Burgemeester en wethouders van de gemeente Etten-Leur;
Gelet op:
de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer, de Uitvoeringsvoorschriften van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer en de Algemene wet bestuursrecht;
Overwegende dat:
een aanvraag is ontvangen op 19 juni 2024 voor het toewijzen van een individuele gehandicaptenparkeerplaats nabij de woning aan de Rommedreef 1;
dat de individuele gehandicaptenparkeerplaats bedoeld is voor het parkeren van het voertuig ten behoeve van de aanvrager;
de aanvraag voldoet aan de door de burgemeester en wethouders vastgestelde beleidsregels d.d. 26 augustus 2003 om voor een individuele gehandicaptenparkeerplaats in aanmerking te komen;
het wenselijk is voor het waarborgen van de vrijheid van het verkeer door of met mindervaliden, om deze maatregel te nemen;
overeenkomstig artikel 24 van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer overleg is gepleegd over de handhaafbaarheid van de maatregelen met de verkeersadviseur eenheid Zeeland- West-Brabant, namens de korpschef;
de Rommedreef eigendom, beheer en onderhoud is van de gemeente Etten-Leur;
het treffen van een verkeersmaatregel een normale maatschappelijke ontwikkeling is waarmee een ieder kan worden geconfronteerd en waarvan de nadelige gevolgen in beginsel voor rekening van betrokkenen behoren te blijven;
er geen aanwijzingen zijn dat er sprake is van belangen die strijdig zijn met de gewenste verkeersmaatregelen, in die mate dat gesproken kan worden van onevenredigheid als bedoeld in artikel 3:4, lid 2, van de Algemene wet bestuursrecht;