Preventie- en handhavingsplan 2024-2027 voor de uitvoering van de Alcoholwet

Leeswijzer

Dit plan begint met een korte introductie, gevolgd door een probleemanalyse in hoofdstuk 1. In hoofdstuk 2 zijn op basis daarvan de ambitie en doelstellingen geformuleerd en in hoofdstuk 3 de uitgangspunten voor de beleidskeuzes. In hoofdstuk 4 staan de activiteiten beschreven die moeten bijdragen aan het bereiken van de doelstellingen. Hoofdstuk 5 gaat tenslotte in op samenwerking en evaluatie.

 

Verklaring van begrippen

 

Problematisch alcoholgebruik: al het alcoholgebruik door jongeren onder de 18 jaar, drinken door zwangere vrouwen, overmatig drinken, zwaar drinken, regelmatig bingedrinken, een drinkpatroon dat leidt tot lichamelijke klachten en/of psychische of sociale problemen en dat een adequate aanpak van bestaande problemen verhindert.

Bingedrinken: minstens één keer per maand ten minste vijf glazen alcohol drinken bij één gelegenheid.

Zwaar drinken: minstens één keer per week ten minste zes glazen (mannen) of vier glazen (vrouwen) alcohol op één dag drinken.

Overmatig drinken: het drinken van meer dan 21 glazen per week (mannen) of meer dan 14 glazen per week (vrouwen).

 

Inleiding

 

Met dit Preventie- en handhavingsplan geeft de gemeente invulling aan een belangrijke wettelijke taak (artikel 43a) in de uitvoering van de Alcoholwet (tot 1 juli 2021 de Drank- en Horecawet, DHW). De Alcoholwet is een bijzondere wet die de verstrekking van alcoholhoudende dranken regelt en onze jeugd beschermt tegen de negatieve effecten van alcohol op gezondheid en veiligheid. Een van de verplichtingen die de wet oplegt is het opstellen van een preventie- en handhavingsplan, met name gericht op jongeren. In het plan moeten de doelstellingen, de activiteiten op het gebied van preventie en handhaving en de te behalen resultaten beschreven worden. In ons Preventie- en handhavingsplan ligt de focus op het voorkomen van gebruik en problematisch gebruik onder jongeren (tot 18 jaar) en jongvolwassenen (18-25 jaar).

 

Nationaal Preventieakkoord Alcohol (NPA)

In het Preventie- en handhavingsplan sluit de gemeente zoveel als mogelijk aan op de doelstellingen van het Nationaal Preventieakkoord. In dit akkoord, dat in 2018 door meer dan 70 partijen is afgesloten, is preventie van problematisch alcoholgebruik een van de drie speerpunten, naast preventie van roken en overgewicht. Een veelheid aan organisaties en maatschappelijke partners (waaronder bedrijfsleven, sportorganisaties en onderwijsinstellingen) verbond zich met het Akkoord aan het terugdringen van problematisch alcoholgebruik in 2040.

 

Alcoholwet

De Alcoholwet beperkt beschikbaarheid en regelt een verantwoorde verstrekking van alcohol.

Het beperken van de beschikbaarheid van alcohol is één van de meest effectieve maatregelen om alcoholgebruik te verminderen en de daaraan gerelateerde schade te voorkomen (Babor e.a., 2010; Burton e.a., 2017). De Alcoholwet is een wet die de verstrekking van alcoholhoudende dranken en daarmee de beschikbaarheid van alcohol reguleert. Daarnaast richt de Alcoholwet zich op verantwoorde verstrekking.

 

De Alcoholwet heeft als doel om schadelijke gevolgen van alcoholgebruik tegen te gaan en alcohol gerelateerde overlast terug te dringen. De wet valt onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en is daarmee primair een gezondheidswet. Het toezicht op de naleving van de Alcoholwet is sinds 2013 decentraal belegd en daarmee de verantwoordelijkheid van de gemeente.

 

Samen werken aan Preventie- en handhavingsplan

Dit Preventie- en handhavingsplan is tot stand gekomen in samenwerking met verschillende partners binnen de domeinen gezondheid en veiligheid: GGDrU, Jellinek, politie, handhaving, onderwijs en jongerenwerk. In het voortraject is ook gesproken met diverse sportverenigingen.

 

De gemeente heeft een coördinerende en deels uitvoerende rol. Een kernteam met daarin diverse partners stelt een uitvoeringsplan op en bewaakt de voortgang daarvan. In dit kernteam komen vertegenwoordigers van de gemeente, GGDrU, Jellinek, jongerenwerk, politie, handhaving en het onderwijs samen. Een of twee keer per jaar komen diverse stakeholders samen voor de uitwisseling van kennis en ervaringen op het gebied van alcohol. De stakeholders zijn de leden van het kernteam, aangevuld met o.a. horecaondernemers, wijkteams, sportaanbieders.

 

Aansluiting op Maatschappelijke Agenda

Dit Preventie- en handhavingsplan staat niet op zichzelf. Het sluit aan op landelijk beleid zoals neergelegd in het Nationaal Preventieakkoord. En het raakt aan verschillende andere gemeentelijke taken en beleidsterreinen. De beleidskaders voor het preventie -en handhavingsplan zijn vastgelegd in de Maatschappelijke Agenda 2023-2027 (hierna MAG).

 

De MAG is sinds 2018 het beleidskader voor het sociaal domein. De MAG gaat uit van de eigen verantwoordelijkheid van inwoners, de balans tussen draagkracht en draaglast en het voorkomen van kwetsbaarheid. Preventie is daar een belangrijk onderdeel van. Deze kaders zijn ook van toepassing op het preventie en handhavingsplan dat hier voorligt.

 

 

De uitwerking van de MAG vindt plaats in drie hoofdthema’s:

 

  • 1.

    ‘Kansrijk opgroeien en gezond ontwikkelen’ (kinderen, jongeren en gezinnen).

  • 2.

    ‘Je plek is je vertrek’ (zelfstandig en veilig wonen voor iedereen).

  • 3.

    ‘Meedoen is voor iedereen’ (iedereen doet mee en draagt bij aan de Wijkse samenleving).

Gezonde leefstijl is een opgave dat in alle thema’s is opgenomen. Deze opgave komt tot uiting in het Vitaliteitsakkoord. Met het Vitaliteitsakkoord willen we met elkaar een beweging op gang brengen waarin het voor inwoners gemakkelijker wordt om gezonde keuzes te maken en zo preventief te werken aan gezondheid. Verantwoord middelengebruik (alcohol, drugs en roken) is hier een belangrijk onderdeel van.

 

1. Probleemanalyse

 

Dit hoofdstuk beschrijft de stand van zaken met betrekking tot alcoholgebruik onder jongeren en jongvolwassenen. Werken op basis van cijfermatige en andere data over gebruik en naleving van de wet- en regelgeving zorgt ervoor dat mensen en middelen doelmatig ingezet kunnen worden.

 

In paragraaf 1.1. en 1.2 staat de belangrijkste informatie over gebruik van alcohol door jongeren (scholieren) en jongvolwassenen. In paragraaf 1.3 wordt de rol van ouders besproken. Paragraaf 1.4. bevat informatie over de naleving van de alcoholwetgeving door verstrekkers van alcohol. Paragraaf 1.5 geeft inzicht in informatie van samenwerkingspartners: registraties door stakeholders, ervaringen van samenwerkingspartners en landelijke resultaten op het gebied van naleving van de leeftijdsgrens.

 

1.1 De schadelijkheid van alcohol

Het is niet zonder reden dat gemeenten de jeugdige inwoners willen beschermen tegen de schadelijke gevolgen van alcohol. Er is steeds meer kennis over deze schadelijkheid. Deze kennis is nog niet bij iedereen goed bekend (Schouten e.a., 2020). Alcoholgebruik gaat gepaard met tal van fysieke, mentale en maatschappelijke problemen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). De mate van schade is grotendeels dosis-gerelateerd: hoe meer alcohol, hoe meer schade. Er is eigenlijk geen veilige ondergrens. Licht en matig alcoholgebruik worden al in verband gebracht met onder meer hartritmestoornissen en diverse soorten kanker. Zwaar drinken is gerelateerd aan een hoger risico op acute schade door alcohol, zoals alcoholvergiftiging en verkeersongevallen. Het geeft ook een verhoogde kans op hersenschade. Overmatig drinken brengt bovendien een grotere kans op verslaving en op schade aan de organen met zich mee. Naast lichamelijke gevolgen heeft alcoholgebruik invloed op het psychisch functioneren. Depressie, angstklachten en suïcide zijn bijvoorbeeld gerelateerd aan regelmatig dronken zijn en/of aan problematisch alcoholgebruik. Huiselijk geweld, agressie, uitgaansgeweld en vandalisme worden vaak onder invloed van alcohol gepleegd. In gezinnen waar alcoholgebruik door de ouders problematisch is, worden de problemen vaak van generatie op generatie doorgegeven.

 

Voor jongeren zijn de risico’s van alcoholgebruik groter dan voor volwassenen (Expertisecentrum Alcohol, 2020). Niet alleen zijn de acute gevolgen voor hen vaak ernstiger. Zij raken bijvoorbeeld eerder bewusteloos en kunnen onder invloed over hun seksuele grenzen heen gaan. Ook heeft drinken op jonge leeftijd gevolgen voor de lange termijn. Denk aan verstoring van de hersenontwikkeling (die tot het 24e jaar doorloopt) en een grotere kans op verslavingsproblemen. Agressief, asociaal en delinquent gedrag komt bovendien vaker voor bij jongeren die drinken dan bij hun niet drinkende leeftijdgenoten. Bij jongvolwassenen kunnen (de gevolgen van) alcoholgebruik verder leiden tot kort- en langduriger verzuim, studievertraging, afname van de studieprestaties en studie-uitval.

 

1.2 Alcoholgebruik onder scholieren

Landelijk

In de groep 12- tot en met 16-jarigen was tussen 2003 en 2015 een afname zichtbaar in het alcoholgebruik: van ongeveer 70% naar 25%. Vanaf 2015 echter, is de afname van het alcoholgebruik gestagneerd. In zowel 2015, 2017 als 2019 bleef ongeveer een kwart (25%) van de 12- tot en met 16 jarige scholieren maandelijks alcohol drinken.

 

Ook bingedrinken en dronkenschap zijn sinds 2015 niet verder afgenomen (Rombouts e.a., 2020). Van de scholieren die in de maand voorafgaand aan het onderzoek dronken, heeft bijna drie op de vier bij één gelegenheid vijf of meer glazen alcohol gedronken. Het bingedrinken in de afgelopen maand neemt sterk toe tussen de 13 en 14 jaar: van 4,6% bij de 13-jarigen naar 18% onder de 14-jarigen). Onder de 16-jarigen drinkt één op de vijf (19%) 5-10 glazen alcohol in het weekend.

 

Jongens en scholieren van het vmbo-b en vmbo-t drinken vaker dan hun leeftijdgenoten op andere onderwijsniveaus (Rombouts e.a, 2020a). Binnen het speciaal onderwijs is het alcoholgebruik onder leerlingen van cluster 4 scholen (gedrags- of ontwikkelingsstoornissen en psychiatrische problemen) vergelijkbaar met VMBO-b. In cluster 3 (LVB) ligt het alcoholgebruik lager dan in het reguliere onderwijs (Rombouts e.a., 2020b).

