Nadere regel tot wijziging van de Nadere regels subsidies gemeente Groningen

Het college van burgemeester en wethouders van Groningen;

 

Gelet op:

  • -

    artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Groningen 2024

BESLUIT:

 

vast te stellen de volgende Nadere regel tot wijziging van de Nadere regels subsidies gemeente Groningen

Artikel I Nadere regels

  • A.

    In Hoofdstuk 5 Sport en bewegen worden de paragrafen 5.1 , 5.2 en 5.3 in het geheel vervangen en komen te luiden als volgt:

Paragraaf 5.1 Sport algemeen

 

Artikel 5:1 Begripsbepalingen

In aanvulling op het begrippenkader zoals vastgelegd in de verordening wordt voor de toepassing van dit hoofdstuk verstaan onder:

  • a.

    sportclub: verband waar mensen met enige regelmaat samen sporten: in verenigingsverband, of anders georganiseerd en gevestigd in de gemeente Groningen;

  • b.

    clubgebouw (kantine): een gebouw of deel daarvan dat grotendeels gebruikt wordt door de leden van de subsidieontvanger, anders dan voor de beoefening van sport;

  • c.

    duurzame sportmaterialen: materialen bestemd voor het beoefenen van een binnensport, die niet behoren tot de basisuitrusting ten behoeve van het bewegingsonderwijs van een gemeentelijke binnensportaccommodatie en die onder normale omstandigheden een levensduur hebben van tenminste 3 jaren;

  • d.

    seizoensaanvraag: een roosteraanvraag bij Sport050 om huur van een sportaccommodatie voor de duur van een sportseizoen;

  • e.

    sportseizoen: het tijdvak lopend van 1 augustus tot en met 31 juli daaropvolgend. Als de landelijke sportbond waarbij de subsidieaanvrager is aangesloten een ander tijdvak hanteert, geldt dat laatstgenoemde tijdvak;

  • f.

    gemeentelijke sportaccommodatie: een sportaccommodatie die het eigendom is van de gemeente Groningen;

  • g.

    sportverenigingstarief: het tarief voor verenigingen, bestaande uit seniorentarief en jeugdtarief, zoals gehanteerd door Sport050 en aangesloten bij een sportbond en erkend door NOC*NSF en ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

  • h.

    Sportinfrastructuur: het geheel aan gebouwen, velden, sportmaterialen en overige fysieke zaken die noodzakelijk zijn om sportuitoefening mogelijk te maken of bewegen te stimuleren;

  • i.

    sportief kapitaal: de verzameling van fysiologische, sociale en psychologische competenties en ervaringen die een individu stimuleren en motiveren om op de lange termijn deel te nemen aan sport en bewegen;

  • j.

    Adviescommissie voor de Sport: commissie door de gemeenteraad en het college van B&W ingesteld die tot taak heeft gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan het college van Burgemeester & Wethouders en/of gemeenteraad op het terrein van sport en bewegen.

Paragraaf 5.2 Co-financieringsfonds Sport

 

Artikel 5:2 Subsidiabele activiteiten

Het college kan aan sportclubs subsidie verlenen in de kosten van sportinfrastructuur:

  • a.

    aanschaf van duurzame sportmaterialen die bijdragen aan het realiseren van nieuw aanvullend aanbod van de club.

  • b.

    investeringen in noodzakelijke uitbreiding of vernieuwing van clubgebouwen (kantines) die verband houden met de groei en/of veranderd gebruik van het gebouw.

  • c.

    investeringen in nieuwbouw, uitbreiding, of vernieuwing van sportaccommodaties die een aanvulling zijn op het gemeentelijke aanbod van sportaccommodaties en leiden tot meer sportieve activiteiten.

Artikel 5:3 Subsidie per activiteit

  • 1.

    Met toepassing van artikel 14 lid 2 van de ASV bedraagt de subsidie:

    • a.

      Voor de in het vorige artikel, onder a. genoemde activiteiten maximaal 50% van de noodzakelijke kosten met een maximum van € 4.000,- per aanvraag;

    • b.

