Verkeersmaatregel Madoerastraat

Ruimte / Mobiliteit / 2024-1008840

 

Het college van burgemeester en wethouders van Maastricht neemt een verkeersbesluit voor het aanwijzen van twee parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen.

 

Overwegingen

De Madoerastraat is een weg gelegen in de wijk Mariaberg, binnen de gemeente Maastricht, en is bij de gemeente in beheer en onderhoud.

 

Een wijkbewoner heeft een aanvraag gedaan voor een laadpaal voor het opladen van elektrische voertuigen.

 

In het Coalitieakkoord 2014-2018 ‘Wij Maastricht!’ is aangegeven dat duurzaamheid een randvoorwaarde is voor een leefbare stad en dat klimaatneutraal in 2030 wordt bereikt en gefaciliteerd via het Maastrichts Energieakkoord (MEA). Het college van B&W heeft op 31 mei 2016 ingestemd met de collegenota ‘Voorbereiding laadinfrastructuur elektrische voertuigen’. Elektrisch rijden heeft zowel positieve effecten op het klimaat als op de luchtkwaliteit.

 

Het aantal elektrische auto’s in Nederland zal sterk toenemen in de komende jaren en daarom is het noodzakelijk dat er op openbare locaties mogelijkheden aanwezig zijn om deze elektrische voertuigen op te laden. Het is daarom wenselijk om een parkeergelegenheid aan te wijzen voor het opladen van elektrische voertuigen. Bij de keuze van de locatie verder wordt gekeken naar toegankelijkheid en technische geschiktheid en zo min mogelijk hinder voor omwonenden.

 

Via een overeenkomst tussen de gemeente Maastricht en een concessiehouder worden laadpalen geplaatst, beheerd en onderhouden. Bij deze laadpunten moeten echter wel parkeerplaatsen beschikbaar zijn voor elektrische voertuigen om de laadpaal te kunnen gebruiken. Uit onderzoek blijkt dat twee parkeerplaatsen aangelegd en gereserveerd kunnen worden op de Madoerastraat, ter hoogte van Bankastraat 3.

 

Deze maatregel wordt genomen om de weg in stand te houden en de bruikbaarheid daarvan te waarborgen, het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoelend in de Wet Milieubeheer en het bevorderen van doelmatig of zuinig energiegebruik.

 

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW zijn de te nemen verkeersmaatregelen besproken met de Districtchef van politiedistrict Maastricht.

 

BESLUITEN:

  • 1.

    in te trekken het bepaalde ten aanzien van de Madoerastraat in hun besluit van 30 maart 1993, S.O.G. / Stedelijke Inrichting / BD93 / 23

  • 2.

    door het plaatsen van het bord E8c van bijlage I van het RVV 1990 en het onderbord OB504 (pijl links-/rechtsonder) twee parkeerplaatsen aan te wijzen met als doel het opladen van elektrische voertuigen op de Madoerastraat, ter hoogte van Bankastraat 3;

 

Bestaande maatregelen die in stand worden gehouden

 

  • 3.

    de borden A1 (Zone) van Bijlage I van het RVV 1990 om een maximumsnelheid van 30 km/u in te stellen op de Madoerastraat;

  • 4.

    de borden C2, C3 en C4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden om eenrichtingsverkeer in te stellen voor alle bestuurders met uitzondering van (brom)fietsen en lijnbussen op de Madoerastraat in oostelijke richting vanaf de kruising met de ventweg Javastraat tot de kruising met de Bankastraat en de Makassarstraat.

 

Gelet op:

  • artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994) ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap dat deze bevoegdheid op grond van “Mandaatregeling Gemeente Maastricht 2010” is gemandateerd aan het afdelingshoofd Mobiliteit;

  • artikel 15, lid 1, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer opgenomen verkeerstekens, evenals voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd;

  • artikel 15, lid 2, van de WVW 1994 dient er een verkeersbesluit te worden genomen voor het aanbrengen of verwijderen van infrastructurele maatregelen die leiden tot een beperking of een uitbreiding van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken;

  • artikel 12 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) ingevolge het plaatsen en verwijderen van de in dit artikel genoemde verkeerstekens moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • artikel 14 van het BABW, wordt de plaatsing van onderborden, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2 en lid 3 van het BABW, in het betrokken verkeersbesluit tot uitdrukking gebracht;

  • artikel 24 van het BABW ingevolge verkeerbesluiten worden genomen na overleg met de gemandateerde van de korpschef van het nationale politiekorps.

 

 

 

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht,

Wethouder Aarts,

voor deze,

 

E. Westbroek

Teammanager Mobiliteit

 

(Deze brief is digitaal goedgekeurd en daarom niet met de hand ondertekend)

 

Maastricht, 5 november 2024

 

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

 

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

 

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via https://www.gemeentemaastricht.nl/bezwaarschrift-indienen. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

 

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

 

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

 

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

 

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

 

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

 

Bijlage

 

Naar boven