Sommige groepen jongeren (en jongvolwassenen) zijn extra kwetsbaar en lopen daardoor een groter risico op problematisch alcoholgebruik. Het gaat bijvoorbeeld om kinderen van ouders met een verslaving of psychische problematiek en kinderen met een licht verstandelijke beperking (Expertisecentrum Alcohol, 2020).

 

Wijk bij Duurstede

Het alcoholgebruik onder jongeren (12 tot 18 jaar) in onze gemeente wordt gemeten aan de hand van de vierjaarlijkse GGD Gezondheidsmonitor Jeugd. De monitor geeft inzicht in leeftijd, schooltype, frequentie van gebruik, dronkenschap, wijze van verkrijgen van alcohol en de rol van ouders. In het najaar van 2023 is de laatste meting afgenomen bij tweede en vierdeklasers van het regulier voortgezet onderwijs. In het najaar van 2021 is nog een extra meting van de Gezondheidsmonitor Jeugd afgenomen- de Corona Gezondheidsmonitor Jeugd 2021. Hierdoor kunnen we de trend van de afgelopen jaren goed in beeld brengen. De cijfers in de gemeente Wijk bij Duurstede vergelijken we met de landelijke cijfers en de cijfers in de regio Utrecht. Het algemene beeld laat zien dat het alcoholgebruik onder jongeren in Wijk bij Duurstede beduidend hoger is dan in de regio Utrecht. Daarom vergelijken we de cijfers ook met drie gemeenten die vergelijkbaar zijn qua inwoneraantal en type gemeenten; Rhenen, Bunschoten en Borne.

 

Figuur 1: Bron Gezondheidsmonitor Jeugd 2023

 

Het aantal scholieren dat (ooit) slokjes of een heel glas alcohol heeft gedronken is de afgelopen jaren iets toegenomen van 53% naar 58%. Deze trend zien we ook terug bij de landelijke cijfers, de cijfers in de regio en bij de cijfers bij de vergelijkbare gemeenten. Al zijn hierin wel verschillen in de mate waarop het percentage is toegenomen.

 

Het percentage scholieren dat (ooit) een heel glas of meer heeft gedronken is sinds 2021 gelijk gebleven (32%). Hierbij scoort Wijk bij Duurstede net iets boven het landelijke gemiddelde (30%) en Rhenen (31%). In Bunschoten is hier een duidelijke daling te zien (van 37% naar 33%). Daar lag het percentage voorheen echter fors hoger. In Borne is juist een stijging te zien (van 35% naar 40%) .

 

Figuur 2 - Bron GGD Gezondheidsmonitor Jeugd

 

Het bingedrinken onder scholieren is afgenomen. Net als het aantal scholieren dat de afgelopen vier weken dronken of aangeschoten is geweest. In beide gevallen ligt het percentage nog wel hoger dan het landelijk gemiddelde.

 

Ten opzichte van vergelijkbare gemeenten is ook in Rhenen en Bunschoten een dalende trend te zien als het gaat om bingedrinken. In alle drie de vergelijkbare gemeente is een stijging te zien van het aantal leerlingen dat in de afgelopen vier weken dronken of aangeschoten is geweest.

 

Figuur 3: Bron Gezondheidsmonitor Jeugd 2023

 

Figuur 4: Bron Gezondheidsmonitor Jeugd 2023

 

Concluderend zien we kleine verbeteringen ten opzichte van voorgaande jaren. Er zijn weliswaar meer scholieren die alcohol proeven of een keer dronken zijn geweest, maar kijkend naar de algehele trend is een positieve ontwikkeling zichtbaar. Ten opzichte van het landelijk gemiddelde zijn de cijfers in Wijk bij Duurstede wel consequent hoger. Ook ten opzichte van de regio ligt het alcoholgebruik onder scholieren consequent hoger. In vergelijking met de referentiegemeenten, is te zien dat Rhenen vaak net iets gunstigere cijfers laat zien. Ten opzichte van Borne en Bunschoten laat Wijk bij Duurstede juist weer een gunstiger beeld zien.

 

1.3 Alcoholgebruik onder jongvolwassenen

Landelijk

Er zijn verschillende onderzoeken die informatie geven over het drinkgedrag van jongvolwassenen of van subgroepen daarbinnen:

  • -

    Binnen de totale volwassen bevolking valt op dat schadelijk gebruik van alcohol het meest voorkomt in de leeftijdsgroep 20-29 jaar (NDM, 2022, peiljaar 2020).

  • -

    De meerderheid van de mbo- en hbo-studenten drinkt en ruim 70 procent doet dat regelmatig (van Dorsselaer e.a., 2020). Van degenen die drinken, drinkt 19 procent gemiddeld meer dan 10 glazen alcohol op een weekenddag. De 17-jarigen op het mbo drinken meer dan hun leeftijdgenoten op het hbo of voortgezet onderwijs.

  • -

    Jongvolwassenen die regelmatig uitgaan drinken op een uitgaansavond ruim 12 glazen. Op andere dagen dat zij alcohol drinken consumeren zij bijna 3 glazen. (Monshouwer e.a., 2021).

  • -

    Een kwalitatief onderzoek onder plattelandsjongeren geeft inzicht in hun kennis, houding en gedrag met betrekking tot alcohol (Paternotte & Prooij, 2019). Hoewel de jongeren overmatig lijken te drinken, zien zij dit zelf niet als een probleem. Zij hebben een positieve houding ten opzichte van alcohol, mede omdat drinken in hun omgeving als normaal wordt gezien. Hun kennis over de schadelijkheid van alcohol is beperkt.

Wijk bij Duurstede

In het voorjaar van 2022 heeft de GGDrU ook een gezondheidsmonitor voor jongvolwassenen afgenomen. De vragenlijsten zijn ingevuld door jongeren in de leeftijd van 16 tot 25 jaar. Ook hier is een vergelijking gemaakt met de regio Utrecht (excl stad Utrecht) , Rhenen en Bunschoten. De cijfers van Borne zijn niet beschikbaar in de monitor. Als we kijken naar de resultaten uit dit onderzoek blijkt het volgende:

  • -

    38 % van de jongvolwassenen (16-25) in Wijk bij Duurstede drinkt niet of maximaal 1 glas per dag. Dat percentage is lager dan in de regio ( 38%) en ook iets lager dan Rhenen (42%). In Bunschoten is het percentage jongvolwassene dat niet drinkt 28%. Landelijk ligt dit percentage op 39%.

  • -

    Het aantal jongvolwassenen dat de afgelopen vier weken alcohol heeft gedronken is 73%. Dat percentage is iets lager dan in de regio (74%) en Rhenen (74%). Het percentage is flink lager dan Bunschoten( 87%). Hier scoort Wijk bij Duurstede ook onder het landelijk gemiddeld (77%)

  • -

    32% van de jongvolwassenen wordt aangemerkt als een zware drinker. Dat wil zeggen minstens 1 keer per week 6 (mannen) of 4 (vrouwen) glazen of meer per dag. Dat is iets lager dan in Bunschoten (35%), maar flink hoger dan in de regio (16%), Rhenen (17%) en het landelijk gemiddelde (21%).

  • -

    36% van de vrienden vindt het normaal om 10 glazen of meer op een dag of avond te drinken. In Rhenen ligt dit percentage flink lager (21%). In Bunschoten ligt dat percentage juist weer hoger (46%).

Figuur 5: Bron GGD Gezondheidsmonitor jongvolwassenen 2022

 

Het volledige overzicht van de cijfers over het alcoholgebruik onder jongvolwassenen staat in Bijlage 1.

 

1.4 Omgeving

Landelijk

Ouders zijn soms nog toegeeflijk met betrekking tot alcoholgebruik door hun kinderen. Zo krijgt een kwart van de 12 tot 16-jarige scholieren die wel eens drinken, alcohol van hun ouders (Rombouts e.a., 2020). Dat aantal is niet gedaald sinds 2016. Maar er zijn meer ouders die hun rol oppakken. Driekwart van de ouders heeft in 2015 expliciet als regel dat hun minderjarige kind niet mag drinken. In 2007 was dat nog 50% (van Dorsselaer e.a., 2016). Ouders die zelf veel drinken, zijn toleranter ten aanzien van alcoholgebruik bij hun kinderen. Hoewel de invloed van peers (leeftijdgenoten, vrienden) op het gedrag toeneemt met de leeftijd, blijven ouders invloed houden op het drinkgedrag van hun opgroeiende kind (Engels e.a., 2013). Bijvoorbeeld via hun houding ten opzichte van alcohol of door de afspraken die zij met hun kind maken.

 

Wijk bij Duurstede

In Wijk bij Duurstede keuren ouders het alcoholgebruik van jongeren die drinken vaal niet af. Uit de jeugdmonitor van 2023 geven jongeren zelf aan dat 34% van de ouders het goed vinden dat hun kind alcohol drinkt. Ruim een kwart (27%) van de ouders raad alcoholgebruik af, of vinden dat hun klind minder alcohol zou moeten drinken (9%). Er zijn enkele ouders die het verbieden (3%) of ouders die het niet weten (15%).

 

Figuur 6: Bron Gezondheidsmonitor Jeugd 2023

 

De meeste jongeren komen aan alcohol via vrienden (62%) of andere kopen het voor ze (43%). Slechts 7% koopt zelf alcohol. Als ze alcohol drinken doen ze dat vooral bij vrienden of vriendinnen (84%).

 

Figuur 7: Bron Gezondheidsmonitor Jeugd 2023

 

1.5 Naleving

Nalevingsonderzoek leeftijdsgrens

Met nalevingsonderzoek wordt onderzocht in hoeverre de leeftijdsgrens voor alcohol wordt nageleefd door de verschillende alcoholverstrekkers.

 

Landelijk

Als minderjarigen aan drank willen komen is dat nog steeds gemakkelijk in Nederland. Tussen 2020 en 2022 heeft een significante verandering plaatsgevonden in de totale naleving van de leeftijdsgrens bij alcoholverkoop (Bureau Objectief, 2022). In 2020 was het nalevingscijfer nog 38% en in 2022 was dit 39,4%. De grootste veranderingen in 2022 ten opzichte van 2020 zijn te zien bij supermarkten (stijging van 4,5%), slijterijen (stijging van 4,7%), avondwinkels (stijging van 5,9%), sportkantines (stijging van 4,9%) en webshops (stijging van 1,2%). De naleving in cafetaria’s, horecagelegenheden en thuisbezorgkanalen is juist gedaald. Voor cafetaria’s was dit een daling van 5%, horecagelegenheden een daling van 5,3% en thuisbezorgkanalen een daling van 2,4%. Toch zijn ook in deze verkoopkanalen aanzienlijke stijgingen waar te nemen in de naleefscore ten opzichte van 2018.1

 

Wijk bij Duurstede

In Wijk bij Duurstede heeft nog geen nalevingsonderzoek plaatsgevonden. In de toekomst willen we hier wel aandacht aan besteden, bijvoorbeeld met behulp van Bureau Objectief. Dit bureau doet landelijk onderzoek, maar ook in opdracht van gemeenten. Objectief heeft een wetenschappelijk onderbouwd onderzoeksprotocol waarmee zij onderzoek doen naar de naleving van de leeftijdsgrens in gemeenten. De naleving van de leeftijdsgrens brengen zij in beeld met mysteryshoponderzoek.