      Voor de in het vorige artikel, onder b. genoemde activiteiten maximaal 50% van de noodzakelijke kosten met een maximum van € 45.000,- per aanvraag;

    • c.

      Voor de in het vorige artikel, onder c. genoemde activiteiten maximaal 50% van de noodzakelijke kosten met een maximum van € 45.000,- per aanvraag.

Artikel 5:4 Bijzondere bepalingen/verplichtingen

  • 1.

    In de subsidieaanvraag wordt beschreven hoe door middel van de gewenste investering wordt bijgedragen aan het ontwikkelen van sportief kapitaal in Groningen. Nadere informatie wat daaronder wordt verstaan, staat beschreven in het aanvraagformulier.

  • 2.

    Het college informeert de Adviescommissie voor de Sport over de verdeling van de middelen. Indien het budget wordt overvraagd, brengt de Adviescommissie voor de Sport advies uit over de verdeling van middelen, over gelijkwaardige aanvragers, na toepassing van de verdelingsregels.

Artikel 5:5 Aanvullende weigeringsgronden

  • 1.

    Het college wijst een subsidieaanvraag voor de in artikel 5:2, onder b. en c. genoemde activiteiten af, als het bouwplan niet voldoet aan de eisen die het bouwbesluit stelt.

  • 2.

    Subsidie op grond van deze paragraaf wordt geweigerd indien de aanvraag betrekking heeft op de nieuwbouw, uitbreiding of vernieuwing van kleedkamers in eigendom van de gemeente op gemeentelijke sportparken.

  • 3.

    Subsidie op grond van deze paragraaf wordt geweigerd indien de aanvraag betrekking heeft op de uitbreiding of vernieuwing van kleedkamers in eigendom van de aanvrager op gemeentelijke sportparken, als de noodzaak daartoe ontbreekt (geen veranderend gebruik) en er geen schriftelijke toestemming wordt verleend door Sport050.

  • 4.

    Subsidie op grond van deze paragraaf wordt geweigerd indien de aanvraag betrekking heeft op duurzaamheidsmaatregelen en reguliere vervangingsinvesteringen.

Artikel 5:6 Subsidieplafond en verdelingsregels

  • 1.

    Voor subsidieaanvragen zoals bedoeld in artikel 5:2 onder a. gelden de volgende regels:

    • a.

      het subsidieplafond bedraagt het budget “duurzame sportmaterialen” dat voor het betreffende subsidietijdvak door het college wordt vastgesteld;

    • b.

      het college verdeelt het subsidiebedrag over de aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie op volgorde van binnenkomst.

    • c.

      Deze subsidie kan eens in de vijf jaar worden aangevraagd.

  • 2.

    Voor subsidieaanvragen zoals bedoeld in artikel 5:2 onder b. en c. gelden de volgende regels:

    • a.

      het subsidieplafond bedraagt het budget “duurzame sportfaciliteiten” dat voor het betreffende subsidietijdvak door het college wordt vastgesteld;

    • b.

      Deze subsidie kan eens in de vijf jaar worden aangevraagd.

    • c.

      als het totaal van de aanvragen hoger is dan het subsidieplafond, dan honoreert het college de aanvragen die aan de voorwaarden voldoen in deze volgorde:

      • i.

        aanvragen afkomstig van subsidieontvangers die nog niet eerder op basis van artikel 5:2 onder b. en c. subsidie ontvangen hebben gaan voor;

      • ii.

        de mate waarin de subsidieaanvragen bijdragen aan het ontwikkelen van sportief kapitaal in Groningen.

    • d.

      resteert er na bovenstaande verdeelwijze nog een deel van het subsidiebudget dan verzamelt het college subsidieaanvragen die voor 1 april zijn ingediend. Het college honoreert deze aanvragen op dezelfde wijze als die voor 1 oktober zijn ingediend, rekening houdend met dezelfde verdelingsregels zoals genoemd in dit artikel.

    • e.

