Kennisgeving inzake voornemen tot verkoop en levering en vestiging zakelijk recht (bouw)grond Polderzoom te Aalsmeer

Z24-089033;D24-305014

Burgemeester en wethouders van de gemeente Aalsmeer maken bekend dat de gemeente Aalsmeer (hierna: de Gemeente) voornemens is om aan Jac. Kooij Holding B.V. of een aan haar gelieerde (rechts)persoon danwel aan de bestuurders van deze rechtspersonen in privé (hierna: Eigenaar) een perceel grond te leveren voor het realiseren van een terreinontsluiting (Perceel A) en een perceel grond te leveren voor de realisatie van woningbouw (Perceel B).

Perceel A betreft een gedeelte van circa 200 m2 van het bij de Gemeente in eigendom zijnde perceel, kadastraal bekend gemeente Aalsmeer, sectie C, nummer 6704 voor het realiseren van een terreinontsluiting.

Perceel B betreft een gedeelte van circa 4.281 m2 van de bij de Gemeente in eigendom zijnde percelen, kadastraal bekend gemeente Aalsmeer, sectie C, nummers 0701 en 4529 voor het realiseren van woningbouw.

Tevens is het voornemen om een zakelijk recht te vestigen op het perceel, kadastraal bekend gemeente Aalsmeer, sectie C, nummer 6704 ten behoeve van een mantelbuis die onder het wegtracé van de Burgemeester Hoffscholteweg door wordt aangelegd. Door de aanleg van het wegtracé wordt de resterende grond van Eigenaar doorsneden. Via een mantelbuis worden de nutsvoorzieningen van de ene naar de andere zijde van het wegtracé gebracht.

De Gemeente verkrijgt “in ruil voor” bovengenoemde percelen grond een perceelsgedeelte t.b.v. de aanleg van de Burgemeester Hoffscholteweg (Perceel C) en een onverdeeld aandeel in een perceel grond gelegen in Polderzoom 2 bestemd voor woningbouw (Perceel D).

In 2016 heeft de Gemeente via een onteigeningsprocedure de eigendom verkregen van een gedeelte van de gronden van Eigenaar ten behoeve van de aanleg van het wegtracé van de Burgemeester Hoffscholteweg. Eigenaar heeft het voortgezet gebruik gekregen van de rechter. Ook heeft de Gemeente samen met Eigenaar via minnelijke onteigening de onverdeelde eigendom verkregen van gronden (Perceel D). Geen van beiden kan daardoor zelf tot realisatie van woningen overgaan en dat is wel de wens. Na jarenlang onderhandelen is er overeenstemming bereikt over aankoop van het onverdeeld aandeel (in Perceel D) “in ruil voor” de verkoop van een perceel grond (Perceel B) grenzend aan andere eigendommen van Eigenaar. Voorts is in verband met de aanleg van het wegtracé (Perceel C) en de terreinontsluiting (Perceel A) overeenstemming bereikt over een verkoop over en weer.

De verkoop van het perceel t.b.v. de terreinontsluiting (Perceel A) vloeit voort uit de uitspraak van de rechter in het kader van de onteigening. De verkoop van het Perceel B ten behoeve van woningbouw betreft een zogenoemd verplaatst zelfrealisatierecht.

Wordt niet tot verkoop aan Eigenaar overgegaan dan is het voeren van een onteigeningsprocedure de enige mogelijkheid om het wegtracé en de woningbouw te realiseren. Als er overeenstemming is bereikt is dit niet nodig. Realisatie van het wegtracé en de woningbouw is een publiek belang van de Gemeente Aalsmeer.

Gezien de bovengenoemde argumenten is de Gemeente van oordeel dat er maar één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop van het betreffende gemeentepercelen, zijnde Eigenaar.

Reactietermijn

Degene die zich niet kan verenigen met het voornemen om tot verkoop en levering te besluiten van voormelde percelen en de vestiging van het zakelijk recht, dient binnen een termijn van twintig (20) kalenderdagen na datum publicatie van deze bekendmaking een kort geding tegen de Gemeente bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam aanhangig te hebben gemaakt. Genoemde termijn merkt het college van burgemeester en wethouders aan als een vervaltermijn. Als binnen de opgegeven termijn van twintig (20) kalenderdagen geen kort geding tegen de Gemeente aanhangig is gemaakt, zal de Gemeente, overgaan tot besluitvorming over de verkoop en levering en over de belasting met het zakelijk recht van de voornoemde percelen.

Bij gebreke van het tijdig aanhangig maken van een kort geding, vervalt het recht tegen al het voornoemde in rechte op te komen en/of daarop enige vordering tot schadevergoeding of welke andere aanspraak dan ook te baseren, althans heeft u uw rechten daarop verwerkt. Er liggen verder geen stukken ter inzage.