 

Nalevingsonderzoek dronkenschap en doorschenken

Nalevingsonderzoek dronkenschap en doorschenken geeft een beeld van de mate waarin horecagelegenheden de wetgeving rondom dronkenschap en doorschenken naleven. Met het onderzoek wordt gekeken naar de naleving van het verbod om dronken personen toe te laten tot een horecagelegenheid als het verbod op doorschenken aan dronken klanten (Trimbos Instituut, 2019).

 

Landelijk

Er is geen landelijk onderzoek gedaan naar doorschenken bij dronkenschap. Wel zijn er enkele regionale onderzoeken waaruit blijkt dat de wettelijke bepalingen over doorschenken niet goed worden nageleefd. Horecapersoneel blijkt het lastig te vinden om dronkenschap te herkennen en om daar aansluitend op te acteren (Nijkamp e.a., 2020).

 

Wijk bij Duurstede

In Wijk bij Duurstede heeft geen onderzoek plaatsgevonden naar dronkenschap en doorschenken. Er zijn wel mogelijkheden om ook dit onderzoek in samenwerking met Bureau Objectief op te zetten.

 

Registraties lokaal: politie

In 2023 zijn er tot en met november 0 geregistreerde meldingen van openbaar dronkenschap geweest (Data Politie 2023).

 

In 2023 zijn er tot en met november 33 geregistreerde meldingen van overlast i.v.m. alcohol/drugs geweest. Deze meldingen omvatten iedere vorm van overlast gerelateerd aan alcohol, softdrugs en harddrugs. De politie definieert overlast als een situatie waarin er hinder wordt ondervonden van een persoon, toestand, object of iets dergelijks.

 

1.6 Het perspectief van de jongeren op alcoholgebruik

In mei 2024 is onderzoek gedaan naar het perspectief van jongeren in de gemeente Wijk bij Duurstede over alcoholgebruik. Van de 30 ondervraagde jongeren in de leeftijd 13-17 jaar drinken 23 jongeren alcohol. Zij zijn gemiddeld op hun 13e begonnen met alcoholdrinken. De eerste alcoholische versnapering kregen zij voornamelijk van oudere gezinsleden, zoals hun ouders en broers/zussen. Zij geven aan voornamelijk sterke drank, zoals cocktails, bij vrienden en op feestjes te drinken. Thuis drinken zij vooral bier en wijn. Jongeren hebben geen spijt gehad van het drinken van alcohol.

 

Jongeren drinken voornamelijk uit verveling en vanwege de cultuur vanuit hun omgeving. Veel jongeren vinden alcohol drinken normaal, vooral omdat hun ouders ook alcohol drinken. Verder geven zij aan vooral in het weekend weinig te doen te hebben en daarom bij vrienden gaan zitten en alcohol drinken. Zij vinden de langetermijngevolgen nauwelijks interessant, maar maken zich wel druk over de korte termijngevolgen zoals een kater of een misselijk gevoel na het nuttigen van alcohol.

 

De jongeren geven aan het belangrijk te vinden de focus van alcoholbeleid meer op de omgeving, zoals (jong)volwassenen, te leggen. Volgens hen zijn dat namelijk degenen die de alcohol uitdelen. Daarbij vinden zij het belangrijk dat wat zij leren op school overeenkomt met wat zij thuis zien. De jongeren zijn verdeeld over het effect van handhaving. Een aantal jongeren vinden dat de controle en straffen op het gebruik van alcohol onder de achttien jaar strenger moeten. Een groot deel is het hier echter niet mee eens en zeggen juist dat alcohol een keuze is van de vrije mens en niet verboden moet worden. Verder vinden zij dat er onvoldoende activiteiten voor jongeren in de gemeente zijn. Het volledige onderzoeksverslag staat in bijlage 2.

 

1.7 Informatie van samenwerkingspartners

In 2023 organiseerde de GGDrU in opdracht van de gemeente twee bijeenkomsten met diverse stakeholders van de gemeente Wijk bij Duurstede over het thema alcoholgebruik bij jongeren. Dit waren de volgende stakeholders: Jongerenwerk van Stichting Binding, teamleider begeleiding & ondersteuning van Revius Lyceum Wijk bij Duurstede, Coördinator buurtportcoach Stichting Wijksport, Jellinek, Politie, GGDrU, korfbalvereniging Viking, Voetbalvereniging SVL en enkele vertegenwoordigers vanuit de gemeente (beleidsadviseurs sociaal domein en vergunningen en de Boa’s). Deze bijeenkomsten leverden een advies op dat is gebruikt voor het opstellen van dit plan. Het volledige advies is opgenomen in Bijlage 3. De belangrijkste adviezen zijn:

 

Algemene adviezen

  • -

    Om cijfers goed te kunnen duiden is het zinvol ombij de jongeren/ouders zelf uit te vragen wat de reden is voor het alcoholgebruik en hen ook te betrekken bij het uitvoeringsplan.

  • -

    Het uitvoeringsplan moet behapbaar blijven; ga in eerste instantie voor de concrete (kleine) acties/laaghangend fruit.

  • -

    Plannen van vervolgsessies met betrokken stakeholders (o.a. om afspraken te maken over wie wat gaat oppakken + oprichten van een werkgroep). Zorg voor borging en aandacht voor evaluatie en monitoring.

Voorlichting -en educatie

  • -

    Helder op school2 blijven uitdragen en stimuleren in het voortgezet onderwijs. Door te investeren in de samenwerking Gezonde School en Jellinek en de school hierin financieel te ondersteunen.

  • -

    Relatiegericht werken met jongeren in de school en in de wijk. Hiervoor is het nodig dat jongerenwerk uren heeft om samenwerking met de school te continueren.

  • -

    Ouders voorlichten in groep 7/8; de overstap van primair onderwijs (PO) naar voortgezet onderwijs (VO) . Hierin kan je aansluiten bij de Voel Jij Je lekker Tour.

  • -

    Een keer in de twee jaar ouderavond voor ouders.

  • -

    Investeer in publiekscampagnes zoals NIX18. Werk hierbij samen met de GGDrU.

Signalering Advies en ondersteuning

  • -

    Organiseer een structuur waar stakeholders op een laagdrempelige manier contact met elkaar kunnen leggen wanneer zij vastlopen in een bepaalde casus. Waar men tips/adviezen kan ophalen en met elkaar kan afstemmen wie wat in een bepaalde casus kan betekenen.

  • -

    Organiseer een bijeenkomst voor professionals waarin zij met elkaar bespreken wie wat kan betekenen rondom alcoholpreventie/problematiek. Beschrijf de zorgroute.

Fysieke en sociale omgeving

  • -

    Zoek aansluiting met alcoholpreventie bij bestaande projecten en organisaties zoals JOGG, Voel Jij Je Lekker Tour, Vitaliteitsakkoord etc. En formuleer binnen deze projecten heldere doelen.

  • -

    Kijk naar de mogelijkheden en wensen/behoeften voor het aanbieden van de instructie Verantwoord Alcoholgebruik (sport).

  • -

    Zet in op dialoog en ondersteuning van sportaanbieder en ouders over het ‘niet schenken onder de 18 jaar’.

  • -

    Organiseer twee tot vier keer per jaar een feest voor 12-16 jarigen in de gemeente Wijk bij Duurstede (Teenage Dance Wijk).

Wet -en regelgeving

  • -

    Maak bij het opstellen van het nieuwe PHP gebruik van expertisepartners en beschikbare literatuur.

  • -

    Zoek aansluiting bij regiogemeenten in de aanpak van alcoholgebruik op zowel preventie als handhaving.

2. Ambitie en doelstellingen

2.1 Ambitie

We streven in Wijk bij Duurstede naar een gezonde en gelukkige jeugd die zich volop kan ontwikkelen tot volwaardige (jong)volwassenen. Er zijn uitdagingen op het gebied van overgewicht, middelengebruik, mentale gezondheid en gezonde leefomgeving. Het middelengebruik in Wijk bij Duurstede is zorgwekkend en beduidend hoger dan in de regio. Dit geldt zowel voor alcoholgebruik (op jonge leeftijd beginnen en veel drinken) als voor roken. Ook is het aantal kinderen en jongeren met overgewicht zorgwekkend en beduidend hoger dan in de regio. Dit zijn dan ook uitgangspunten van de JOGG aanpak en het Vitaliteitsakkoord.

 

Het gezonder maken van de fysieke en sociale leefomgeving van kinderen staat centraal. Alcohol hoort daar niet bij, in elk geval niet tot het 18e jaar. Voor (jong)volwassenen adviseert de Gezondheidsraad (Gezondheidsraad, 2015) zowel mannen als vrouwen om geen alcohol te drinken. Of in ieder geval niet meer dan één standaardglas alcohol per dag ‘als men echt niet anders kan’3. Het gezonder maken van de sociale en fysieke leefomgeving- die uitnodigt en stimuleert tot het gewenste gedrag- is ondersteunend aan deze ambitie. Daarom zetten wij in op een adequate naleving van de Alcoholwet, het versterken van de sociale omgeving rondom jongeren en het faciliteren van een fysieke omgeving die gezond gedrag stimuleert.

 

Artikel 43a van de Alcoholwet schrijft voor dat een preventie- en handhavingsplan dient aan te geven wat de doelstellingen van het beleid zijn. Op basis van de Alcoholwet formuleren wij de volgende hoofddoelstellingen:

  • -

    Afname van (de schadelijke gevolgen van) alcoholgebruik onder de 18 jaar

  • -

    Meer toezicht op de naleving van de leeftijdsgrens en doorschenken bij dronkenschap

Deze algemene beleidsdoelstellingen concretiseren wij hieronder op basis van de probleemanalyse, met aandacht voor gebruik onder jongeren en voor de setting waarin jongeren drinken.

 

2.2 Doelstellingen afname gebruik onder de 18 jaar

Op basis van de probleemanalyse formuleert de gemeente doelstellingen voor de verdere afname van alcoholgebruik en de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik onder de 18 jaar.

  • -

    Eind 2028 is het aantal jongeren (12- 18 jaar) dat 5 of meer drankjes tijdens een gelegenheid dronk (bingedrinken) gedaald van 21% naar 18%.

  • -

    Eind 2028 is het aantal jongvolwassenen (16-25 jaar) dat wordt aangemerkt als zware drinker (minstens 1x per week 6 (man) dan wel 4 (vrouw) glazen of meer per dag) gedaald van 32% naar 27%.

  • -

    Eind 2028 is het aantal jongeren (12-18 jaar) dat wel eens dronken of aangeschoten is gedaald van 27% naar 22%.

  • -

    Eind 2028 is het aantal ouders dat achter de norm ‘geen alcohol onder de 18 jaar’ staat verder toegenomen. Het percentage ouders dat alcoholgebruik van hun kind goedkeurt of er niet van zegt gedaald van 46% naar 41% in 2028.

