed en/of gebruikers van het betreffende onroerend goed.

  • 2.

    Een gebruiker van commerciële ruimte in een wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum zoals genoemd in artikel 4.A, die aantoonbaar een collectief van minimaal 30 % van de (lokaal) belanghebbende eigenaren van commercieel onroerend goed en/of gebruikers van het betreffende onroerend goed vertegenwoordigt.

  • 3.

    Een eigenarenvereniging, gebruikersvereniging, ondernemersvereniging of winkeliersvereniging van een wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum zoals genoemd in artikel 4.A, die aantoonbaar minimaal 30 % van de (lokaal) belanghebbende eigenaren van commercieel onroerend goed en/of gebruikers van het betreffende onroerend goed vertegenwoordigt.

  • 4.

    Verschillende belanghebbende eigenaren en/of gebruikers gezamenlijk van een wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum, die aantoonbaar minimaal 30 % van de (lokaal) belanghebbende eigenaren van commercieel onroerend goed en/of gebruikers van het betreffende onroerend goed vertegenwoordigen.

  • 5.

    Een eigenarenvereniging én een gebruikers, ondernemers- of winkeliersvereniging van een in artikel 4.A genoemd wijkwinkelcentrum of stadsdeelcentrum gezamenlijk, die aantoonbaar minimaal 30 % van de (lokaal) belanghebbende eigenaren van commercieel onroerend goed en/of gebruikers van het betreffende onroerend goed vertegenwoordigen.

  • 6.

    Aanvragers kunnen geen eigenaren of exploitanten zijn in andere (wijk)winkelcentra dan die in artikel 4.A van deze regeling en in de detailhandelsvisie ’s-Hertogenbosch 2023 ‘Samen werken aan kwaliteit’ genoemd worden.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

  • A.

    LOCATIES

Er kan eenmalig een subsidie aangevraagd worden voor de volgende wijkwinkelcentra en stadsdeelcentra:

  • Rivierenplein

  • Van Roosmalenplein

  • Pastoor van Thiellaan

  • Pettelaarsepoort

  • Kapelaan Koopmansplein

  • Orthenpoort

  • Helftheuvelpassage

  • Kooikersweg

  • Oude Vlijmenseweg / Boschmeerplein

  • Goulmy & Baarplein

  • Lokerenpassage

  • Rompertpassage

  • Ploossche Hof

  • Buitenpepers

  • Het Wielsem

  • Molenhoekpassage

  • De Groote Wielen

  • B.

    ACTIVITEITEN

Er kan eenmalig een subsidie aangevraagd worden voor de volgende activiteiten:

B1. Oprichten samenwerkingsverband wijkwinkel- en stadsdeelcentra:

  • a.

    het maken van een plan of meerjarenprogramma voor het oprichten of verder ontwikkelen van een gebruikers-, ondernemers-, winkeliers- en/of eigenarenvereniging met als doel het stimuleren van de onderlinge samenwerking in het betreffende wijkwinkel- of stadsdeelcentrum. Daarbij is minimaal 30 % van de gevestigde stakeholders (ondernemers en/of eigenaren) betrokken;

  • b.

    het (laten) doen van oriënterend vooronderzoek, gericht op het doen van een in voldoende mate ondersteunend verzoek aan de gemeente tot het vaststellen van een BIZ-verordening als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de bedrijven investeringszones ten behoeve van het stimuleren van de onderliggende samenwerking in het betreffende wijkwinkel- of stadsdeelcentrum. Dit vooronderzoek bestaat uit:

    • onderzoeken welke belanghebbenden (gebruikers en/of eigenaren van onroerend goed) mee willen werken aan een BIZ;

    • op basis van een concreet BIZ-plan organiseren van een proefpeiling. Daarbij wordt nagegaan of en in hoeverre voldaan wordt aan de BIZ voorwaarden van een respons van minimaal 50 % en minimaal 67 % positieve stemmen van alle betreffende belanghebbenden bij de BIZ.

  • c.

    Oprichting van het samenwerkingsverband of verbetering/verlenging ervan waarvoor de subsidie aangevraagd is, moet binnen een jaar na toekenning hebben plaatsgevonden.

  • d.

    Het (laten) doen van oriënterend onderzoek naar de mogelijkheden tot oprichting van een BIZ moet binnen een jaar na toekenning hebben plaatsgevonden.

B2. Planvormingsfase:

  • a.

    Het maken van een gezamenlijk plan, gericht op kwaliteitsverbetering van het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum. Dit kan bestaan uit gevelverbetering en uitstraling van het onroerend goed of een andere ingreep die het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum verbetert.

  • b.

    Het gezamenlijk plan kan ook over een verbetering van de openbare ruimte gaan, maar dan alleen in combinatie met een plan voor verbetering van de kwaliteit van de gevels, de uitstraling van het onroerend goed of een andere ingreep die het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum verbetert. Het gaat dan om een verbetering van de openbare ruimte tot boven het minimale niveau waartoe de gemeente verplicht is. Op de voorgestelde aanpassingen is het gemeentelijk Kwaliteitshandboek Openbare Ruimte (KOR) van toepassing. De kwaliteit en omvang van de verbetering van de openbare ruimte die gerealiseerd kan worden, hangt samen met de omvang van de gemeentelijke beheerkosten die hierbij horen. Elke aanvraag zal mede vanuit dit perspectief beoordeeld worden.

  • c.

    Opdrachtgeverschap en uitvoering kunnen separaat vastgelegd worden in een publiek-private overeenkomst;

  • d.

    Het maken van een gedegen meerjarenplan voor marketing en marketingcommunicatie voor het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum. Dit is een plan met behulp waarvan u uw wijkwinkel- of stadsdeelcentrum beter positioneert en profileert.

Het ontwikkelen van het plan moet binnen een jaar na de toekenning hebben plaatsgevonden.

 

B3. Uitvoeringsfase:

  • a.

    het gezamenlijk uitvoeren van activiteiten ter verbetering van de gevel en de uitstraling van het onroerend goed in het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum;

  • b.

    eventueel het uitvoeren van activiteiten ter verbetering van de kwaliteit van de inrichting van de openbare ruimte tot boven het minimale niveau waartoe de gemeente verplicht is. Op de voorgestelde aanpassingen is het gemeentelijk Kwaliteitshandboek Openbare Ruimte (KOR) van toepassing. De kwaliteit en omvang van de verbetering van de openbare ruimte die gerealiseerd kan worden, hangt samen met de omvang van de gemeentelijke beheerkosten die hierbij horen. Elke aanvraag zal mede vanuit dit perspectief beoordeeld worden. Een ingreep in de openbare ruimte kan alléén in aanmerking komen voor subsidie indien dit gebeurt in aanvulling op een verbetering van de gevel of de uitstraling van het onroerend goed. Opdrachtgeverschap en uitvoering worden separaat vastgelegd in een publiek-private overeenkomst;

  • c.

    Het uitvoeren van een meerjarig plan voor marketing en marketingcommunicatie voor het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum om dit beter te positioneren en te profileren.

Fysieke uitvoering van het plan, genoemd onder lid a en lid b van artikel 4.B.3 moet binnen 3 jaar na de toekenning van de subsidie afgerond zijn.

Uitvoering van de activiteiten uit het plan voor marketing en marketingcommunicatie moeten binnen 2 jaar na toekenning van de subsidie in gang gezet zijn.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    Het subsidieplafond voor het jaar 2025 is € 50.000,-.

  • 2.

    De subsidie kan maximaal 40 % van de totale investering bedragen tot maximaal € 25.000,- per locatie genoemd in artikel 4.A.

  • 3.

    Voor een evenwichtige verdeling van de subsidiegelden passen we de zogenaamde tendermethode toe. Elke aanvraag krijgt (een aantal) punten toegekend conform het puntensysteem, zoals dat in artikel 11 van deze subsidieregeling weergegeven is.

Artikel 6 - Aan welke voorwaarden moet uw aanvraag voldoen?

  • 1.

    Alleen complete aanvragen worden in behandeling genomen. Een aanvraag wordt als compleet beschouwd wanneer het de volgende onderdelen bevat:

  • een overzicht van betrokken belanghebbenden (aantal gebruikers/eigenaren);

  • aangegeven is welk percentage dat is van de gehele groep belanghebbende gebruikers en/of eigenaren;

  • een sluitende begroting;

  • indien er sprake is van een rechtspersoon een jaarrekening/jaarverslag;

  • indien er sprake is van een rechtspersoon een akte van oprichting of statuten;

  • uittreksel van de kamer van koophandel van de aanvragende partij(en);

  • handtekening(en) van de aanvrager(s);

  • 2.

    de aanvraag heeft betrekking op een wijkwinkel- of stadsdeelcentrum zoals benoemd in artikel 4.A;

  • 3.

    de activiteiten betreffen minimaal één van de in artikel 4.B genoemde punten;

  • 4.

    de activiteiten komen het lokaal economisch en sociaal functioneren ten goede;

  • 5.

    de aanvraag betreft een professioneel plan, gekenmerkt door een beschreven doelstelling, daartoe te nemen activiteiten, een planning en een goede prijs-kwaliteitverhouding;

  • 6.

    de versterking en verbetering komt meerdere stakeholders ten goede en betreft meer dan een individueel belang;

  • 7.

    gedegen monitoring en evaluatie van het samenwerkingsverband of de uitvoering van concrete plannen: u beschrijft de doelstellingen en de wijze waarop u achteraf evalueert of en hoe deze behaald zijn. Na afloop van het project vragen we een verantwoording op basis waarvan de toekenning van de subsidie definitief vastgesteld kan worden. Deze verantwoording moet beschikbaar worden gesteld vóór de in artikel 4.B1, 4.B2, 4.B3 genoemde deadlines;

  • 8.

    de aanvraag is gericht op het verbeteren, versterken en/of het toekomstbestendig maken van het betreffende wijkwinkel- of stadsdeelcentrum;

  • 9.

    de activiteiten moeten vóór de in artikel 4.B1, 4.B2, 4.B3 genoemde deadlines afgerond zijn.

  • 10.

    indien de aanvraag betrekking heeft op gezamenlijke fysieke ingrepen die de uitstraling van het onroerend goed verbeteren, dan moeten deze ingrepen voldoen aan:

  • Reclamecriteria ’s-Hertogenbosch 2010;

  • Beleidsnota Reclame in de Openbare Ruimte ’s-Hertogenbosch, geldend van 07-04-2020 t/m heden;

  • Algemene plaatselijke verordening (2016) (APV);

  • Welstandsnota 2011;

  • Terrasregels ’s-Hertogenbosch 2023;

  • 11.

    indien de aanvraag betrekking heeft op fysieke ingrepen om de openbare ruimte te verbeteren in combinatie met het verbeteren van het onroerend goed, dan:

  • moet de kwaliteit van de openbare ruimte verbeterd worden tot boven het niveau waartoe de gemeente verantwoordelijk is. Dit kan alleen in combinatie met een plan voor verbetering van de kwaliteit van de gevels, de uitstraling van het onroerend goed of een andere ingreep die het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum verbetert. Op de voorgestelde aanpassingen is het gemeentelijk Kwaliteitshandboek Openbare Ruimte (KOR) van toepassing.;

  • De kwaliteit en omvang van de verbetering van de openbare ruimte die gerealiseerd kan worden, hangt samen met de omvang van de gemeentelijke beheerkosten die hierbij horen. Elke aanvraag zal mede vanuit dit perspectief beoordeeld worden.

Artikel 7 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

Wij wijzen uw subsidieaanvraag af als:

  • 1.

    De gemeente ’s-Hertogenbosch ditzelfde initiatief al op andere wijze subsidieert of financieel ondersteunt. Andere initiatieven voor dezelfde locatie kunnen wél in aanmerking komen voor subsidie als daar een (gemeentelijke) regeling voor is;

  • 2.

    uw aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden van deze regeling zoals beschreven in artikel 3, artikel 4 en/of artikel 6;

  • 3.

    uw aanvraag betrekking heeft op het weghalen of verplaatsen van gezonde, toekomstbestendige bomen als deze actie geen harde voorwaarde is voor de uitvoering van het plan;

  • 4.

    indien een of meerdere bomen weggehaald worden of verplaatst, moet dit met alternatief groen gecompenseerd worden;

  • 5.

    uw aanvraag na de sluitingsdata, genoemd in artikel 8 ontvangen wordt;

  • 6.

    het subsidieplafond bereikt is;

  • 7.

    de activiteiten waarvoor u subsidie aanvraagt reeds zijn gestart voor het moment van beschikking;

  • 8.

    wanneer de omvang van alle aanvragen hoger uitkomt dan het subsidieplafond en uw aanvraag te weinig punten toegekend heeft gekregen;

  • 9.

    uw aanvraag incompleet is op het moment van of na de sluitingsdata, genoemd in artikel 8;

  • 10.

    u als aanvrager niet kunt aantonen dat u met dit project geen winstoogmerk heeft.

Artikel 8: Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    De subsidieaanvragen kunnen worden ingediend tussen 1 januari 2025 en 1 mei 2025 via het daarvoor vastgestelde aanvraagformulier op de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Indien er nog budget beschikbaar is na het sluiten van de eerste ronde, kunnen subsidieaanvragen worden ingediend tussen 1 augustus 2025 en 1 oktober 2025;

  • 2.

    U vindt het aanvraagformulier voor deze subsidie op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 3.

    Na het invullen van het aanvraagformulier, kunt u dit aan de gemeente sturen. Indien u vragen heeft, kunt u ook contact opnemen met de contactpersoon die onderaan deze regeling vermeld staat.

  • 4.

    Aanvragen die buiten de in het vorige lid genoemde data zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen.

  • 5.

    Uw aanvraag wordt beoordeeld door de werkgroep ‘Subsidieregeling, opzetten samenwerkingsverbanden en collectieve ontwikkel- en verbeterplannen wijkwinkelcentra’. Dit is een ambtelijke werkgroep waarin de afdelingen Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw (ROS), Stadsbeheer (SB), Leefomgeving (LO) en Economie en Energie (E&E) vertegenwoordigd zijn.

  • 6.

    De subsidie wordt aan de hand van een rankingmethode toegekend. Dit betekent dat wij aan de hand van het puntensysteem in artikel 11 op onderdelen van de aanvraag punten geven. De aanvragen worden gerangschikt op het puntenaantal om bij overvraging te bepalen welke in aanmerking komen voor subsidie.

  • 7.

    Binnen zes weken na (de in lid 1 genoemde) deadline(s) brengt de (in lid 5 genoemde) werkgroep advies uit aan het college. Het college neemt een besluit over het verlenen van de aangevraagde subsidie.

  • 8.

    Binnen tien weken vanaf de deadline krijgt u uitsluitsel over uw aanvraag.

Artikel 9 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    Elk jaar controleren wij de besteding van de toegekende subsidiebedragen. In het jaar volgend op het jaar wanneer de subsidie toegekend is, dient u een verslag met een financieel overzicht van de begrote investeringen en de besteding ervan aan te leveren en inzicht te verschaffen in de behaalde resultaten.

  • 2.

    De gegevens waarop de subsidieverstrekking gebaseerd is, moeten als bewijsstukken in uw administratie aanwezig zijn. Deze bewijsstukken moeten tot zeven jaar na afloop van het subsidie jaar bewaard blijven. Het gaat hierbij om offertes, facturen en verslagen van overleggen waarin afspraken vastgelegd zijn met betrekking tot de besteding van het subsidiebedrag.

  • 3.

    Binnen de in artikel 4B.1, 4B.2 en 4B.3 genoemde periode moeten de plannen waarvoor subsidie toegekend is, volbracht zijn. Aanvrager(s) dient verantwoording af te leggen op basis waarvan de toekenning van de subsidie definitief vastgesteld kan worden.

Artikel 10 - Overheveling

Indien er budget uit een eerdere aanvraagronde van deze subsidieregeling overblijft, dan wordt dit overgeheveld naar de volgende aanvraagronde.

Artikel 11 - Puntentoekenning

Het aantal maximaal te behalen punten hangt samen met de omvang van het winkelcentrum en het aantal partijen dat mede een bijdrage kan leveren en levert aan de samenwerking of ingreep.

De activiteiten, waarvoor punten toegekend kunnen worden, zijn onderscheiden naar thema. Thema’s zijn:

  • 1.

    Opzetten samenwerkingsverband om het economisch en sociaal functioneren van het winkelcentrum te bevorderen;

  • 2.

    Gezamenlijke fysieke ingrepen die de uitstraling van het onroerend goed verbeteren.

  • 3.

    Gezamenlijke fysieke ingrepen in en aan het onroerend goed om de bereikbaarheid en toegankelijkheid te verbeteren voor zover dat niet tot de verantwoordelijkheid van de gemeente behoort;

  • 4.

    Gezamenlijke fysieke ingrepen om in combinatie met verbeteren van het onroerend goed de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren voor zover het geen gemeentelijke taken betreft.

  • 5.

    Fysieke ingrepen die de sociale veiligheid en interactie met de (gebouwde) omgeving verbeteren voor zover het geen gemeentelijke taken betreft.

11.1 Opzetten samenwerkingsverband om het economisch en sociaal functioneren van het winkelcentrum te bevorderen

  • a.

    Oprichten gebruikers-, ondernemers- of winkeliersvereniging ter verbetering van de samenwerking binnen het wijkwinkel- of stadsdeelcentrum. Daarbij wordt concreet aangegeven waartoe deze samenwerking moet leiden.

Naarmate de omvang van de vereniging groter is, neemt het aantal toe te kennen punten toe:

  • minimaal 30 % van de gevestigde ondernemers/exploitanten : maximaal 3 punten

  • 30 % tot 40 % van de gevestigde exploitanten: 4-8 punten

  • 40 % tot 50 % van de gevestigde exploitanten: 9-13 punten

  • 50 % tot 60 % van de gevestigde exploitanten: 14-18 punten

  • 61 % tot 70 % van de gevestigde exploitanten: 19-23 punten

  • 71 % tot 80 % van de gevestigde exploitanten: 24-28 punten

  • 81 % tot 90 % van de gevestigde exploitanten: 29-33 punten

  • 91 % tot 100 % van de gevestigde exploitanten: 34-38 punten

 

  • b.

    Oprichten vereniging van eigenaren van commercieel onroerend goed. Daarbij wordt concreet aangegeven waartoe deze samenwerking moet leiden.

Naarmate de omvang van de vereniging groter is, neemt het aantal te toe te kennen punten toe:

  • minimaal 30% van de gevestigde ondernemers/exploitanten: 3 punten

  • 30% tot 40% van de gevestigde eigenaren: 4-8 punten

  • 40% tot 50% van de gevestigde eigenaren: 9-13 punten

  • 50% tot 60% van de gevestigde eigenaren: 14-18 punten

  • 61% tot 70% van de gevestigde eigenaren: 19-23 punten

  • 71% tot 80% van de gevestigde eigenaren: 24-28 punten

  • 81% tot 90% van de gevestigde eigenaren: 29-33 punten

  • 91% tot 100% van de gevestigde eigenaren: 34-38 punten

 

  • c.

    Oprichten gebruikers-, winkeliers-, ondernemers- en/of eigenaren BIZ met een BIZ plan: 34-68 punten

  • d.

    Oprichten ondernemersfonds op basis van reclamebelasting: 34-68 punten

  • e.

    Of een andere concreet geformuleerde activiteit om tot (een betere) samenwerking te komen: maximaal 68 punten

 

11.2 Gezamenlijke fysieke ingrepen die de uitstraling van het onroerend goed verbeteren

  • Kwaliteit en uitstraling van het onroerend goed verbeteren (gevel/pui) per unit: maximaal 10 punten

  • Kwaliteit en uitstraling van de gebruikers verbeteren ( bijvoorbeeld reclame-uitingen) per unit: maximaal 10 punten

  • Achterkantsituatie van het wijkwinkel of stadsdeelcentrum aantrekkelijker maken: maximaal 60 punten

  • Concreet ontwikkelen én uitvoeren van ideeën over uitstallingen, per unit: maximaal 10 punten

  • Aanduiding winkelcentrum verbeteren: maximaal 10 punten

  • Entrees en toegankelijkheid van het wijkwinkel- of stadsdeel centrum verbeteren, per entree: maximaal 40 punten

  • Of een andere ingreep die de uitstraling aantoonbaar bevordert: maximaal 60 punten

 

11.3 Gezamenlijke fysieke ingrepen in en aan het onroerend goed die de bereikbaarheid en toegankelijkheid bevorderen en bijdragen aan een inclusief wijkwinkel- of stadsdeelcentrum

  • Drempelvrije toegang voorzieningen: maximaal 10 punten

  • Goede blindengeleide (van buiten naar) binnen de voorzieningen: maximaal 10 punten

  • Een goede en aantrekkelijke overgang van de voorziening naar de straat (van private naar publieke ruimte): maximaal 20 punten

  • Of een andere ingreep aan het onroerend goed die de bereikbaarheid en toegankelijkheid bevordert en niet tot de gemeentelijke verantwoordelijkheid behoort: maximaal 20 punten

 

11.4 Gezamenlijke fysieke ingrepen om de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren, alleen in combinatie een van de hierboven aangegeven ingrepen aan het onroerend goed

Fysieke verbetering van de openbare ruimte, alleen in combinatie met ingrepen aan het onroerend goed, die het effect van de verbetering van het onroerend goed beter tot hun recht laten komen én zich boven het niveau bevinden waarvoor de gemeente verantwoordelijk is. De kwaliteit en omvang van de verbetering van de openbare ruimte die gerealiseerd kan worden, hangt samen met omvang van de gemeentelijke beheerkosten die hierbij horen. Elke aanvraag zal mede vanuit dit perspectief beoordeeld worden.

