Gemeenteblad van Zevenaar
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zevenaar | Gemeenteblad 2024, 366919 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zevenaar | Gemeenteblad 2024, 366919 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere regels toewijzing woonwagens en standplaatsen gemeente Zevenaar
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze toewijzingsregels verstaan onder:
Aanverwantschap: relatie tussen u en de bloedverwanten van uw echtgenoot of geregistreerd partner. Voor een onderscheid in eerstegraads, tweedegraads enz. wordt de definitie van de Rijksoverheid gehanteerd (zie Externe link:https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/curatele-bewind-en-mentorschap/vraag-en-antwoord/wat-is-aanverwantschap).
Bloedverwantschap: relatie tussen twee personen van wie de één van de ander afstamt of tussen twee personen die niet van elkaar afstammen, maar wel een gemeenschappelijke voorouder hebben. Voor een onderscheid in eerstegraads, tweedegraads enz. wordt de definitie van de Rijksoverheid gehanteerd (zie Externe link:https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/curatele-bewind-en-mentorschap/vraag-en-antwoord/bloedverwantschap)
Als een standplaats of woonwagen beschikbaar is zal de standplaats en/of woonwagenzoekende die volgens het artikel 6 geldende volgordebepaling als eerste in aanmerking komt op de hoogte gesteld worden door burgemeester en wethouders en als eerste de gelegenheid krijgen op de aanbieding in te gaan. Bij afwijzing van de aanbieding door een standplaatszoekende bekijken burgemeester en wethouders welke standplaatszoekende de volgende is volgens de in artikel 6 bepaalde volgordebepaling.
Bij de toewijzing van een woonwagen en/of standplaats is het afstammingsbeginsel leidend. Iedereen kan zich als belangstellende voor een woonwagen en/of standplaats inschrijven. Het toewijzingssysteem is echter zo ingedeeld dat ‘echte’ woonwagenbewoners voorrang krijgen. Inhoudende dat zij moeten kunnen aantonen van generatie op generatie in een woonwagen te hebben gewoond én de woonwagencultuur zelf intensief hebben beleefd. Dus ouders en/of grootouders hebben ook op een woonwagenlocatie gewoond. De gemeente kan dit toetsen aan de hand van de BRP.
Voor de toewijzing van een standplaats komen in aanmerking:
Personen die meerderjarig zijn en de Nederlandse nationaliteit bezitten of op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander worden behandeld, dan wel vreemdeling zijn en rechtmatig verblijf in Nederland hebben als bedoeld in artikel 8, onderdelen a tot en met e en l, van de Vreemdelingenwet 2000 en;
Artikel 6 Volgorde bij toewijzing van een woonwagen met standplaats
Toewijzing vindt plaats aan de hand van de volgende voorrangsregels en volgorde:
Eerste-, tweede-, en derdegraads bloed- en aanverwanten van de huidige bewoners op de betreffende locatie, die ten tijde van het beschikbaar komen van de standplaats en/of woonwagen al tenminste twee jaar op de betreffende woonwagenlocatie als inwonende verblijven en daar tenminste twee jaar ingeschreven staan in de gemeentelijke basisregistratie.
Bij het ontwikkelen van nieuwe woonwagenlocaties kan de eerste toewijzing niet plaatsvinden op basis van de bepalingen onder lid b t/m e. In dit geval zal de volgorde bepaald worden aan de hand van de toewijzingscriteria genoemd onder a en f t/m h. Bij a betekent dit dat eerste- of tweede bloeds- en aanverwanten die die sinds hun geboorte altijd op een woonwagenlocatie in Zevenaar hebben gewoond, als eerste voorrang krijgen.
Als er meerdere standplaatsen met woonwagens op één locatie tegelijkertijd beschikbaar zijn, zal de zoekende die als eerste in aanmerking komt als eerste de gelegenheid krijgen om te kiezen. Bij gelijke geschiktheid zal de woonduur in Zevenaar doorslaggevend zijn. Als er dan nog sprake is van gelijke geschiktheid zal er (notariële) loting plaatsvinden.
Voordat definitief tot een toewijzing van een standplaats of woonwagen overgegaan wordt, zal altijd in overleg getreden worden met de huidige bewoners van de betreffende woonwagenlocatie. De sociaal-maatschappelijke verhoudingen op de betreffende woonwagenlocatie kunnen aanleiding zijn om af te wijken van de in artikel 6 en 7 beschreven volgorde.
Artikel 7 Volgorde bij toewijzing van een standplaats zonder woonwagen
Als er meerdere standplaatsen op één locatie tegelijkertijd beschikbaar zijn, zal de standplaatszoekende die als eerste in aanmerking komt als eerste de gelegenheid krijgen om te kiezen. Bij gelijke geschiktheid zal de woonduur in Zevenaar doorslaggevend zijn. Als er dan nog sprake is van gelijke geschiktheid zal er (notariële) loting plaatsvinden.