2.3 Doelstellingen verbeterde naleving

Naleving Leeftijdsgrens

De verkrijgbaarheid van alcohol heeft een grote invloed op het alcoholgebruik van jongeren evenals de leeftijd waarop jongeren beginnen met het drinken van alcohol. Het nalevingspercentage van de leeftijdsgrens moet daarom omhoog.

 

De doelstellingen van de gemeente met betrekking tot de naleving van de leeftijdsgrens zijn afgeleid van de probleemanalyse en de ambities van het Nationaal Preventieakkoord.

 

De ambitie van het Nationaal Preventieakkoord is om in 2030 100% naleving van de leeftijdsgrens te realiseren bij het verstrekken van alcohol. Het Nationaal Preventieakkoord bevat een tabel met daarin de verwachte naleefcijfers per 2 jaar tot en met 2030. In 2020 en 2024 wordt aan de hand van deze tabel in beeld gebracht of verstrekkers op koers liggen met het oog op het doel om 100% naleving te behalen in 2030. Als de vergelijking van de naleefcijfers in 2022 wordt gemaakt met de tabel in het Nationaal Preventieakkoord, blijkt dat verstrekkers er nog lang niet zijn. Zo werd in het Nationaal Preventieakkoord in 2022 verwacht dat supermarkten een naleefcijfer van 75,5% zouden hebben, terwijl dit in de praktijk slechts 62,6% is.

 

In Wijk bij Duurstede hebben we nog weinig inzicht in hoeverre de leeftijdsgrens wordt gehanteerd. Daarom formuleren we op dit onderdeel de volgende doelstellingen:

  • -

    Eind 2028 hebben we twee keer onderzoek gedaan naar de naleving van de leeftijdsgrens bij horecaverstrekkers.

  • -

    We streven er naar dat bij controle 100% van de horecaverstrekkers de leeftijdsgrens hanteert.

Naleving verbod op doorschenken bij dronkenschap

Voor de naleving van het verbod op doorschenken aan personen tussen de 18 en 25 jaar in kennelijke staat van dronkenschap zijn geen landelijke cijfers beschikbaar. Ook is er met betrekking tot het voorkomen van dronkenschap geen kwantitatieve ambitie geformuleerd in het Nationaal Preventieakkoord. Wel stellen de VNG en verstrekkers in het Preventieakkoord gezamenlijk vast dat er meer aandacht moet komen voor het tegengaan van dronkenschap.

 

Ook in Wijk bij Duurstede is nog geen onderzoek gedaan naar de naleving van het verbod op doorschenken bij dronkenschap. De doelstelling voor naleving van het verbod op doorschenken bij dronkenschap is:

  • -

    Eind 2028 hebben we twee keer onderzoek gedaan naar de naleving op het verbod op doorschenken bij dronkenschap door horecaverstrekkers.

3. Uitgangspunten voor beleid

3.1 Samenwerken

In dit plan beschrijven we hoe we de jeugd willen beschermen tegen de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik. Om resultaat te bereiken is het belangrijk dat we samenwerken met professionals zoals docenten op scholen, jongerenwerkers, GGDrU, verslavingsexperts, politie en boa. Naast de professionals betrekken we ook de gemeenschap bij de beleidsontwikkeling en de uitvoering: sportverenigingen, vrijwilligers, horecaondernemers, ouders.

 

Maar ook de jongeren zelf hebben een belangrijke rol. Hun ideeën en ervaringen vormen een belangrijke basis voor de uitvoering van het PHP.

 

Bij de aanpak van alcohol (-en middelen) preventie trekken we samen op met de andere gemeenten in de regio Zuid Oost Utrecht (Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug en Zeist). Jongeren gaan verspreid over de gemeenten in de regio ZOU naar school en brengen hun vrije tijd door in verschillende plaatsen. Door samen te werken aan een regionaal programma gericht op alcohol -en middelenpreventie, maakt het niet uit waar een leerling naar school gaat, of waar zij de vrije tijd doorbrengen. Vanuit het Integraal Zorg Akkoord (IZA) zijn hiervoor middelen vrijgemaakt. Jellinek en GGDrU hebben in opdracht van de vijf gemeenten een programma ontwikkeld om aan de slag te gaan met alcohol -en middelenpreventie in samenwerking met de VO-scholen. Ook het Revius Lyceum werkt hieraan mee. De onderdelen van het regionale programma alcohol -en middelenpreventie zijn verwerkt in de activiteiten van dit Preventie -en Handhavingsplan.

 

3.2 Omgevingsbenadering

De systeemtheorie van Holder (1998) maakt duidelijk dat alcoholgebruik altijd het resultaat is van een combinatie van factoren. De persoon, zijn sociale omgeving en het overheidsbeleid vormen samen een systeem dat uiteindelijk de keuze van de gebruiker bepaalt. Holder laat daarmee zien dat alcoholpreventie nooit alleen op het individu gericht kan zijn. Het meest succesvol zijn strategieën die vooral de fysieke en sociale omgeving van de drinker beïnvloeden. In de omgeving van de jonge drinker spelen locaties waar alcohol verstrekt wordt, alcoholverstrekkers, scholen en ouders een belangrijke rol. Het Preventie- en handhavingsplan richt zich op deze omgevingsinvloeden.

 

3.3 Integrale aanpak

Voor de beleidsontwikkeling en de uitvoering werken we volgens een integrale aanpak, gebaseerd op het advies van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Dat betekent dat we verschillende maatregelen en interventies in samenhang inzetten voor verschillende doelgroepen en hun omgeving.

 

Dat doen we aan de hand van 4 pijlers:

  • 1.

    Voorlichting en educatie;

    Deze pijler heeft verschillende functies; het bekendmaken van wet -en regelgeving maar ook het verspreiden van kennis en het creëren van bewustwording.

  • 2.

    Signalering, advies en ondersteuning;

    Deze pijler heeft als doel het signaleren van (problematisch) alcoholgebruik. En het bieden van handvatten om hier adequaat op te reageren, zodat de problemen niet verergeren en zwaardere zorg niet nodig is.

  • 3.

    Omgeving;

    Deze pijler gaat om zowel de fysieke als de sociale omgeving van de jongere. Zowel de inrichting van de fysieke omgeving als de sociale norm die een omgeving impliciet uitdraagt, is van invloed op hoe jongeren zich in die omgeving gedragen. Dat geldt voor de openbare ruimte, maar ook voor bijvoorbeeld de thuisomgeving, school, sportverenigingen en uitgaansgebieden. Daarnaast kan de sociale omgeving van de jonge drinker het gewenste gedrag impliciet of expliciet ondersteunen. Denk aan sportkantines die de tap sluiten tijdens jeugdwedstrijden en ouders die niet drinken op een kinderfeestje.

  • 4.

    Regelgeving en handhaving;

    Deze pijler gaat over de kaders die er zijn. En de wijze waarop we toezicht houden en handhaven op deze kaders. Het gaat daarbij om zowel de wettelijke kaders als lokale regelgeving.

Figuur 8: Aanpak gezonde Gemeente (RIVM)

4. Activiteiten

 

In dit hoofdstuk staat welke activiteiten de komende vier jaar worden opgezet om de doelstellingen te realiseren Dat doen we op basis van de vier pijlers: voorlichting en educatie (4.1.), signalering en ondersteuning (4.2.), omgeving (4.3.) en regelgeving en handhaving (4.4). In paragraaf 4.5. is beschreven hoe deze vier pijlers met elkaar verbonden zijn.

 

Om het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen is het belangrijk om de jongeren hier zelf bij te betrekken. Wat is de reden dat jongeren (veel) alcohol drinken? Ontstaat dit door invloed binnen de vriendengroep of is er een achterliggende oorzaak? Zijn er mentale problemen, spanningen in de thuissituatie of zijn er andere oorzaken?

 

Uit het onderzoek naar het perspectief van jongeren op alcoholgebruik (zie paragraaf 1.6) is duidelijk geworden wat de beweegredenen zijn voor (veel) alcoholgebruik. Verveling en cultuur zijn twee belangrijke aspecten waardoor jongeren in Wijk bij Duurstede al op jonge leeftijd alcohol drinken. Ook de omgeving (ouders en oudere vrienden of oudere broers en zussen) is van grote invloed op het alcoholgebruik van de jongeren. Bij de uitwerking van de activiteiten houden we hier rekening mee.

 

4.1 Voorlichting en educatie

Voorlichting en educatie speelt een belangrijke rol bij alcoholpreventie. Voorlichting is essentieel om de kennis te vergroten en bewustzijn voor de problematiek te creëren. Maar ook om draagvlak voor beleid te vergroten, normen te beïnvloeden en mensen te informeren over het bestaande preventie- en interventieaanbod.

 

Dat doen we op verschillende manieren:

 

  • -

    Publiekscommunicatie, zoals NIX18, Ikpas en Zien Drinken Doet Drinken

  • -

    Bespreekbaar maken

  • -

    Nalevingscommunicatie

Publiekscommunicatie

Draagvlak voor (handhaving van) alcoholbeleid is niet vanzelfsprekend onder ouders, ondernemers en andere professionals. Het draagvlak kan groeien als er meer begrip is voor de regels die er zijn rond verkoop en gebruik van alcohol. Dat vraagt kennis over alcohol en over de gevolgen van alcoholmisbruik bij het publiek. Publiekscampagnes lenen zich goed voor het vergroten van kennis en het ondersteunen van de norm dat alcohol er niet vanzelfsprekend bij hoort. We sluiten daarom zoveel mogelijk aan op de campagnes als NIX18, Ik Pas en Zien drinken doet drinken. Daarbij richten we de campagnes voornamelijk op ouders en alcoholverstrekkers.

 

Belangrijk aspect is dat we de communicatie op een positieve manier insteken, bijvoorbeeld met een challenge of een ludieke actie. In overleg met de samenwerkingspartners, de jongeren zelf en een communicatieadviseur, stellen we een communicatieplan op ter ondersteuning van de doelstellingen.

 

Bespreekbaar maken

Alcohol zit verankerd in onze cultuur en wordt geassocieerd met gezelligheid. Jongeren drinken alcohol meestal in een sociale situatie; samen met vrienden, tijdens het uitgaan, op een feestje, tijdens een festival, etc. De norm – Nix18 - is daarbij niet altijd vanzelfsprekend in Wijk bij Duurstede, zo blijkt uit het jeugdgezondheidsonderzoek (paragraaf 1.2). Jongeren drinken alcohol vooral bij vrienden/vriendinnen, bij een concert/festival, thuis of in een keet. Ook de hoeveelheid alcohol die jongeren nuttigen is hoog. 1 op de 3 jongvolwassenen in Wijk bij Duurstede wordt aangemerkt als een zware drinker. 1 op de 3 vindt het ook heel normaal dat er op een avond 10 of meer glazen worden gedronken. Om deze norm te veranderen willen we op een positieve manier het gesprek hierover voeren. Enerzijds door het onderwerp verantwoord alcoholgebruik veel vaker op de agenda te zetten in overleg met de horeca, sport en organisatoren van evenementen. Daarnaast maken we het onderwerp bij ouders en de jongeren zelf bespreekbaar. Het Trimbos heeft hier speciale lespakketten voor ontwikkeld zoals Frisse Start en Samen Fris.