  • Realiseren aantrekkelijke plekken om even te gaan zitten: maximaal 30 punten

  • Realiseren van een groene gevel: maximaal 40 punten

  • Extra vergroenen openbare ruimte: maximaal 30 punten

  • Behoud bestaande bomen, per boom: maximaal 5 punten

  • Hogere kwaliteit bestrating (bijvoorbeeld geluidsarm): maximaal 30 punten

  • Andere fysieke ingrepen om de kwaliteit van de openbare ruimte te bevorderen: maximaal 60 punten

Artikel 12 - Tot slot

  • 1.

    De subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    De subsidieregeling eindigt op 31 december 2025.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Opzetten samenwerkingsverbanden en collectieve ontwikkel- en verbeterplannen wijkwinkel- en stadsdeelcentra ’s-Hertogenbosch 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    In voorkomende gevallen kan het college besluiten af te wijken van deze regeling.

  • 6.

    De Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact:

Jorine de Soet

Email: economie-energie@s-hertogenbosch.nl

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Postbus 12345

5200 GZ ’s-Hertogenbosch

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel: 073-615 5155

 

Toelichting Subsidieregeling, opzetten samenwerkingsverbanden en collectieve ontwikkel- en verbeterplannen wijkwinkelcentra ’s-Hertogenbosch 2025

 

Artikel 1 - Doel

Het stimuleren van eigenaren en gebruikers (ondernemers/exploitanten) van commercieel onroerend goed om de samenwerking in hun winkelcentrum concreet te verbeteren en het winkelcentrum (fysiek) toekomstbestendiger te maken.

De gemeente ’s-Hertogenbosch wil de wijkwinkelcentra in ’s-Hertogenbosch verbeteren, versterken en toekomstbestendiger maken. Dit is vastgelegd in de Detailhandelsvisie ‘s-Hertogenbosch 2023 ‘Samen werken aan kwaliteit’ en het Uitvoeringsprogramma detailhandelsvisie ’s-Hertogenbosch 2023. Met behulp van onderliggende subsidieregeling stimuleert de gemeente eigenaren en gebruikers (ondernemers/exploitanten) van commercieel onroerend goed enerzijds de samenwerking in hun winkelcentrum concreet te verbeteren en anderzijds het winkelcentrum (fysiek) toekomstbestendiger en aantrekkelijker te maken. Bij het toekomstbestendiger en aantrekkelijker maken gaat het o.a. om verbetering van de uitstraling van het commercieel onroerend goed eventueel in combinatie met verbeteringen van de kwaliteit van de openbare ruimte boven de minimale kwaliteit waarvoor de gemeente verantwoordelijk is. Daarnaast kan een goede marketing en marketingcommunicatie het functioneren en de toekomstbestendigheid van wijkwinkelcentra verbeteren.

Artikel 2 - Begripsbepalingen

2.7 Gebruiker: gebruiker is degene die het pand gebruikt. De gebruiker is ondernemer of exploitant van de organisatie die in het betreffende pand actief is. Hij kan huurder zijn, maar ook eigenaar. De gebruiker kan een winkel, een horecabedrijf, een dienstverlenende organisatie of een andere centrumvoorziening, niet zijnde een woning, uitbaten.

2.12 Tendermethode; de tendermethode betekent dat de gemeente de aanvragen met elkaar kan vergelijken, zodat de aanvragen met het beste idee/plan en daarmee de meeste punten ook de meeste subsidie toegekend kunnen krijgen. Om de aanvragen met elkaar te kunnen vergelijken, moeten alle aanvragen op een bepaald moment beschikbaar zijn

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

In de Detailhandelsvisie ’s-Hertogenbosch 2023, ‘Samenwerken aan kwaliteit’ is samenwerking om onze wijkwinkelcentra te versterken en te verbeteren uitgangspunt. In de praktijk zien we dat optimalisatie van wijkwinkelcentra beter plaatsvindt wanneer gebruikers en/of eigenaren er samen hun schouders onder zetten. Als één gebruiker of één eigenaar een initiatief neemt tot verbetering, betreft dat in de regel alleen de eigen organisatie of het eigen pand. Indien er sprake is van samenwerking heeft de verbetering meer impact. Daarom komen initiatieven van samenwerkingsverbanden meer in aanmerking voor puntentoekenning dan individuele initiatieven. In het kader van deze subsidieregel is er sprake van een samenwerkingsverband wanneer aantoonbaar minimaal 30% van de gebruikers en/of eigenaren gezamenlijk optreedt bij de aanvraag.

Artikel 7 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

Lid 10: Geen winstoogmerk betekent dat de toe te kennen subsidie geen deel uitmaakt van en niet ingezet wordt ten behoeve van uw bedrijfsvoering. De subsidie is zuiver en alleen bedoeld om het winkelcentrum als centrum te verbeteren, te versterken, toekomstbestendig en aantrekkelijker te maken.

Artikel 8 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

Lid 1: De subsidieaanvragen kunnen worden ingediend tussen 1 januari 2025 en 1 mei 2025 via het daarvoor vastgestelde aanvraagformulier op de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Indien er nog budget beschikbaar is na het sluiten van de eerste ronde, kunnen subsidieaanvragen worden ingediend tussen 1 augustus 2025 en 1 oktober 2025;

De tendermethode die hier toegepast wordt, maakt vergelijking tussen de verschillende aanvragen mogelijk en maakt het mogelijk om de beste aanvragen het meest te belonen. Mochten er binnen de gestelde eerste aanvraagronde tussen 1 januari en 1 mei 2025 niet voldoende goede aanvragen binnenkomen of wordt bij de toekenning het subsidieplafond niet gehaald, dan worden (nieuwe) aanvragers in de gelegenheid gesteld tijdens de tweede aanvraagperiode van 2025, tussen 1 augustus en 1 oktober een subsidie aan te vragen. Indien na de eerste aanvraagronde alle subsidie toegekend wordt en het subsidieplafond wél gehaald wordt, dan vindt er in 2025 geen tweede aanvraagperiode plaats.

11.4 Gezamenlijke fysieke ingrepen om de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren in combinatie met een van de hierboven aangegeven ingrepen aan het onroerend goed

De gemeente is verantwoordelijk voor het regulier onderhoud van de openbare ruimte, zodat dit schoon, heel en veilig is. Aan de hand van een gemeentelijke normering wordt het te onderhouden onderhoudsniveau bepaald. Subsidiepunten kunnen toegekend worden aan ingrepen in de openbare ruimte die het niveau optillen tot boven het niveau waartoe de gemeente verplicht is. De kwaliteit en omvang van de verbetering van de openbare ruimte die gerealiseerd kan worden, hangt samen met omvang van de gemeentelijke beheerkosten die hierbij horen. Elke aanvraag zal mede vanuit dit perspectief beoordeeld worden.

Artikel 12 - Tot slot

Lid 4: Het college kan een of meer bepalingen van deze subsidieregeling in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepaling te dienen doelen.

 

19.Subsidieregeling Verkeerseducatie en verkeersveiligheid 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is om activiteiten te stimuleren die bijdragen aan:

  • de uitvoering van verkeerseducatie, en;

  • de verbetering van de verkeersveiligheid

Artikel 2 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Deze subsidie kan aangevraagd worden door (onderwijs)instellingen uit de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 3 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Brabants VerkeersVeiligheidslabel (BVL): een kwaliteitskeurmerk van de Provincie Noord-Brabant voor scholen van het primair onderwijs. Het gaat om scholen die door deelname aan het BVL-project inhoud geven aan verkeerseducatie.

  • 2.

    Instelling: (vrijwilligers)organisatie die zich in het algemeen of in het bijzonder bezighoudt met verkeerseducatie en/of verkeersveiligheid. Het mag geen onderwijsinstelling zijn.

  • 3.

    Fietstraining: een cursus of training voor een specifieke doelgroep waarbij het accent ligt op de beheersing en vaardigheid van het veilig fietsen.

  • 4.

    Lokale projecten: projecten die duurzaam meewerken aan de verbetering van de verkeersveiligheid en verandering van de houding van verkeersdeelnemers. De reikwijdte is niet groter dan de gemeentegrens van ’s-Hertogenbosch.

  • 5.

    Onderwijsinstelling: scholen van het primair of voortgezet onderwijs

  • 6.

    Regionale projecten: projecten die duurzaam bijdragen aan de verbetering van de verkeersveiligheid en verandering van de houding van deelnemers aan het verkeer. De reikwijdte is niet groter dan de gemeente ’s-Hertogenbosch. De projecten zijn een samenwerking met meer organisaties en/of gemeenten en/of provincies.

  • 7.

    Totally Traffic: de verzamelnaam voor alle producten, activiteiten en diensten voor verkeerseducatie in het voortgezet onderwijs. De provincie Noord-Brabant biedt ze aan.

  • 8.

    Verkeersbrigadier: materiaal om de door de commandant van politie aangestelde hulp voor schoolkinderen bij het oversteken op drukke wegen mogelijk te maken.

  • 9.

    Verkeerseducatie: het bijbrengen van de voorwaarden voor veilige verkeersdeelname op het vlak van kennis, vaardigheden en motivaties.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor activiteiten of de aankoop van producten en diensten. Deze moeten bijdragen aan de verbetering van de verkeersveiligheid of verkeerseducatie. Hieronder vallen geen cursussen of trainingen om de rijvaardigheid in een auto te verbeteren, zoals bijvoorbeeld de mobiliteitscursus voor ouderen (BROEM).

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

U kunt de volgende bedragen en percentages van de kosten als subsidie aanvragen:

  • 1.

    Als u een onderwijsinstelling bent die deelneemt aan het project Brabants Verkeersveiligheidslabel of het project Totally Traffic, óf u hebt zich daarvoor aangemeld, kunt u de volgende subsidie aanvragen:

    • a.

      Scholen van het primair onderwijs: Een normbedrag van € 10,- per leerling volgens de peildatum van 1 oktober in het voorafgaande kalenderjaar, met een maximum van € 5.000,- per school.

    • b.

      Scholen van het voortgezet onderwijs:

      • -

        Een normbedrag van € 2.000,- per school.

      • -

        Een aanvullend bedrag voor specifieke projecten.

  • 2.

    Als u een instelling bent, kunt u de volgende subsidies aanvragen:

  • maximaal € 5.000,- voor het uitvoeren van een lokaal project

  • maximaal € 5.000,- voor het uitvoeren van een fietstraining

  • maximaal € 5.000,- voor het uitvoeren van een regionaal project

  • maximaal € 2.000,- voor de aanstelling en instandhouding van verkeersbrigadiers

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Wij moeten aanvragen voor BVL en Totally Traffic-subsidies voor het kalenderjaar 2025 voor 1 juli 2024 hebben ontvangen. Dit in verband met het indienen van Digitaal Activiteitenplan aan de provincie Brabant voor 1 juli 2024. Subsidieaanvragen voor BVL en Totally Traffic voor het kalenderjaar 2025 moeten voor 1 juli 2024 ingediend zijn bij de gemeente.

  • 2.

    Onderwijsinstellingen die volgens het eerste lid een aanvraag voor het kalenderjaar 2024 hebben ingediend, ontvangen medio februari 2025 een beschikking.

  • 3.

    Aanvragen voor projecten voor het kalenderjaar 2025 kunnen tussen 1 januari en 1 september 2025 worden ingediend.

  • 4.

    Aanvragers, niet zijnde onderwijsinstellingen, krijgen de voorlopige subsidie als voorschot uitbetaald.

  • 5.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen dit subsidiebedrag, na aftrek van de normbedragen voor de scholen van het primair en voortgezet onderwijs, onder de toegekende aanvragers. Dit geldt ook voor aanvragen van een aanvullend bedrag voor specifieke projecten voor scholen van het voortgezet onderwijs. Wij gebruiken hiervoor de “tender”-methode. Hoe werkt deze methode? Alle volledige subsidieaanvragen moeten binnen een bepaalde periode ingediend zijn. Wij beoordelen uw subsidieaanvraag aan de hand van een aantal criteria: wij kijken naar de mate waarin de activiteit/het aan te schaffen artikel bijdraagt aan verkeerseducatie en/of verkeersveiligheid.

Artikel 7 - Wat doet u met het aanvraagformulier?

  • 1.

    U vindt het aanvraagformulier voor projecten op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch

  • 2.

    Na het invullen van de aanvraag kunt u deze naar het college mailen of per post opsturen. Bij inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling.

Artikel 8 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025, uitgezonderd artikel 6 lid 1. Dit artikel treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 1 juli 2024.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Verkeerseducatie en verkeersveiligheid 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Koen Gijsbrechts

Tel: 073 – 615 5155

Email: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

20.Subsidieregeling voor sportverenigingen 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het bevorderen van regelmatige sportdeelname van jongeren in georganiseerd verband en het ondersteunen van zwem- en ijssportverenigingen in hun accommodatiekosten.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    Subsidieplafond: Het bedrag dat tijdens een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling. Het college stelt de subsidieplafonds jaarlijks vast. Dit gebeurt na vaststelling van de begroting door de gemeenteraad in november.

  • 3.

    Jeugdleden: Leden die per 1 januari van het jaar waarvoor de subsidie wordt aangevraagd jonger zijn dan 19 jaar, woonachtig zijn in de gemeente ‘s-Hertogenbosch en actief aan de betreffende sport deelnemen. Het gaat hier over leden die op of na 01-01-2006 geboren zijn.

  • 4.

    Ledenaantal: Aantal leden per 1 januari van het jaar waarop deze subsidie betrekking heeft en actief aan de betreffende sport deelnemen.

  • 5.

    Zaalsportvereniging: Sportvereniging die voor minimaal 75 % van haar sportactiviteiten gebruik maakt van een overdekte sportaccommodatie in ’s-Hertogenbosch (inclusief ijssport- en zwemsportverenigingen), alsmede verenigingen die voor hun standaard competitie zowel overdekte- als openluchtsportaccommodaties gebruiken.

  • 6.

    IJssportvereniging: Sportvereniging die is aangesloten bij de Koninklijke Nederlandse Schaatsenrijdersbond en die voor minimaal 75 % van haar sportactiviteiten gebruik maakt van het beschikbare kunstijs in de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 7.

    Zwemsportvereniging: Sportvereniging die is aangesloten bij de Koninklijke Nederlandse Zwembond en die voor minimaal 75 % van haar sportactiviteiten gebruik maakt van geconditioneerd publiek toegankelijk zwemwater in de gemeente ‘s-Hertogenbosch.

  • 8.

    Jeugdaandeel: het aantal jeugdleden gedeeld door het totaal aantal leden van een vereniging.

  • 9.

    Zomerijs: het gebruik van de sportijsbaan in Sportiom door ijssportvereniging(en) in de (6) weken van de zomervakantie (basisscholen, regio zuid).

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidie kan worden aangevraagd door een sportvereniging *) die voldoet aan alle volgende voorwaarden:

  • 1.

    organiseert activiteiten die geheel of grotendeels ten goede komen aan inwoners van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • 2.

    heeft volledige rechtsbevoegdheid en is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

  • 3.

    heeft een Algemene Ledenvergadering als hoogste orgaan;

  • 4.

    heeft jeugdleden die uit de gemeente ’s-Hertogenbosch komen;

  • 5.

    heeft geen winstoogmerk;

  • 6.

    waarvan de beoefende sport een bond of federatie heeft, die is aangesloten bij het NOC*NSF;

  • 7.

    is gericht op sportbeoefenaars in amateur-, recreatief of in competitie verband;

*) Het college kan sportorganisaties, die geen vereniging zijn, toch als sportvereniging aanmerken.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor:

  • 1.

    Het organiseren en in stand houden van sportactiviteiten voor jeugdleden

    • a.

      die een regelmatig en periodiek terugkerend karakter hebben;

    • b.

      en jeugdleden in staat stelt aan door de bond georganiseerde activiteiten (competities, toernooien) deel te nemen.

  • 2.

    Huurondersteuning ten behoeve van een gedeeltelijke compensatie van de huurkosten voor geconditioneerd zwemwater en kunstijs (exclusief zomerijs).

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u krijgen?

  • 1.

    Algemeen

Van het door het college vastgestelde subsidieplafond wordt eerst het gedeelte voor ondersteuning voor accommodatiekosten van zwemsport- en ijssportverenigingen vastgesteld. Het overige gedeelte is beschikbaar voor jeugdsportsubsidie.

  • 2.

    Berekeningsgrondslag

De hoogte van de huurondersteuning voor zwemsportverenigingen wordt vastgesteld met de volgende formule:

de totale huursom van betreffende vereniging x 20 % x jeugdaandeel uit de gemeente ‘s-Hertogenbosch van die vereniging

 

De hoogte van de huurondersteuning voor ijssportverenigingen wordt vastgesteld met de volgende formule:

de totale huursom van betreffende vereniging (exclusief zomerijs) x 35 % x jeugdaandeel uit de gemeente ‘s-Hertogenbosch van die vereniging

 

De hoogte van de subsidie per jeugdlid uit ‘s-Hertogenbosch voor jeugdsportsubsidie wordt vastgesteld met de volgende formule:

subsidieplafond -/- totale huurondersteuning

(alle jeugdleden van zaalsportverenigingen x 2.0) + alle jeugdleden van overige sportverenigingen

Artikel 6 - Aan welke voorwaarden moet u voldoen?

We streven naar een plezierige, veilige en gezonde sportomgeving voor kinderen en jongeren. Sportverenigingen komen in aanmerking voor deze subsidie indien zij invulling hebben gegeven aan de volgende voorwaarden:

  • 1.

    Voor de vrijwilligers die bij uw sportvereniging actief zijn en met minderjarigen en/of kwetsbare doelgroepen werken kunt u een ‘Verklaring Omtrent Gedrag’ (VOG) overleggen.

  • 2.

    Uw sportvereniging heeft een Vertrouwenscontactpersoon en/of normen & waarden commissie aangesteld.

  • 3.

    Uw sportvereniging kent duidelijke gedragsregels die passen bij een positieve sportcultuur, en u deelt die regels actief en zichtbaar uit onder de leden.

Verenigingen met een eigen sportaccommodatie dienen ook invulling te geven aan de volgende voorwaarden voor een gezonde sportomgeving:

  • 4.

    Uw sportvereniging zet in op een 100 % rookvrije kind omgeving.

  • 5.

    Uw sportvereniging heeft een gezond en gevarieerd kantine-aanbod.

  • 6.

    Uw sportvereniging maakt heldere afspraken over het schenken van alcohol waarbij geen alcohol onder de 18 jaar (conform landelijke wetgeving) en stimulering van alcoholvrije alternatieven de uitgangspunten zijn.

Artikel 7 - Wanneer en hoe krijgt u de subsidie uitbetaald?

  • 1.

    Uw aanvraag voor deze subsidie moeten wij uiterlijk 1 februari van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft ontvangen hebben.

  • 2.

    Het besluit tot verlenen van de subsidie wordt vóór 1 juni van het betreffende jaar genomen. De subsidie wordt conform artikel 19 lid 4 van de ASV direct vastgesteld. Dat betekent dat er geen separate verantwoording wordt gevraagd.

  • 3.

    De subsidie wordt binnen 6 weken na het uitkeringsbesluit uitgekeerd.

Artikel 8 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een aanvraag voor deze subsidie kan gedaan worden via een door het college vastgesteld formulier dat via de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch verkrijgbaar is.

  • 2.

    Bij vragen kunt u contact opnemen met het gemeentelijk contactcentrum van de gemeente

    ’s-Hertogenbosch.

Artikel 9 - Tot slot

Hier onder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling voor sportverenigingen 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Laura van Oorschot

Tel: 073 - 615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

21. Subsidieregeling Uitvoeringsbudget Bosch Sportakkoord II 2025

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het Hoofdlijnen Sportakkoord II: Sport versterkt richt zich op zes thema’s met daaronder 25 opgaven. Als kerngroep van het Sportakkoord II in de gemeente ’s-Hertogenbosch kiezen wij voor meer focus. In 2025 en 2026 zetten we in op drie thema’s met in totaal vijf opgaven:

Thema 1: Iedereen voelt zich welkom

Opgave 1 - Vergroting van sociale toegankelijkheid.

Opgave 2 - Effectievere toeleiding van inactieve mensen naar sport en beweegactiviteiten.

Thema 2: De sportiefste jeugd

Opgave 3 - Meer aandacht voor beweging bij de jongste jeugd.

Opgave 4 - Verhogen van sportdeelname en het verlagen van sportuitval bij jongeren.

Thema 3: Toekomstbestendige Sportaanbieders

Opgave 5 – Betere lokale match tussen vraag en aanbod.

 

De bijlage van deze subsidieregeling licht deze opgaven toe.