Artikel 8 Afzien van toewijzing
Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van deze beleidsregel in verband met sociaal-maatschappelijke verhoudingen op de desbetreffende woonwagenlocatie besluiten om de vrijgekomen standplaats niet toe te wijzen. Burgemeester en wethouders kunnen op een later moment besluiten toch over te gaan op toewijzing van de standplaats, bijvoorbeeld wanneer een nieuwe geschikte standplaatszoekende zich inschrijft.
Het huurcontract zal pas aangeboden worden door de verhurende partij, nadat een inkomenstoets heeft plaatsgevonden en de standplaatszoekende in aanmerking komt volgens het systeem van passend toewijzen. Als blijkt dat de standplaatszoekende niet in aanmerking komt, kan de verhuurder besluiten niet tot verhuur over te gaan en zal er toegewezen worden aan de eerstvolgende kandidaat.
Artikel 10 Te overleggen gegevens aan de verhurende partij
Bij het aanbieden van een huurstandplaats en/of huurwoonwagen dient men de volgende gegevens te overhandigen aan de verhuurder:
Artikel 11 Verkoopregels woonwagens en standplaatsen
De verkoop van de standplaats en woonwagens gaat net zoals bij eigendom. Overdracht gaat volgens dezelfde regels als bij andere onroerende goederen. Als er sprake is van vrijkomende koopstandplaatsen of woonwagens is het aan de eigenaar van de standplaats zelf om dit te organiseren. Een huisvestingsverordening is hierop dus niet van toepassing. De standplaats is immers eigendom van de huidige bewoner en hij /zij kan in de basis zelf bepalen aan wie men de standplaats wil verkopen.
Echter, als gemeente vinden we het belangrijk dat standplaatsen en woonwagens bij verhuur én verkoop opnieuw aan een woonwagenbewoner worden toegewezen, juist vanwege de schaarste aan deze woonvorm en de complexiteit bij de aanleg van nieuwe standplaatsen.
Bij verkoop van standplaatsen of woonwagens wordt altijd een voorwaarden (kettingbeding) opgenomen met daarin de bepaling dat de standplaats of woonwagens bij mutatie wordt verkocht aan iemand die voldoet aan het afstammingsbeginsel of wordt verkocht aan een toegelaten instelling (woningcorporatie).
Toelichting bij artikel 3 Inschrijving
Vóór 2024 hanteerde gemeente Zevenaar geen aparte wachtlijst voor standplaatsen en ook in Entree wordt geen aparte lijst bijgehouden van mensen die op zoek zijn naar een standplaats en/of woonwagen. Ook de woningcorporaties houden geen lijst bij. Na het vaststellen van dit woonwagenbeleid wordt er gestart met het bijhouden van een wachtlijst. Gemeente zal dit uitbesteden aan een externe partij met expertise in het beheren van de wachtlijst en het toewijzen van woonwagens en standplaatsen. Belangstellenden kunnen zich inschrijven via het inschrijfformulier dat te downloaden is op de website van de gemeente Zevenaar, www.zevenaar.nl.
De inschrijfduur die geldt voor sociale huurwoningen die worden aangeboden via het regionale woonruimte verdeelsysteem Entree is in de gemeente Zevenaar niet van toepassing voor standplaatsen en woonwagens. Dit is omdat het toewijzingssysteem anders is. De toewijzingsregels voor woonwagens en standplaatsen zijn gericht op de familiesystematiek en niet op de duur van de inschrijftijd.
Bij het tot stand komen van dit woonwagen- en standplaatsenbeleid zijn de hoofdlijnen van het landelijk beleidskader ‘Gemeentelijk woonwagen- en standplaatsenbeleid 2018’ aangehouden (hierna Woonwagenbeleid BZK 2018). Het document geeft regels voor een standplaatsenbeleid en rijkt kaders aan die in lijn zijn met het mensenrechtelijk kader voor de culturele identiteit van Roma, Sinti en woonwagenbewoners. Deze is tot stand gekomen in samenspraak met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO), Aedes en vertegenwoordigers van Roma, Sinti en woonwagenbewoners. De kern van het Woonwagenbeleid BZK 2018 is dat woonwagenbewoners het recht hebben om in een woonwagen te leven én gemeenten moeten dat mogelijk maken. Hiermee omarmt de Rijksoverheid de visie van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en de aanbevelingen van de Nationale Ombudsman. De ontwikkeling van het aantal standplaatsen wordt door de minister gemonitord. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft in mei 2021 een speciale Wegwijzer woonwagenbeleid uitgebracht.