 

Het lespakket Frisse Start is geschikt voor de brugklas, omdat de meeste jongeren dan nog negatief denken over roken, drinken en blowen. Deze houding wordt in de loop van het eerste jaar vaak positiever. Daarom is dit een goed moment voor het vergroten van kennis over de risico’s van tabak, alcohol en wiet en voor het leren maken van eigen, gezonde keuzes. De ouders worden er ook bij betrokken, omdat zij in deze fase nog veel invloed hebben op hun kind.

 

Met Samen Fris gaan leerlingen én ouders samen aan de slag om te zorgen dat hun kind fris blijft. Door niet te roken, alcohol te drinken en/of te blowen.

 

Deze lespakketten worden aangeboden op het Revius Lyceum Wijk bij Duurstede in samenwerking met Jellinek en GGDrU.

 

Nalevingscommunicatie

We stimuleren de horecaondernemers en sportverenigingen in Wijk bij Duurstede om zelf aan de slag te gaan met verantwoord alcohol schenken en het hanteren van de leeftijdsgrens van 18 jaar. Richting de horecaondernemers sluiten we aan bij het horecaplatform. Voor sportverenigingen werken we samen met de verenigingsondersteuners van stichting Wijksport en NOC*NSF.

 

Hierbij laten we ons inspireren door goede voorbeelden uit het land.

 

 

Voorbeeld gemeente Utrecht

De gemeente Utrecht heeft onderzoek laten uitvoeren door Bureau Objectief naar naleving van het verbod op doorschenken bij dronkenschap. Naar aanleiding van het onderzoek zijn een aantal aanbevelingen gedaan om de naleving te verhogen. Uit het onderzoek komt naar voren dat zowel klanten als verkopers het vaak normaal vinden dat mensen dronken zijn in het uitgaansleven en in dronken staat nieuwe alcoholische dranken bestellen. Verkopers hebben aangegeven klanten alleen alcohol te weigeren als zij voor problemen zorgen. In de andere gevallen schenken ze door omdat ze ‘het vooral gezellig willen houden’.

 

Aanbevelingen:

  • 1.

    Doorschenken moet niet worden geassocieerd met gezelligheid. De nadruk moet liggen op andere factoren die bijdragen aan de gezelligheid in een kroeg (lachen, behulpzaam zijn etc.,). De horecaondernemer is verantwoordelijk voor de wijze waarop dit wordt benadrukt, bijvoorbeeld door posters e.d..

  • 2.

    Verkopers/horecagelegenheden kunnen samen in gesprek gaan om eenduidige afspraken te maken over waar de grens ligt wat betreft de mate van dronkenschap van de klant tot wanneer door geschonken mag worden. Concrete afspraken leiden tot meer alertheid van verkopers in plaats van een vage afspraak. De aanbeveling geeft duidelijk aan dat een handelingsperspectief geboden moet worden aan de verkopers, waardoor duidelijk is wanneer zij een aankooppoging moeten weigeren (bijvoorbeeld als een klant strompelt o.i.d.).

  • 3.

    Klanten moeten worden gestimuleerd om een glas water te drinken als ze zich niet goed voelen. Bureau Objectief concretiseert deze aanbeveling door te noemen dat kroegen posters kunnen ophangen met teksten als ‘Begint het te draaien? Drink een beker water’, waarbij het toilet wordt genoemd als goede plek om posters op te hangen. Het inzetten van preventie- en handhavingsactiviteiten op het deurbeleid van horecagelegenheden zorgt ervoor dat dronken klanten geen nieuwe kroeg binnenkomen. Deze klanten komen dan ook niet in aanmerking voor doorschenken, omdat ze überhaupt al niet binnenkomen.

  • 4.

    Alternatieven voor alcoholische dranken moeten aantrekkelijker worden gemaakt. Voorbeelden om dit te doen zijn gratis water aanbieden of frisdrank substantieel goedkoper maken dan alcohol. Daarnaast kunnen non-alcoholische alternatieven zichtbaarder worden opgesteld, waardoor deze meer opvallen.

 

4.2 Signalering, advies en ondersteuning

Het tijdig signaleren van (problematisch) alcoholgebruik is belangrijk om jongeren en ouders de juiste ondersteuning en adviezen te kunnen geven. Mensen in de omgeving van jongeren spelen hierin een belangrijke rol als het gaat om signalering. Denk hierbij aan ouders, leerkrachten, jongerenwerkers, politie, boa’s, GGDrU, (bar)medewerkers bij sportclubs en horecapersoneel.

 

Binnen deze pijler zetten we in op drie onderdelen:

  • -

    Deskundigheidsbevordering professionals

  • -

    Training alcoholverstrekkers

  • -

    Versterking ondersteuningsketen

Deskundigheidsbevordering professionals

Het op jonge leeftijd beginnen met drinken heeft schadelijke gevolgen voor de ontwikkeling van de hersenen van jongeren en jongvolwassenen. Op latere leeftijd lopen zij het risico om verslavingsproblemen te ontwikkelen. Het op jonge leeftijd drinken van alcohol zien we daarmee als problematisch alcoholgebruik. Zorgprofessionals, welzijnsprofessionals, jongerenwerkers, docenten in het onderwijs, sporttrainers, ze spelen allemaal een belangrijk rol bij het herkennen van -beginnende- alcoholproblematiek bij jongeren en het bieden van hulp. Door jongeren en ouders vroegtijdig hulp te bieden kan problematisch alcoholgebruik voorkomen worden.

 

Voor deskundigheidsbevordering van professionals werken we samen met de GGDrU en Jellinek. Jellinek met daarbij gebruik van de Aanpak Open en Alert.

 

Training alcoholverstrekkers

Belangrijk is dat alcoholverstrekkers zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid bij het schenken van alcohol, het handhaven van de leeftijdsgrens en ook het niet doorschenken bij dronkenschap. Maar ook het handelingsperspectief hierin is belangrijk, zeker wanneer er weerstand is bij de klant. Om alcoholverstrekkers hierin te trainen zijn trainingsprogramma’s ontwikkeld voor medewerkers van horeca, slijterijen, studentenverenigingen en sportverenigingen. Zoals de gratis e-learning ‘Voor Elkaar’ over verantwoord alcohol verkopen. We stimuleren alcoholverstrekkers in onze gemeente hier mee aan de slag te gaan.

 

Speciaal voor barvrijwilligers bestaat de IVA (Instructie Verantwoord Alcoholgebruik). Sinds januari 2013 is er een wettelijke verplichting dat barvrijwilligers van 18 jaar en ouder in het bezit zijn van een IVA- certificaat. De Vrijwilligers Academie biedt een gratis online cursus waarmee vrijwilligers een IVA-certificaat kunnen behalen. Ook het NOC*NSF biedt e-learning aan.

 

Er zijn ook mogelijkheden voor face-tot face trainingen voor de IVA. Deze trainingen worden aangeboden door Jellinek. Leidinggevenden kunnen ook een cursus Train de trainer IVA volgen. Daarbij leer je als ‘leidinggevende’ hoe je vrijwilligers zelf een training volgens de IVA kan geven.

 

Uit onderzoek is bovendien gebleken dat training van barpersoneel alleen effect heeft als deze is gekoppeld aan een adequate handhavingsstrategie (Babor e.a., 2010). Daarom wordt handhaving op leeftijd en doorschenken opgenomen in het handhavingsprioriteitenplan dat in ontwikkeling is.

 

Ondersteuningsketen alcohol -en middelengebruik

Naast het herkennen van signalen en het creëren van bewustwording over de verantwoordelijkheid die de omgeving heeft op het alcoholgebruik is het ook belangrijk om handelingsperspectief te bieden. Wat kan je zelf doen, wanneer schakel je hulp in en waar en wie biedt deze hulp. Om dit te realiseren brengen we de ondersteuningsketen in beeld. Daarnaast maken we vanuit de gemeente samenwerkingsafspraken met de belangrijkste ketenpartners over taken, verantwoordlijkheden, financiën en monitoring. Deze ketensamenwerking gaat verder dan alleen alcoholpreventie onder jeugd, maar richt zich op het brede thema alcohol -en middelengebruik voor zowel jeugd als volwassenen en ouderen.

 

4.3 Omgeving

In de omgeving van jongeren en jongvolwassenen staan drie doelgroepen centraal die invloed hebben op het alcoholgebruik:

  • -

    Alcoholverstrekkers

  • -

    Thuissituatie/Ouders

  • -

    Scholen

  • -

    Vrienden

Deze doelgroepen hebben niet altijd voldoende kennis van de risico’s van alcohol voor jongeren en jongvolwassenen of zij weten niet hoe zij kunnen bijdragen aan het voorkomen van (problemen door) alcoholgebruik. Daarom vormen zowel bewustwording van de risico’s als het bieden van handelingsperspectief een rode draad in de educatieve interventies die worden ingezet.

 

Alcoholverstrekkers

Verstrekkers van alcohol zijn verantwoordelijk voor de naleving van de Alcoholwet en aanvullende lokale regelgeving. Van hen wordt verwacht dat ze de leeftijdsgrens voor de verstrekking van alcohol kennen en naleven. Net als de verboden op wederverstrekking4 , het verbod op doorschenken bij dronkenschap en het toelaten van personen in kennelijke staat van dronkenschap in de onderneming, de vereniging of het evenement.

  • -

    Bij het verlenen van vergunningen geven we extra informatie over alcohol en de risico’s en tips en adviezen voor barpersoneel in relatie tot verantwoord alcohol schenken.

  • -

    Vanuit het Vitaliteitsakkoord stimuleren we sportverenigingen om aan de slag te gaan met verantwoord alcohol schenken in de kantine. Zowel tijdens -als na afloop van de wedstrijden en trainingen (zie ook Pijler voorlichting en educatie).

Thuissituatie/Ouders

Ouders onderschatten systematisch hoeveel hun kinderen drinken. Ze denken bovendien dat het gedrag van jongeren volledig wordt bepaald door vrienden en leeftijdsgenoten. Terwijl ouders wel degelijk nog invloed hebben op het alcoholgebruik van hun kinderen (van der Vorst e.a., 2006; Smeets e.a., 2019).

 

De beschikbaarheid van alcohol in huis beperken en het stellen van regels zijn geschikte instrumenten om alcoholgebruik tegen te gaan. Uit onderzoek blijkt dat kinderen van ouders die geen duidelijke regels hebben afgesproken en geen leeftijdsgrens hebben gesteld voor het drinken van alcohol al op jongere leeftijd beginnen met drinken. Ze drinken bovendien vaker dan jongeren waarvan de ouders wel een leeftijdsgrens hebben gesteld.

 

Naast het stellen van regels zijn andere beschermende factoren belangrijk: voorbeeldgedrag, een goede band tussen ouder en kind en een autoritatieve opvoedstijl. Bij een dergelijke opvoedstijl wordt het stellen van regels gekoppeld aan warmte en betrokkenheid. Een slechte ouder-kind relatie en psychische problematiek of middelengebruik van de ouders zijn risicofactoren (zie ook thuissituatie).

 

Via verschillende kanalen (GGDrU, Jellinek, Stichting Binding, lokale media, ouderavonden op scholen en in sportverenigingen) geven we ouders voorlichting, tips en adviezen over alcoholopvoeding. Ook ondersteunende websites zoals www.hoepakjijdataan.nl en www.helderopvoeden.nl kunnen hierbij helpen.