Om uitvoering te geven aan de ambities van het Bosch Sportakkoord stelt de gemeente ’s-Hertogenbosch subsidie beschikbaar om de uitvoering van de ambities en opgaven uit het Sportakkoord II te stimuleren.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    ASV: De algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch. Deze ASV geldt bij alle subsidieaanvragen.

  • 2.

    Subsidieplafond: Het bedrag dat tijdens een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    De aanvrager van de subsidie is een rechtspersoon.

  • 2.

    De aanvrager heeft zich aangesloten bij – of sluit zich aan bij – het Bosch Sportakkoord en neemt het voortouw bij de realisatie van één of meer projecten.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen als:

  • 1.

    De realisatie van een specifiek project aansluit bij één of meer ambities uit het Bosch Sportakkoord en;

  • 2.

    Het project betrekking heeft op een nieuw initiatief, een nieuwe vorm van samenwerking of verbreding van een bestaande activiteit.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u krijgen?

Er zit geen maximum aan het aan te vragen subsidiebedrag.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    De aanvragen voor deze regeling kunnen van 1 februari tot 1 november 2025 worden ingediend bij de gemeente.

  • 2.

    Het plafond voor deze regeling is voor het jaar 2025 € 96.070,-. Binnen dit plafond is € 6.000,- (12 keer € 500,-) gereserveerd voor activiteiten passend binnen de zes thema’s van het Nationaal Sportakkoord II.

  • 3.

    De subsidie wordt geweigerd als de subsidieaanvrager in surséance van betaling verkeert of failliet is verklaard, het project conflicteert met bestaand gemeentelijk beleid of de subsidie aangevraagd is voor bestaande taken van de aanvrager.

  • 4.

    De subsidieaanvraag wordt door de kerngroep van het Bosch Sportakkoord beoordeeld en toegekend tot het maximaal beschikbare subsidieplafond op basis van de volgende criteria:

  • De mate waarin het project bijdraagt aan één of meer van de ambities uit het Bosch Sportakkoord.

  • De mate waarin het project vernieuwend is en nieuwe samenwerkingsverbanden oplevert.

  • De mate waarin het project bijdraagt aan duurzame resultaten en continuïteit na afloop van het project.

  • De mate waarin de hoogte van de subsidieaanvraag in verhouding staat tot de beoogde resultaten.

  • De mate waarin de hoogte van de subsidieaanvraag in verhouding staat tot het beoogde bereik.

  • De mate waarin de onderdelen monitoring en evaluatie beschreven worden in het projectplan.

  • 5.

    Mochten de aanvragen het subsidieplafond overschrijden, wordt de subsidie toegekend op volgorde van de score op bovenstaande beoordelingscriteria.

  • 6.

    Binnen vier weken wordt de aanvrager geïnformeerd over het besluit.

  • 7.

    Indien er na de toekenningsperiode nog budget beschikbaar is, beslist de kerngroep over invulling van dit budget binnen de doelstellingen van het Bosch Sportakkoord. Dat kan betekenen dat er geïnvesteerd wordt in andere projecten van partners.

  • 8.

    De aanvrager en aanvraagpartners verplichten zich tot het delen van kennis en resultaten (in woord en beeld) met de gemeente en andere partners.

  • 9.

    Binnen 8 weken na afloop van het kalenderjaar (vóór 1 maart 2026) stuurt de aanvrager een financieel en inhoudelijk verslag aan de gemeente. Dit verslag dient o.a. te bevatten:

  • foto’s van activiteiten;

  • deelnemersaantallen;

  • communicatie-uitingen (flyers, persberichten etc.);

  • uitgevoerde activiteiten.

Artikel 7 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een aanvraag wordt ingediend door middel van het indienen van het daartoe bestemde formulier inclusief projectplan bij de gemeente ’s-Hertogenbosch Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    In het projectplan moet onder andere zijn opgenomen:

  • op welke thema’s en/of opgaven uit het Bosch Sportakkoord het project betrekking heeft;

  • welke partners betrokken zijn bij het project;

  • plan van aanpak;

  • een begroting;

  • wat het bereik is van het project;

  • op welke manier het project wordt geëvalueerd en gemonitord;

  • de hoogte van de subsidie die wordt aangevraagd;

  • de omvang van de eigen bijdrage (verplicht) van de aanvrager en haar partners in het project.

Artikel 8 - Verantwoording subsidie

Voor de verantwoording van de subsidie verwijzen wij u naar de Algemene Subsidieverordening ’s-Hertogenbosch 2021.

Artikel 9 - Tot slot

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Uitvoeringsbudget Bosch Sportakkoord 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of niet veranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Vragen of meer informatie? Neem contact op met Evy Pappot of zie de website:

www.s-port.nl/projecten/bosch-sportakkoord

Contactgegevens:

Naam: Evy Pappot

Functie: Coördinator Sport en Preventie | ‘S-PORT

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Telefoon: 073 – 615 5155

 

Bijlage bij Subsidieregeling Bosch Sportakkoord II 2025

 

Toelichting op de drie thema’s en de vijf opgaven.

Thema 1: Inclusie en diversiteit

Het Bosch Sportakkoord vertaalt dit thema naar ‘Iedereen voelt zich welkom’.

Opgave 1 - Vergroting van sociale toegankelijkheid.

Opgave 2 - Effectievere toeleiding van inactieve mensen naar sport en beweegactiviteiten.

In gemeente 's-Hertogenbosch is iedereen welkom om te sporten en te bewegen. Alleen of samen met anderen in de buitenruimte of bij een club. Wil dit voor álle inwoners opgaan, dan ligt er een opgave met betrekking tot diversiteit en inclusiviteit. We streven ernaar dat iedereen bereikt wordt met een passend sport- en beweegaanbod en dat sportaanbieders beschikken over de juiste kennis en faciliteiten, zodat iedereen zich daadwerkelijk welkom voelt en met plezier kan sporten.

Daarom verwelkomen we plannen en initiatieven die een aantoonbare bijdrage leveren aan het doel om iedereen mee te laten doen met sporten en bewegen.

Thema 2: Vaardig in bewegen

Het Bosch Sportakkoord vertaalt dit thema naar ‘De sportiefste jeugd’.

Opgave 3 - Meer aandacht voor beweging bij de jongste jeugd.

Opgave 4 - Verhogen van sportdeelname en het verlagen van sportuitval bij jongeren.

Het Bosch Sportakkoord II zet in op een gezonde toekomst. Dat begint met goed leren bewegen op (heel) jonge leeftijd. Goed kunnen bewegen levert meer plezier op bij het sporten; het legt de basis voor een leven lang beweegplezier. Tot dusver is er echter minder aandacht geweest voor het belang van sport en bewegen bij kinderen van 0 tot 4 jaar. We willen daarom het belang van bewegen voor deze groep beter onder de aandacht brengen en het bewustzijn bij zowel ouders als professionals vergroten.

Daarnaast is de hoge sportuitval van jongeren vanaf 12 jaar een grote uitdaging. Veel jongeren ervaren onvoldoende plezier, motivatie en zelfvertrouwen om bij een sportaanbieder actief te blijven.

We verwelkomen ideeën en initiatieven die aantoonbaar bijdragen aan de brede motorische ontwikkeling van de jongste jeugd. Ook zijn initiatieven die zich richten op het vergroten van het sportplezier bij jongeren tussen de 12 en 18 jaar belangrijk: hoe zorgen we dat zij met plezier (blijven) sporten en dat minder jongeren stoppen bij een sportaanbieder?

Thema 3: Vitale Sportaanbieders

Het Bosch Sportakkoord vertaalt dit thema naar ‘Toekomstbestendige Sportaanbieders’.

Opgave 5 - Betere lokale match tussen vraag en aanbod.

Het thema Vitale sportaanbieders is gericht op een kwalitatief sterk, veilig en toegankelijk sportaanbod voor iedere inwoner. Het Bosch Sportakkoord II focust hierbij op de wens om vraag en aanbod beter op elkaar te laten aansluiten, zodat iedere inwoner een plek in de buurt kan vinden om met plezier te sporten en bewegen.

Sport- en beweegaanbieders in de gemeente ’s-Hertogenbosch worden gestimuleerd om hun aanbod op wijk- of buurtniveau (beter) te laten aansluiten op de behoeften van diverse doelgroepen. Dit kan door nieuw aanbod te ontwikkelen of bestaand aanbod te verbeteren, bijvoorbeeld door de kwaliteit van trainers te verhogen, lidmaatschapsvormen te flexibiliseren of e-sports te integreren. Daarnaast kan het beter benutten van de sportparken, bijvoorbeeld door het aanbieden van meer activiteiten buiten de reguliere verenigingsuren of door samen te werken met andere aanbieders, bijdragen aan het vergroten van het sport- en beweegaanbod.

Plannen en initiatieven die bijdragen aan een passend aanbod in de wijken en/of samenwerking stimuleren tussen sportaanbieders, onderwijs, zorg en/of andere organisaties zijn van harte welkom.

 

22.Subsidieregeling combinatiefuncties ’s-Hertogenbosch 2025

 

Het ministerie van VWS en VNG/VSG zetten zich in om de komende jaren vraaggericht de toeleiding en begeleiding naar sport- en, beweegaanbod te versterken, zodat meer mensen actief betrokken raken bij en deelnemen aan sport en bewegen, en daarmee gezonder, actiever en fitter worden. Om aan deze ambitie lokaal invulling te geven ontvangt de gemeente jaarlijks middelen vanuit het Rijk via de Brede Regeling Combinatiefuncties. Een deel van deze middelen wordt in 2025 via deze subsidieregeling beschikbaar voor partners in de gemeente. De subsidie is bedoeld om functionarissen aan te stellen die plannen realiseren binnen de doelstellingen van het Nationaal Sportakkoord. Minimaal 60 % van de loonkosten en 100 % van de overige kosten moeten door de aanvrager zelf worden bekostigd.

De regeling voorziet in twee onderdelen. Onderdeel A richt zich op alle inwoners van ’s-Hertogenbosch, onderdeel B richt zich specifiek op leerlingen uit het speciaal onderwijs, omdat daar een achterstand in sport- en beweegdeelname is geconstateerd.

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Doelen van deze subsidie zijn:

  • 1.

    Meer kinderen, jongeren en volwassenen die sporten en bewegen. Het gaat hierbij o.a. om kwetsbare groepen en mensen die achterblijven in sport- en beweegdeelname;

  • 2.

    Sterke aanbieders in sport en bewegen waarbij kwaliteit, veiligheid en toegankelijkheid geregeld is;

  • 3.

    Een sterke verbinding tussen sport en bewegen met andere domeinen en programma’s (onderwijs, gezondheid, zorg, welzijn en sociale zaken/armoede & schulden) die bijdragen aan de bovenste twee ambities.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Profiel: er is ruimte voor vier profielen in de Brede Regeling Combinatiefuncties: Buurtsportcoach, Combinatiefunctionaris Onderwijs, Clubkadercoach (incl. Verenigingsmanager en Sportparkmanager) en Beweegcoach. Meer informatie over deze profielen is te raadplegen op www.sportindebuurt.nl/profielen.

  • 2.

    Nationaal Sportakkoord: dit landelijk akkoord bevat zes thema’s. De thema’s zijn:

    • Inclusie en diversiteit

    • Sociaal veilige sport

    • Vitale sportaanbieders

    • Vaardig in bewegen

    • Ruimte voor sport en bewegen

    • Maatschappelijke waarde van topsport (voorheen: Topsport die inspireert).

  • De inzet van de combinatiefunctionaris dient bij te dragen aan minimaal één van bovenstaande thema’s. Meer informatie hierover is te vinden op www.sportakkoord.nl.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    De aanvrager van de subsidie is een rechtspersoon.

  • 2.

    De aanvrager is actief als sportaanbieder, onderwijsinstelling, zorginstelling of een andere instelling die een relatie heeft met de doelen in artikel 1.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

ONDERDEEL A

  • 1.

    De subsidie moet besteed worden aan loonkosten voor nieuwe taken en aanbod of een uitbreiding van taken en aanbod.

  • 2.

    Het project / de aanvraag voldoet aan tenminste één van de doelen uit artikel 1. In de aanvraag moet naar voren komen op welke wijze hieraan invulling wordt gegeven.

  • 3.

    Het project waarvoor subsidie gevraagd wordt, moet zonder winstoogmerk zijn.

  • 4.

    Het project is gericht op inwoners, instellingen en verenigingen van de gemeente

    ’s-Hertogenbosch.

  • 5.

    Het project beslaat in ieder geval de sector sport en daarnaast minimaal één of meerdere andere sector(en). Het project overstijgt daarmee het belang van de aanvragende organisatie.

ONDERDEEL B

De subsidie moet besteed worden aan loonkosten voor het stimuleren van sport- en bewegen van leerlingen van het speciaal onderwijs.

Artikel 5 Waarvoor wordt geen subsidie gegeven?

Niet subsidiabel zijn:

  • Kosten die tot bestaande of reguliere werkzaamheden van de aanvrager(s) behoren, met uitzondering van ONDERDEEL B.

  • Kosten die zijn verbonden aan de voorbereiding van de subsidieaanvraag.

  • Kosten niet zijnde loonkosten.

Artikel 6 Hoeveel subsidie kunt u krijgen?

  • 1.

    U kunt voor maximaal één fulltime combinatiefunctionaris subsidie aanvragen.

  • 2.

    Voor één fulltime combinatiefunctionaris kunt u maximaal € 23.500,- subsidie aanvragen. Voor minder dan één fulltime combinatiefunctionaris geldt dit maximum bedrag naar rato.

  • 3.

    Voor de overige (loon)kosten dient u zelf via cofinanciering dekking te vinden.

  • 4.

    Alleen loonkosten van de combinatiefunctionaris die gerelateerd zijn aan het project en gemaakt zijn na de start van het project komen in aanmerking voor subsidie.

Artikel 7 Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    De aanvragen voor deze regeling kunnen tot 1 januari 2025 worden ingediend bij de gemeente.

  • 2.

    Het subsidieplafond voor deze regeling ONDERDEEL A is € 117.780,- het subsidieplafond van ONDERDEEL B is € 24.260,-

  • 3.

    De subsidie wordt geweigerd als de subsidieaanvrager in surséance van betaling verkeert of failliet is verklaard, het project conflicteert met bestaand gemeentelijk beleid of de subsidie aangevraagd is voor bestaande taken van de aanvrager.

  • 4.

    De subsidie wordt door de gemeente beoordeeld en toegekend tot het maximaal beschikbare budget op basis van de volgende criteria:

    • a.

      De mate waarin het project bijdraagt aan één of meer van de doelstellingen uit artikel 1;

    • b.

      De mate waarin het project vernieuwend is en nieuwe samenwerkingsverbanden oplevert;

    • c.

      De mate waarin het project bijdraagt aan duurzame resultaten en continuïteit na afloop van het project;

    • d.

      De mate waarin de subsidieaanvraag in verhouding staat tot de beoogde resultaten.

  • 5.

    Mochten de aanvragen het subsidieplafond overschrijden, dan wordt de subsidie eerst toegekend op volgorde van de score op bovenstaande beoordelingscriteria en bij gelijke score telt de volgorde van binnenkomst.

  • 6.

    De aanvrager wordt vóór 1 februari 2025 geïnformeerd over het besluit.

    De aanvrager en aanvraagpartners verplichten zich tot het delen van kennis en resultaten met de gemeente en andere partners.

  • 7.

    Binnen 8 weken na afloop van het kalenderjaar stuurt de aanvrager een financieel en inhoudelijk verslag aan de gemeente. Dit verslag dient o.a. te bevatten:

  • -

    Foto’s van activiteiten

  • -

    Deelnemersaantallen

  • -

    Communicatie uitingen (flyers, persberichten, etc.)

  • -

    Concrete resultaten

  • -

    Indien er na de toekenningsperiode nog budget beschikbaar is, dan wordt de regeling gedurende 2025 opnieuw opengesteld.

Artikel 8 Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een aanvraag wordt ingediend door middel van het indienen van het daartoe bestemde formulier inclusief projectplan bij de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    In het projectplan moet onder andere zijn opgenomen:

  • De wijze waarop het project bijdraagt aan (één of meerdere) doelen zoals genoemd in artikel 1;

  • Het aantal/percentage fte combinatiefuncties (maximaal 1) dat wordt aangevraagd en de resultaten die worden beoogd door de inzet van deze functionaris;

  • De subsidie die wordt aangevraagd;

  • De wijze van cofinanciering;

  • De partners die bij het project betrokken zijn.

Artikel 9 Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling combinatiefuncties ’s-Hertogenbosch 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    Het werkgeverschap van de combinatiefunctionaris als bedoeld in deze regeling wordt in principe gepositioneerd bij de aanvrager. In de aanvraag kan hier beargumenteerd van worden afgeweken.

  • 6.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ‘s-Hertogenbosch

Robert Barclay

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel.nr. 073 – 615 5155

 

23.Subsidieregeling Bossche duurzaamheidsactiviteiten 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is het stimuleren van de Bossche inwoner tot een duurzaam milieugedrag. De activiteiten moeten passen binnen het gemeentelijke duurzaamheidsbeleid.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Duurzaam gedrag: Gedrag dat voorziet in de behoefte van de huidige generatie. Zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheden van de toekomstige generaties.

  • 2.

    Duurzaamheidsbeleid: Het beleid dat vastgelegd is binnen het programma Fysiek, onderdeel milieu respecterende ontwikkelingen. Hierin staan alle taken op het gebied van milieu en de concrete acties. Het college wil op vier gebieden een forse stap maken naar een duurzame stad: klimaatneutraal, gebruik stedelijke ruimte, water en voorkomen van hinder.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Deze subsidie is alleen beschikbaar voor de volgende organisaties:

Stichting MiNC, Imkerij stad en streek, IVN/VNW ’s-Hertogenbosch en Stichting Eendenkooi Maaspoort.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

De activiteiten waarvoor u subsidie aanvraagt moeten de Bossche burger stimuleren tot een duurzaam milieugedrag. De activiteiten moeten aan een aantal eisen voldoen om een bijdrage te kunnen krijgen. Om die reden willen wij als onderbouwing van uw inhoudelijke aanvraag en de bijgevoegde begroting kunnen beoordelen of de activiteit:

  • 1.

    een bepaald milieuresultaat oplevert

  • 2.

    bijdraagt aan milieubewustwording

  • 3.

    milieuvriendelijk handelen bevordert

  • 4.

    bijdraagt aan een schoon en leefbaar 's-Hertogenbosch

  • 5.

    betrekking heeft op communicatie-activiteiten rondom het project

  • 6.

    financieel haalbaar is

  • 7.

    binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch plaats vindt.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

U kunt maximaal € 5.000,- per keer aanvragen.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Uw aanvraag voor deze subsidie moeten wij uiterlijk 12 weken voor het begin van de activiteiten ontvangen hebben.

  • 2.

    De aanvraag moet ingediend worden met behulp van het digitale aanvraagformulier en daarbij moet u gebruik maken van E-herkenning niveau 2+

  • 3.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘op volgorde van binnenkomst’-methode. Voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond behandelen wij de subsidieaanvragen ‘op volgorde van binnenkomst’. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van binnenkomst de datum van ontvangst van de volledige aanvraag. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond op is, verstrekken wij geen subsidie meer. Uitgangspunt is dat de beschikbare subsidie zodanig verdeeld wordt dat alle genoemde organisaties hun activiteiten kunnen blijven organiseren.

  • 4.

    Pas als uw aanvraag compleet is wordt deze in behandeling genomen.

  • 5.

    U ontvangt daarna binnen 6 weken een antwoord op uw aanvraag.

Artikel 7 - Wat doet u met het aanvraagformulier?

  • 1.

    U vindt het aanvraagformulier voor deze subsidie op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch

  • 2.

    Bij inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling.

Artikel 8 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Bossche duurzaamheids-activiteiten 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ‘s-Hertogenbosch

Anne-Laurien Extra

Tel.: 073 – 615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

24. Subsidieregeling Energiebesparende maatregelen Gespikkeld Bezit

 

Let op: Deze subsidie is bedoeld voor subsidiëring van grote energiebesparende maatregelen die worden uitgevoerd bij particuliere woningeigenaren gelijktijdig met grootschalige renovatie van corporatiewoningen. U hoeft hiervoor niet het volledige pakket van de aannemer van de woningbouwcorporatie over te nemen. Woningen als onderdeel van VvE's zijn uitgesloten van deze subsidie.

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

De subsidieregeling “Energiebesparende maatregelen Gespikkeld Bezit” is bedoeld om eigenaarbewoners van voormalig corporatiewoningen in ’s-Hertogenbosch te ondersteunen bij de verduurzaming van hun woning als onderdeel van grootschalige renovatietrajecten van corporatiebezit. Hiermee wordt het gebruik van fossiele brandstoffen voor de verwarming van bestaande woningen teruggedrongen en stimuleren we de transitie naar een klimaatneutraal ‘s-Hertogenbosch in 2045.

Artikel 2 - Woordenlijst

Hieronder leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Eigenaar-bewoner: een particuliere huiseigenaar die de woning voor eigen bewoning gebruikt.

  • 2.

