Verkeersbesluit instellen verbod voor plaatsen fietsen en bromfietsen NS Station Haarlem en omgeving

Nr.  2024/2021915

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem,

gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) en de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW).

 

Overwegende:

dat de Jansweg, Stationsplein, Kruisweg, Lange Herenstraat, Kennemerplein, Prinsen Bolwerk, Staten Bolwerk, de Kennemerbrug, Korte Rozenstraat, Rozenstraat, Kenaustraat, de Kruisweg, de Tuinstraat, Korte Herenstraat gelegen zijn binnen de bebouwde kom van Haarlem;

dat de hierboven genoemde wegen in het beheer zijn bij de gemeente Haarlem;

dat dit wegen zijn zoals bedoeld in artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994;

dat gelet op dit artikel het college van burgemeester en wethouders van Haarlem bevoegd is verkeersbesluiten te nemen voor de voornoemde wegen;

dat de bevoegdheid voor het nemen van verkeersbesluiten door het college van burgemeester en wethouders van Haarlem is gemandateerd aan het afdelingshoofd Beheer en Beleid Openbare Ruimte, waarbij ondermandaat is verleend aan de Teammanager beleid;

dat de verkeersfunctie in een verblijfsgebied ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie;

dat de voornoemde wegen deel uitmaken van de binnenstad van Haarlem;

dat het fiets- en bromfietsgebruik in de omgeving van de binnenstad hoog is;

dat grote aantallen willekeurig gestalde fietsen en bromfietsen hinder en overlast geven;

dat de gemeente Haarlem schone en gezonde vormen van vervoer stimuleert, waaronder het gebruik van de fiets;

dat daarom rond het NS Station Haarlem grote gratis fietsenstallingen zijn gerealiseerd,

dat in het gebied waarin de voornoemde wegen zijn gelegen voldoende vakken zijn en rekken voor het plaatsen van fietsen en bromfietsen aanwezig zijn;

dat deze stallingen, vakken en rekken, de oplossing moeten bieden voor de eerder genoemde problematiek met betrekking tot het plaatsen van fietsen en bromfietsen;

dat het plaatsen van fietsen en bromfietsen buiten de daarvoor bestemde plaatsen, ten koste gaat aan de toegankelijkheid van het verkeer en het gebruik van de trottoirs door voetgangers en mensen met een handicap op het Stationsplein en directe omgeving;

dat gelet op artikel 27 van het RVV 1990 fietsen en bromfietsen geplaatst worden op het trottoir, op het voetpad of in de berm dan wel op andere door het bevoegde gezag aangewezen plaatsen;

dat op grond van de APV er maatregelen zijn genomen om het hinderlijke en overlast veroorzakende parkeren van fietsen en bromfietsen op de voornoemde wegen tegen te gaan;

dat daartoe een separaat besluit op grond van de APV is genomen waarop kan worden gehandhaafd en bestuursdwang kan worden toegepast op fietsen en bromfietsen die buiten de daartoe bestemde plaatsen zijn gestald;

dat om praktische redenen het toepassen van bestuursdwang op grond van deze APV-bepalingen op het stallen van bromfietsen vrijwel onmogelijk is;

dat deze praktische bezwaren vooral zijn gelegen in het arbo-technische feit dat het veelvuldig tillen van bromfietsen vanwege hun massa een gezondheidsrisico voor de werknemer kan opleveren alsmede de milieubelasting die kan ontstaan als gevolg van het lekken van vloeistoffen in de opslagruimte voor verplaatste bromfietsen;

dat aangezien de handhaving op het plaatsen van fietsen en de daarbij behorende bestuursdwang plaatsvindt op basis van APV-bepalingen, op dezelfde weggedeelten waar (zone-)borden E3 worden geplaatst, de handhaving beperkt kan worden tot toezicht op de naleving van de in het RVV 1990 opgenomen gedragsregels voor het plaatsen van bromfietsen;

