Gemeenteblad van Middelburg
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Middelburg | Gemeenteblad 2024, 505766 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Middelburg | Gemeenteblad 2024, 505766 | beleidsregel |
Nota reserves en voorzieningen 2024
De nota Reserves en Voorzieningen is bedoeld voor de kaderstellende rol van de raad en vormt het raamwerk waarbinnen het college van Burgemeester en Wethouders met reserves en voorzieningen dient om te gaan.
Reserves en voorzieningen zijn van belang voor de financiële stabiliteit van de gemeente. Het is daarom belangrijk dat er sprake is van een goed inzicht in de ontwikkeling hiervan. Het inzicht wordt verschaft via de planning en control cyclus o.a. in de begroting en de jaarrekening. Een goede kaderstelling wordt verkregen door het vastleggen van spelregels.
De Financiële beheersverordening gemeente Middelburg op basis van artikel 212 van de Gemeentewet vormt de basis van de gemeentelijke kaders omtrent Reserves en Voorzieningen. In artikel 12 van de Financiële beheersverordening staat onder ander dat het college van Burgemeester en wethouders ten minste eens in de vier jaar de raad een geactualiseerde nota reserves en voorzieningen aanbiedt.
Alle hogere wet -en regelgeving, zoals de gemeentewet (GW), het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de stellige uitspraken van de commissie BBV die bindend zijn, zijn van toepassing op het beleid van de gemeente. Deze wettelijke regels zijn niet allemaal aangehaald, aangezien deze prevalerend zijn. Bij een aantal onderdelen is de BBV voorschriften ter verduidelijking vermeld.
In bijlage 1 is relevante wet- en regelgeving opgenomen die betrekking heeft op reserves en voorzieningen.
4. Begripsbepaling en beleidskaders
In deze nota wordt verstaan onder:
De algemene reserve is in principe vrij inzetbaar. Naast het wettelijk verplicht verrekenen van het jaarresultaat met de algemene reserve vormt deze reserve een buffer voor financiële tegenvallers en onvoorziene risico’s. Voor zover de algemene reserve groter is dan nodig voor de normale functie van opvang van fluctuaties en risico’s c.q. tegenvallers, kan deze worden ingezet voor de dekking van incidentele investeringen of incidentele lasten. Risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd worden gedekt door de algemene reserve. Er bestaat een directe relatie tussen de risico’s die de gemeente loopt en het minimaal noodzakelijk aan te houden buffervermogen (zie paragraaf risicomanagement en weerstandsvermogen). De algemene reserve kan ingezet worden om incidentele begrotingstekorten op te vangen, waarbij het duurzaam begrotingsevenwicht moet worden gewaarborgd. Voor de algemene reserve geldt dat er geen wettelijke vereisten zijn aan het minimumniveau.
Dit zijn reserves waaraan de gemeenteraad een bepaalde bestemming heeft gegeven. Deze reserves mogen alleen besteed worden aan de doelen die daaraan door de gemeenteraad zijn toegekend. De gemeenteraad kan de bestemming van de reserve nadien ook weer aanpassen.
3. Duurzaam begrotingsevenwicht
Een gezonde financiële positie betekent onder andere dat inkomsten en uitgaven met elkaar in evenwicht zijn en budgetten reëel (volledig, realistisch en haalbaar) begroten. Dit is structureel en reëel begrotingsevenwicht.
Het is wettelijk vastgelegd dat gemeenten, provincies en waterschappen jaarlijks begrotings- en verantwoordingsstukken moeten opstellen. Voor gemeenten en provincies is de regelgeving hieromtrent vastgelegd in het Besluit begroting en verantwoording (BBV). In het BBV is opgenomen dat er een commissie is met als taak zorg te dragen voor een eenduidige uitvoering en toepassing van het BBV.
Het eigen vermogen is het verschil tussen de activa en het vreemd vermogen van de gemeente. Het eigen vermogen van de gemeente op de balans bestaat uit de algemene reserve, de bestemmingsreserves en uit het gerealiseerde resultaat van het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening. Het gerealiseerde resultaat wordt afzonderlijk opgenomen in de balans als onderdeel van het eigen vermogen.
Reserves hebben een viertal functies:
De reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vrij te besteden zijn.
In artikel 43, lid 1 van het BBV worden de reserves onderscheiden naar:
Daarnaast zijn er nog de zogenaamde stille reserves. Deze stille reserves zijn niet zichtbaar op de balans. Stille reserves vertegenwoordigen het verschil in de waarde van bezittingen in het economisch verkeer en de waarde waarvoor deze bezittingen op de balans moeten worden opgenomen. De verslaggevingsvoorschriften schrijven namelijk voor dat alleen waardering tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs of (duurzaam) lagere marktwaarde is toegestaan. Het is niet toegestaan activa te herwaarderen naar waarde in het economisch verkeer.
Stille reserves kunnen daardoor pas ingezet worden indien de betreffende bezitting wordt verkocht. In het BBV is bepaald dat activa waarvan de bestemming verandert, de actuele waarde van de nieuwe bestemming in de toelichting op de balans wordt opgenomen. Op dat moment wordt de stille reserve zichtbaar.