    Gespikkeld bezit: voormalige corporatiewoningen die in eigendom zijn overgedragen aan particuliere eigenaren

  • 3.

    Subsidieaanvrager: de natuurlijke persoon die subsidie aanvraagt en op wiens woning of gebouw of bedrijfsproces de gewenste energiemaatregelen betrekking hebben.

  • 4.

    Vereniging van eigenaren (VvE): een rechtspersoon (bestaande uit mede-eigenaars) die als doel heeft het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en zaken van het appartementengebouw.

  • 5.

    Woning: een zelfstandige, bestaande woning, gelegen in de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Deze subsidie is bestemd voor:

  • Eigenaar-bewoners van voormalige corporatiewoningen van bouwjaar 1982 (DEFG label woningen) en ouder in de gemeente ’s-Hertogenbosch, die energiebesparende maatregelen willen nemen in hun bestaande woning en die uitgenodigd zijn deel te nemen aan een collectief renovatieproject.

  • Woningen als onderdeel van VvE's zijn uitgesloten van deze subsidie.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor het treffen van fysieke gebouw gebonden voorzieningen aan uw woning. Het moet gaan om maatregelen uit een van de hieronder genoemde 2 categorieën.

  • 1.

    Isoleren van woningen

    • a.

      HR++ glas

    • b.

      triple glas

    • c.

      vacuümglas

    • d.

      dakisolatie

    • e.

      isolerende voorzetwanden

    • f.

      bodemisolatie

    • g.

      vloerisolatie

    • h.

      Spouwmuurisolatie

  • 2.

    Duurzaam verwarmen en koelen

    • a.

      hybride warmtepompsysteem

    • b.

      lucht-water warmtepompsysteem

Voor deze maatregelen geldt dat:

  • Ze beogen om daadwerkelijk energiebesparend te zijn;

  • Een aanvrager slechts éénmaal voor subsidie in aanmerking komt binnen deze regeling voor maximaal 2 maatregelen uit een van de genoemde categorieën;

  • Een aanvrager is uitgenodigd deel te nemen aan een collectief renovatieproject;

  • Er een door u goedgekeurde offerte en factuur van een aannemer/installateur is, die u moet uploaden bij uw aanvraag;

  • De te treffen maatregelen voor 31 december 2024 zijn uitgevoerd, dit moet blijken uit de factuur van de aannemer;

  • De maatregelen waarvoor u subsidie aanvraagt, staan benoemd op de website bij de Investeringssubsidie Duurzame energie en Energiebesparing (ISDE). Deze kunt u raadplegen bij het RVO.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Per maatregel is een bedrag van maximaal € 750,- beschikbaar. Subsidie wordt voor maximaal 2 maatregelen als genoemd in deze regeling verleend voor een bedrag van maximaal €1.500,-.

  • a.

    Indien de opgetelde kosten van de uitgevoerde maatregelen in de woning, verminderd met te ontvangen subsidie van het RVO, lager zijn dan €1.500,- wordt de maximale subsidie die de gemeente ’s-Hertogenbosch uitkeert, naar rato verlaagd.

  • b.

    Voor deze subsidieregeling is een subsidieplafond van € 60.000,- van toepassing.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure? Wanneer en hoe krijgt u de subsidie uitbetaald?

  • 1.

    Aanvraag van de subsidie:

    • a.

      Uw complete aanvraag voor deze subsidie moeten wij uiterlijk 15 januari 2025 hebben ontvangen;

    • b.

      Het aanvraagformulier, dat u dient te gebruiken, vindt u hier.

    • c.

      Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager verzocht deze aan te vullen binnen een termijn van vier weken. Indien deze termijn is verstreken zonder dat de gevraagde aanvulling volledig is ontvangen, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

    • d.

      Uw aanvraag wordt binnen 4 weken beoordeeld; u ontvangt een bericht waarin staat of u in aanmerking komt voor de subsidie.

    • e.

      Er is een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. We verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘op volgorde van binnenkomst’-methode. Dit heet ook wel ‘wie–het-eerst-komt-het-eerst-maalt’. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Wanneer u de gelegenheid heeft gehad uw subsidieaanvraag aan te vullen, geldt als datum van binnenkomst de datum van ontvangst van de volledige aanvraag. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond op is, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • 2.

    Vaststelling en uitbetaling subsidie:

    • a.

      Na ontvangst van het complete aanvraagformulier wordt de subsidie binnen 4 weken beoordeeld.

    • b.

      Indien de aanvraag positief wordt beoordeeld vindt de uitkering van de subsidie binnen 6 weken na ontvangst van het volledig ingevulde aanvraagformulier plaats. Met opmerkingen [SS1]: Hier koppeling plaatsen nadat formulier is aangemaakt. Willen deze per 1 september live zetten.

Artikel 7 - Weigeringsgronden

Geen subsidie wordt verleend indien niet is voldaan aan één of meerdere voorwaarden als opgenomen in deze regeling.

  • De beoogde termijn voor de uitvoering van de energiemaatregelen is verstreken;

  • Ingediende Maatregelen zijn niet conform art. 4 van deze regeling.

Artikel 8 - Afwijkingsbevoegdheid

Indien sprake is van bijzondere omstandigheden kan het college van burgemeesters en wethouders afwijken van deze subsidieregeling.

Artikel 9 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 september 2023.

  • 2.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Energiebesparende maatregelen Gespikkeld bezit.

  • 3.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 4.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Afdeling Economie en Energie

Tel.no.: 073 – 615 5155

Email: energie@s-hertogenbosch.nl

 

25. Subsidieregeling groene daken en afkoppelen 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Regenwater is schoon. Het komt nu vaak via de regenpijpen in het riool terecht. Dat schone water mengt zich met het vuile afvalwater en wordt vervolgens weer gezuiverd bij de rioolwaterzuivering. Ook zorgt het extra water voor meer wateroverlast bij hevige regenbuien. Het doel van deze subsidie is om schoon hemelwater langer vast te houden en lokaal te verwerken. Door op deze manier het regenwater af te koppelen, loopt het riool minder snel over. Dit verbetert de kwaliteit van het oppervlaktewater en er gaat minder water (onnodig) door het vuilwaterriool naar de rioolwaterzuivering. Afkoppelen vormt een onmisbaar onderdeel van de ambitie om te komen tot een klimaatbestendig, robuust en mooi watersysteem in ’s-Hertogenbosch.

Artikel 2 - Wat wordt verstaan onder groene daken en afkoppelen?

Groene daken bieden een grote bijdrage aan het vasthouden van schoon regenwater. Daarnaast dragen groene daken bij aan de biodiversiteit. Een groen dak is een dak bedekt met planten. Een groen dak kent diverse voordelen waaronder het vasthouden van water en het vergroten van de biodiversiteit.

Groene daken hebben een positieve invloed op de volgende factoren:

  • Een groen dak verkleint de kans op wateroverlast.

  • Een groen dak draagt bij aan de biodiversiteit.

  • Een groen dak zorgt dat het gebouw en de omgeving minder snel opwarmen.

  • Een groen dak zuivert water en lucht.

Door de regenpijp van je huis of gebouw van het riool af te koppelen, kun je veel bruikbaar water voor je tuin opvangen en hergebruiken. Hemelwaterbergingsvoorzieningen worden bij voorkeur lokaal, bovengronds en (in het) groen aangelegd. Dat betekent bijvoorbeeld dat wadi’s de voorkeur hebben boven infiltratiekratten.

Het afkoppelen van verhard dakoppervlak heeft een positieve invloed op de volgende factoren:

  • Hemelwater gaat niet onnodig naar de rioolwaterzuivering.

  • Hemelwater kan worden hergebruikt voor bijvoorbeeld planten of het schoonmaken van zonnepanelen.

  • Wateroverlast wordt tegengegaan door hemelwater in de bodem te laten zakken.

Artikel 3 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Groen dak: een begroeid dak dat minstens bestaat uit een waterdichte laag, een wortelwerende laag, een drainagelaag, een substraat en een vegetatielaag. Ook een groen dak systeem met cassettes voldoet hieraan.

  • 2.

    Afkoppelen: het opvangen en lokaal verwerken van regenwater dat op verhard dakoppervlak valt, in plaats van afvoeren naar het riool.

  • 3.

    Particulier: particuliere eigenaar en tevens eigenaar van een gebouw, woonboot of woonark.

  • 4.

    Vereniging van Eigenaars: een bij de Kamer van koophandel geregistreerde vereniging van eigenaars van appartementen binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 5.

    Bedrijf: een bij de Kamer van Koophandel geregistreerd bedrijf binnen de gemeente

    's-Hertogenbosch.

  • 6.

    Organisatie: een bij de Kamer van Koophandel geregistreerde organisatie binnen de gemeente

    's-Hertogenbosch.

  • 7.

    Woningcorporatie: een bij de Kamer van Koophandel geregistreerde woningcorporatie binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 8.

    Op volgorde van binnenkomst-methode: voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond behandelen wij de subsidieaanvragen ‘op volgorde van binnenkomst’. Dit heet ook wel ‘wie-het-eerst-komt-het-eerst-maalt’. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Bij een niet-compleet ingevulde aanvraag geldt als datum van binnenkomst de datum van ontvangst van de volledige aanvraag. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond op is, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • 9.

    Subsidiabele kosten: de directe kosten voor materialen en aanleg van het groen dak en afkoppelen van de regenpijp (bijvoorbeeld folie, drainagematerialen, substraat, beplanting, bochtstuk, uitstroomsteen, arbeidskracht). Alle overige kosten zijn niet subsidiabel (bijvoorbeeld grind, werkzaamheden aan het dak of de dakrand, mest).

Artikel 4 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

De subsidieregeling groene daken en afkoppelen is toegankelijk voor particulieren, Verenigingen van Eigenaars (VVE's), bedrijven, organisaties en woningcorporaties. De regeling is alleen van toepassing op bestaande daken binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 5 - Wie kan een subsidie aanvragen?

De volgende partijen kunnen in aanmerking komen voor de subsidie:

  • a.

    Particulier.

  • b.

    Particulieren die gezamenlijk een aanvraag indienen voor minimaal 2 adressen, met één contactpersoon.

  • c.

    Vereniging van Eigenaars, met één contactpersoon.

  • d.

    Bedrijven, met één contactpersoon.

  • e.

    Organisatie, met één contactpersoon.

  • f.

    Woningcorporatie, met één contactpersoon.

Artikel 6 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

  • 1.

    U kunt een subsidie aanvragen voor de aanleg van een groen dak op een bestaand dak.

  • Het dak moet liggen op een gebouw, woonboot, woonark of pand binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • De subsidiabele activiteit omvat de aanleg van het groene dak in de vorm van minimaal een sedumdak, dan wel een kruidendak, grasdak of groene daktuin.

  • De waterbergende capaciteit van het groen dak bedraagt 30 liter per m² of meer.

  • 2.

    U kunt een subsidie aanvragen voor het afkoppelen van dakoppervlak dat momenteel is aangesloten op de riolering.

  • Het dak is aangesloten op de gemengde riolering of een verbeterd gescheiden stelsel.

  • Het dak moet liggen op een gebouw of pand binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • De subsidiabele activiteit omvat het volledig afkoppelen van hemelwater van de riolering. Een overstort naar de riolering is dus ook niet toegestaan.

Artikel 7 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Het subsidiebedrag voor de aanleg van een groen dak wordt als volgt bepaald:

  • a.

    Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 25,- per m² groen dak.

  • b.

    Het oppervlak waarover de subsidie geldt, is minimaal 10 m² groen dak per aanvraag.

  • c.

    Per aanvraag van particulieren (volgens artikel 5 a en b) wordt maximaal € 3.000,- over 120 m² groen dak toegekend. U mag natuurlijk wel een groter dak aanleggen.

  • d.

    Per aanvraag van een Vereniging van Eigenaars wordt maximaal € 10.000,- over 400 m² groen dak toegekend. U mag natuurlijk wel een groter dak aanleggen.

  • e.

    Per aanvraag van een bedrijf wordt maximaal € 10.000,- over 400 m² groen dak toegekend. U mag natuurlijk wel een groter dak aanleggen.

  • f.

    Per aanvraag van een organisatie wordt maximaal € 10.000,- over 400 m² groen dak toegekend. U mag natuurlijk wel een groter dak aanleggen.

  • g.

    Per aanvraag van een woningcorporatie wordt maximaal € 10.000,- over 400 m² groen dak toegekend. U mag natuurlijk wel een groter dak aanleggen. Woningcorporaties kunnen gezamenlijk aanspraak doen op maximaal 30 % van het subsidiebudget.

  • h.

    De subsidie wordt uitgekeerd zo lang het subsidieplafond voor het betreffende jaar nog niet is bereikt.

  • i.

    De subsidiebijdrage is nooit meer dan de gemaakte kosten.

Het subsidiebedrag voor het afkoppelen van dakoppervlak wordt als volgt bepaald:

  • a.

    Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 3 per m² afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met een hemelwaterberging.

  • b.

    Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 7,50 per m² afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met het realiseren van een wadi.

  • c.

    Het subsidiebedrag bedraagt maximaal € 10 per m² afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met het realiseren van een ondergrondse infiltratievoorziening.

  • d.

    Per aanvraag wordt maximaal € 5.000,- toegekend.

  • e.

    De subsidiebijdrage is nooit meer dan de gemaakte kosten.

Artikel 8 - Wanneer en hoe krijgt u de subsidie uitbetaald?

  • 1.

    Uw aanvraag voor deze subsidie moeten wij voor het begin van de realisatie hebben ontvangen.

  • Voor de aanleg van een groen dak zijn de benodigde gegevens:

    • a.

      Adres van het pand.

    • b.

      Betreffende oppervlak groen dak in m².

    • c.

      Waterbergend vermogen van het groen dak (opgave van de leverancier) in liters per vierkante meter (l/m²).

    • d.

      Voor een particulier: NAW-gegevens, danwel voor een Vereniging van Eigenaars, bedrijf, organisatie of woningcorporatie: KvK nummer en naam en adres van de contactpersoon.

  • Voor het afkoppelen van dakoppervlak zijn de benodigde gegevens:

  • a.

    Adres van het pand.

  • b.

    Betreffende oppervlak afgekoppelde dakverharding in m².

  • c.

    Een toelichting op de gekozen voorziening waarmee hemelwater op eigen terrein wordt verwerkt.

  • d.

    Voor een particulier: NAW-gegevens, danwel voor een Vereniging van Eigenaars, bedrijf, organisatie of woningcorporatie: KvK nummer en naam en adres van de contactpersoon.

  • 2.

    U ontvangt uiterlijk binnen 13 weken een antwoord op uw aanvraag. U mag, op eigen risico, starten met de aanleg van het groen dak of afkoppelen van dakoppervlak voordat u van de gemeente een antwoord heeft, maar wel nadat u subsidie aangevraagd heeft.

  • 3.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘op volgorde van binnenkomst’- methode. Dit heet ook wel ‘wie-het-eerst-komt-het-eerst-maalt’. Wij nemen alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling. Bij een niet-compleet ingevulde aanvraag geldt als datum van binnenkomst de datum van ontvangst van de volledige aanvraag. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond op is, verstrekken wij geen subsidie meer.

  • 4.

    Na het bereiken van het subsidieplafond, kan de gemeente, in overleg met de aanvrager, enkele aanvragen op een “wachtlijst” plaatsen. Dit doen wij door de beslistermijn voor deze aanvragen te verlengen.

  • 5.

    Uitkering van de subsidie vindt plaats na realisatie en bewijs daarvan door middel van:

    • a.

      een foto en

    • b.

      een factuur (van aannemer of aankoop materialen) met daarop vermeld:

  • Voor de aanleg van een groen dak:

  • Het aantal vierkante meters groen dak.

  • Het waterbergend vermogen in l/m².

  • Voor het afkoppelen van dakoppervlak:

  • Het aantal vierkante meters afgekoppeld dakoppervlak.

  • Een toelichting op de gekozen voorziening waarmee hemelwater op eigen terrein wordt verwerkt.

  • c.

    het getekende formulier: verzoek tot uitbetaling/vaststelling van de subsidie.

  • 6.

    De hoogte van het uit te keren subsidiebedrag wordt bepaald aan de hand van:

  • Voor de aanleg van een groen dak:

    • a.

      het oppervlak zoals vermeld op de factuur van de leverancier.

    • b.

      als het oppervlak groter is dan het oppervlak groen dak in de aanvraag, wordt alleen subsidie uitgekeerd over het aangevraagde oppervlak.

  • Voor het afkoppelen van dakoppervlak:

  • a.

    het oppervlak zoals aangetoond door aanvrager.

  • b.

    als het oppervlak groter is dan het oppervlak in de aanvraag, wordt alleen subsidie uitgekeerd over het aangevraagde oppervlak.

  • De uitkering vindt alleen plaats als het de realisatie binnen 6 maanden na indiening van de aanvraag is gerealiseerd. Als het betalingsverzoek voor de subsidie niet binnen 6 maanden na de aanvraag ontvangen is, heeft de gemeente het recht om de subsidieaanvraag in te trekken.

  • 7.

    Het groene dak of de afkoppelvoorziening moet minstens 5 jaar in goede staat blijven; de verstrekte subsidie kan gedeeltelijk of geheel worden teruggevorderd als dit niet gebeurt.

Artikel 9 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    U kunt uw verzoek via het online aanvraagformulier op de gemeentelijke website indienen.

  • 2.

    U bent zelf verantwoordelijk voor de bouwkundige staat van het gebouw en voldoende draagkracht van de constructie. U bent ook zelf verantwoordelijk voor het doelmatig verwerken van hemelwater op eigen terrein.

  • 3.

    Soms is een vergunning of melding nodig, bijvoorbeeld voor een monument. U bent zelf verantwoordelijk voor het verkrijgen van de vergunning of het doen van de melding via het Omgevingsloket.

  • 4.

    Bij vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling.

Artikel 10 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

Wij wijzen uw subsidieaanvraag af als:

  • 1.

    Uw aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden van deze regeling zoals beschreven in artikel 6 of aan de ASV.

  • 2.

    Uw project onvoldoende bijdraagt aan de doelstelling van deze subsidieregeling zoals omschreven in artikel 1.

  • 3.

    Het vastgestelde subsidieplafond voor deze regeling is bereikt.

  • 4.

    De activiteiten waarvoor u subsidie vraagt reeds zijn gestart voor het moment van beschikking.

  • 5.

    Uw aanvraag incompleet is op het moment van of na de deadline voor het indienen van de aanvraag.

Artikel 11 - Overige voorwaarden

U verstrekt inlichtingen die noodzakelijk zijn voor het beoordelen of de regeling juist is toegepast en of de voorschriften bij de subsidieregeling zijn nageleefd.

Artikel 12 - Afwijkingsbevoegdheid

In de beschikking tot subsidieverlening kan het college andere verplichtingen of nadere uitvoeringsvoorschriften geven die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 13 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling groene daken en afkoppelen 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen (veranderd of onveranderd) en de subsidieplafonds jaarlijks vast. Dat gebeurt meestal in november. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is van toepassing op deze regeling.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Emma Douven

Afdeling Leefomgeving

E-mail: leefomgeving@s-hertogenbosch.nl

Tel.no.: 073 – 615 5155

 

26. Subsidieregeling Aanbod Spouwmuurisolatie gemeente 's-Hertogenbosch 2024-2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Ons streven is om als ’s-Hertogenbosch in 2045 klimaatneutraal te zijn. Met deze subsidieregeling willen wij koopwoningeigenaren in ’s-Hertogenbosch stimuleren en faciliteren om mee te doen met de energietransitie en hun energieverbruik te verlagen.

Artikel 2 - Woordenlijst

  • a.

    Aannemer: Voor het uitvoeren van de werkzaamheden is via aanbesteding een aannemer aangewezen door het college. Deze verzorgt de schouw van de spouwmuren van bewoners die deel willen nemen aan deze subsidieregeling. Selecteert de isolatiematerialen en brengt deze aan in de spouwmuren;

  • b.

    Aanvrager: de eigenaar en feitelijk bewoner(s) van een woning in 's-Hertogenbosch die de aanvraag voor spouwmuurisolatie aanvraagt;

  • c.

    Bouwjaar: Het jaar waarin de woning is opgeleverd of opgeleverd zal worden. Het bouwjaar wordt geregistreerd in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG);

  • d.

    C ollege: college van burgemeesters en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch;

  • e.

    Energielabel: Het energielabel geeft aan hoe energiezuinig een woning is. Het betreft het energielabel op moment van het indienen van de aanvraag op basis van de officiële landelijke database EP-Online.

  • f.

    Energietoeslag: een regeling aangeboden door de gemeente 's-Hertogenbosch onder de beleidsregels ‘eenmalige energietoeslag 2023 gemeente 's-Hertogenbosch'.

  • g.

    Monumentaal pand: monument of archeologisch monument dat is ingeschreven in het gemeentelijk erfgoedregister.

  • h.

    Spouwmuurisolatie: De spouwmuur is de ruimte tussen de binnen- en buitenmuur van je woning. Als de spouwmuur geïsoleerd wordt, wordt er isolatiemateriaal in die tussenruimte gespoten. Dit gebeurt van buitenaf.

  • i.