 

Onderwijs

De school is een belangrijke pedagogische omgeving voor jongeren. De gemeente Wijk bij Duurstede is een JOGG-gemeente. Vanuit de JOGG-aanpak stimuleren we onder andere dat kinderen opgroeien in een gezonde omgeving, waarbij we gezonde keuzes faciliteren en stimuleren. Het stimuleren van scholen om aan de slag te gaan met de Gezonde Schoolaanpak is hierbij een van de doelstellingen. De Gezonde Schoolaanpak is het landelijk programma dat scholen stimuleert om structureel en integraal te werken aan een gezonde leefstijl op scholen. Ook op het Revius Lyceum Wijk bij Duurstede wordt gewerkt aan de Gezonde School aanpak. Alcoholpreventie is geen onderdeel van de JOGG-aanpak, maar maakt wel onderdeel uit van de Gezonde School aanpak. In samenwerking met de GGDrU en Jellinek ondersteunen -en faciliteren we het Revius Lyceum Wijk bij Duurstede hoe zij aan alcoholpreventie kunnen werken. We streven er naar om (onderdelen van) het programma Helder op School te implementeren. Helder op School is een onderdeel van de Gezonde Schoolaanpak. Het is een evidence based programma ontwikkeld door het Trimbos Instituut en wordt uitgevoerd door Jellinek. Het helpt scholen aandacht te besteden aan roken, alcohol en drugs en (te veel) gamen. Het programma bestaat uit vier pijlers

  • -

    Pijler 1: Beleid

  • -

    Pijler 2: Deskundigheidsbevordering:

  • -

    Pijler 3: Ouderbetrokkenheid:

  • -

    Pijler 4: Educatie

Onder begeleiding van Jellinek en coördinatie door de Adviseurs Gezondheidsbevordering van GGDrU werken docenten en aanwezig zorgpersoneel stap voor stap aan het creëren van een gezond klimaat op school.

 

4.4 Regelgeving en handhaving

Het overgrote deel van de regelgeving op het gebied van alcohol is vastgelegd in de Alcoholwet. De Alcoholwet is primair een volksgezondheidswet met als doel om, met name onder jongeren, gezondheidsschade door alcoholgebruik te voorkomen. Daarnaast stelt de Alcoholwet ook als doel om alcohol gerelateerde verstoringen van de openbare orde terug te dringen. De Alcoholwet geeft invulling aan beide doelstellingen door onder andere beperkingen te stellen aan de beschikbaarheid van alcohol. Zo mag er bijvoorbeeld niet worden verstrekt aan een jongere als niet is vastgesteld dat hij of zij 18 jaar of ouder is. En ook de aanwezigheid van dronken personen is niet toegestaan in een horecagelegenheid of slijterij. Daarnaast sluit de wet ook bepaalde verkooppunten uit van het schenken en/of verstrekken van alcohol voor elders dan ter plaatse en is prijsstunten door de detailhandel aan banden gelegd. Deze bepalingen vormen samen de preventieve kern van de Alcoholwet.

Aanvullend op deze bepalingen kent de Alcoholwet een aantal verordenende bevoegdheden en heeft de burgemeester aanvullende mogelijkheden om de beschikbaarheid van alcohol te beperken. In de Algemeen Plaatselijke Verordening Wijk bij Duurstede, de Alcoholverordening en de regels omtrent het evenementenbeleid zijn een aantal bepalingen opgenomen die bijdragen aan het terugdringen van alcohol gerelateerde gezondheidsschade en verstoringen van de openbare orde:

  • -

    Verbod op happy hours

  • -

    Beperken schenktijden paracommercie

  • -

    Voorwaarden stellen aan alcoholverstrekking evenementen

  • -

    Beperken alcoholverkoop in alcohol overlastgebied

Verbod op happy hours

In artikel 25D van de Alcoholwet is een verordenende bevoegdheid opgenomen waarmee gemeenten ter bescherming van de volksgezondheid of in het belang van de openbare orde happy hours kunnen beperken. Met deze bevoegdheid kunnen de meest excessieve acties (meer dan 40% korting) worden verboden. Onderzoek (Meier e.a., 2008) laat zien dat de prijs van alcohol een belangrijke voorspeller is voor gebruik en dat met prijsinterventies gebruik kan worden beïnvloed. Het verhogen van alcoholprijzen heeft specifiek impact op mensen die veel alcohol consumeren. Het beperken van mogelijkheden om met prijzen voor alcoholhoudende dranken te stunten is daarmee een geschikt instrument om de stevige consumptie in het uitgaansleven te beperken en dronkenschap te voorkomen.

 

In Wijk bij Duurstede hebben we dat vastgelegd in artikel 8 van de Alcoholverordening:

Het is verboden in een horecalokaliteit of op een terras bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die daar gewoonlijk wordt gevraagd.

 

Beperken schenktijden paracommercie

Artikel 4 van de Alcoholwet bepaalt dat bij gemeentelijke verordening regels worden gesteld waaraan paracommerciële rechtspersonen zich moeten houden bij de verstrekking van alcoholhoudende drank. Dit ter voorkoming van oneerlijke mededinging. Het vastleggen van de schenktijden in de paracommercie is één van deze verplichte regels. Onderzoek laat zien dat het beperken van schenktijden de alcoholconsumptie en daaraan gerelateerde gezondheidsschade en verstoringen voor de openbare orde vermindert (Babor e.a., 2010). Daarnaast is het niet wenselijk dat jeugd tijdens sportieve, culturele of andere activiteiten geconfronteerd wordt met (overmatig) alcoholgebruik van volwassenen. Onderzoek laat zien dat zien drinken doet drinken (Smit e.a., 2020). In Wijk bij Duurstede hebben we de schenktijden voor alle para commerciële horeca vastgelegd in artikel 5 van de Alcoholverordening:

 

Een paracommerciele rechtspersoon mag zwak- alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

  • a.

    Maandag tot en met vrijdag van 17:00 tot 24:00 uur. De eindtijd van het schenken is daarbij tevens de sluitingstijd van de inrichting van bijbehorende terrassen.

  • b.

    Zaterdag en zondag vanaf 12:00 uur tot uiterlijk 24:00 uur. De eindtijd van het schenken is daarbij tevens de sluitingstijd van de inrichting en bijbehorende terrassen.

Voorwaarden stellen aan evenementen

Artikel 35 lid 2 van de Alcoholwet biedt burgemeesters de mogelijkheid om voorwaarden te stellen aan het verlenen van een ontheffing ten tijde van bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard, zoals evenementen en buurtfeesten. Er kunnen bijvoorbeeld voorwaarden worden gesteld aan de manier waarop de verantwoorde verstrekking wordt ingericht. Artikel 35 gaat uitdrukkelijk alleen om verstrekking van zwak-alcoholhoudende dranken voor gebruik ter plaatse.

 

Landelijk en lokaal onderzoek laat zien dat de naleving van de leeftijdsgrens voor alcohol en het doorschenken in diverse sectoren voor verbetering vatbaar is (Bureau Objectief, 2020; Bureau Objectief, 2018; Bureau Objectief, 2017). Op evenementen is de naleving van zowel de leeftijdsgrens als dronkenschap vaak ingewikkelder dan in de horeca. Factoren als schaalgrootte, tijdelijke personeelskrachten en het gebrek aan een structurele controlesystematiek bemoeilijken de naleving van de wetgeving.

 

De voorwaarde op het schenken van alcohol tijdens evenementen in Wijk bij Duurstede is opgenomen in artikel 5.6 van het Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Wijk bij Duurstede houdende regels omtrent het evenementenbeleid:

 

Het is niet toegestaan om zwak- alcoholhoudende dranken te verkopen en te gebruiken tijdens evenementen tenzij daarvoor door de burgemeester een ontheffing op grond van artikel 35 van de Drank- en Horecawet is verleend. Verkoop en gebruik van sterk alcoholhoudende drank is niet toegestaan tijdens evenementen.

 

De organisator van een evenement is verantwoordelijk voor het niet verstrekken of verkopen van zwak alcoholhoudende dranken aan jongeren onder de 18 jaar. Hij dient zijn personeel of eventuele derden daarover te instrueren. Bij een beheersbaar (afgesloten terrein) evenement wordt de controle bij de toegang op leeftijd verplicht gesteld en met behulp van polsbandjes of op een andere manier gereguleerd. Ook zijn de huisregels duidelijk zichtbaar.

 

Beperken alcoholverkoop in overlastgebied

In artikel 25F van de Alcoholwet is een verordenende bevoegdheid opgenomen waarmee gemeenten in geval van ernstige aantasting van de openbare orde, de leefomgeving of de volksgezondheid een gebied kan aanwijzen als alcoholoverlastgebied. Met deze bevoegdheid kan de gemeente in alcoholoverlastgebieden de verkoop van alcoholhoudende dranken in detailhandel verbieden of beperken en vergunningen weigeren. Onderzoek laat zien dat het beperken van verkooptijden de alcoholconsumptie en daaraan gerelateerde gezondheidsschade en verstoringen voor de openbare orde vermindert (Babor e.a., 2010). Het beperken van de verkoop van alcohol is daarmee een geschikt instrument om de stevige consumptie en daarmee gepaard gaande overlast in dergelijke gebieden te verminderen.

 

Op basis van de APV kunnen we ook in Wijk bij Duurstede gebruik maken van deze bevoegdheid. In onze APV zijn daarvoor de volgende bepalingen opgenomen:

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

Lid 1. Een vergunning of ontheffing kan in ieder geval worden geweigerd in het belang van:

  • a.

    De openbare orde

  • b.

    De openbare veiligheid

  • c.

    De volksgezondheid

  • d.

    De bescherming van het milieu

Artikel 2:28

Lid 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning slechts geheel of gedeeltelijk weigeren als naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat:

  • a.

    De woon -en leefsituatie in de omgeving van de openbare inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed

Handhavingsprioriteiten

De Alcoholwet heeft zowel een gezondheids- als een openbare orde en veiligheidsperspectief. Het doel van de gemeente is om door middel van naleving van de wet bij te dragen aan het voorkomen van gezondheidsschade en verstoringen van de openbare orde. Sinds 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de wet en heeft daarmee een belangrijk instrument in handen. Onderzoek laat zien dat handhaving noodzakelijk is om het gewenste effect te bereiken van maatregelen. Zoals de leeftijdsgrens voor alcohol en het verbod op doorschenken (Babor e.a., 2010).

 

De focus van het toezicht in Wijk bij Duurstede ligt op:

  • -

    naleving van de leeftijdsgrens van 18 jaar;

  • -

    het voorkomen van dronkenschap;

  • -

    het beheersen van de beschikbaarheid.

Deze handhavingsprioriteiten nemen we mee in het handhavingsuitvoeringsplan.

 

Controles

Risico gestuurd toezicht

Gemeente Wijk bij Duurstede is een relatief kleine gemeente. Hierdoor hebben we te maken met een beperkte toezichtcapaciteit. De toezichtcapaciteit zetten we daarom zo efficiënt mogelijk in. Risico gestuurd toezicht vormt daarbij het uitgangspunt. Op basis van een risicoanalyse wordt voor elk verkooppunt van alcoholhoudende drank een risicoscore bepaald. Deze score is gebaseerd op het type bedrijf, risico’s voor de omgeving, meldingen, naleving en gedrag van de ondernemer. Bedrijven met nagenoeg geen risico zullen we minder controleren dan bedrijven met een hoog risico.