dat middels ‘bekeuren op kenteken’ efficiënt en effectief kan worden gehandhaafd op een door middel van bord E3 aangeduid verbod tot het plaatsen van bromfietsen;

dat het daarom gewenst is om op de wegen in het Stationsgebied een verbod in te stellen voor het plaatsen van fietsen en bromfietsen buiten de daarvoor bestemde weggedeelten;

dat voornoemde maatregelen worden gerealiseerd door het instellen van een verbod om fietsen en bromfietsen te plaatsen door middel van het plaatsen van begin/einde zoneborden E3 van bijlage 1 van het RVV 1990 op de voornoemde wegen nabij het NS Station Haarlem;

dat de gedragsregel van artikel 27 van het RVV 1990 komt te vervallen door het verkeersteken bord E3 uit bijlage 1 van het RVV 1990;

dat bovenstaande overeenkomt met de voorgeschreven regels zoals bedoeld in artikel 62 en artikel 63 van het RVV 1990;

dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het verwijderen en plaatsen van borden E3 van bijlage 1 van het RVV 1990 een verkeersbesluit is vereist;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor benoemde verkeersmaatregel strekt tot het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg en het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer in het geding komt met uitvoeren van de hiervoor benoemde verkeersmaatregel;

dat gelet op alle voorgaande overwegingen het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer ondergeschikt is aan het verzekeren van de veiligheid op de weg en het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

dat gelet op artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de gemandateerde van de politie;

dat de politie heeft ingestemd met de hierna genoemde verkeersmaatregel.

 

Het besluit:

Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem besluit:

- door middel van het plaatsen van begin/einde zoneborden E3zb en E3ze van bijlage 1 van het RVV 1990 een verbod voor het plaatsen van fietsen en bromfietsen in te stellen op de volgende wegen:

 

  • 1.

    Staten Bolwerk ter hoogte van huisnummers 36-42

  • 2.

    Uitgang Park ter hoogte van Staten Bolwerk nr 5

  • 3.

    Kennemerplein 5

  • 4.

    Prinsen Bolwerk 1-8

  • 5.

    Uitgang park tussen Prinsen Bolwerk 1 en Kennemerplein 23

  • 6.

    Aansluiting Baljuwslaan op Jansweg

  • 7.

    Parkstraat tussen Jansweg 23 en 25

  • 8.

    Aansluiting Jansweg op Parklaan tussen Parklaan 59 en Jansweg 40

  • 9.

    Kruisweg aansluiting op Parklaan tussen Kruisweg 55 en 68

  • 10.

    Tuinstraat aansluiting op Parklaan

  • 11.

    Kenaustraat aansluiting op de Tuinstraat

  • 12.

    Rozenstraat ter hoogte van 25-27

Aldus vastgesteld op 15 november 2024 te Haarlem

Namens het college van burgemeester en wethoudersvan Haarlem,

Melvin Werkhoven

Teammanager Bereikbaarheid

 

Dit besluit treedt in werking na bekendmaking in het Gemeenteblad. Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na publicatie van dit besluit in het Gemeenteblad bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Haarlem, Postbus 511, 2003 PB te Haarlem. Het bezwaarschrift moet de naam en het adres vermelden van degene die bezwaar maakt, zijn ondertekend en de datum vermelden waarop het is opgesteld. Daarnaast verzoeken wij u om ook uw telefoonnummer en/of e-mailadres te vermelden. Dit maakt het makkelijker om contact met u op te nemen over uw bezwaarschrift. In het bezwaarschrift moet ook worden aangegeven tegen welk besluit bezwaar wordt gemaakt en waarom het bezwaar wordt gemaakt. Door het indienen van het bezwaarschrift wordt dit besluit niet opgeschort. Bij een spoedeisend belang kan degene die een bezwaarschrift heeft ingediend een voorlopige voorziening vragen aan de voorzieningenrechter van de rechtbank, sector bestuursrecht, postbus 1621, 2003 BR te Haarlem. Bij het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening moeten griffierechten worden betaald.

 

Naar boven