    Natuurvrij maken: Er wordt door een gecertificeerde aannemer geïsoleerd volgens het protocol Natuurvriendelijk Isoleren. Bij het natuurvriendelijk isoleren moeten vogels en vleermuizen de kans hebben om weg te vliegen, voordat de spouwmuur wordt geïsoleerd. Daarvoor is het noodzakelijk om alle toegangen tot de woning af te sluiten en op regelmatige afstand flappen (exclusion flaps) voor openingen in de spouwmuur te plaatsen. De vleermuizen kunnen dan nog wel naar buiten vliegen, maar niet meer terug naar binnen. Na enkele dagen is een woning natuurvrij.

  • j.

    Vereniging van Eigenaars: vereniging van eigenaars als bedoeld in artikel 112, eerste lid, onderdeel e, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek.

  • k.

    Woning: woning in de zin van artikel 1, derde lid van de Woningwet.

  • l.

    WOZ: Waardering Onroerende Zaken

Artikel 3 - Wie komt er voor subsidie in aanmerking?

Deze subsidie is bedoeld voor koopwoningen. U komt voor subsidie in aanmerking als u (mede)eigenaar bent van de woning, u bewoner van de woning bent volgens de basisregistratie persoonsgegevens en de woning in de gemeente ’s-Hertogenbosch staat.

  • 1.

    U bent (mede)eigenaar van de woning;

  • 2.

    U bent bewoner van de woning volgens de basisregistratie persoonsgegevens;

  • 3.

    De woning staat in de gemeente 's-Hertogenbosch

Artikel 4 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

U kunt subsidie aanvragen voor het isoleren van de spouwmuren van uw woning en het natuurvrij maken van de woning voor de betreffende spouwmuurisolatie.

Artikel 5 - Aan welke voorwaarden moet de woning voldoen?

  • 1.

    Het betreft een koopwoning in de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • 2.

    Het betreft een grondgebonden woning;

  • 3.

    De woning is geen onderdeel van een VvE;

  • 4.

    De woning is geen monumentaal pand;

  • 5.

    De woning heeft een spouwmuur geschikt voor isolatie. In de spouwmuur is of geen isolatie aanwezig of er is mogelijkheid om na te isoleren;

  • 6.

    De WOZ-waarde van de woning over 2023 was lager of gelijk aan € 429.300,-. Als er op de woning over het jaar 2023 de Energietoeslag op grond van artikel 36 Participatiewet is uitgekeerd dan is deze voorwaarde niet van toepassing.

  • 7.

    Het bouwjaar van de woning is gelegen voor 1993.

  • 8.

    De woning heeft op moment van aanmelding een geregistreerd Energielabel C, D, E, F of G of de woning heeft een vergelijkbare energetische staat. Hieronder wordt verstaan een woning waarin ten minste twee van de volgende bestaande bouwdelen niet of slecht geïsoleerd zijn:

    • a.

      De vloer en de bodem;

    • b.

      De gevel, waaronder de spouwmuur;

    • c.

      Het dak en de zoldervloer en vlieringsvloer;

    • d.

      De ramen (glas).

Als er op de woning over het jaar 2023 de Energietoeslag op grond van artikel 36 Participatiewet is uitgekeerd dan is deze voorwaarde niet van toepassing.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieaanvraag?

  • 1.

    De bewoner ontvangt een brief van het college over deze regeling waarmee hij/zij zich aan kan melden voor deelname aan deze regeling;

  • 2.

    De brief van het college geeft recht op één aanmelding voor de spouwmuur isolatie actie per woning;

  • 3.

    Na aanmelding vindt er een schouw van de spouw plaats in de buitenmuren van de woning door de aannemer. Op basis hiervan wordt bepaald of er spouwmuren geschikt zijn voor (na)isolatie;

    • a.

      Als de spouwmuur geschikt is bevonden, kunnen alle geschikte buitenmuren in de woning van isolatiemateriaal worden voorzien.

    • b.

      Als er geen spouwmuren geschikt zijn bevonden, wordt er geen spouwmuurisolatie aangebracht. De bewoner ontvangt in dit geval niets.

  • 4.

    Het gehele proces van de schouw van de spouw, het natuurvrij maken van de woning ten behoeve van de spouwmuurisolatie, tot het aanbrengen van de spouwmuurisolatie tot 1 jaar nazorg conform de voorwaarden van het garantiebewijszijn kosteloos voor de bewoner.

  • 5.

    Het bedrag voor het gehele proces wordt ‘om niet’ verstrekt;

  • 6.

    Na verzending van de 1e brief, dient de bewoner zich binnen 6 maanden na de 1e brief die is verstuurd aan te melden voor de actie. Anders vervalt het recht op subsidie.

  • 7.

    Nadat de aannemer de werkzaamheden heeft uitgevoerd, ontvangt u een bericht waarin staat wat de werkzaamheden waren en welke materialen er zijn gebruikt. Daarmee is het subsidieproces afgerond.

Artikel 7 - Voor wanneer moet de aanvraag zijn ingediend?

Een aanvraag voor de aanbod spouwmuurisolatie kan tot uiterlijk 1 september 2025 worden ingediend.

Artikel 8 - Subsidieplafond en verdeling van de middelen

  • 1.

    Het subsidieplafond bedraagt € 2.000.000,- incl. BTW in totaal.

  • 2.

    Het subsidiebedrag kan niet meer bedragen dan 100 % van de daadwerkelijke kosten voor de subsidiabele activiteiten onder artikel 5.

  • 3.

    Het subsidie bedrag zal worden bepaald aan de hand van een definitieve offerte van de uitvoerende partij(en) die de maatregelen zal (/zullen) uitvoeren.

  • 4.

    De aanvragen worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen.

  • 5.

    Alleen complete, volledige aanvragen worden in behandeling genomen.

  • 6.

    De subsidie wordt aan de aannemer uitbetaald.

  • 7.

    Het maximale uit te betalen subsidiebedrag is € 5.000,- per woning.

Artikel 9 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van deze subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na publicatie.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 31 december 2025

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Aanbod Spouwmuurisolatie gemeente 's-Hertogenbosch 2024-2025

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is van toepassing op deze regeling.

 

27. Subsidieregeling beheer dierenparken en kinderboerderijen 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is bewoners die zich verenigen om dierenparken en/of kinderboerderijen in ’s-Hertogenbosch te beheren, te steunen in de kosten voor instandhouding.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Dierenparken: een voor publiek afgesloten park met dieren zonder dagelijks toezicht

  • 2.

    Kinderboerderijen: een tijdens openingstijden publiekstoegankelijk park met dieren waar, onder toezicht, direct contact mogelijk is met de aanwezige dieren vanuit een educatief doel. De vorm, grootte en educatieve opzet van de voorziening kunnen verschillen.

  • 3.

    Beheer: gebruik en onderhoud van de aanwezige opstallen en inventaris voor verzorging en instandhouding van de aanwezige dieren en behoud van de in gebruik gegeven voorzieningen.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Subsidie kan aangevraagd worden door stichtingen en/of verenigingen.

Artikel 4 - Waarvoor kan subsidie worden aangevraagd?

Subsidie kan worden aangevraagd voor het bieden van een laagdrempelige voorziening met dieren, die door inzet van de bewoners zelf, via hun vrijwillige deelname, een bijdrage levert aan de recreatie en educatie van bewoners van de buurten en wijken.

Artikel 5 - Waarborgen continuïteit en doelstelling

Bij de kinderboerderijen en dierenparken is sprake van langdurige onderhoudszorg voor dieren (dierenwelzijn) en is sprake van een extra zorg voor een sociaal veilige en geborgde omgeving voor de aanwezige kinderen, jongeren en betrokken vrijwilligers. Dit stelt eisen aan de mate van organisatie en toezicht. Voor toetsing van de mate van organisatie en toezicht kunnen gegevens worden opgevraagd, zie artikel 6 informatieplicht.

Artikel 6 - Informatieplicht

Wijzigingen in samenstelling van bestuur en statuten moeten bekend gemaakt worden aan de gemeente. Minimaal eenmaal per jaar wordt de gang van zaken besproken. Daarbij moet de stichting of vereniging volledig openheid van zaken bieden.

Artikel 7 - Budget

Voor dierenparken en kinderboerderijen is jaarlijks een budget beschikbaar. Voor 2025 bedraagt de subsidie € 14.580,- voor het beheer van kinderboerderijen. Voor beheer van dierenparken bedraagt de subsidie € 4.390,-.

Artikel 8 - Looptijd

De subsidietoekenning kan jaarlijks worden aangevraagd.

Artikel 9 - Wanneer subsidie aanvragen?

De aanvraag kan vanaf 1 januari 2025 tot 1 oktober 2025 worden ingediend.

 

Artikel 10 - Hoe subsidie aanvragen?

De aanvraag kan schriftelijk worden ingediend bij het college, voorzien van de op het aanvraagformulier aangegeven documenten.

Artikel 11 - Betaling

  • 1.

    Het subsidiebedrag voor dierenparken wordt in één termijn voldaan binnen twee maanden na toekenning van de aanvraag.

  • 2.

    Het subsidiebedrag voor kinderboerderijen wordt in twee termijnen voldaan. De eerste termijn binnen twee maanden na toekenning van de aanvraag. De tweede termijn medio september van het jaar.

  • 3.

    De subsidie wordt conform artikel 19 lid 4 van de ASV direct vastgesteld.

Artikel 12 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling beheer dierenparken en kinderboerderijen 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ‘s-Hertogenbosch

Luuk Ottens

Email: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel.: 073 – 615 5155

 

28. Restauraties gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden ‘s-Hertogenbosch

29. Subsidieregeling Haalbaarheidsonderzoeken Herbestemming Monumenten ’s-Hertogenbosch 2025

 

De gemeente ’s-Hertogenbosch stimuleert geïnteresseerde initiatiefnemers/investeerders/eigenaren in het vinden naar passende herbestemming van (niet woonhuis) monumenten. Via het gemeentelijk team van deskundigen, het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”, worden laagdrempelig de aandachtspunten bij herbestemming van leegkomend of leegstaand erfgoed helder. Geïnteresseerde investeerders en gebruikers en bezitters van leegkomend erfgoed kunnen daar terecht met vragen. Soms is het wenselijk dat een haalbaarheidsonderzoek naar de herbestemmingsmogelijkheden van een monument door een terzake kundige marktpartij, wordt verricht. Het Rijk biedt jaarlijks een beperkte mogelijkheid tot het aanvragen van een rijkssubsidie voor een haalbaarheidsonderzoek dat kan worden aangevraagd worden van 1 oktober tot 30 november. De zeer beperkte aanvraagtijd en bovendien beperkte lengte van de onderzoekstijd kan bij relevante herbestemmingsvraagstukken van erfgoed leiden tot een afwijzing van de zo nodige rijkssubsidie in de kosten voor een gedegen haalbaarheidsonderzoek door een terzake deskundige partij. Deze gemeentelijke “Subsidieregeling Haalbaarheidsonderzoeken Herbestemming Monumenten ‘s-Hertogenbosch” maakt door de ruimere aanvraag- en realisatietermijn van het te verrichten onderzoek maatwerk-haalbaarheidsonderzoek mogelijk voor herbestemming van (niet woonhuis)-monumenten, vallend onder het aandachtsveld van het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”.

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Deze regeling voorziet in het bieden van een ruimere onderzoekstijd en benodigd maatwerk. De regeling voorkomt dat relevante monumenten (niet woonhuizen) binnen onze gemeente, waarvoor een wenselijke herbestemmingsopgave bestaat als gevolg van o.a. te korte termijnen in de rijksregeling “buiten de boot vallen”. Bij herbestemming van monumentaal erfgoed is vaak sprake van complexe opgaven waardoor het verrichten van een deugdelijk haalbaarheidsonderzoek door experts nodig is. Deze regeling bevordert kwalitatieve herbestemming van monumenten in onze stad waarvoor een nieuwe functie lastig te vinden is. Bovendien genereert de regeling nader onderzoek naar voor de stad wenselijke functies en inzicht in de haalbaarheid.

Artikel 2 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Gelet op het jaarlijks zeer beperkte budget voor de subsidie geldt een voorrangsregeling. Daarom kunnen alleen eigenaren of initiatiefnemers van grote rijks- of gemeentelijke monumenten (niet woon-huizen), die vallen onder de herbestemmingsprioriteit van de gemeente via het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”, subsidie aanvragen zodra het Herbestemmingsteam positief heeft geadviseerd over het desbetreffende te herbestemmen monument. Deze gemeentelijke regeling komt ná de voor dit doel bestaande rijks- en/of andere regelingen. Er is geen sprake van stapeling, d.w.z. als men voor de rijks- en/of andere regeling in aanmerking komt, kan geen aanspraak worden gedaan op deze gemeentelijke subsidieregeling.

Artikel 3 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

U kunt subsidie aanvragen voor het doen van een deugdelijk haalbaarheidsonderzoek door een ter-zake deskundige marktpartij naar de reële herbestemmingsmogelijkheden van (niet woonhuis)-monumenten, vallend onder het aandachtsveld van het in artikel 2 genoemde herbestemmingsteam.

Artikel 4 - Aan welke voorwaarden moet de subsidieaanvraag voldoen?

Aan daadwerkelijke subsidieverlening worden de volgende voorwaarden gesteld:

  • 1.

    Het verzoek voor een subsidie in de kosten voor het haalbaarheidsonderzoek naar de herbestemming moet betrekking hebben op een (niet woonhuis)monument dat onder het aandachtsveld ligt van het gemeentelijk “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”;

  • 2.

    De aanvraag moet vooraf zijn afgestemd met het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch” en onderstaande bijlagen dienen te zijn bijgevoegd:

    • a.

      het positieve advies van het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”;

    • b.

      beschrijving van de problematiek van de herbestemming en de te onderzoeken mogelijkheden tot herbestemming, met een mededeling over het tijdstip waarop het onderzoek is afgerond;

    • c.

      een gedetailleerde kostenraming (open begroting), onder vermelding van naam en datum, dient bij een aanvraag te worden bijgevoegd, evenals aantoonbare ervaring van de onderzoekende partij inzake haalbaarheidsonderzoeken voor monumentaal erfgoed;

    • d.

      een omschrijving van de opzet, fasering, financiering, partijen (samenwerking) en tijdspad.

    • e.

      Het haalbaarheidsonderzoek moet minimaal voorzien in de volgende onderzoeks-elementen:

      • 1.

        Een algehele inventarisatie van het gebouw en alle ruimten (binnen/buiten).

      • 2.

        Een cultuurhistorische analyse (bouwhistorie en archeologische aandachtspunten,

      • 3.

        Een bouwtechnische analyse met financiële doorvertaling naar noodzakelijke investeringen (waaronder de integratie van instandhoudings- + restauratie reserveringen in de exploitatie).

      • 4.

        Een analyse over mogelijk gebruik ruimte en terrein en een daaraan verbonden doorrekening van bouwkundige ingrepen in het kader van herbestemming.

      • 5.

        Concreet marktonderzoek naar mogelijke exploitanten en de verwachte exploitatieperiode

      • 6.

        Uitwerking exploitatiemodellen aan de hand van de resultaten genoemd onder a t/m e.

Als aan alle voorwaarden is voldaan dan kan deze aanvraag worden gedaan tussen 1 januari en 30 november van het desbetreffende jaar. Subsidie kan worden aangevraagd door eigenaren van een ander monument dan een woonhuis en rechtspersonen die belang hebben bij de herbestemming van een ander monument dan een woonhuis. Het aanvraagformulier kan op aanvraag beschikbaar worden gesteld, zodra het “Herbestemmingsteam Monumenten” na agendering een positief advies over de daadwerkelijke mogelijkheid tot aanvragen heeft verstrekt overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a.

Artikel 5 - Financiële en organisatorische randvoorwaarden

  • 1.

    De verklaring van onvoorwaardelijke aanvaarding van de subsidievoorwaarden (deze ontvangt u bij een voorlopige beschikking) moet binnen 30 dagen na ontvangst van de voorlopige beschikking, volledig ingevuld en ondertekend door de eigenaar, aan de gemeente worden teruggezonden.

  • 2.

    Het haalbaarheidsonderzoek moet worden uitgevoerd volgens de bij het subsidieverzoek overgelegde stukkenFILLIN "" \d "". Meerwerk komt niet voor een aanvullende subsidie in aanmerking.

  • 3.

    Met de daadwerkelijke uitvoering van het onderzoek moet zijn begonnen binnen 26 weken na de verlening van de voorlopige subsidiebeschikking. De aanvang van het onderzoek dient tenminste 2 weken vooraf schriftelijk wordt gemeld bij via het daarvoor beschikbaar gestelde aanvangsformulier.

  • 4.

    Binnen 1 jaar na de verlening van de subsidie dient het haalbaarheidsonderzoek te zijn voltooid en de gereedmelding met bijbehorende stukken (inclusief afschrift van het onderzoek) te zijn ingediend.

  • 5.

    Voorafgaand, tijdens en na het gesubsidieerde haalbaarheidsonderzoek wordt nauw contact gehouden met bij de herbestemming betrokken ambtena(a)r(en) van de gemeente ’sHertogenbosch (tel: 073 – 615 5155).

  • 6.

    De bijdrage is een stimulering tot het verrichten van deugdelijk haalbaarheidsonderzoek naar de herbestemming van erfgoed, vallend binnen de eerder omschreven doelgroep en voorwaarden. De subsidiebijdrage moet aantoonbaar worden gebruikt voor de betaling van dit onderzoek. Bij de financiële verantwoording zal dit aan de hand van de rekeningen en betaalbewijzen worden gecontroleerd.

  • 7.

    U maakt inzichtelijk op welke wijze u voorziet in de betaling van de totale kosten. Op basis van de werkelijke aantoonbaar gemaakte kosten vindt te zijner tijd uitbetaling plaats van de subsidie. Het maximale subsidiebedrag bedraagt 70 % van de subsidiabel gestelde kosten van het haalbaarheidsonderzoek, doch maximaal 70 % van de maximaal aanvaardbare subsidiabele kosten ad € 25.000,- is € 17.500,-.

  • 8.

    Wanneer de voorwaarden niet worden nagekomen verliest de overtreder zijn aanspraak op de nog niet ontvangen subsidie en is hij als boete aan de gemeente 'sHertogenbosch verschuldigd ter grootte van het bedrag van de ontvangen subsidie.

  • 9.

    De subsidiebijdrage is eenmalig.

  • 10.

    Bij een positieve voorlopige subsidiebeschikking is een overzichtelijke handleiding gevoegd waarin staat wanneer de subsidie voor het gerealiseerde haalbaarheidsonderzoek herbestemming van het monument beschikbaar komt en wordt uitbetaald. Ook hierin staat uitgelegd hoe de subsidieverantwoording plaatsvindt. Hierin staat ook welke verantwoordingsvereisten van toepassing zijn. Deze worden vooraf gecommuniceerd met de contactpersoon (secretaris) van het “Herbestemmingsteam Monumenten”.

Artikel 6 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

De verstrekking van een subsidie wordt geweigerd als:

  • 1.

    Niet aan de in de regeling genoemde voorwaarden wordt voldaan.

  • 2.

    De kosten, opgenomen in de begroting naar het oordeel van het college niet redelijk zijn.

  • 3.

    Met betrekking tot de kosten subsidie is verstrekt op grond van een andere subsidieregeling.

  • 4.

    Met de werkzaamheden voor een onderzoek is begonnen voordat de aanvraag is ingediend of voordat deze door het college als subsidiabel is beoordeeld.

  • 5.

    De rechtspersoon naar het oordeel van het college onvoldoende of geen belang heeft bij de herbestemming van het monument.

Artikel 7 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Als voldaan wordt aan de subsidievoorwaarden dan is de verdeelsleutel van de subsidiabele kosten als volgt samengesteld: maximaal 70 % van de door de gemeente berekende subsidiabele kosten van een haalbaarheidsonderzoek naar de herbestemming van een monument (of monumentencomplex / ensemble) tot maximaal € 25.000,- per onderzoek. De maximale subsidie per monument voor een haalbaarheidsonderzoek is dus:

70 % x € 25.000,- (maximaal) = € 17.500,-.

Subsidieplafond: Er is een subsidieplafond. Als in enig subsidietijdvak meer aanvragen worden gedaan dan er budget beschikbaar is dan kan het college nadere prioriteiten stellen. Als in enig subsidietijdvak een beschikbaar bedrag niet geheel wordt verstrekt, kan het gemeentebestuur het resterende bedrag toevoegen aan een eventueel van toepassing zijnde volgend subsidietijdvak. Dat wordt jaarlijks door het gemeentebestuur bepaald. Als het subsidiebudget geheel of gedeeltelijk in enig subsidietijdvak is uitgeput dan zijn er geen aanvullende middelen beschikbaar.