 

 

Basiscontrole

Voordat we de controle op leeftijdsgrens/dronkenschap inspecties uitvoeren is het belangrijk een actueel beeld te hebben van de verleende vergunningen van in ieder geval de locaties met permanent of een beperkt risico. Met een basiscontrole stellen we vast of de vergunning nog op orde is en of de leidinggevende aanwezig is. Basiscontroles voeren we uit in uniform.

 

Controle op leeftijdsgrens en dronkenschap

We streven naar een controlefrequentie van minimaal 6 keer per jaar op de plekken met een hoge risico score. Voor de plekken met een beperkt risico zijn 4 inspecties per jaar noodzakelijk om de naleving effectief te beïnvloeden (Wagenaar e.a., 2005). Voor de groene categorie met een beperkt risico volstaat 1 controle per jaar. De controles zullen met name in de weekenden plaatsvinden, tenzij de risicoanalyse anders bepaalt. De controles worden uitgevoerd in burgerkleding.

 

Vanwege de kleine schaal zal een boa ook in burgerkleding direct herkend worden. Voor effectieve controles willen we daarom samenwerken met boa’s uit andere gemeentes. Door boa’s voor controles uit te wisselen verwachten we beter zicht te krijgen op de werkelijke naleving. Het is dan wel noodzakelijk dat de betreffende boa uit de andere gemeente ook beëdigd wordt in de gemeente Wijk bij Duurstede.

 

Voor de controles op de leeftijdsgrens willen we bijvoorbeeld de testkopermethode inzetten. Bij de testkopermethode worden jongeren (minderjarig of meerderjarig) die niet onmiskenbaar 18 jaar of ouder zijn, ingezet om te constateren of de leeftijd goed wordt vastgesteld en of er al dan niet aan hen alcohol wordt verkocht of verstrekt. De boa neemt de testkoper(s) mee en laat deze een aankooppoging doen. De boa observeert de aankooppoging en wanneer deze constateert dat de leeftijd niet op de juiste manier wordt vastgesteld kan de boa hierop handhaven volgens de sanctiestrategie.

 

Voor de dronkenschap inspecties werken we samen met de politie. De burgemeester kan op basis van bevindingen van de gemeentelijke boa, handhavend optreden op basis van artikel 20 lid 5 en 6 (aanwezigheid toestaan aan dronken personen en dronken dienstdoen in horecalokaliteit). Handhaving met betrekking tot het doorschenken aan dronken personen en dronkenschap in de openbare ruimte is voorbehouden aan de politie. Voor de veiligheid van de boa maken we afspraken met de politie over eventueel gezamenlijke controles en/of ondersteuning op afroep bij risicovolle situaties.

 

Positief handhaven

Lokaal alcoholbeleid is vaak gericht op preventie en controle, zoals hierboven ook is uitgewerkt. Echter zijn er voorbeelden van gemeenten die zich meer richten op integrale samenwerking door middel van verschillende initiatieven en betere communicatie met bijvoorbeeld evenementenorganisaties en horecagelegenheden. Dit in het kader van positief handhaven. In de gemeente Wijk bij Duurstede gaan we ook aan de slag met positief handhaven, waarbij de goede voorbeelden uit het land worden gebruikt.

 

Toezichtcapaciteit

In ons uitvoeringsplan bepalen we de jaarlijkse toezichtcapaciteit bepaald. Op basis van de risicoanalyse beoordelen we hoeveel controles er per jaar moeten plaatsvinden.

 

Voorbeeld positief handhaven uit de gemeente Voorst

  • 1.

    Consequent handhaven door middel van een duidelijk handhavingsbeleid.

  • 2.

    Uitleg geven en draagvlak creëren door middel van het organiseren van jaarlijkse bijeenkomsten. In deze bijeenkomsten geeft de gemeente uitleg over het beleid en over het belang van handhaving van het beleid. Daarnaast legt de gemeente uit hoe er wordt gehandhaafd en wat de gevolgen zijn bij overtreding.

  • 3.

    Het aanbieden van gratis alcoholtrainingen van de gemeente aan barcoördinatoren draagt bij aan naleving van de leeftijdsgrens en handhaving van het verbod op doorschenken.

  • 4.

    Bij alcoholcontroles geeft de gemeente een terugkoppeling aan de organisatie/ horecaondernemer. De terugkoppeling moet zo laagdrempelig mogelijk zijn, bijvoorbeeld via WhatsApp, zodat de organisatie/ondernemer direct een aanpassing kan maken op het schenkgedrag.

  • 5.

    De gemeente geeft niet alleen terugkoppeling over wat er niet goed gaat, maar juist ook als het wél goed gaat. Dit werkt motiverend voor organisatoren/ondernemers. Het bevordert ook de naleving van de leeftijdsgrens en handhaving van het verbod op doorschenken.

 

Sanctiestrategie

Voor het bepalen van de juiste sanctie, maken we maken gebruik van een sanctiestrategie. Daarbij houden we rekening met het gezondheidsperspectief, maar ook het perspectief op openbare orde en veiligheid zijn van belang. Op basis hiervan hebben we de sanctiestrategie ingedeeld in drie categorieën:

 

Categorie A

Overtredingen van bepalingen in deze categorie zijn van minder ernstige aard. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om administratieve vereisten.

Categorie B

Overtredingen van bepalingen in deze categorie zijn ernstige overtredingen, maar er is geen sprake van een acute (gevaar)situatie.

Categorie C

Overtredingen van bepalingen in deze categorie zijn ernstige overtredingen, die direct van invloed zijn op de gezondheid (van jongeren) en/of openbare orde.

 

Bij iedere categorie hoort een bepaald sanctiestappenplan. Dat wil zeggen dat elke categorie een eigen sanctieopbouw (1e, 2e, 3e overtreding) heeft, waarbij de overtredingen van bepalingen in een hogere categorie zwaarder bestraft worden. Kortom, op overtredingen die direct van invloed zijn op de gezondheid of de openbare orde (zoals de leeftijdsgrens en dronkenschap) wordt zwaarder ingezet dan administratieve overtredingen.

 

Na het opleggen van een sanctie volgt voeren we ook een herinspectie uit.

 

4.5 Verbinding preventie en handhaving

Om het effect van afzonderlijke handhavings- of preventieve interventies te versterken zetten we deze zoveel mogelijk in samenhang in. Daarnaast kiezen we voor een integrale aanpak. In onderstaande tabel staat (de combinatie van) maatregelen en integrale aanpakken die we in Wijk bij Duurstede willen inzetten om de doelstellingen van dit plan te behalen.

 

Maatregelenmatrix

De tabel schetst een overzicht van de maatregelen we de komende jaren, per beleidspijler en per setting willen inzetten.

 

Voorlichting en educatie

Signalering, advies en ondersteuning

Regelgeving en handhaving

Integrale aanpak

Detailhandel

  • Publiekscommunicatie

  • Toezicht leeftijdsgrens (met testkopers)

  • nalevingscommunicatie

  • Communicatieplan

  • Omgevingsbenadering

  • Handhavingsuitvoeringsplan

Horeca

  • Publiekscommunicatie

  • Bespreekbaar maken

  • Nalevingscommunicatie

  • Training barpersoneel

  • Toezicht leeftijdsgrens (met testkopers)

  • Toezicht doorschenken/ aanwezigheid dronken personen

  • Toezicht wederschenken

  • Nalevingscommunicatie

  • Communicatieplan

  • Omgevingsbenadering

  • Handhavingsuitvoeringsplan

Evenementen

  • Publiekscommunicatie

  • Extra informatie over risico’s en verantwoordelijkheden

  • Training barvrijwilligers

  • Toezicht leeftijdsgrens (met testkopers)

  • Toezicht doorschenken/ aanwezigheid dronken personen

  • Toezicht wederschenken

  • Nalevingscommunicatie

  • Communicatieplan

  • Omgevingsbenadering

  • Handhavingsuitvoeringsplan

Thuis/ouders

  • Publiekscommunicatie

  • Gerichte communicatie

  • Bespreekbaar maken

  • Ouderavonden

  • Adviesgesprekken

  • Met ouders in gesprek in wijken

  • Omgevingsbenadering

  • Helder op School

Sport en andere para commerciële verstrekkers

  • Publiekscommunicatie

  • Bespreekbaar maken

  • Nalevingscommunicatie

  • Training (bar) vrijwilligers

  • Deskundigheidsbevordering trainers/coaches

  • Toezicht leeftijdsgrens (met testkopers

  • Toezicht doorschenken/ aanwezigheid dronken personen

  • Toezicht wederschenken

  • Nalevingscommunicatie

  • Communicatieplan

  • Omgevingsbenadering

  • Handhavingsuitvoeringsplan

  • Vitaliteitsakkoord- gezonde sportomgeving

Scholen

  • Publiekscommunicatie

  • Bespreekbaar maken

  • Deskundigheidsbevordering docenten

  • Samenwerking

  • Omgevingsbenadering

  • Helder op school/gezonde school aanpak

Openbare ruimte/Algemeen

  • Publiekscommunicatie

  • Communicatieplan

  • Deskundigheidsbevordering professionals/ hulpverleners

  • Toezicht bezit alcohol onder 18 jaar

  • Toezicht openbaar dronkenschap

  • Toezicht overlast als gevolg van alcohol

  • Community building

  • Omgevingsbenadering

  • Vitaliteitsakkoord – gezonde leefstijl

  • Handhavingsuitvoeringsplan

Overkoepelend

  • Communicatieplan

  • Training professionals

  • Handhavingsuitvoeringsplan

  • MAG 2023-2027

  • Vitaliteitsakkoord

  • Gezond en Actief Leven akkoord (GALA)

  • Handhavingsuitvoeringsplan

  • Hulpverleningsketen- gemeente, GGDrU, Jellinek, jongerenwerk, politie, BOA

 

5. Samenwerking, uitvoering en evaluatie

 

Bij het tot stand komen van het Preventie- en handhavingsplan zijn verschillende gemeentelijke afdelingen betrokken, evenals externe samenwerkingspartners. Hieronder een beschrijving van de organisatiestructuur en de belangrijkste samenwerkingspartners.

 

5.1 Samenwerking met externe partners

Op een integraal dossier als het alcoholbeleid is betrokkenheid en samenwerking met externe partners essentieel voor een goede uitvoering. Het Preventie- en handhavingsplan hebben we daarom opgesteld in samenspraak met diverse partners. Ook voor het vervolg is deze samenwerking weer essentieel. De volgende samenwerkingspartners zijn daarbij concreet in beeld. Zij zijn allen gesprekspartner bij de probleemanalyse, evaluatie, planvorming en uitvoering.

