Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen gemeente Tytsjerksteradiel 2024

De raad van de gemeente Tytsjerksteradiel,

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 27 augustus 2024, met overneming van de daarin vermelde motieven,

gelet op artikel 3.8 en 3.9 van de Wet Basisregistratie Personen (Wet BRP) en de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG),

b e s l u i t:

• 1. De verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen gemeente Tytsjerksteradiel 2024 vast te stellen;

• 2. De eerdere verordening met betrekking tot de basisregistratie personen van gemeente Tytsjerksteradiel in te trekken.

Artikel 1. Begripsomschrijving

• 1. De begripsbepalingen uit de Wet BRP werken door in deze verordening. Daarmee wordt in deze verordening verstaan onder:

  • a. AVG: Algemene verordening gegevensbescherming (Verordening (EU) 2016/679) betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46 EG;

  • b. Wet: de Wet basisregistratie personen, ingegaan op 6 januari 2014 (Wet BRP);

  • c. Basisregistratie: de basisregistratie personen, bedoeld in artikel 1.2 van de Wet basisregistratie personen;

  • d. De bijhoudingsgemeente: de gemeente waarvan het college van burgemeester en wethouders op grond van artikel 1.4 wet BRP verantwoordelijk is voor de bijhouding van de persoonslijst;

  • e. Derde: elke natuurlijke persoon niet zijnde een overheidsorgaan of een ingeschrevene en elke rechtspersoon die niet krachtens publiekrecht is ingesteld, noch met enig openbaar gezag is bekleed;

  • f. Ingeschrevene: degene ten aanzien van wie een persoonslijst in de basisregistratie is opgenomen;

  • g. Overheidsorgaan: een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed;

  • h. Persoonslijst: het geheel van gegevens, bedoeld in artikel 2.7, eerste lid, en 2.69, eerste lid, van de Wet basisregistratie personen over één persoon in de basisregistratie;

  • i. Werkzaamheden met een gewichtig maatschappelijk belang: de werkzaamheden als genoemd in bijlage 1 van het Reglement gegevensverstrekking basisregistratie personen gemeente Tytsjerksteradiel 2024;

  • j. Derden met een gewichtig maatschappelijk belang: categorieën van derden als genoemd in bijlage 1 Reglement gegevensverstrekking basisregistratie personen gemeente Tytsjerksteradiel 2024;

  • k. Gemeentelijke organen: overheidsorgaan van de gemeente waaraan gegevens kunnen worden verstrekt voor zover dit is bepaald bij nadere regeling van het college.

• 2. Mocht er een wijziging in één van deze begripsbepalingen in de Wet BRP worden doorgevoerd, wordt onder bovengenoemde begrippen verstaan wat daaronder ook in de Wet BRP mee wordt verstaan.

Artikel 2. Verstrekking aan gemeentelijke organen

Het college van burgemeester en wethouders verstrekt overeenkomstig artikel 3.8 van de Wet BRP, aan een overheidsorgaan van deze gemeente gegevens uit de basisregistratie personen, voor zover dit is bepaald bij nadere regeling van het college.

Artikel 3. Verstrekking aan derden

• 1. Het college van burgemeester en wethouders kan overeenkomstig artikel 3.9 van de Wet basisregistratie personen, op verzoek van een derde aan hem gegevens verstrekken uit de basisregistratie personen, aan:

  • a. een derde die voorafgaande schriftelijke toestemming heeft van degene wiens gegevens worden verstrekt;

  • b. derden die werkzaamheden verrichten met een gewichtig maatschappelijk belang voor de gemeente met inachtneming van het bepaalde in artikel 1, onder i en j.

• 2. Verstrekking overeenkomstig het eerste lid, aanhef en onder b, vindt enkel plaats voor zover deze noodzakelijk is voor de behartiging van het gerecht¬vaardigde belang van de derde en het belang of de fundamentele rechten en vrijheden van de ingeschrevene niet aan de verstrekking in de weg staan.