      Na 1 april worden er geen aanvragen voor het lopende kalenderjaar in behandeling genomen.

Toelichting indieningstermijnen (paragraaf 5.2)

 

De indieningstermijnen voor de subsidies in deze paragraaf vallen onder de regels daarvoor, zoals in de ASV bedoeld. Dat betekent dat voor de subsidie bedoeld in artikel 5:2 onder a. (“duurzame sportmaterialen”) gedurende het gehele jaar aangevraagd kan worden (zie artikel 7 tweede lid ASV). Voor de subsidies bedoeld in artikel 5:2 onder b. en c. (“duurzame sportfaciliteiten”) dient de aanvraag voor 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de subsidie gebruikt zal gaan worden, ingediend te worden (zie artikel 7 eerste lid ASV).

 

Paragraaf 5.3 Compensatie huur niet gemeentelijke sportaccommodaties

 

Artikel 5:7 Subsidiabele activiteiten

Het college kan aan sportclubs die een seizoensaanvraag bij de gemeente Groningen hebben ingediend, maar die niet in een gemeentelijke accommodatie terecht kunnen, een subsidie verlenen voor de compensatie van de huur bij het gebruik van niet-gemeentelijke sportaccommodaties.

 

De uitvraag seizoensplanning wordt jaarlijks medio april door Sport050 aan alle gebruikers verstuurd. Nieuwe clubs kunnen contact opnemen met Sport050 voor informatie over een geschikte accommodatie via verhuur@sport050.nl 

 

Artikel 5:8 Subsidie per activiteit

In afwijking van artikel 14 van de ASV bedraagt de subsidie nooit meer dan een vergoeding voor de uren die zijn aangevraagd via het aanvraagformulier voor de seizoensplanning bij Sport050; de huurperiode is minimaal 3 maanden. Voor deze subsidieregeling geldt een maximum bedrag van 25% bovenop de gemeentelijke tarieven voor het gebruik van een niet-gemeentelijke sportaccommodatie.

 

Artikel 5:9 Bijzondere bepalingen/verplichtingen

  • 1.

    In afwijking van artikel 7 van de ASV dienen subsidieaanvragen in het kader van deze paragraaf, uiterlijk 8 weken na aanvang van de zomervakantie (Primair Onderwijs), bij het college te worden ingediend.

  • 2.

    Een subsidieaanvraag wordt in behandeling genomen als het subsidiebedrag hoger is dan € 500,--.

  • 3.

    Een subsidieaanvraag wordt in behandeling genomen als blijkt dat het gaat om gebruik van minimaal 12 achtereenvolgende weken.

  • 4.

    In afwijking van artikel 16 van de ASV dient de verleende subsidie te worden verantwoord. De aanvrager zal moeten aantonen dat de verleende subsidie is ingezet ter bekostiging van de hogere huur van de niet gemeentelijke accommodaties.

Artikel 5:10 Aanvullende weigeringsgronden

Het college kan een aanvraag voor subsidie voor de compensatie van de huur bij het gebruik van een niet-gemeentelijke sportaccommodatie weigeren als de subsidieaanvrager naar het oordeel van het college van een gemeentelijke accommodatie gebruik kan maken.

 

Artikel 5:11 Subsidieplafond en verdelingsregels

  • 1.

    Het subsidieplafond bedraagt het budget “compensatie huur niet gemeentelijke sportaccommodaties” dat voor het betreffende subsidietijdvak door het college wordt vastgesteld.

  • 2.

    Als het totaal van de aanvragen hoger is dan het subsidieplafond, dan honoreert het college de aanvragen naar evenredigheid over de op tijd ingediende subsidieaanvragen. Dit kan betekenen dat de subsidiebijdrage voor het betreffende jaar lager kan uitvallen dan de maximale 25%.

Artikel II Inwerkingtreding

De wijziging van de nadere regel genoemd in onderdeel A treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

Gedaan te Groningen in de collegevergadering van 19 november 2024

Wnd. burgemeester,

Mirjam van ’t Veld

De secretaris,

Christien Bronda

Naar boven