Verkeersbesluit diverse maatregelen Trambaan te Heerenveen

Z.24.447078

Burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen

gelet op de Wegenwet, de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (hierna: RVV 1990), het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW) en de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: Uitvoeringsvoorschriften BABW).

Overwegingen ten aanzien van het besluit

dat de Trambaan is gelegen binnen de bebouwde kom van Heerenveen en in beheer is bij de gemeente Heerenveen;

dat de Trambaan een weg is als bedoeld in artikel 1, lid 1 onder b van de WVW 1994;

dat gelet op artikel 18, lid 1d, van de Wegenverkeerswet 1994 (WVW), burgemeester en wethouders bevoegd zijn om verkeersbesluiten te nemen, te wijzigen en in te trekken;

dat de wegencategorisering in Heerenveen aansluit op de categorisering zoals opgenomen in het landelijke programma duurzaam veilig;

dat de Trambaan is gecategoriseerd als erftoegangsweg binnen de bebouwde kom;

dat op een gebiedsontsluitingsweg de verkeersfunctie ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie; 

dat de Trambaan nabij het trein- en busstation van Heerenveen ligt;

dat het busstation in van september tot december verbouwd gaat worden;

dat hierdoor bussen niet kunnen halteren op daarvoor bestemde plek en dat er daarom gezocht is naar een vervangende locatie om te halteren;

dat deze locatie gevonden is langs de Trambrege;

dat de bussen aan komen rijden via de Trambaan;

dat de wegbreedte van de Trambaan niet breed genoeg is om met bussen en personenauto’s te kunnen passeren;

dat daarom op de Trambaan eenrichtingsverkeer wordt ingesteld in de richting van de Stationsstraat;

dat het aanwijzen van de eenrichtingsweg wordt gerealiseerd door middel van het plaatsen van de borden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat om de ruimte te waarborgen de parkeervakken op de trambaan tussen huisnummer 223 en de Trambrege tijdelijk worden opgeheven;

dat het tijdelijk opheffen van deze parkeervakken wordt gerealiseerd door middel van het verwijderen van de borden E6 en E10 van bijlage 1 van het RVV 1990, inclusief de bijbehorende onderborden;

dat deze verkeersmaatregelen versterkt worden door een parkeerverbod aan beide zijden;

dat het tijdelijk aanwijzen van dit parkeerverbod wordt gerealiseerd door middel van het plaatsen van het borden E1 van bijlage 1 van het RVV 1990, aan beide zijden van de weg;

dat de opgeheven parkeervakken ter behoeven van gehandicapten wordt verplaatst naar de dichtstbijzijnde locatie;

dat deze gevonden is op de Trambaan nabij huisnummer 109;

dat het tijdelijk aanwijzen van dit parkeervak wordt gerealiseerd door middel van het plaatsen van het bord E6 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat het in- en uitstappen van reizigers veilig en vlot moet verlopen;

dat daarom de Trambrege tussen de trambaan en het busstation wordt afgesloten voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen en dat de Trambregge tussen het busstation en de Bielzen wordt afgesloten voor alle motorvoertuigen, uitgezonderd lijnbussen;

dat het tijdelijk aanwijzen van deze verboden wordt gerealiseerd door middel van het plaatsen van het borden C1 en C6 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat daarmee de gesloten verklaring voor alle motorvoertuigen op de Trambregge tussen het busstation en de Bielzen tijdelijk wordt opgeheven, uitgezonderd lijbussen;

dat het tijdelijk opheffen van deze geslotenverklaring wordt gerealiseerd door middel van het verwijderen van het borden C12 van bijlage 1 van het RVV 1990;

dat gelet op artikel 12 van het BABW voor het plaatsen of verwijderen van bord C1, C2, C3, C4, C6, C12, E1, E6 en E10 een verkeersbesluit is vereist;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 de hiervoor genoemde verkeersmaatregelen strekt tot het verzekeren van de veiligheid op de weg en in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

dat gelet op artikel 2 van de WVW 1994 het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer in het geding komt bij het treffen van deze verkeersmaatregelen;

dat het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer van ondergeschikt belang wordt geacht;

dat de genoemde maatregelen niet leiden tot een toename van de geluidsbelasting afkomstig van het wegverkeerslawaai, zoals bedoeld in artikel 21a van het BABW, op geluidsgevoelige gebouwen; 

dat verkeersbesluiten worden genomen na overleg met de (vertegenwoordiger van) de korpschef conform artikel 24 van het BABW die kan instemmen met deze maatregelen.

BESLUIT

Het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen besluit:

• door middel van het plaatsen van de borden C1 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke gesloten verklaring in te stellen op de Trambrege tussen de Bielzen en het busstation;

• door middel van het plaatsen van de borden C2, C3 en C4 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke eenrichtingsweg in te stellen op de Trambaan tussen de Bielzen en de stationsstraat;

• door middel van het plaatsen van de borden C6 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke gesloten verklaring in te stellen voor motorvoertuigen op meer dan twee wielen aan Trambrege ter hoogte van Trambaan tot het busstation;

• door middel van het verwijderen van de borden C12 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke gesloten verklaring op te heffen voor alle motorvoertuigen op de Trambrege ter hoogte van het busstation en de Bielzen;

• door middel van het plaatsen van de borden E1 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke parkeerverbod in te stellen aan Trambaan ter hoogte van huisnummer 223 tot de kruising met de Trambrege;

• door middel van het verwijderen van de borden E10 en E6 van bijlage 1 van het RVV 1990, de tijdelijke parkeervakken op te heffen aan Trambaan ter hoogte van huisnummer 223 tot de kruising met de Trambrege;

• door middel van het plaatsen van de borden E6 van bijlage 1 van het RVV 1990, een tijdelijke gehandicaptenparkeerplaats aan te wijzen aan Trambaan ter hoogte van huisnummer 109;

• een en ander overeenkomstig onderstaande situatieschets.

Situatieschets

Heerenveen, 30 augustus 2024

Burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen

Namens deze,

AfdelingshoofdAfdeling IBOR

Gemeente Heerenveen

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Dit besluit treedt in werking na bekendmaking in het Gemeenteblad. Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na publicatie van dit besluit in het Gemeenteblad bezwaar maken bij burgemeester en wethouders van Heerenveen, postbus, 7500 AA te Heerenveen. Door het indienen van het bezwaarschrift wordt dit besluit niet opgeschort.

Het bezwaarschrift moet de volgende gegevens bevatten:

- uw naam en adres;

- de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft;

- Het kenmerk van het besluit (Z.24.447078)

- een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;

- de reden waarom u het er niet mee eens bent;

- uw handtekening.

Aldus vastgesteld op 29 april 2024 te Heerenveen

Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen,

Afdelingshoofd afdeling IBOR

Naar boven