Mandaat- en machtigingsbesluit m.e.r.-procedure Dalfsen

 

De raad van de gemeente Dalfsen;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 september 2024, nummer 1855;

 

overwegende dat:

  • het om redenen van doelmatigheid en continuïteit wenselijk is mandaat te verlenen tot het nemen van m.e.r.-beoordelingsbesluiten en;

  • machtiging te verlenen tot het verrichten van feitelijke handelingen met betrekking tot m.e.r.-procedures

  • aan het college van burgemeester en wethouders;

 

gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 16.36, 16.37, 16.38, 16.39, 16.43, 16.46 en 16.49 van de Omgevingswet ;

 

b e s l u i t :

 

  • 1.

    Mandaat te verlenen aan het college van burgemeester en wethouders tot het nemen van een m.e.r.-beoordelingsbesluiten.

  • 2.

    Het college te machtigen tot het verrichten van feitelijke handelingen met betrekking tot m.e.r.- procedures.

  • 3.

    Dit besluit in werking te laten treden op 24 september 2024 en aan te halen als het ‘Mandaat- en machtigingsbesluit m.e.r.-procedure Dalfsen”.

 

Aldus besloten door de raad van de gemeente Dalfsen in zijn openbare vergadering van 23 september 2024.

De raad voornoemd,

de voorzitter, de griffier,

H. Jager drs. J. Leegwater LLB

Toelichting

 

Inleiding

De Omgevingswet brengt wijzigingen aan in het bestuursorgaan dat bevoegd is een m.e.r.-(beoordelings)besluit te nemen. Het voorbereidend bestuursorgaan is daarmee niet langer automatisch het bevoegd gezag om een m.e.r.-beoordelingsbesluit te nemen. De gemeenteraad kan de bevoegdheid om een m.e.r.-beoordelingsbesluit te nemen aan het college van burgemeester en wethouders mandateren. Om redenen van doelmatigheid en continuïteit heeft de gemeenteraad besloten om van deze mogelijkheid gebruik te maken.

 

Artikel 1

In bij wet aangewezen gevallen beoordeelt het bevoegd gezag of een project, plan of programma aanzienlijk nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Het bevoegd gezag neemt vervolgens op basis van deze beoordeling een besluit of er als dan niet een milieueffectrapport (m.e.r.) moet worden opgesteld. Dit is een m.e.r.-beoordelingsbesluit. Dit artikel regelt dat het college van burgemeester en wethouders ook onder de Omgevingswet bevoegd is tot het nemen van een m.e.r.-beoordelingsbesluit voor een project, plan of programma.

 

Artikel 2

Dit artikel regelt dat het college onder de Omgevingswet gemachtigd is tot het verrichten van feitelijke handelingen met betrekking tot de m.e.r.-procedure. Dat betekent dat het bevoegd gezag handelingen mag verrichten die nodig zijn in een m.e.r.-procedure. Deze handelingen staat in afdeling 16.4 van de Omgevingswet.

 

Naar boven