Prioritering: Het college kent slechts subsidie toe op grond van deze regeling voor zover de begrote financiële middelen voor het betreffende jaar en doel toereikend zijn (subsidieplafond). Aanvragen die gedurende het tijdvak van het desbetreffende jaar worden ontvangen worden behandeld naar herbestemmingsprioriteit, waarbij het college bij zijn beslissing op toekenning zo nodig rekening houdt met:

  • a.

    de prioriteit die het heeft in relatie tot de herbestemmingsagenda monumentaal erfgoed;

  • b.

    de cultuurhistorische waarde van het te herbestemmen monument;

  • c.

    de bouwtechnische staat en uiterlijke staat van monument in relatie tot zijn omgeving;

  • d.

    het huidige en toekomstige (voorgenomen/gewenste) gebruik van het te herbestemmen monument;

  • e.

    indien van toepassing de bij de besluitvorming te betrekken cultuurhistorische onderbouwing;

  • f.

    indien van toepassing de wijze waarop door de aanvrager rekening is of wordt gehouden met de restauratierichtlijnen voor monumenten binnen de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

  • g.

    de wijze van voorgenomen toekomstige exploitatie van het pand.

Artikel 8 - Aanvraag subsidie en werkwijze

Uw aanvraag voor deze subsidie kunt u op elk moment doen, maar indienen tot 15 november 2025. U kunt een bijdrage voor een subsidie in de kosten voor een haalbaarheidsonderzoek herbestemming van een (niet woonhuis)monument pas aanvragen als de voorgenomen herbestemming op de herbestemmingsagenda van het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch” is geplaatst. Hiertoe kunt u contact opnemen met het secretariaat van het “Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch”. Als er inderdaad sprake is van een door het herbestemmings-team aangegeven prioritering kunt u de aanvraagformulieren verkrijgen via het secretariaat van voornoemd herbestemmingsteam. Het aanvraagformulier kan op aanvraag beschikbaar worden gesteld, zodra het “Herbestemmingsteam Monumenten” na agendering een positief advies over de daadwerkelijke mogelijkheid tot aanvragen heeft verstrekt overeenkomstig artikel 4, lid 2, onder a.

  • 1.

    Op het aanvraagformulier staat de informatie op welke wijze u de aanvraag kunt indienen. Bij inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling.

  • 2.

    U ontvangt binnen twee weken telefonisch of persoonlijk een reactie op uw aanvraag. Daarbij worden de te nemen vervolgstappen, nodig voor een voorlopige beschikking, met u doorgenomen.

  • 3.

    U krijgt schriftelijk bericht van de uitkomst (voorlopige beschikking en vervolgstappen) of afwijzing.

  • 4.

    De subsidie wordt achteraf definitief vastgesteld door de gemeente. Dit doet zij op basis van:

    • a.

      Het verrichte haalbaarheidsonderzoek herbestemming;

    • b.

      De verantwoording (rekening en betaalbewijzen) van dit haalbaarheidsonderzoek;

    • c.

      De beoordeling van dit haalbaarheidsonderzoek en het checken van de inhoudsvereisten. Na gereedmelding ontvangt u “Model Verantwoordingsformulieren” die u bij de verantwoording dient in te vullen en te ondertekenen. Dit model is tevens voorzien van een toelichting.

  • 5.

    Zodra is vastgesteld dat aan de subsidievoorwaarden is voldaan, de inhoudelijke en financiële verantwoording heeft plaatsgevonden en alle gegevens (betaalgegevens, adresgegevens, object-gegevens) correct zijn, zal tot uitbetaling worden overgegaan.

Artikel 9 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet Subsidieregeling Haalbaarheidsonderzoeken Herbestemming Monumenten ‘s-Hertogenbosch 2025

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Dat gebeurt meestal in november. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de maximale subsidiebedragen voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ‘s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

 

Contact

Meer informatie nodig? Ga dan naar https://www.erfgoedshertogenbosch.nl/monumentenzorg/herbestemming en neem contact op met de secretaris van het Herbestemmingsteam Monumenten ’s-Hertogenbosch, de heer Peter Duijkers, gemeente@s-hertogenbosch.nl, telefoon 073 – 615 5155.

 

30.Subsidieregeling Heemkundekringen en Gilden 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidie?

Het doel van deze subsidie is:

  • de uitoefening van de heemkunde en de traditie van de lokale schuttersgilden van de gemeente ’s-Hertogenbosch te stimuleren;

  • te stimuleren dat de resultaten van deze heemkunde-uitoefening en gilde-activiteiten openbaar gepresenteerd worden.

Artikel 2 - Woordenlijst

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit.

  • 1.

    Heemkunde: Lokale, folkloristische geschiedenis van een streek en haar bewoners.

  • 2.

    Heemkundekring: Georganiseerde groep van minimaal 12 mensen die zich in een plaats bezighoudt met heemkunde.

  • 3.

    Gilde: Lokale folkloristische schutterij van minimaal 12 mensen gebaseerd op middeleeuwse traditie.

Artikel 3 - Wie kan subsidie aanvragen?

Een heemkundekring en gilde die minimaal één jaar binnen de gemeente ’s-Hertogenbosch activiteiten beoefent, kan subsidie aanvragen.

Artikel 4 - Waarvoor kunt u subsidie aanvragen?

U kunt per kalenderjaar subsidie aanvragen voor:

  • heemkunde-activiteiten omtrent het vergaren, bewaren en verspreiden van kennis over lokale folkloristische geschiedenis en voor de huisvestingskosten van de ruimte waarin deze activiteiten plaatsvinden. Of;

  • gilde-activiteiten voor het in stand houden en bevorderen van de folkloristische traditie van lokale schuttersgilden en voor de huisvestingskosten van de ruimte waarin deze activiteiten plaatsvinden.

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

De subsidie bedraagt maximaal 50 % van de activiteitenkosten en maximaal 50 % van de huisvestingskosten. In totaal tot een maximum van € 2.093,- per aanvraag.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Wij moeten aanvragen voor subsidie voor 2025 vóór 15 februari 2025 hebben ontvangen.

  • 2.

    U ontvangt binnen 13 weken een antwoord op uw aanvraag.

  • 3.

    Er is jaarlijks een maximaal subsidiebedrag te verdelen. Dit heet het subsidieplafond. Wij verdelen dit subsidiebedrag onder de toegekende aanvragers aan de hand van de ‘Gelijke verdeling subsidiebedrag”-methode. Voor het bepalen van het bereiken van het subsidieplafond sparen wij alle volledige subsidieaanvragen op tot de sluitingsdatum. Daarna verdelen wij het totale subsidiebedrag evenredig over de toegekende aanvragers. Als uw aanvraag is ontvangen nadat het subsidieplafond op is, verstrekken wij geen subsidie meer.

Artikel 7 - Wat doet u met het aanvraagformulier?

U vindt het aanvraagformulier voor deze subsidie op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch

Na het invullen van de aanvraag kunt u deze naar het college mailen of per post opsturen. Bij inhoudelijke vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling.

Artikel 8 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Heemkundekringen en Gilden 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de vastgestelde subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Dennis Dekker

Tel.no.: 073 – 615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

31.Subsidieregeling “Meedoen begint bij de basis”

 

Subsidieregeling voor non-formele volwasseneneducatie en innovatieve projecten volwasseneneducatie ’s-Hertogenbosch.

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

  • 1.

    Het doel van de subsidie is activiteiten stimuleren op het gebied van de basisvaardigheden. Onder basisvaardigheden verstaan wij lezen, schrijven, rekenen en omgaan met de computer. Deze basisvaardigheden zijn voor veel mensen lastig.

  • 2.

    Het doel van de trajecten basisvaardigheden is zelfstandigheid en zelfredzaamheid bevorderen van de volwassen Bosschenaren.

  • 3.

    Het doel van de subsidie voor innovatieve projecten is het opzetten, uitvoeren en realiseren van nieuwe, niet al bestaande, innovatieve projecten volwasseneneducatie. Dit allemaal in het kader van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). Deze projecten passen binnen het beleidsplan “Meedoen begint bij de basis”.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    Non-formele educatie: niet diplomagerichte educatie, maar wel gericht op deelaspecten van de eindtermen WEB. Aanbieders hebben geen diploma-erkenning nodig.

  • 2.

    Doorlopende leerlijn: een sluitende leerlijn tussen de educatieve activiteit die de deelnemer volgt en een vervolgactiviteit. Bijvoorbeeld non-formele of formele educatietrajecten. Een andere mogelijkheid zijn activiteiten waarbij centraal staat dat deelnemers blijven oefenen met de basisvaardigheden.

  • 3.

    Alle begrippen rond volwasseneneducatie, laaggeletterdheid en basisvaardigheden staan op www.hetbegintmettaal.nl/begrippenlijst/. Het Steunpunt Basisvaardigheden maakte deze lijst samen met Het Begint met Taal en Kennisinstituut voor Taalontwikkeling (ITTA).

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Organisaties zonder winstoogmerk met aantoonbare ervaring met de doelgroep kunnen deze subsidie aanvragen. Dit zijn in ieder geval:

    • a.

      Taalaanbieders;

    • b.

      Vrijwilligersorganisaties;

    • c.

      Wijkgerichte bewoners- of belangenorganisaties;

    • d.

      Sociaal ondernemers;

    • e.

      Professionele organisaties, zoals bedrijven en instellingen die actief zijn binnen de samenleving;

    • f.

      Een samenwerkingsverband tussen de organisaties zoals bedoeld in sub a tot en met sub e.

  • 2.

    Subsidieaanvragen kunnen alleen gaan over bestaande of nieuwe non-formele basisvaardigheidstrajecten voor Bossche burgers. Deze moeten passen binnen de doelstellingen die staan in het beleidsplan “Meedoen begint bij de basis”.

Artikel 4 - Voor wie kunt u een subsidie aanvragen?

  • 1.

    Aanvullend op de vastgestelde doelgroep in het plan “Meedoen begint bij de basis” biedt de gemeente ’s-Hertogenbosch ook trajecten aan inburgeringsplichtige Bosschenaren. Deze trajecten worden niet uit de WEB bekostigd.

  • 2.

    U kunt een subsidie aanvragen voor alle mensen in ‘s-Hertogenbosch die moeite hebben met lezen, schrijven, werken met de computer en/of rekenen. Die mensen noemen wij de doelgroep. Vanwege de financiering van de trajecten verdelen wij de doelgroep onder in:

    • a.

      niet-inburgeringsplichtige Bosschenaren en;

    • b.

      inburgeringsplichtige Bosschenaren.

Artikel 5 - Waarvoor kunt u een subsidie aanvragen?

U kunt een subsidie aanvragen voor de volgende activiteiten:

  • a.

    Basisondersteuning trajecten;

  • b.

    Trajecten gericht op maatschappelijke deelname;

  • c.

    Trajecten gericht op werk en educatieparticipatie;

  • d.

    Nieuwe innovatieve projecten

In Bijlage 1 “Subsidiabele activiteiten” vindt u een uitgebreide beschrijving van de activiteiten zoals wij hierboven bedoelen.

Artikel 6 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    Aan deze regeling is een subsidieplafond verbonden. Dat is een bedrag dat tijdens een bepaalde periode maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling. Het college stelt het subsidieplafond voor deze regeling jaarlijks vast. Wij maken gebruik van de “Gelijke verdeling subsidiebedrag”-methode: Alle volledige subsidieaanvragen sparen wij op tot de sluitingsdatum. Daarna verdelen wij het totale subsidiebedrag over het aantal aanvragers op basis van ledenaantallen. Wij nemen alleen volledige aanvragen in behandeling. Hebt u uw aanvraag later nog aangevuld? Dan geldt de datum waarop de complete aanvraag binnenkwam. Ontvangen wij uw aanvraag nadat het subsidieplafond is bereikt? Dan geven wij geen subsidie meer.

  • 2.

    Op dit moment reserveren wij jaarlijks 2 % van het voormalige participatiebudget voor de basisvaardigheden. Daarnaast hebben wij een budget voor volwasseneneducatie (educatiemiddelen). Het percentage van het voormalige participatiebudget kunnen wij inzetten voor trajecten rond basisvaardigheden voor inburgeringsplichtigen. De educatiemiddelen zijn er voor elke burger, behalve de inburgeringsplichtige.

  • 3.

    Vanaf 2018 bundelen wij de gereserveerde middelen uit het voormalige participatiebudget met de educatiemiddelen. Vanaf 2019 zetten wij 40 % van de educatiemiddelen in voor laagdrempelige educatie.

Artikel 7 - Algemene toekenningscriteria

Organisaties kunnen subsidie krijgen als:

  • zij geen winstoogmerk hebben;

  • er voor het scholingsaanbod geen andere mogelijkheid voor financiering is;

  • er voor het scholingsaanbod geen andere organisatie met een dekkend aanbod is.

Artikel 8 - Beoordelingscriteria

Wij gaan de aanvraag beoordelen op basis van de volgende criteria:

  • Past de aanvraag binnen het beleidskader?

  • Bestaat er samenwerking met andere partijen in ’s-Hertogenbosch en vooral met het Bossche taalnetwerk?

  • Bestaat er samenwerking met andere aanbieders van formeel onderwijs volwasseneneducatie met een diploma-erkenning en/of een ROC.

  • Heeft de organisatie ervaring met het organiseren van scholingstrajecten voor de doelgroep?

  • Kan de organisatie aannemelijk maken dat deelnemers zich aanmelden voor de scholing?

  • Streeft de organisatie naar het realiseren van doorlopende leerlijnen?

  • Betrekt de organisatie vrijwilligers bij de scholingstrajecten?

  • Zijn de vrijwilligers geschoold?

  • Hoe toetst de organisatie de niveauverhoging van de deelnemers?

  • Welke concrete (individuele) resultaten van het traject wil de organisatie bereiken?

Artikel 9 - Eisen aan de aanvraag

U vraagt de subsidie aan met een formulier op de website van de gemeente. Onderdelen van de aanvraag zijn:

  • a.

    Een inhoudelijk plan waaruit blijkt dat u aan de eisen in artikel 3 voldoet. Daarin staat ook in welke mate de criteria in artikel 5 en 6 gelden.

  • b.

    Een omschrijving van de activiteiten waarvoor u de subsidie aanvraagt. Specificeert u deze zoveel mogelijk. Beschrijf daarbij de aard, omvang (aantal scholingstrajecten), specifieke doelgroep, plaats, frequentie en duur en organisaties waarmee u gaat samenwerken. Beschrijf ook hoe u gaat bepalen of deelnemers hebben voldaan aan eventuele inburgeringsverplichtingen.

  • c.

    Een gespecificeerde begroting van de verwachte inkomsten en uitgaven. Hieruit blijkt duidelijk hoeveel subsidie u nodig hebt voor het uitvoeren van activiteiten onder b.

  • d.

    Vraagt u voor het eerst subsidie aan? Dan moet u geldige statuten aanleveren met het nummer van de Kamer van Koophandel.

Artikel 10 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

U krijgt geen subsidie als de activiteit:

  • a.

    niet voldoet aan het bepaalde in deze regeling;

  • b.

    zich richt op het bevorderen van één partijpolitieke of levensbeschouwelijke overtuiging;

  • c.

    betaald kan worden uit een specifiekere (subsidie)regeling. Wij zorgen er samen met u voor dat de aanvraag op de juiste plek terecht komt.

Artikel 11 - Verdelingsregels

  • 1.

    Wij geven alleen subsidie als de activiteiten voldoende verspreid zijn binnen de grenzen van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 2.

    De verdeling van de budgetten vindt plaats naar rato over de verschillende activiteiten, zoals bedoeld in artikel 9.

Artikel 12 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

  • 1.

    Wij wijken af van artikel 7, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch. U moet de subsidie indienen uiterlijk op 1 november van het jaar dat vooraf gaat aan het jaar waarover de aanvraag gaat.

  • 2.

    Binnen zes weken krijgt u antwoord op uw aanvraag.

  • 3.

    U moet de activiteiten in hetzelfde jaar uitvoeren als het jaar waarin u de subsidie kreeg.

  • 4.

    Het college registreert de trajecten en onderzoekt de kwaliteit en de resultaten van de trajecten basisvaardigheden. Deze zijn een onderdeel van de gesubsidieerde activiteiten. De aanvrager van een subsidie werkt mee aan dit onderzoek. Hiervoor worden door de aanvrager geen kosten in rekening gebracht.

Artikel 13 - Hoe vraagt u subsidie aan?

  • 1.

    Het digitale aanvraagformulier vindt u op Subsidies - Gemeente ’s-Hertogenbosch .

  • 2.

    Na het invullen klikt u op verzenden. Hiermee stuurt u het formulier digitaal naar de gemeente. Hebt u vragen? Neem dan contact op met de contactpersoon onderaan deze regeling.

Artikel 14 - Hardheidsclausule

In sommige situaties kan afgeweken worden van de bepalingen van deze regeling indien en voor zover toepassing daarvan leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Een voorbeeld hiervan is de datum van de subsidieaanvraag. In sommige situaties kan een aanvraag op een ander moment ingediend worden indien er nog steeds budget beschikbaar is.

Artikel 15 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2023.

  • 2.

    Deze subsidieregeling heet: “Meedoen begint bij de basis’.

  • 3.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de vastgestelde subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 4.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ‘s-Hertogenbosch

Lisa Boons

Tel.nr.: 073 - 615 5155

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

 

Bijlage 1 Subsidiabele activiteiten

 

Algemeen

De gesubsidieerde activiteiten moeten voldoen aan de standaarden en eindtermen volwasseneneducatie. Deze standaarden en eindtermen zijn de niveaubepalingen voor de volwasseneneducatie4.

Binnen de volwasseneneducatie verstaan wij onder de basisvaardigheden: taal-, reken- en digitale vaardigheden voor laagopgeleide volwassenen. Onder taal verstaan wij Nederlands als tweede taal en Nederlands als moedertaal. Met voldoende beheersing van de basisvaardigheden kan een volwassene zich zelfstandig redden in de maatschappij. Hij/zij is dan zelfredzaam.

Voor educatie aan volwassenen zijn als vertrekpunt de leermotivatie en de leervraag belangrijk:

  • Waarom komt deze volwassene naar een cursus? (Bijvoorbeeld: hij wil zijn financiën op orde houden nu hij arbeidsongeschikt is. Of hij wil een andere baan en daarom een vakopleiding volgen).

  • Wat wil hij leren? (Bijvoorbeeld: zijn eigen boekhouding leren bijhouden en extra inkomsten goed leren gebruiken. Of beter teksten begrijpen, bijvoorbeeld studieteksten leren lezen).

Daaruit volgen een leerdoel en traject:

  • Wat moet de volwassene daarvoor weten?

  • Hoe gaan docent en volwassene dit samen bereiken?

 

U kunt een subsidie aanvragen voor de volgende activiteiten:

1. Basisondersteuning trajecten: bij deze trajecten werkt de volwassene aan:

1.1 Gezondheidsvaardigheden

Iemand die gezondheidsvaardig is kan informatie over zijn/haar gezondheid opzoeken, begrijpen en toepassen. Iemand kan bijvoorbeeld:

  • Informatie over medicijnen, gezonde leefstijl, een zorgverzekering lezen;

  • Afspraken noteren, zich inschrijven voor een cursus, een formulier invullen bij de huisarts;

  • Op tijd de juiste hoeveelheden medicijnen innemen (rekenvaardigheden);

  • Telefonisch een afspraak maken, luisteren, klachten formuleren tijdens een gesprek;

  • Sociaalvaardig zijn. Hij/zij durft vragen te stellen, kan afwegingen maken en beslissingen nemen;

  • Digitaal vaardig zijn. Hij/zij kan informatie opzoeken op internet en een herhaalrecept bestellen bij de apotheek.

1.2 Rekenvaardigheden/ omgaan met geld

Rekenvaardigheid gaat om het kunnen oplossen van sommen, oog hebben voor getallen en begrijpen hoe getallen werken. Wij noemen de rekenvaardigheden ook financiële vaardigheden. Voor volwassenen gelden de standaarden en eindtermen volwasseneneducatie als niveaubepaling van rekenvaardigheid.

Het is belangrijk dat de aangeboden trajecten binnen een maatschappelijke context plaatsvinden. Bijvoorbeeld: hoe helpt het verbeteren van de rekenvaardigheden bij het leren omgaan met geld?

Financiële vaardigheden gaan over ‘kunnen omgaan met geld’. Het gaat er hierbij om dat mensen op korte en lange termijn hun financiën op orde hebben. Dus dat zij grip hebben op hun huishoudportemonnee en weerbaar zijn tegen financiële tegenvallers. Om dit te kunnen, zijn andere basisvaardigheden nodig zoals lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden.

Financiële vaardigheden zijn steeds meer een basisvoorwaarde om zelfstandig te kunnen meedoen aan de maatschappij. Bij alles wat we doen, komen financiën kijken. Hebben mensen geen grip op hun huishoudportemonnee? Dan liggen problematische schulden op de loer.

1.3 Digitale vaardigheden

Digitale vaardigheden betekent dat je met digitale apparaten en programma’s kunt omgaan. Bijvoorbeeld computers, internet, Facebook, tekstverwerkingsprogramma’s, mobiele telefoon en printers. Het gaat ook om bewust en kritisch omgaan met digitale media en het kunnen zoeken, selecteren, verwerken en gebruiken van relevante informatie.

Weinig digitale vaardigheden zorgen voor een achterstand. Dit geldt op het sociale vlak (mensen met weinig tot geen digitale vaardigheden kunnen minder makkelijk sociale contacten onderhouden) en op het economisch vlak (veel vacatures vind je tegenwoordig alleen op internet).

