Verkeersbesluit instellen diverse verkeersmaatregelen Westerdam te Rotterdam

Rotterdam, Feijenoord, AS24/07664 -   24/0019903

 

 

De directeur van cluster Stadsontwikkeling,

 

overwegende,

 

dat de Westerdam gelegen is in het gebied Feijenoord van de gemeente Rotterdam;

dat er tussen het Koninginnenhoofd en de Westerdam een bouwproject plaatsvindt;

dat zodoende er een bouwterrein wordt gerealiseerd rondom het bouwproject;

dat een bouwveiligheidszone het risico op verwondingen door valgevaar tijdens de werkzaamheden en activiteiten voorkomt en daarom een zekere afstand, vanaf de bouwplaats, in acht wordt genomen volgens de Landelijke richtlijn Bouw- en Sloopveiligheid, versie 1.2 van augustus 2018;

dat gelet op bovenstaande bouwactiviteiten het noodzakelijk is om diverse verkeersmaatregelen in te stellen;

dat gelet op de verkeersveiligheid in combinatie met de aanwezige hijszone van eerder genoemd bouwproject, de Westerdam tijdelijk wordt afgesloten voor alle verkeersdeelnemers;

dat er voor voetgangers duidelijk wordt gemaakt dat deze dienen over te steken;

dat voor overige verkeersdeelnemers de omrijafstand zeer beperkt is, deze kunnen namelijk omrijden via de Wilhelminakade, Koninginnenhoofd en Otto Reuchlinweg;

dat het bouwverkeer komende vanaf het bouwterrein, gelet op het waarborgen van de verkeersveiligheid, voorrang dient te verlenen aan het verkeer op de Otto Reuchlinweg en Wilhelminakade door middel van instellen van voorrangsregelingen;

dat de verkeersmaatregelen in dit verkeersbesluit gelden tot en met 24 december 2027, of zoveel korter dan wel zoveel langer als voor de werkzaamheden dringend noodzakelijk is;

dat de maatregel, gelet op artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (Wvw, besluit van 21 april 1994, Staatsblad (Stb.) 1994, 475, zoals nadien gewijzigd), strekt tot:

• het verzekeren van de veiligheid op de weg;

• het beschermen van weggebruikers en passagiers;

• het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

dat de weg onder beheer is van de gemeente Rotterdam;

dat het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van de betrokkenen behoren te blijven;

dat in het kader van artikel 24 sub a. van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW, besluit van 26 juli 1990, 460, of zoals nadien gewijzigd) wel overleg heeft plaatsgevonden met de Politie, eenheid Rotterdam, waarbij de Politie, eenheid Rotterdam, te kennen heeft gegeven akkoord te zijn met de voorgestelde verkeersmaatregelen.

 

Gelet op artikel 18 aanhef en onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (Staatsblad 1994, nr. 475, zoals nadien gewijzigd), het bepaalde in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer en daartoe bevoegd krachtens door het college van Burgemeester en Wethouders verleend mandaat in het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Rotterdam 2022 (gemeenteblad 2022-187, zoals nadien gewijzigd);

Besluit:

namens het college van Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,

 

tot het instellen van een geslotenverklaring op de Westerdam, tussen de Wilhelminakade en Otto Reuchlinweg, middels

  • het plaatsen van 2 borden C01 (geslotenverklaring in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee) als bedoeld in bijlage I van het RVV 1990 ter hoogte van het kruispunt Westerdam-Otto Reuchlinweg en kruispunt Westerdam-Wilhelminakade;

tot het instellen van een geslotenverklaring op het voetpad van de Westerdam, middels

  • het plaatsen van 2 borden C16 (geslotenverklaring voor voetgangers) als bedoeld in bijlage I van het RVV 1990 ter hoogte van het kruispunt Westerdam-Otto Reuchlinweg en kruispunt Westerdam-Wilhelminakade;

  •  

tot het instellen van voorrangsregelingen op de Wilhelminakade en Otto Reuchlinweg, waarbij verkeer komende vanaf het bouwterrein voorrang dient te verlenen aan verkeer op de Wilhelminakade en Otto Reuchlinweg, middels

  • het plaatsen van 3 borden B06 als bedoeld in bijlage I van het RVV 1990 ter hoogte van de in/uitgangen van het bouwterrein;

 

De directeur van Cluster Stadsbeheer wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Dit besluit wordt op de voor de gemeente gebruikelijke wijze gepubliceerd.

 

Rotterdam, 30 september 2024

Namens het college van Burgemeester en Wethouders

de directeur van het cluster Stadsontwikkeling,

voor deze, het hoofd Mobiliteit,

Remco de Goederen

Hoofd van de afdeling Mobiliteit

Belanghebbenden kunnen tegen dit besluit binnen zes weken na datum van publicatie, een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders.

 

Dit bezwaarschrift moet ondertekend zijn en moet ten minste bevatten:

- naam en adres van de indiener

- datum bezwaarschrift

- de gronden van het bezwaar

- een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt.

 

Het bezwaarschrift moet worden gezonden naar:

Het college van burgemeester en wethouders,

t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie, postbus 1011, 3000 BA te ROTTERDAM.

Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: (010) 2676300.

 

U kunt uw bezwaarschrift ook digitaal indienen op: www.rotterdam.nl/bezwaar

U kunt, indien u een bezwaarschrift bij het college heeft ingediend, een verzoek om voorlopige voorziening (o.a. schorsing) indienen bij:

Rechtbank Rotterdam, sector Bestuursrecht, postbus 50951, 3007 BM te ROTTERDAM.

Voor een dergelijk verzoek is griffiegeld verschuldigd.

Naar boven