• 3. Het college van burgemeester en wethouders wijst aan:

  • a. de werkzaamheden met een gewichtig maatschappelijk belang voor de gemeente, ten behoeve waarvan gegevens uit de basisregistratie kunnen worden verstrekt;

  • b. de categorieën van derden die in aanmerking komen voor verstrekking van gegevens uit de basisregistratie.

Artikel 4. Voorwaarden verzoeken van derden

Verzoeken van derden moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:

• a. De verzoeker mag geen rechtspersoon met winstoogmerk betreffen;

• b. Het verzoek mag geen commercieel doel betreffen;

• c. D verzoeker kan zijn doel of doelgroep niet op een minder ingrijpende wijze bereiken;

• d. Het doel betreft een maatschappelijk of gemeentelijk belang of het doel ligt in het verlengde van het gemeentelijk beleid.

Artikel 5. Inwerkingtreding en citeertitel

• 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking;

• 2. Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen gemeente Tytsjerksteradiel 2024’.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 19 september 2024,

De raad voornoemd,

Bijlage I. Toelichting

De Wet- en het Besluit basisregistratie personen is met ingang van 6 januari 2014 in werking getreden en vormt vanaf dit moment het wettelijke kader voor de basisregistratie personen. Aanleiding van deze nieuwe verordening is de intrekking van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp), de invoering van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de daaropvolgende technische wijzigingen van de Wet BRP. Met het invoeren van deze verordening zal de eerdere verordening met betrekking tot de basisregistratie personen ingetrokken worden.

Deze verordening geeft uitvoering aan de artikelen 3.8 en 3.9 van de Wet BRP waarin respectievelijk verstrekkingen aan overheidsorganen en verstrekkingen aan derden zijn geregeld. Gemeenten kunnen zelfstandig hun informatiehuishouding met betrekking tot de eigen inwoners inrichten. De gemeenten kunnen in dit opzicht een eigen beleid voeren, waarbij zij uiteraard niet buiten de in de Wet BRP en het besluit BRP vastgelegde kaders kunnen treden. De genoemde wettelijke kaders beogen te waarborgen dat ook de verstrekkingen uit de basisregistratie niet leiden tot een onevenredige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de ingeschreven personen.

Het gaat in deze verordening om verstrekking door het college van burgemeester en wethouders (hierna: college) van gegevens uit de basisregistratie, over inwoners van de eigen gemeente aan:

• organen van de eigen gemeente (op grond van artikel 3.8 van de Wet BRP, zie artikel 2 van deze verordening), en

• derden (op grond van artikel 3.9 van de Wet BRP, zie artikel 1, onder i en j en artikel 3 van deze verordening) die geen (semi-)overheidsorgaan zijn en ook geen “bijzondere derde” die door de minister is aangewezen (zie ook bijlage 4 en 5 van het Besluit BRP).

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsomschrijving

De begripsbepalingen uit de Wet BRP werken door in deze verordening. Mocht er een wijziging in één van deze begripsbepalingen in de Wet BRP worden doorgevoerd, wordt onder bovengenoemde begrippen verstaan wat daaronder ook in de Wet BRP mee wordt verstaan.

Artikel 2. Verstrekking aan gemeentelijke organen

Met dit artikel wordt het college de bevoegdheid gegeven om gegevens uit de basisregistratie te verstrekken aan gemeentelijke organen. Het college verstrekt de gegevens zelf, al dan niet systematisch, met dien verstande dat slechts gegevens worden verstrekt die noodzakelijk zijn voor de goede vervulling van de taak van de betreffende organen (zie artikel 3.8, tweede lid, van de Wet BRP).

Artikel 3. Verstrekking aan derden

Dit artikel maakt het mogelijk dat op verzoek van een derde aan hem door het college gegevens worden verstrekt over inwoners van de gemeente. De verstrekking kan echter uitsluitend plaatsvinden in twee gevallen, namelijk:

• als de derde voorafgaande schriftelijke toestemming heeft van de ingeschrevene over wie gegevens worden verstrekt (artikel 3.9, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet BRP); of

• het een verzoek betreft ten behoeve van door een derde verrichte werkzaamheden met een gewichtig maatschappelijk belang voor de gemeente (artikel 3.9, eerste lid, aanhef en onder b, en tweede lid van de Wet BRP).