Op dit taakveld worden alle toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves geboekt. Op dit taakveld mag alleen worden geboekt op de economische categorie ‘mutatie reserves’. Dit taakveld verduidelijkt het inzicht in de mutatie van de reserves die via de resultaatsbestemming naar de betreffende reserves (is een balansboeking) worden geboekt.
Het vreemd vermogen bestaat uit het totaal aan derden verschuldigde bedragen (o.a. leningen) en de voorzieningen.
Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (verplichtingen) van de gemeente. Dit betekent dat in tegenstelling tot reserves de vorming, voeding en aanwending van voorzieningen niet vrij is. Tegenover voorzieningen staan namelijk verplichtingen. In het BBV is specifiek aangegeven in welke gevallen een voorziening moet worden gevormd. De gemeenteraad heeft dan ook veel minder beleidsmatige bewegingsvrijheid bij voorzieningen dan bij reserves,
Bij een voorstel voor instelling van een bestemmingsreserve wordt ten minste aangegeven:
Voeding van (bestemmings)reserves vindt plaats via de resultaatbestemming. Toevoegingen en onttrekkingen kunnen plaatsvinden op grond van de door de raad vastgestelde begroting.
Bestemmingsreserves mogen niet negatief staan.
5. Opheffen en maximale looptijd
Bij het opheffen van een reserve wordt een resterend saldo toegevoegd aan de algemene reserve. De looptijd wordt weergegeven in bijlage 2.
Conform het advies van de Commissie BBV wordt geen rente meer gerekend over de algemene reserve en bestemmingsreserves.
Voorzieningen worden gevormd (wettelijke bepaling) wegens:
Als er sprake is van een van de situaties uit artikel 44 BBV, is het college verplicht om een voorziening in te stellen.
De voorzieningen gevormd voor de van derden verkregen middelen, die specifiek besteed moeten worden aan dat doel, geschieden op basis van het door de gemeenteraad genomen besluit tot het instellen van een voorziening.
In Middelburg wordt binnen de voorzieningen het volgende onderscheid gemaakt:
a. voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s;
b. voorzieningen ter egalisering van kosten;
c. voorzieningen voor middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is.
d. voorzieningen voor bijdrage aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt gegeven;
Toevoegingen aan voorzieningen komen als last in de begroting en de jaarrekening. De aanwending van de voorziening wordt rechtstreeks ten laste van de voorziening geboekt.
Onder bijlage 3 is aangegeven hoe de hoogte van de specifieke voorziening wordt bepaald. De omvang van die voorzieningen hebben is gelijk aan de achterliggende verplichtingen of risico’s. Mutaties in voorzieningen wegens toevoegingen of door vrijval, vloeien dus uitsluitend voort uit het aanpassen aan een nieuw noodzakelijk niveau. De overige mutaties bestaan alleen uit verminderingen wegens aanwending voor het doel waarvoor de voorziening is ingesteld.
Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan (artikel 45 BBV)
6. Opheffen en maximale looptijd
Indien een van de voorwaarden onder 1 is komen te vervallen.
IN ONDERSTAANDE TABEL ZIJN DE BELANGRIJKSTE VERSCHILLEN TUSSEN RESERVES EN VOORZIENINGEN WEERGEGEVEN:
Verschillen tussen reserves en voorzieningen
5. Reserves en voorzieningen in de P&C cyclus
Bij het opstellen van de begroting en meerjarenraming worden de reserves en voorzieningen integraal beoordeeld en worden de meerjarige uitgaven en inkomsten geactualiseerd. Hierbij wordt onder andere gekeken naar de noodzaak voor het aanhouden van de reserves en voorzieningen, de omvang en de (meerjarige)ontwikkeling hiervan. Daarnaast wordt beoordeeld of het noodzakelijk is om nieuwe reserves of voorzieningen in te voeren. Een meerjarig overzicht van de reserves en voorzieningen wordt in de programmabegroting op totaalniveau opgenomen in de geprognosticeerde balans, alsmede in een ‘Overzicht reserves en voorzieningen’
Mutaties op reserves vereisen de instemming van de gemeenteraad. De gemeenteraad keurt met het vaststellen van de begroting de voorgenomen onttrekkingen en stortingen in de reserves goed. De vaststelling van de begroting heeft een begrotingswijziging tot gevolg die in de financiële administratie wordt doorgevoerd.
In de jaarrekening wordt in de toelichting op de balans per reserve en per voorziening het verloop gedurende het jaar weergegeven. Daarnaast wordt een korte toelichting gegeven op de mutaties die in enig jaar zijn opgenomen. Door de vaststelling van de jaarrekening door de gemeenteraad vindt vaststelling plaats van de gerealiseerde onttrekkingen en stortingen in reserves en voorzieningen.
De algemene reserve en de reserve grondbedrijf vormen een onderdeel van de berekening van het weerstandsvermogen. De overige reserves worden niet meegenomen in de bepaling van het weerstandsvermogen omdat hier een bestemming aan ten grondslag ligt.
Bijlage 1 Relevante wet- en regelgeving
BESLUIT BEGROTING EN VERANTWOORDING GEMEENTEN PROVINCIES
Het overzicht van baten en lasten in de begroting bevat:
De toelichting op het overzicht van baten en lasten bevat ten minste:
De toelichting op het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening bevat ten minste:
Bijlage 3 Overzicht voorzieningen
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-505766.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.