Door de verdere digitalisering van de maatschappij dreigt deze groep (nog meer) uit de boot te vallen. Tegenwoordig moet je digitaal vaardig zijn om online een uitkering of kinderopvangtoeslag aan te vragen.

Het is belangrijk dat de trajecten tot een concreet (maatschappelijk) resultaat leiden. Bijvoorbeeld: door het volgen van een basisvaardigheden traject kan iemand een aanvraag voor een uitkering online indienen.

2 Trajecten gericht op maatschappelijke deelname;

Mensen moeten de juiste bagage en vaardigheden hebben om volwaardig mee te kunnen doen in de maatschappij. Dit kan het leven makkelijker maken en men kan actiever overal aan meedoen. Het doel van de trajecten gericht op maatschappelijke deelname is sociale inclusie van de kwetsbare doelgroep van de laaggeletterden.

Het is belangrijk dat de trajecten tot een maatschappelijk resultaat leiden. Bijvoorbeeld: verminderen van sociale isolatie, verminderen van eenzaamheid, vrijwilligerswerk gaan doen, betere plek in de samenleving krijgen.

3 Trajecten gericht op werk en educatieparticipatie;

Door ontwikkelingen als digitalisering, robotisering en globalisering veranderen of verdwijnen banen. Er ontstaan ook nieuwe banen.5 Trajecten met als doel betere participatie op de arbeidsmarkt vinden we erg belangrijk.

Op de arbeidsmarkt zijn basisvaardigheden belangrijk voor werknemers, werkgevers en werkzoekenden. Werknemers kunnen makkelijker doorgroeien naar ander werk en kunnen beter (veiligheids-)instructies opvolgen. Werkgevers kunnen met flexibele, duurzaam inzetbare werknemers inspelen op een steeds meer dynamische en concurrerende economie. Werkzoekenden komen sneller aan een baan. Niet-uitkeringsgerechtigden kunnen hun maatschappelijke positie verbeteren. Daarnaast is er minder kans op werkloosheid.

Het uiteindelijke doel van een traject is het behalen van een concreet resultaat. Bijvoorbeeld doorstroom naar een vorm van formeel onderwijs, het vinden/behouden van een baan, betere productiviteit, verhoogde inzetbaarheid van de werknemer etc.

4 Nieuwe innovatieve projecten

Wij willen investeren in experimenteren en ontwikkelen van nieuwe innovatieve projecten om de moeilijk bereikbare groep van de NT 1-ers te bereiken en een traject ter verbeteren van de basisvaardigheden aan te bieden.

 

32. Subsidieregeling Betere kansen Wsw’ers op reguliere arbeidsmarkt 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Om Wsw’ers zo dicht mogelijk bij of op de normale arbeidsmarkt te laten werken. En zo nodig op een aangepaste werkplek.

Artikel 2 - Woordenlijst subsidieregeling

In dit artikel leggen wij een aantal woorden uit:

  • 1.

    De wet: de Wet sociale werkvoorziening (Wsw).

  • 2.

    De werkgever: een bedrijf of (overheids-)instelling in 's-Hertogenbosch en omstreken. Ook de gemeente 's-Hertogenbosch is een werkgever.

  • 3.

    De werknemer: Wsw’er op een begeleid werken plaats.

  • 4.

    Dienstbetrekking: een arbeidsovereenkomst of aanstelling bij een werkgever. Volgens de cao of arbeidsvoorwaarden die voor die organisatie gelden.

  • 5.

    Loonwaarde van de Wsw’er: De arbeidsprestatie ten opzichte van een andere, niet gehandicapte werknemer.

  • 6.

    Loonwaarde verlies: het subsidie percentage.

  • 7.

    BW: begeleid werkenplaats.

  • 8.

    Uitvoeringsorganisatie: Weener XL, het werkontwikkelbedrijf van de gemeente ’s-Hertogenbosch.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen? En op welke voorwaarden?

De subsidie wordt aangevraagd door:

  • 1.

    Een werkgever met een Wsw’er in dienst. Voorwaarden voor de werkgever zijn:

    • a.

      de werkgever staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (uitgezonderd overheidsinstellingen);

    • b.

      de werkgever neemt de Wsw’er in dienst voor minimaal zes aaneengesloten maanden. De dienstbetrekking is minimaal 16 uur per week;

    • c.

      de werkplek past bij de mogelijkheden van de Wsw’er;

    • d.

      de werkgever betaalt een salaris volgens de geldende CAO of arbeidsvoorwaarden van de organisatie;

    • e.

      de werkplek en werkomstandigheden voldoen aan de Arbo-normen.

 

  • 2.

    Een Wsw’er

    • a.

      De Wsw’er kan zelf een jobcoachorganisatie opdracht geven om een Begeleid Werken werkplek te vinden.

    • b.

      Voorwaarden voor de Wsw’er zijn:

      • i.

        Hij/zij heeft een geldige Wsw indicatie;

      • ii.

        Hij/zij wil bij een werkgever werken.

 

  • 3.

    Een Begeleidingsorganisatie

  • De gemeente of Wsw’er moet een jobcoachorganisatie inschakelen. Deze organisatie kan een vergoeding krijgen voor de begeleiding van de Wsw’er. De voorwaarden zijn:

    • a.

      De organisatie staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

    • b.

      Medewerkers hebben aantoonbaar een kwalificatie voor het adequaat begeleiden van Wsw’ers.

    • c.

      De organisatie staat garant voor de continuïteit van de begeleiding.

    • d.

      De organisatie biedt ieder kwartaal een voortgangsrapportage aan.

    • e.

      De organisatie heeft een privacy- en klachtenreglement.

 

Artikel 4 - Waarvoor vraagt u de subsidie aan?

De werkgever voor:

  • a.

    Loonkosten van de Wsw’er;

  • b.

    Noodzakelijke aanpassingen van de werkplek.

 

De jobcoachorganisatie voor:

Het begeleiden van een Wsw’er op de werkplek bij de werkgever.

 

De Wsw’er voor:

Een aanpassing op de werkplek (zie artikel 6.b.1.)

 

Artikel 5 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Bijdrage rijkssubsidie SW

Het Rijk betaalt elk jaar een bepaald bedrag per werkplek aan de gemeente. De gemeente betaalt daarvan uitvoeringskosten. In 2025 is dat € 5.000,- voor een 32 uur dienstverband. Uit het bedrag dat overblijft vergoeden wij:

  • a.

    Loonkostensubsidie voor de werkgever.

  • b.

    Subsidie voor aanpassing van de werkplek.

  • c.

    Vergoeding voor de kosten van begeleiding.

 

  • 1.

    Loonkosten subsidie voor werkgever:

De werkgever betaalt de loonkosten en werkgeverslasten. We vergoeden de subsidie over het brutoloon met werkgeverslasten keer het percentage van het loonwaarde verlies. Het percentage werkgeverslasten is conform de het percentage van de Regeling Loonkostensubsidie Participatiewet.

Bepaling van de loonwaarde:

Periodiek stelt de uitvoeringsorganisatie de loonwaarde vast. We onderzoeken de loonwaarde met een erkende methode.

In de eerste drie jaar doen we dat één keer per jaar. Daarna vervolgens één keer per vijf jaar. De uitvoeringsorganisatie stelt op basis van het loonwaarde onderzoek de hoogte van de subsidie vast.

Uitgezonderd van subsidie:

  • is de loonwaarde die de Wsw’er heeft, uitgedrukt in een % t.o.v. een gewone werknemer.

  • door de fiscus toegekende premie- c.q. afdrachtskortingen brengen we in mindering op de bruto loonkosten.

De subsidie eindigt als:

  • de dienstbetrekking tussen werkgever en de Wsw-geïndiceerde eindigt;

  • er niet mee gewerkt wordt aan het loonwaarde onderzoek;

  • de werknemer zijn Wsw-indicatie verliest.

 

  • 2.

    Subsidie voor aanpassing van de werkplek

  • a.

    De aanpassing van een werkplek kan nodig zijn voor een Wsw’er om te kunnen werken.

  • b.

    Uitzondering van de subsidie zijn de kosten voor aankoop van apparatuur, de werkplek en zaken die in de Arbowet staan. Een werkgever betaalt die kosten ook voor andere werknemers.

  • c.

    Een keer per 4 jaar kan een subsidie van maximaal € 3.000,- verstrekt worden voor een aanpassing op de werkplek.

  • d.

    Jaarlijkse subsidie voor regelmatig terugkerende kosten zoals kosten voor bijzonder vervoer: maximaal € 3.000,-.

  • e.

    De gemeente kan hiervan afwijken op grond van argumenten en bewijsstukken van een werkgever.

  • 3.

    Vergoeding voor de kosten van begeleiding

    • a.

      Plaatst de jobcoachorganisatie een Wsw’er op een begeleid werkenplek? Dan kan de organisatie € 1.000,- beloning krijgen na een succesvolle proeftijd. Dit gebeurt na declaratie door de jobcoachorganisatie.

    • b.

      Moet de jobcoachorganisatie tussentijds op zoek naar een andere begeleid werkenplek? Dan kan hij € 1.000,- beloning krijgen als de proeftijd op een nieuwe plek succesvol verloopt.

    • c.

      Voor het begeleiden van een Wsw’er op een (aangepaste) werkplek geldt een vast uurtarief van € 91,19 ex BTW.

    • d.

      De uren van de begeleiding en de vergoeding daarvoor nemen na verloop van tijd af:

      • i.

        1e jaar: maximaal 6 % van het dienstverband

      • ii.

        2e jaar: maximaal 4 % van het dienstverband

      • iii.

        3e jaar en jaren daarna: maximaal 2,5 % van het dienstverband

  • De gemeente baseert de vergoeding op het maximum aantal gewerkte uren van 48 werkweken per jaar.

    • e.

      Gaat een werknemer naar een andere werkgever? Dan beginnen de begeleiding en de vergoeding daarvoor opnieuw.

    • f.

      De vergoeding eindigt als:

      • i.

        de dienstbetrekking tussen werkgever en de Wsw-geïndiceerde eindigt;

      • ii.

        de werknemer zijn Wsw-indicatie verliest;

      • iii.

        de begeleidingsorganisatie op de werkplek niet goed is;

      • iv.

        de voortgangsrapportage naar het oordeel van de uitvoeringsorganisatie kwalitatief onvoldoende is.

  • f.

    De werknemer langer dan 6 weken aaneengesloten ziek is.

Artikel 6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

1. De werkgever / Wsw’er

a. Loonkosten subsidie

  • 1.

    De werkgever / Wsw’er krijgt subsidie toegekend voor maximaal één jaar. Deze kunnen we steeds verlengen met maximaal één jaar of zolang de dienstbetrekking voortduurt.

  • 2.

    De werkgever ontvangt de subsidie per maand

  • 3.

    Komt de werkgever zijn verplichtingen niet na? Dan stopt de gemeente de subsidie en eist zij de teveel betaalde bedragen terug.

b. Aanpassing werkplek

  • 1.

    De werkgever of de Wsw’er vraagt de subsidie voor werkplekaanpassingen aan voordat zij kosten maakt. Hier hoort een goede motivatie, specificatie en prijsopgave bij. De aanvrager krijgt binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag een besluit.

  • 2.

    Kan de werkplekaanpassing mee naar een volgende dienstbetrekking? Bijvoorbeeld een aangepaste stoel? Dan neemt een werknemer de stoel mee naar een volgende werkgever. Voor deze stoel is dan geen nieuwe subsidie voor werkplek aanpassing mogelijk.

 

2. De begeleidingsorganisatie

U krijgt de subsidie na ontvangst van en voortgangsrapportage en declaratie per kwartaal.

 

Artikel 7 - Hoe vraagt u deze subsidie aan?

  • 1.

    Door het insturen van een plaatsingsplan. U vult dit plaatsingsplan helemaal in. Het moet binnen

    3 maanden na de start van de dienstbetrekking bij de uitvoeringsorganisatie binnen zijn. Het plaatsingsplan kunt u bij de uitvoeringsorganisatie aanvragen.

  • 2.

    De aanvrager vult bij verlenging van de subsidieperiode een aanvraagformulier in.

  • 3.

    De aanvrager krijgt binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag een besluit.

  • 4.

    In het besluit van de gemeente staat:

  • de hoogte van het subsidiepercentage

  • voor welke periode de gemeente subsidie toekent

  • dat het een voorschot is

  • de voorwaarde van het besluit

  • 5.

    De gemeente maakt voor elke aanvraag afspraken met de jobcoachorganisatie over:

    • a.

      de aard en omvang van de begeleiding

    • b.

      verantwoordelijkheden

    • c.

      rapportage verplichtingen

    • d.

      hoogte en manier van de vergoeding

  • 6.

    Hebt u hulp nodig bij het invullen van het plaatsingsplan? Neemt u dan contact op met de contactpersoon onderaan deze subsidieregeling. Hebt u andere vragen? Neem dan contact op met de contactpersoon.

Artikel 8 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • 1.

    Deze subsidieregeling gaat in op 1 januari 2025.

  • 2.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling Betere kansen Wsw’er op reguliere arbeidsmarkt 2025.

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of niet veranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Contactpersoon voor vragen over het beleid

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Danielle Snoep

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel.no.: 073 - 615 5155

 

33. Regionale subsidieregeling non-formele Volwasseneneducatie Noordoost-Brabant 2025

 

 

Artikel 1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

De Centrumgemeente ’s-Hertogenbosch ontvangt ieder jaar financiële middelen vanuit de Wet educatie beroepsonderwijs (WEB). Deze middelen zijn bedoeld voor het stimuleren van activiteiten basisvaardigheden voor volwassenen. Onder basisvaardigheden wordt verstaan: lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden. Vanuit de financiële middelen wordt formeel en non-formeel aanbod bekostigd. Deze regeling is bedoeld voor het non-formele budget. Gemeenten in de arbeidsmarkt regio Noordoost-Brabant kunnen aanspraak maken op het non-formele budget. Met het non-formele budget kunnen de regiogemeenten zelf trajecten basisvaardigheden inkopen met als doel de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van volwassen inwoners te vergroten.

Artikel 2 - Begrippenlijst subsidieregeling

Onder dit artikel lichten wij een aantal begrippen nader toe:

  • 1.

    WEB: Wet Educatie Beroepsonderwijs.

  • 2.

    AMR Noordoost-Brabant: Arbeidsmarkt Noordoost-Brabant.

  • 3.

    Regiogemeenten: Gemeenten die onder de AMR Noordoost-Brabant vallen, te weten: Vught, Boxtel, St. Michielsgestel, Land van Cuijk, Maashorst, Meierijstad, Oss, Bernheze, Boekel.

  • 4.

    Centrumgemeente: gemeente ’s-Hertogenbosch.

  • 5.

    REP: Regionaal Educatief Plan.

  • 6.

    Non-formele taalaanbieders: organisaties zonder winstoogmerk, die lessen verzorgen ter verhoging van de basisvaardigheden en zelfredzaamheid van volwassenen.

Artikel 3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Regiogemeenten uit de AMR Noordoost-Brabant.

  • 2.

    Het non-formele budget kan door regiogemeenten beschikbaar gesteld worden aan organisaties met aantoonbare ervaring met de doelgroep. Dit zijn in ieder geval:

    • a.

      Taalaanbieders.

    • b.

      Vrijwilligersorganisaties.

    • c.

      Wijkgerichte bewoners- of belangenorganisaties.

    • d.

      Sociaal ondernemers.

    • e.

      Professionele organisaties zoals bedrijven en instellingen die actief zijn binnen de samenleving.

    • f.

      Een samenwerkingsverband tussen de organisaties zoals bedoeld in sub a t/m sub e.

Artikel 4 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

Aan deze regeling is een subsidieplafond verbonden. De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 40 % van het beschikbare WEB-budget en een gedeelte van het decentralisatiebudget WEB. Dit bedrag wordt jaarlijks bepaald aan de hand van het beschikbare budget vanuit het Rijk en de verdeelsleutel per gemeente. De exacte aan te vragen bedragen per regiogemeente worden uiterlijk eind november bekend gemaakt door de centrumgemeente. Het is mogelijk om boven het bedrag van de verdeelsleutel per regiogemeente aan te vragen. Het is echter niet zeker dat een bedrag boven de gemeentelijke verdeelsleutel kan worden toegekend. Dit kan alleen als er budget overblijft op het moment dat andere regiogemeenten onder hun verdeelsleutel hebben aangevraagd. Als alle regiogemeenten boven de verdeelsleutel aanvragen, kan de centrumgemeente alleen het bedrag tot de verdeelsleutel toekennen.

Artikel 5 - Eisen aan de aanvraag

Aanvragen conform de afspraken in het REP en die vallen binnen het voor de betreffende gemeente beschikbare budget, zullen worden toegekend. Eisen voor de aanvraag;

  • 1.

    De activiteiten worden ingezet voor niet-inburgeringsplichtige (volwassen) inwoners van de AMR Noordoost-Brabant, die aantoonbaar als zodanig ingeschreven staan en die moeite hebben met lezen, schrijven, rekenen en/of digitale vaardigheden.

  • 2.

    De subsidie kan o.a. worden ingezet voor trajecten basisvaardigheden aan inwoners, camouflage aanbod, communicatie/PR en coördinatie-uren.

  • 3.

    Activiteiten in de aanvraag dienen te voldoen aan de doelstellingen in het REP.

  • 4.

    De aanvraag bevat een activiteitenplan en een begroting.

  • 5.

    Alle deelnemende organisaties die gebruik maken van de subsidie, zijn verplicht om deel te nemen aan de monitoring Volwasseneducatie.

Artikel 6 - Wanneer komt uw aanvraag niet in aanmerking voor deze subsidie?

Wij wijzen uw subsidieaanvraag af als:

  • 1.

    Uw project op basis van inhoud of reguliere activiteiten al subsidie ontvangt of waarover u met de centrumgemeente al subsidieafspraken heeft.

  • 2.

    Uw aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden genoemd onder Artikel 5.

  • 3.

    Uw project onvoldoende bijdraagt aan de doelstellingen voor basisvaardigheden genoemd onder Artikel 1.

  • 4.

    Uw aanvraag incompleet is op het moment van of na de deadline voor het indienen van de aanvraag.

Artikel 7 - Aanvraagprocedure

  • 1.

    De regiogemeente dient per mail het ‘Aanvraagformulier subsidieregeling non-formele Volwasseneducatie’ in bij de afdeling subsidies van de gemeente ’s-Hertogenbosch (gemeente@s-hertogenbosch.nl) met in de cc de contractmanager van de WEB.

  • 2.

    De aanvraag wordt ingediend uiterlijk op 31 december voorafgaand aan het jaar waarover subsidie wordt aangevraagd.

  • 3.

    De gemeente ’s-Hertogenbosch zal de aanvraag behandelen en binnen 6 weken inhoudelijk beoordelen.

  • 4.

    Is de aanvraag niet compleet, of niet conform de eisen dan wordt de aanvraag afgewezen met de reden van afwijzing. De aanvrager heeft dan 4 weken de tijd om de aanvraag opnieuw correct in te dienen.

  • 5.

    Op het moment dat het subsidieplafond na 1 januari niet bereikt is, wordt er een tweede aanvraagtermijn opengesteld. Regiogemeenten kunnen dan vóór 1 juni van het lopende subsidiejaar, een tweede aanvraag indienen bij de centrumgemeente. De centrumgemeente beoordeelt de aanvragen pas na de sluitingsdatum van 1 juni en stuurt uiterlijk binnen zes weken een reactie aan de aanvrager(s).

Artikel 8 - Verantwoording

Vóór 1 april van het opvolgende kalenderjaar dient de verantwoording over de besteding van het budget beschikbaar te zijn voor de accountantscontrole. De centrumgemeente is verplicht om verantwoording over de non-formele WEB-middelen af te leggen aan het Rijk door middel van een Sisa-verantwoording. Bij de verantwoording dient de aanvrager de volgende zaken aan te tonen:

  • a.

    Een overzicht van de gerealiseerde activiteiten/projecten basisvaardigheden;

  • b.

    Een overzicht van de gerealiseerde kosten.

Artikel 9 - Tot slot

Hieronder staat een aantal juridische onderdelen van de subsidieregeling:

  • a.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2025.

  • b.

    Deze subsidieregeling vervalt op 1 januari 2026.

  • c.

    Deze subsidieregeling heet: Regionale subsidieregeling non-formele Volwasseneneducatie Noordoost-Brabant 2025.

  • d.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de vastgestelde subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • e.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.

Contact

Gemeente ’s-Hertogenbosch

Postbus 12345

5200 GZ ’s-Hertogenbosch

 

E-mail: gemeente@s-hertogenbosch.nl

Tel.no.: 073-615 5155

 

Projectleider en contractmanager: Anne Slaets

E-mail: a.slaets@s-hertogenbosch.nl

 

Beleidsmedewerker: Lisa Boons

E-mail: l.boons@s-hertogenbosch.nl

 

34. Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente ’s-Hertogenbosch

Paragraaf 1. Algemeen

Artikel 1.1 - Wat is het doel van deze subsidieregeling?