De wetgever heeft de verstrekking van gegevens uit de BRP aan een groot aantal derden al voorzien in de Wet BRP. Desondanks kunnen er lokale maatschappelijke belangen zijn, waarin de wetgever niet heeft voorzien. In die gevallen is de gemeente bevoegd om werkzaamheden met een maatschappelijk belang, dat samenvalt met een gemeentebelang aan te wijzen als werkzaamheden, waarvoor gegevens mogen worden verstrekt over inwoners van de gemeente Tytsjerksteradiel. Die gegevens mogen worden verstrekt aan nader te bepalen categorieën derden die die werkzaamheden uitvoeren.

In verband met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de ingeschrevenen schrijft de Wet BRP in artikel 3.9, tweede lid voor, dat de gemeentelijke verordening de verstrekking van gegevens over hen slechts mag toestaan voor zover deze noodzakelijk is voor de behartiging van het gerechtvaardigde belang van de derde. Ook is het van belang dat de fundamentele rechten en vrijheden van de ingeschrevene (waaronder ook diens recht op privacy moet worden begrepen) niet aan de verstrekking in de weg staan. De gemeente verstrekt alleen persoonsgegevens uit de BRP wanneer de gegevens niet op een andere manier verzameld kunnen worden.

Uitgangspunt is dat slechts werkzaamheden worden aangewezen die samenhangen met een overheidstaak, die strekken tot het in stand houden van een voorziening voor burgers die onderwerp is van overheidszorg of waarbij anderszins gelet op de overheidsbemoeienis met die werkzaamheden ondersteuning daarvan door gegevensverstrekking uit de basisregistratie gerechtvaardigd is (zie artikel 3.9, lid 5 jo. 3.3 lid 2 Wet BRP).

Daarnaast kan de verstrekking uitsluitend betrekking hebben op een aantal in de Wet BRP met name genoemde gegevens (zie artikel 3.9, lid 4 Wet BRP). Bij het aanwijzen van de werkzaamheden en categorieën zal steeds een afweging gemaakt moeten worden tussen deze belangen en de doeleinden waarvoor verstrekking wordt toegestaan.

Aan een derde worden geen persoonsgegevens verstrekt als de betrokkene op grond van artikel 3.21 Wet BRP verzocht heeft om verstrekkingsbeperking/geheimhouding. De toestemming, zelfs als deze direct voorafgaand aan het verzoek van de derde door de ingeschrevene is gegeven, maakt de verstrekkingsbeperking niet ongedaan. De ingeschrevene zal in dat geval eerst de registratie van de verstrekkingsbeperking moeten laten opheffen, voordat verstrekking aan de derde kan plaatsvinden.

Artikel 4. Voorwaarden verzoeken van derden

Verzoeken van derden moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:

• a. De verzoeker mag geen rechtspersoon met winstoogmerk betreffen: dat wil zeggen dat de verzoeker geen organisatie (bijvoorbeeld besloten vennootschap, coöperatie e.d.) mag zijn met als doel om winst te willen maken;

• b. Het verzoek mag geen commercieel doel betreffen: dit betekent dat de gegevens niet nodig mogen zijn om een commercieel doel te behalen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het verwerven van nieuwe klanten/leden of het bijhouden van een eigen administratie/incasso-werkzaamheden;

• c. Verzoeker kan zijn doel of doelgroep niet op een minder ingrijpende wijze bereiken: dat wil zeggen dat altijd moet worden gekeken of de verzoeker zijn doel niet op een andere minder ingrijpende manier kan bereiken. Bijvoorbeeld door het plaatsen van een oproep op internet of in een plaatselijk huis-aan-huisblad of door bij betrokkenen zelf de gegevens op te vragen;

• d. Het doel betreft een maatschappelijk of gemeentelijk belang of het doel ligt in het verlengde van het gemeentelijk beleid.