Gemeenteblad van Lelystad
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lelystad | Gemeenteblad 2024, 414394 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lelystad | Gemeenteblad 2024, 414394 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Subsidieregeling Peuteropvang en onderwijskansenbeleid Lelystad 2025
Hoofdstuk 1: Inleidende bepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Aanvrager: een instelling die reguliere dagdelen peuteropvang en/of VVE peuterplaatsen aanbiedt en gevestigd is in de gemeente Lelystad en geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang; een bestuur van scholen, met scholen gevestigd in Lelystad, met onderwijsachterstanden of instellingen die voldoen aan Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen en gevestigd zijn in Lelystad.
Jeugdgezondheidszorg (JGZ): instelling die indicatie en toeleiding van doelgroepkinderen doet en/of toezicht houdt op voorschoolse educatie en een instelling die een adviserende instaptoets doet bij kinderopvangorganisaties die voor het eerst voor subsidie voor voorschoolse educatie in aanmerking willen komen;
Kinderopvangtoeslag: kinderopvangtoeslag die door het Rijk via de belastingdienst wordt aangeboden. Deze toeslag is inkomensafhankelijk, waardoor ouders netto een inkomensafhankelijke bijdrage betalen voor de kinderopvang. Het Rijk hanteert hierbij een maximum uurtarief waarover ouders toeslag ontvangen, die jaarlijks wordt aangepast;
Artikel 1.2 Doel subsidieregeling
Het doel van deze subsidieregeling is: ‘Kinderen starten of stromen met gelijke kansen uit in het onderwijs.’ Het maatschappelijke doel dat hieraan is gekoppeld is: ‘Aan het eind van het basisonderwijs wordt, in Lelystad, een onderwijsniveau behaald zoals dat in Nederland gemiddeld is voor een gelijke populatie aan leerlingen. Door deze gelijke (onderwijs)kansen en uitstroom wordt de integratie in de maatschappij verhoogd en segregatie voorkomen’;
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies per kalenderjaar door het college, voor de in artikel 2.1, artikel 3.1, artikel 4.1 en artikel 5.1 bedoelde activiteiten in het kader van Peuteropvang en Onderwijskansenbeleid die plaatsvinden in de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2026.
Artikel 1.8 Bijzondere verplichtingen
De aanvrager van artikel 2.1, artikel 3.1, artikel 4.1 en artikel 5.1 neemt deel aan en kennis van de door de gemeente gefaciliteerde kennisdeling in Lelystad middels het traject visieontwikkeling jonge kind, de VVE-adviesgroep en/of de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) die tenminste 4 maal per jaar wordt georganiseerd.
De subsidieontvanger dient medewerking te verlenen aan mogelijke onderzoeken die gerelateerd zijn aan het monitoren van de resultaten van de activiteiten in het kader van het onderwijskansenbeleid, onder meer, maar niet uitsluitend, door aan de gemeente dan wel aan een door de gemeente aangewezen instantie relevante gegevens te leveren.
Hoofdstuk 2: Baby en Peuter aanbod
Subsidie inzake activiteiten gericht op taalaanbod van baby’s en peuters wordt uitsluitend verleend voor activiteiten voor:
Subsidie, inzake activiteiten gericht op taalaanbod van baby’s en peuters, wordt uitsluitend verleend aan:
Artikel 2.4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
De redelijk gemaakte kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van de activiteiten onder artikel 2.1 komen voor subsidie in aanmerking.
Artikel 2.5 Hoogte van de subsidie
De hoogte van de subsidie voor activiteiten betreffende ondersteunen van de thuissituatie, van de geïndiceerde peuters in de leeftijd van 0 - 2,5 jaar die deelnemen aan de voorschoolse educatie, wordt gebaseerd op het door de aanvrager bij de aanvraag ingediende (project)plan, de begroting, hoeveel en welke doelen en resultaatafspraken worden behaald.
Subsidie inzake Peuteropvang wordt uitsluitend verleend voor activiteiten betreffende de peuteropvang in een geregistreerd kindercentrum van kinderen waarvan de ouders geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag.
Voor peuteropvang wordt subsidie verstrekt aan in Lelystad gevestigde in het LRK geregistreerde kindercentra, voor activiteiten zoals benoemd in artikel 3.1
Artikel 3.5 Hoogte van de subsidie
De subsidie per kindplaats in de peuteropvang bedraagt het aantal af te nemen uren kinderopvang met een maximum van 320 uur per jaar vermenigvuldigd met het maximum uurtarief uit de rijksregeling minus de ouderbijdrage.
Artikel 3.6 Berekening van ouderbijdrage en subsidie
De ouderbijdrage voor de activiteiten in artikel 3.1 wordt als volgt berekend:Ouders betalen voor peuteropvang voor elk uur een inkomensafhankelijke ouderbijdrage aan het kindercentrum. Deze ouderbijdrage is het door het kindercentrum gehanteerde uurtarief minus toelage die een ouder in de rijksregeling zou krijgen.
Hoofdstuk 4: Voorschoolse Educatie (VE)
Artikel 4.5 Hoogte van de subsidie
De subsidie per kindplaats in de voorschoolse educatie bedraagt het aantal af te nemen uren kinderopvang met een maximum van 16 uur per week. Hiervan wordt het aantal uren per week vermenigvuldigd met het vastgesteld tarief van VVE in Lelystad minus de ouderbijdrage. Het maximum uurtarief is € 12,66 in 2025. In 2026 wordt dit bedrag geïndexeerd.
Hoofdstuk 5: (vroeg)Schoolse educatie in het primair onderwijs
Subsidie inzake vroegschoolse educatie in het primair onderwijs wordt uitsluitend verleend voor:
versterking van het aangeboden onderwijs, voor VVE-geïndiceerde kinderen, op en rondom de basisscholen met achterstanden conform CBS-systematiek, specifiek gericht op het bevorderen van sociaal-emotionele vaardigheden, executieve functies, taalverzorging, lezen en rekenen bij de kinderen met achterstanden;
ontwikkeling en kennisdeling door het (generieke) opleidingsdeel binnen de gekozen maatregelen voor alle scholen met achterstandsleerlingen conform CBS-systematiek beschikbaar te stellen, c.q. kennisdeling van scholen met relatief veel achterstanden en een intensievere aanpak naar scholen met minder achterstanden en minder specifieke deskundigheid;
De activiteiten in artikel 5.1 dienen aanvullend te zijn op de reguliere wettelijke verantwoordelijkheid van de onderwijspartners, die rechtstreeks naar het onderwijs worden bekostigd, en komen ten goede aan kinderen die geïndiceerd zijn met een VVE-indicatie.
Hoofdstuk 6: Overige bepalingen
Artikel 6.1 Overige bepalingen
Aanvragen die ingediend worden tijdens deze regeling zullen worden verantwoord en vastgesteld worden op basis van deze subsidieregeling.
Het college kan, met uitzondering van artikel 3.1 en 4.1 lid a en e, bepalingen uit deze subsidieregeling buiten toepassing laten, indien naar het oordeel van het college in bijzondere individuele gevallen de toepassing van een artikel uit deze regeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-414394.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.