Het doel van deze regeling is het vergroten van de onderwijskansen van kinderen in de gemeente ’s-Hertogenbosch, specifiek door activiteiten op het gebied van taalontwikkeling. De activiteiten zijn gericht op kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar. De activiteiten zijn in het bijzonder voor kinderen die (een risico op) (taal)achterstanden en daarmee een risico op een onderwijsachterstand hebben.  

Dit sluit aan bij de opdracht aan gemeenten om: 

  • voor peuters met een risico op een (taal)achterstand voorschoolse educatie aan te bieden (artikel 159 Wet op het Primair Onderwijs);  

  • een aanbod voor alle peuters te realiseren volgens bestuurlijke afspraken tussen rijk en gemeente (bestuursakkoord: Een aanbod voor alle peuters);   

Artikel 1.2 - Woordenlijst subsidieregeling

In deze subsidieregeling komen de volgende begrippen voor:  

  • a.

    ASV: Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch; 

  • b.

    Aanvrager: Een kinderopvangorganisatie die een schriftelijk verzoek voor subsidie indient; 

  • c.

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch; 

  • d.

    Doelgroepkinderen: Kinderen in de leeftijd 2,5 – 4  jaar die een risico lopen op een onderwijsachterstand en/of een achterstand in de Nederlandse taal; 

  • e.

    Fiscaal uurtarief: Het maximaal uurtarief dat de Belastingdienst hanteert voor de vergoeding van de kosten van ouder(s) voor kinderopvang (peuteropvang); 

  • f.

    Houder: Degene aan wie een onderneming als bedoeld in de Handelsregisterwet 2007 toebehoort en die met die onderneming een kindercentrum exploiteert; 

  • g.

    Inkomensverklaring: Een verklaring van de Belastingdienst met de inkomensgegevens van de ouder(s) over een belastingjaar; 

  • h.

    Kindercentrum: Een voorziening gevestigd in de gemeente ’s-Hertogenbosch waar kinderopvang van een kind ingeschreven bij de gemeente ’s-Hertogenbosch plaatsvindt, als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet kinderopvang en dat is opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang; 

  • i.

    Kinderopvang: Wat daar onder verstaan wordt in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang; 

  • j.

    Kinderopvangtoeslag: Een tegemoetkoming van het Rijk voor werkende of studerende ouders in de kosten voor kinderopvang zoals beschreven in de Wet kinderopvang artikel 1.6

  • k.

    Landelijk Register Kinderopvang: Wat daar onder wordt verstaan in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet kinderopvang; 

  • l.

    Ouder(s): Ouder(s) in de zin van de Wet kinderopvang en de Wet op het primair onderwijs

  • m.

    Ouderbijdrage: Inkomensafhankelijke bijdrage van de ouders van een kind voor de uren (VVE-) peuteropvang die worden afgenomen; 

  • n.

    Peuter: Een kind in de leeftijd 2,5 tot 4 jaar; 

  • o.

    Peuterarrangement: Kortdurende opvang voor peuters van 2,5 tot 4 jaar in een kindercentrum in een groep met maximaal 16 kindplaatsen; 

  • p.

    Peutermonitor: Een digitale tool waarin per kindercentrum het aantal (VVE-doelgroep)peuters en de urendeelname worden bijgehouden; 

  • q.

    Subsidie-uurtarief: Het uurtarief dat de gemeente hanteert bij het berekenen van de subsidie; 

  • r.

    Subsidieplafond: Het bedrag dat tijdens een bepaald tijdvak maximaal beschikbaar is voor deze subsidieregeling. Het college stelt de subsidieplafonds jaarlijks vast. Dit gebeurt na vaststelling van de begroting door de gemeenteraad in november. 

  • s.

    Toezichthouder: De toezichthouder als bedoeld in artikel 1.61 van de Wet kinderopvang; 

  • t.

    Voorschoolse educatie: Beredeneerd verrijkt opvangaanbod aan VVE-doelgroeppeuters, op basis van een VVE-programma en voor minimaal 960 uur in anderhalf jaar; 

  • u.

    VVE: Voor- en vroegschoolse educatie; 

  • v.

    VVE- doelgroeppeuters : Peuters met een VVE-indicatie; 

  • w.

    VVE-indicatie: Een indicatie voor VVE afgegeven door de Jeugdgezondheidszorg Hart voor Brabant waaruit blijkt dat het kind recht heeft op deelname aan het VVE-peuterarrangement; 

  • x.

    VVE-locatieplan: Een plan van de kinderopvang en basisschool op een VVE-locatie dat de procesverbetering van de kwaliteit van VVE op locatie ondersteunt. 

  • y.

    Ve -locatie: Een in het LRK geregistreerde VE-locatie minimaal 35% gesubsidieerde VVE-doelgroeppeuters op locatieniveau. Dit percentage betreft de verhouding reguliere peuters versus VVE-doelgroeppeuters van het voorgaande kalenderjaar. Deze locatie vangt door het jaar heen gemiddeld 13 of meer kinderen op die gebruik maken van een gesubsidieerd (ve)peuteraanbod. Dit wordt geverifieerd via de Peutermonitor. 

  • z.

    VVE-peuterarrangement: Kortdurende opvang voor VVE-doelgroeppeuters, waarbij VVE wordt geboden.  

Artikel 1.3 - Wie kan deze subsidie aanvragen?

Deze subsidie kan worden aangevraagd door kinderopvangorganisaties in de gemeente 

’s-Hertogenbosch die peuteropvang en/of voorschoolse educatie leveren aan kinderen ingeschreven in de gemeente ’s-Hertogenbosch in de leeftijd 2,5 – 4 jaar.  

 

Paragraaf 2. Voorschoolse voorzieningen voor (doelgroep) peuters

Artikel 2.1 - Waarvoor kunt u deze subsidie aanvragen?

U kunt voor één of meer van de volgende activiteiten subsidie aanvragen: 

  • 1.

    Het bieden van een VVE-peuterarrangement aan doelgroeppeuters voor minimaal en maximaal 960 uur in de leeftijdsperiode 2,5- 4 jaar, met een maximum van 6 uur per dagdeel VVE-peuterarrangement.  

  • 2.

    Het bieden van een peuterarrangement aan peuters zonder VVE-indicatie door een erkende kinderopvanginstelling voor maximaal 480 uur in de leeftijdsperiode 2,5 tot 4 jaar. 

  • 3.

    Een tegemoetkoming voor de inzet van de pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie. 

  • 4.

    Een aanvullende locatiesubsidie voor een VE-locatie. 

Artikel 2.2 - Hoeveel subsidie kunt u aanvragen?

  • 1.

    Voor (VVE-)peuterarrangementen kunt u subsidie aanvragen voor het per (VVE-doelgroep)peuter werkelijk afgenomen aantal uren (VVE-)peuterarrangement. Hierbij geldt de maximale subsidie per bezet (VVE-)peuterarrangement per jaar: uren per week * aantal weken * subsidieuurtarief minus de geldende, berekende inkomensafhankelijke ouderbijdrage conform artikel 2.3.  

  • 2.

    Het subsidieuurtarief is bedoeld voor onder andere: het voldoen aan alle wettelijke eisen, de  voorbereiding en uitvoering van (ve-)activiteiten, materialen, huisvesting, coördinatie en managementuren, taakuren voor overdracht, signalering, ouderbijeenkomsten en oudergesprekken en de scholing en professionalisering van de pedagogisch medewerkers conform het wettelijke kader en het gestelde in de Bossche kwaliteitsstandaard. 

  • 3.

    U kunt daarnaast een aparte subsidie aanvragen voor een tegemoetkoming voor de inzet van de ve-beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie. U kunt deze subsidie alleen aanvragen als u ook subsidie aanvraagt voor VVE-peuterarrangementen. De subsidie is gebaseerd op het aantal VVE-doelgroeppeuters per 1 januari van het betreffende subsidiejaar x 10 uur x het uurtarief

    ve-beleidsmedewerker. Dit uurtarief wordt bepaald op basis van de in september voorafgaand aan het subsidiekalenderjaar gepubliceerde salarisschaal CAO kinderopvang schaal 9- hoogste trede. De subsidie is bedoeld voor de inzet van de ve-beleidsmedewerker voor het uitvoeren beleidsmatige taken op het gebied van voorschoolse educatie, het coachen van pedagogisch medewerkers op locatie en deelname aan gemeentebrede intervisie (zie ook uitvoeringskader

    ve-beleidsmedewerker). 

  • 4.

    Voor een ve-locatie met minimaal 35 % doelgroeppeuters kunt u een aanvullende locatiesubsidie aanvragen voor ve-coördinatie ten behoeve van de afstemming en de samenwerking met het kindcentrum in het kader van een doorgaande lijn.  

  • 5.

    De subsidietarieven worden jaarlijks door het college vastgesteld en in het aanvraagformulier opgenomen. Eventuele verhoging van de subsidie uurtarieven is gebaseerd op de indexatie van het fiscale maximum.  

Artikel 2.3 - Welke ouderbijdragen gelden er voor (VVE-)peuterarrangementen?

  • 1.

    Voor (VVE-)peuterarrangementen betalen ouders een inkomensafhankelijke ouderbijdrage. Ouders zonder recht op kinderopvangtoeslag betalen voor maximaal 320 uur per jaar een door de gemeente vastgestelde inkomensafhankelijke ouderbijdrage aan het kindercentrum tot aan het jaarlijks door het Rijk vastgestelde fiscaal maximum. 

  • 2.

    Ouders met recht op kinderopvangtoeslag betalen voor maximaal 320 uur per jaar het fiscale maximum aan het kindercentrum en vragen hierover kinderopvangtoeslag aan. 

  • 3.

    VVE-doelgroeppeuters die naar een VVE-peuterarrangement gaan, kunnen in het totaal 640 uur per jaar deelnemen. Ouders betalen voor de resterende maximaal 320 uur in overeenstemming met gemeentelijk beleid geen ouderbijdrage.  

  • 4.

    De inkomensafhankelijke ouderbijdrage zoals hierboven genoemd (artikel 2.3 lid 1) is gebaseerd op de peuteropvangtabel van de Verenging van Nederlandse Gemeenten en is op te vragen bij de gemeente.  

  • 5.

    Voor het vaststellen van de inkomensafhankelijke ouderbijdrage zoals hierboven genoemd (artikel 2.3 lid 1) gebruikt u het verzamelinkomen van ouders over het voorgaande kalenderjaar. Dit inkomen wordt bepaald aan de hand van de door ouders te overleggen inkomensverklaring van de Belastingdienst. Als het verwachte verzamelinkomen van de ouders anders is dan dat van de inkomensverklaring(en), kunt u ouders documenten vragen waaruit de hoogte van het verwachte verzamelinkomen blijkt. Dit kunnen zijn: salarisstrook, uitkeringsspecificatie, werkgeversverklaring, verklaring van schuldsanering etc. Uit deze documenten moet blijken dat de inkomenswijziging structureel is, en in ieder geval geldt voor minimaal drie maanden voorafgaand aan plaatsing op een (VVE-)peuterarrangement. Een kopie van deze documenten neemt u op in het kinddossier als onderbouwing voor het vaststellen van de ouderbijdrage. 

Artikel 2.4 - Aan welke voorwaarden moet u voldoen?

  • 1.

    De aanvrager voor subsidie voor een (VVE-)peuterarrangement is een kindercentrum gevestigd in  de gemeente ’s-Hertogenbosch waar een peuter ingeschreven bij de gemeente

    ‘s-Hertogenbosch gebruik van maakt en: 

    • a.

      Die voldoet aan alle voorschriften voor de basiskwaliteit van kindercentra, gesteld bij of krachtens de Wet kinderopvang, aan voorschriften gesteld bij of krachtens het Besluit kwaliteit kinderopvang en aan voorschriften gesteld bij of krachtens de Regeling wet kinderopvang; 

    • b.

      Waarbij er niet handhavend is opgetreden naar aanleiding van een constatering van een overtreding door de toezichthouder. Indien er een voornemen tot handhavend optreden bestaat, zal eerst een besluit op dit voornemen worden afgewacht, alvorens de aanvrager voor een subsidie in aanmerking komt;  

    • c.

      Die voldoet, of bij geval van een nieuwe aanbieder aannemelijk kan maken te voldoen, aan de vereisten van de Bossche Kwaliteitsstandaard; 

    • d.

      Die deelneemt aan de Peutermonitor, aan gemeentelijke kennisdeling en afstemming rondom VVE-beleid, aan kwaliteitsgesprekken en intervisie, aan monitoring en andere gemeentelijke activiteiten gericht op kwaliteitsverbetering van (VVE-)peuterarrangementen.  

  • 2.

    De aanvrager voor subsidie voor een Ve-locatie is een in het Landelijk Register Kinderopvang als VVE geregistreerd kindercentrum waar een VVE-doelgroeppeuter gebruik van maakt en   

    • a.

      Die voldoet aan het eerste lid van dit artikel; 

    • b.

      Die voldoet aan de voorschriften gesteld of krachtens het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. 

  • 3.

    U kunt alleen subsidie aanvragen voor kinderen ingeschreven in de gemeente ’s-Hertogenbosch. Voor (VVE-)peuterarrangementen geldt daarnaast dat de deelnemende peuters tussen de 2,5 en 4 jaar moeten zijn. In overleg met en na aparte toestemming van de gemeente is plaatsing en een tegemoetkoming in de vergoeding voor peuters jonger dan 2,5 jaar en verlenging na de leeftijd van 4 jaar of plaatsing van kinderen die niet zijn ingeschreven in de gemeente, mogelijk.  

  • 4.

    Voor de aanvraag  van deze subsidie gebruikt u een door de gemeente opgesteld aanvraagformulier.  

  • 5.

    Onderdeel van de aanvraag is een inhoudelijke onderbouwing, waarin is beschreven hoe in het subsidie(aanvraag)jaar wordt gewerkt/gewerkt gaat worden aan de subsidiedoelen, het Bossche kwaliteitskader, en door de gemeente in overleg met de houders hiervan afgeleide onderwerpen. Ook geeft u voor het betreffende kalenderjaar het verwachte aantal peuters en ve-locaties op. In uw aanvraag tbv de VE-locaties mbt extra inzet VE-coördinatie maakt u – indien van toepassing- in het VVE-locatieplan duidelijk op welke wijze deze subsidie is ingezet.  

  • 6.

    Wanneer u voor het eerst subsidie aanvraagt voor (VVE-)peuterarrangementen moet u bij uw aanvraag ook een afschrift van de oprichtingsakte of de statuten van de rechtspersoon, alsmede het jaarverslag, de jaarrekening of de balans van het voorgaande jaar meesturen.  

Artikel 2.5 - Wanneer komt uw aanvraag voor (VVE-)peuterarrangementen niet in aanmerking?

Uw aanvraag komt niet in aanmerking voor deze subsidie wanneer: 

  • 1.

    U niet voldoet aan de voorwaarden van deze regeling zoals beschreven in artikel 2.4 of aan de ASV. 

  • 2.

    Uw aanvraag onvoldoende bijdraagt aan de doelstelling van deze regeling zoals beschreven in artikel 1. 

  • 3.

    De aanvraag onvolledig is. 

  • 4.

    Er handhavend is opgetreden naar aanleiding van een constatering van een overtreding door de toezichthouder. Indien er een voornemen tot handhavend optreden bestaat, zal eerst een besluit op dit voornemen worden afgewacht, alvorens de aanvrager voor een subsidie in aanmerking komt. 

Artikel 2.6 - Hoe verloopt de subsidieprocedure?

Subsidieaanvragen voor een tegemoetkoming voor peuteropvang en voorschoolse educatie moeten uiterlijk voor 15 november voor het nieuwe subsidiejaar binnen zijn. Deze subsidie loopt per kalenderjaar. 

U ontvangt binnen 6 weken na de sluitingsdatum een besluit op uw aanvraag. 

Artikel 2.7 - Hoe kunt u deze subsidie aanvragen?

  • 1.

    Een aanvraag voor deze subsidie kan gedaan worden via het aanvraagformulier dat via de website van de gemeente ’s-Hertogenbosch verkrijgbaar is.  

  • 2.

    Bij vragen kunt u contact opnemen met de contactpersoon onderaan deze regeling en/of het gemeentelijk contact centrum van de gemeente ’s-Hertogenbosch. 

Artikel 2.8 - Hoe en wanneer wordt de subsidie uitbetaald?

De subsidie wordt als voorschot uitbetaald op basis van de in het aanvraagformulier aangegeven aantallen verwachte deelnemende (VVE-doelgroep)peuters en het aantal ve-locaties. De uiteindelijke vaststelling van het definitieve subsidiebedrag gebeurt op basis van het aantal ve-locaties, de uren en aantallen peuters zoals opgenomen in de Peutermonitor. 

Artikel 2.9 - Verantwoording en definitieve vaststelling subsidie

  • 1.

    Na afloop van de subsidieperiode stuurt u een inhoudelijk en financieel verslag aan de gemeente. In het inhoudelijk verslag beschrijft u op welke wijze u de beoogde doelstellingen van deze subsidieregeling heeft behaald, in hoeverre er sprake is van afwijkingen ten opzichte van het inhoudelijke plan dat is ingediend bij de subsidieaanvraag en geeft u inzicht in het aantal afgenomen uren, aantallen peuters, de ontvangen ouderbijdragen, subsidie(s) en eventuele andere inkomsten. 

  • 2.

    Voor de verantwoording van deze subsidie gebruikt u een door de gemeente opgesteld vaststellingsformulier.  

  • 3.

    De Peutermonitor maakt een berekening van te ontvangen subsidie (met aftrek van ouderbijdragen) inzichtelijk voor peuters en VVE-doelgroeppeuters, waarbij er onderscheid is tussen ouders die wel of geen kinderopvangtoeslag betalen. Ook het aantal uren dat peuters hebben deelgenomen, wordt uit de Peutermonitor overgenomen.  

  • 4.

    Wanneer uit de aangeleverde informatie in het vaststellingsformulier blijkt dat het aantal gerealiseerde uren van (VVE-)peuterarrangementen, het aantal (doelgroep)peuters of aantal

    ve-locaties lager is dan volgens de aanvraag kan dit een terugvordering tot gevolg hebben. 

  • 5.

    Als de subsidieverlening danwel de som van meerdere door de gemeente verstrekte subsidies € 50.000,- tot € 100.000,- bedraagt, overlegt de aanvrager een beoordelingsverklaring in dienen zoals beschreven in artikel 18 van de ASV.  

  • 6.

    Als de subsidieverlening danwel de som van meerdere door de gemeente verstrekte subsidies hoger is dan € 100.000,- overlegt de aanvrager een controleverklaring zoals beschreven in artikel 18 van de ASV.  

  • 7.

    Het verantwoordingsformulier moet uiterlijk voor 1 juni van het opvolgende jaar zijn ingediend.  

Artikel 3 - Tot slot

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 15 oktober 2024.  

  • 2.

    Het college kan besluiten in uiterste gevallen en beredeneerd afwijken van deze regeling.   

  • 3.

    Deze subsidieregeling heet: Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente ‘s-Hertogenbosch .

  • 4.

    Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch stelt de subsidieregelingen jaarlijks (veranderd of onveranderd) vast. Daarna publiceert het college de subsidieregelingen en de subsidieplafonds voor het komende jaar.

  • 5.

    De Algemene subsidieverordening ’s-Hertogenbosch (ASV) is op deze subsidieregeling van toepassing.   

Contact

Voor vragen over deze regeling kunt u contact opnemen de verantwoordelijk beleidsambtenaar via subsidies@s-hertogenbosch.nl .  

 

Bijlage

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tabel Ouderbijdrage Peuterarrangementen voor subsidieplaatsen in de gemeente 's-Hertogenbosch 2025

bij 8 uur peuterarrangement per week

 

 

 

 

 

 

 

Toetsingsinkomen

Jaartarief 1e kind

Jaartarief 2e kind

Maandtarief 1e kind

Maandtarief 2e kind en volgende

minder dan € <grens armoede>

gratis

gratis

gratis

gratis

€ <grens> - € 35.687

€ 137,60

€ 137,60

€ 11,47

€ 11,47

€ 35.688 - € 49.108

€ 140,80

€ 137,60

€ 11,73

€ 11,47

€ 49.109 - € 66.794

€ 284,80

€ 185,60

€ 23,73

€ 15,47

€ 66.795 - € 96.010

€ 713,60

€ 281,60

€ 50,47

€ 23,47

€ 96.011 - € 133.045

€ 1.417,60

€ 438,40

€ 118,13

€ 36,53

€ 133.046 en hoger

€ 2.211,20

€ 819,20

€ 184,27

€ 68,27

 

 

 

 

 

Bovenstaande tarieven en inkomenscategorieën gelden uitsluitend voor ouders die niet onder

de Wet Kinderopvang vallen en zijn gebaseerd op het maximum uurtarief kinderopvangtoeslag 2025

van € 10,71.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ouders die onder de WKO vallen, betalen voor het peuterarrangement in 2025 € 3.427,20 per kind (€ 10,71 per uur) en kunnen via de Belastingdienst kinderopvangtoeslag aanvragen.

 

 

 

 

De secretaris,

Drs. B. van der Ploeg

De burgemeester,

Drs. J.M.L.N. Mikkers

Naar boven