A.
Na paragraaf 6.4.2.1. (het recht van eerste koop voor de gemeente) wordt een paragraaf toegevoegd, luidende:
6.4.2.1.a Kohnstammlocatie
De kopers van de sociale koopwoningen aan de Kohnstammlocatie hebben een kettingbeding aanvaard. Hierin wordt bepaald dat de gemeente Waterland ten aanzien van toekomstige eigenaren een recht van eerste koop heeft voor deze sociale koopwoningen voor het bedrag van de aankoopprijs, waarbij een indexatie, gekoppeld aan de WOZ-waarde, zal worden gehanteerd. Een rekenvoorbeeld is opgenomen in bijlage 5 van deze Nota Grondbeleid.
Omdat de gemeente invulling wil geven aan haar beleidsdoelstellingen om betaalbare koopwoningen aan de daarvoor beoogde doelgroep op de woningmarkt aan te kunnen bieden, zal zij gebruikmaken van haar recht tot eerste koop en de woningen aankopen, om vervolgens door te verkopen. Uitgangspunt is dat de doorverkoop een kostenneutrale situatie voor de gemeente oplevert waarbij de gemeentelijke kosten worden gedekt, zonder winstdoelstelling. Dit houdt in dat de woning te koop zal worden aangeboden voor de door de gemeente betaalde aankoopprijs, vermeerderd met de gemaakte (door)verkoopkosten. Voor de maximale (ver)koopprijs van de betreffende koopwoningen wordt verwezen naar bijlage 6 van deze Nota Grondbeleid onder “kaders betaalbare koop” onder 1 en 2.
De gemeente zal gebruik blijven maken van haar recht van eerste koop totdat de aankoopprijs van de woningen zo hoog wordt dat de woningen niet meer kostenneutraal kunnen worden doorverkocht als betaalbare koopwoning.
Voor de doelgroep aan wie de gemeente de betreffende koopwoningen zal gunnen, wordt verwezen naar bijlage 6 van deze Nota Grondbeleid onder “kaders betaalbare koop” onder 3 en 6.
Om de betaalbare koopwoningen binnen het segment te behouden en speculatieve verkoop tegen te gaan, zal een anti-speculatiebeding en zelfbewoningsplicht worden ingezet. Hiervoor wordt verwezen naar bijlage 6 van deze Nota Grondbeleid onder “kaders betaalbare koop” onder 4 en de uitwerking zoals gemeld onder 6.4.2.2 tot en met 6.4.2.4 van deze Nota Grondbeleid.