Vastgesteld bestemmingsplan Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied

Burgemeester en wethouders van Lopik maken bekend dat de gemeenteraad, bij besluit van 24 september 2024, het bestemmingsplan “Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” heeft vastgesteld. Het plan heeft de planidentificatie NL.IMRO.0331.Tweedeherzlandgeb-BP01 en is conform de artikelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 van het Besluit ruimtelijke ordening in elektronische vorm vastgelegd en in die vorm vastgesteld.

Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied

Het bestemmingsplan “Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” omvat een aantal wijzigingen in de regels en op de planverbeelding van de vastgestelde bestemmingsplannen “Landelijk gebied” (08-03-2023) en de “Eerste herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” (07-02-2023).

In de plantoelichting is beschreven op welke onderdelen het bestemmingsplan is gewijzigd. Het betreffen specifieke situaties op de planverbeelding waar bijvoorbeeld is gebleken dat er een verkeerde aanduiding was opgenomen. Daarnaast betreft het wijzigingen als reactie op gesprekken die zijn gevoerd met indieners van beroepszaken tegen het bestemmingsplan “Landelijk gebied”, zoals dat op 22 maart 2022 door de gemeenteraad van Lopik is vastgesteld. Tot slot hebben de zienswijzen op het ontwerpbestemmingsplan weer aanleiding gegeven om het plan gewijzigd vast te stellen. In de Nota van zienswijzen en ambtshalve wijzigingen zijn die aanpassingen beschreven.

De delen van de plannen “Landelijk gebied” en “Eerste herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” die niet zijn gewijzigd, maken opnieuw deel uit van de tweede herziening. Daarmee is beoogd om een zo volledig mogelijk en duidelijk planologisch kader raadpleegbaar te stellen voor eenieder op de landelijke voorziening van ruimtelijkeplannen.nl.

Crisis- en herstelwet

Op het bestemmingsplan “Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit brengt met zich mee dat de beroepsgronden in het beroepschrift moeten worden opgenomen, dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend, en dat na afloop van de beroepstermijn het beroepschrift niet meer kan worden aangevuld.

Ter inzage

Het vastgestelde bestemmingsplan “Tweede herziening bestemmingsplan Landelijk gebied” en de bijbehorende stukken liggen van 28 november 2024 tot en met 8 januari 2025 voor eenieder ter inzage en zijn raadpleegbaar op de landelijke voorziening van www.ruimtelijkeplannen.nl met de IMRO code NL.IMRO.0331.Tweedeherzlandgeb-BP01 en de gemeentelijke website.

Indien u het bestemmingsplan in het gemeentehuis wilt inzien kunt u hiervoor een afspraak maken via het algemeen telefoonnummer 0348 559955 (tot 12:30 uur bereikbaar).

Beroep

Belanghebbenden die bezwaar hebben tegen de wijzigingen die de gemeenteraad, met het besluit over de tweede herziening d.d. 24 september 2024 heeft aangebracht, kunnen tegen dit besluit binnen de termijn van terinzagelegging beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het beroep kan alleen worden gericht tegen de inhoud van de tweede herziening. Degene die beroep heeft ingesteld kan tevens een verzoek om voorlopige voorziening indienen.

Een eerder ingesteld beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, gericht tegen de vaststelling van het bestemmingsplan “Landelijk gebied” op 8 maart 2022, heeft op grond van artikel 6:19 van de Algemene wet bestuursrecht mede betrekking op de tweede herziening van het bestemmingsplan Landelijk gebied.

Het beroep dient te worden gericht aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

Voor het in behandeling nemen van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd.

Inwerkingtreding

Het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan treedt in werking daags na afloop van de genoemde termijn van terinzagelegging. Het instellen van beroep schorst de werking van het besluit niet. Degenen die beroep hebben ingesteld, kunnen verzoeken om een voorlopige voorziening bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Indien het verzoek om voorlopige voorziening tijdens de beroepstermijn is ingediend, treedt het besluit niet in werking voordat op het verzoek is beslist.

Voor het in behandeling nemen van een verzoek om voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

Naar boven