 

Gemeente

Regievoerder en wettelijk bevoegd gezag voor uitvoering en naleving van de Alcoholwet

Politie

Expert zorg en veiligheid, handhaving en overlastmeldingen

Boa’s

Signalering, toezicht en handhaving, bekendheid van hotspots

Jongerenwerk / Stichting Binding

Vertrouwenspersoon jongeren, signalering en ondersteuning

Revius Lyceum Wijk bij Duurstede

Signalering en ondersteuning voor jongeren en ouders

GGDrU

Expert en advies gezondheidsbevordering en preventie

Jellinek

Expert preventie en verslavingsproblematiek

 

5.2 Organisatie en uitvoering

Om uitvoering te geven aan de activiteiten uit dit plan maken we samen met onze partners een uitvoeringsagenda. In het uitvoeringsagenda vertalen we de ambities in concrete acties en een jaarplanning. Als gemeente hebben we daarbij zowel een coördinerende als deels uitvoerende rol.

Om de voortgang van de uitvoering te monitoren en voor het bijstellen van het uitvoeringsplan, zetten we de volgende overlegstructuur op:

 

Organisatiestructuur Preventie- en handhavingsplan Alcohol

Leden

Taken

Vergaderfrequentie

Kernteam

Beleidsambtenaren OOV, volksgezondheid, jeugd, vergunningverlening, VTH, GGDrU, Jongerenwerk, Politie, Boa’s en Jellinek.

Uitvoeringsagenda maken, de voortgang bespreken en evt. bijsturen.

Bespreken ontwikkelingen.

Twee tot vier keer per jaar

Stakeholder overleg

Leden kernteam aangevuld met horecaondernemers, onderwijs, sportaanbieders, wijkteams en andere bij de uitvoering betrokken partijen.

Uitwisseling kennis -en ervaringen

Een of twee keer per jaar

 

Naast deze organisatiestructuur willen we ook jongeren zelf betrekken. Dat geldt niet alleen voor het thema alcohol, maar ook voor andere thema’s. De vorm en de frequentie moet nog verder uitgewerkt worden.

 

5.3 Evaluatie

Kritisch evalueren is een belangrijk onderdeel van dit Preventie- en handhavingsplan. Om de kwaliteit van onze aanpak hoog te houden en waar nodig tijdig bij te stellen, gebruikt de gemeente de volgende evaluatiecyclus:

  • -

    De uitvoeringsagenda is de leidraad voor het continu monitoren en bijsturen van de uitvoering van het PHP.

  • -

    Indien beschikbaar presenteren we de nalevingscijfers uit nalevingsonderzoek leeftijdsgrens en doorschenken en de nieuwe resultaten van de jeugdgezondheidsmonitor van de GGDrU.

  • -

    Na vier jaar vindt een uitgebreide evaluatie plaats op basis van beschikbaar onderzoek en de input van samenwerkingspartners. In de evaluatie blikken we terug op de realisatie van de activiteiten. Daarnaast brengen we de effecten van ons beleid en achterliggende verklaringen in beeld. De uitkomsten van deze evaluatie kunnen weer input opleveren voor het actualiseren van het nieuwe Preventie en Handhavingsplan.

Literatuur en bronnen

 

Expertisecentrum Alcohol (2020). Dossier Alcohol en jongeren. Utrecht: Trimbos-instituut. Geraadpleegd van expertisecentrumalcohol.nl, 26 november 2020.

 

Babor, T., Caetano, R., Casswell, S., Edwards, G. & Giesbrecht, N. (2010). Alcohol: no ordinary commodity: Research and public policy. Oxford, United Kingdom: Oxford University Press.

 

Bureau Objectief (2017). Nalevingsonderzoek doorschenken gemeente Rotterdam 2017. Nijmegen: Bureau Objectief.

 

Bureau Objectief (2018). Nalevingsonderzoek doorschenken gemeente Utrecht 2018. Nijmegen: Bureau Objectief.

 

Bureau Objectief (2020). Landelijk onderzoek naar de naleving van de leeftijdsgrens bij alcoholverkoop aan minderjarigen in 2020. Nijmegen: Bureau Objectief.

 

Bureau Objectief (2022). Handreiking Toezicht Alcoholwet. Geraadpleegd van http://www.handreikingalcoholwet.nl/, februari 2022.

 

Burton, R., Henn, C., Lavoie, D., O'Connor, R., Perkins, C., Sweeney, K., Greaves F., Ferguson B., Beynon C., Belloni A., Musto V, Marsden J. & Sheron, N. (2017). A rapid evidence review of the effectiveness and cost-effectiveness of alcohol control policies: an English perspective. The Lancet, 389(10078), 1558-1580.

 

Dorsselaer, S. van, Beurs, D. de & Monshouwer, K. (2020). Middelengebruik onder studenten van 16-18 jaar op het MBO en HBO 2019. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Dorsselaer, S. van, Tuithof M & Monshouwer, K. (2016). Factsheet Peilstationsonderzoek. Ouders 2015. Ouders over het gebruik van tabak, alcohol, cannabis en internet door jongeren. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Engels, R., Kleinjan, M. & Otten, R. (2013) De rol van ouders bij alcoholgebruik van adolescenten: Stand van zaken. Nijmegen: Behavioural Science Institute Radboud Universiteit Nijmegen

 

Gezondheidsraad (2015). Richtlijnen goede voeding 2015. ’s-Gravenhage: Gezondheidsraad 24, 1–95.

 

Nationaal Preventieakkoord (2018). Nationaal Preventieakkoord. Naar een gezonder Nederland. ’s-Gravenhage: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

 

Paternotte, M. & Prooij, F. (2019). Doelgroeponderzoek Plattelandsjongeren. Kwalitatief onderzoek naar alcoholgebruik onder plattelandsjongeren. Amsterdam: Mare.

 

Meier , P. et al. (2008). The independent review of the effects of alcohol pricing and promotion. Summary of Evidence to Accompany Report on Phase 1: Systematic Reviews. United Kingdom: School of Health and Related Research, University of Sheffield, UK

 

Monshouwer, K. Miltenburg, C. van, Beek, R. van, Hollander, W. den, Schouten, F. Goor, M. van, ., & Laar M.W. van (2021). Het grote uitgaansonderzoek 2020. Uitgaanspatronen, middelengebruik gezondheid en intentie tot stoppen of minderen onder uitgaande jongeren en jongvolwassenen. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Nijkamp. L., Smeets, L., Greeff, J. de, Scholten, K. & Voorham, L. (2020). Dronkenschap en doorschenken. De impact en aanpak van dronkenschap en doorschenken in het uitgaansleven. Factsheet. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Onrust, S., Otten, R., Lammers, J. & Smit, F. (2016). School-based programmes to reduce and prevent substance use in different age groups: What works for whom? Systematic review and meta-regression analysis. Clinical Psychology Review, 44, 45-59.

 

Reynolds, R.I. (2003). Building confidence in our communities. London: London Drug Policy Forum.

 

Rombouts, M., Dorsselaer, S. van, Scheffers, T., Tuithof, M., Kleinjan, M. & Monshouwer, K. (2020a). Jeugd en riskant gedrag 2019. Kerngegevens uit het Peilstationsonderzoek Scholieren. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Rombouts, M., Visser, D., Onrust, S., Tuithof, M., Scheffers-Van Schayck, T., Simon, J., & Monshouwer, K. (2020b). Preventie en gebruik van tabak, alcohol, cannabis en andere middelen onder jongeren met een licht verstandelijke beperking in het cluster 3-onderwijs. Kerngegevens uit het EXPLOREonderzoek 2019. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Smeets, L., Monshouwer, K. & Greeff, J de. (2019). De IJslandse aanpak van middelengebruik onder jongeren Een verkenning van de wetenschappelijke literatuur. Utrecht: Trimbos-instituut

 

Smit. K., Monshouwer. K., Leeuwen, L. van, & Voogt, C. (2020) – Zien drinken doet drinken. De invloed van de zichtbaarheid van alcohol in de sociale omgeving op kennis, opvattingen en gebruik van alcohol door jongeren. Literatuuroverzicht. Utrecht: Trimbos-instituut.

 

Nationale Drug Monitor, editie 2022. Alcohol 11.2.2 Demografische kenmerken algemene bevolking - Nationale Drug Monitor. https://www.nationaledrugmonitor.nl/alcohol-demografische-kenmerken-algemene-bevolking/. Geraadpleegd op: 15 februari 2022. Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag

 

Van der Vorst, H., Engels, R.C.M.E., Meeus, W., & Dekovic, M. (2006). Parental attachment, parental control, and early development of alcohol use: A Longitudinal Study. Psychology of Addictive Behaviors , Vol. 20, No. 2, 107–116

 

Wagenaar, A.C., Toomey, T.L. & Erickson, D.J. (2005). Complying with the minimum drinking age: effects of enforcement and training interventions. Alcoholism: Clinical and Experimental Research, 29, 2, 255-262

Bijlage 1 Cijfers

 

Cijfers jeugd (12-18 jaar)

De cijfers zijn gebaseerd op de gezondheidsmonitor Jeugd 2019 en 2021. De gezondheidsmonitor Jeugd brengt de gezondheid, het welzijn en de leefstijl van middelbare scholieren in kaart. Alle GGD ’en GGD GHOR Nederland en het RIVM voeren samen dit onderzoek uit. Normaal gesproken vindt elke vier aar een meting plaats, waarbij vragenlijsten worden ingevuld door leerlingen in de tweede en vierder klas van het regulier voortgezet onderwijs. In 2021 is vanwege corona een extra monitor uitgevoerd.

 

Voor een vergelijking van de cijfers zijn ook de cijfers van drie referentiegemeenten in de tabel opgenomen. Deze gemeenten zijn vergelijkbaar qua inwonersaantal, ook hebben deze gemeente een relatief lage bevolkingsdichtheid en zijn gelegen in landelijk gebied.

 

 

Factsheet GGD Gezondheidsmonitor Jeugd

 

Cijfers jongvolwassenen (16-25 jaar)

Voor de cijfers van jongvolwassenen (16-25 jaar) is gebruik gemaakt van de Corona gezondheidsmonitor Jongvolwassenen. In het voorjaar en de zomer van 2022 is vanwege corona deze monitor voor het eerst uitgevoerd. Via een online social media en offline campagne zijn jongvolwassenen gevraagd de digitale vragenlijst in te vullen. Ongeveer 70.000 jongvolwassenen deden mee.

 

 

Kenmerken referentiegemeenten

  • -

    Gemeente Wijk bij Duurstede – 23.955 inwoners, verdeeld over drie kernen; Wijk bij Duurstede, Cothen en Langbroek. Bevolkingsdichtheid 504 inwoners/km2

  • -

    Gemeente Borne – 24.524 inwoners, verdeeld over drie kernen; Borne, Hertme en Zenderen. Bevolkingsdichtheid 944 inwoners/km2

  • -

    Gemeente Bunschoten – 22.500 inwoners, 10.609 adressen verdeeld over twee kernen; Bunschoten-Spakenburg en Eemdijk. Bevolkingsdichtheid 740 inwoners/km2

  • -

    Gemeente Rhenen – 20.329 inwoners en 9.576 adressen verdeeld over drie kernen; Rhenen, Elst ten Achterberg. Bevolkingsdichtheid 484 inwoners/km2

Bijlage 2 Onderzoeksverslag ‘Het perspectief van jongeren in de gemeente Wijk bij Duurstede over alcoholgebruik’

 

 

 

Naar boven