Een vaak opgeworpen stelling is dat hiermee een zeer kleine groep (woonwagenbewoners) een voorkeursbehandeling zou krijgen ten opzichte van andere inwoners (niet woonwagenbewoners) gaat niet op. Woonwagenstandplaatsen zijn bestemd voor een specifieke doelgroep waarbij wonen in familieverband één van de kenmerken is. Die huisvesting is uiterst schaars. In het woonbehoefte onderzoek dat de gemeente Zevenaar in 2019 uitvoerde gaven sommige woonwagenbewoners aan al langer dan 25 jaar bij de woningcorporaties te zijn ingeschreven, op zoek naar een woonwagen. Door schaarste aan standplaatsen en een lage mutatiegraad, komen locaties maar zelden vrij en zijn de wachttijden zeer lang. Vanuit dat oogpunt betreft het ongelijke gevallen die, volgens, in overeenstemming met Beleidskader 2018, ongelijk behandeld moeten worden.
Aan de hand van ‘keukentafelgesprekken’ is in 2019 onderzoek gedaan naar de behoefte aan woonwagens en standplaatsen in de gemeente Zevenaar. Hieruit is gebleken dat er onvoldoende standplaatsen en woonwagens zijn. Ook was er geen zicht op wachtlijsten. Burgemeester en wethouders willen de adviezen uit dit onderzoek opvolgen en overgaan tot uitbreiding van het huidige aantal standplaatsen en inzicht geven in de wachtlijst. Op 2 mei 2023 stelde zij hiervoor het projectplan Woonwagenstandplaatsen Zevenaar vast. Daarnaast wordt ook in de Woonzorgvisie Zevenaar 2024-2028 en de bijbehorende uitvoeringsagenda zaken vastgelegd over het woonwagenbeleid en woonwagenstandplaatsen. Echter, voordat er uitbreiding van het aantal standplaatsen plaats kan vinden dient eerst het woonwagenbeleid vastgesteld te worden.
Fig. 1 Bovenstaande tabel is een overzicht van de bestaande situatie en de uitbreidingsbehoefte in 2019 per woonwagenkamp in Zevenaar.
In Zevenaar zijn 5 woonwagenkampen. In 2024 is er 1 sociale huurwoonwagen, de andere woonwagens zijn in bezit van de bewoners. Alleen in Lobith zijn zowel de woonwagens als de standplaatsen in bezit van de woonwagenbewoners. Woningcorporatie Baston verhuurt 4 standplaatsen. De overige 6 standplaatsen worden verhuurd door de gemeente.
In 2019 is er uitbreidingsbehoefte van 17 tot 21 standplaatsen en woonwagens. Het overgrote deel van de standplaatszoekende geeft aan in aanmerking te willen komen voor een standplaats met een woonwagen onder de sociale huurgrens. Op het moment van onderzoek zijn 2 woonwagenbewoners die enkel behoefte hebben aan een standplaats.
Participatie: in samenwerking met de klankbordgroep woonwagenbewoners Zevenaar
Vanwege het belang om de woonwagenbewoners bij dit beleid te betrekken is een klankbordgroep van woonwagenbewoners Zevenaar opgericht. Deelnemers waren al betrokken bij het eerdere woonbehoefteonderzoek van 2019. Er zijn verschillende gespreksrondes georganiseerd waar steeds gemiddeld zes woonwagenbewoners bij aanwezig waren. Zij hebben met dit woonwagenbeleid meegedacht en meer inzicht gegeven in de lokale wooncultuur en behoefte van de woonwagenbewoners. Belangrijk om te vermelden is dat zij zich jarenlang ongehoord voelden, mede hierdoor is het vertrouwen in de gemeente (en woningbouwcorporatie) niet groot. Maar, vanuit de gedachte dat er meer woonwagens en standplaatsen gaan komen hebben zij constructief deelgenomen aan deze overleggen.
Gemeente heeft de klankbordgroep gevraagd om mee te denken over het toewijzingsbeleid en over de kaders van mogelijk een nieuw woonwagenkamp. De klankbordgroep kan zich vinden in het toewijzingsbeleid die de woonwagenbewoners voorrang op een standplaats en woonwagen geeft en ook toeziet op het wonen in familieverband. Daarmee is een belangrijke stap gezet, namelijk het creëren van draagvlak onder de woonwagenbewoners.
Wat betreft indeling van het woonwagenkamp, aan de woonwagen zelf of de locatie stellen zij weinig voorwaarden. Belangrijker is dat er meer standplaatsen en woonwagens komen.
Aansluitend gelden de volgende uitgangspunten:
Bij uitbreiding van standplaatsen op een bestaande locatie is de impact kleiner dan bij het creëren van een geheel nieuw woonwagenkamp. Wanneer er meer standplaatsen in de gemeente worden toegevoegd zal er dan ook altijd eerst worden gekeken naar de mogelijkheid om deze op de bestaande locaties toe te voegen (locatie-uitbreiding). In acht nemende dat het leven in familieverband centraal staat. Uitbreiding op bestaande kampen is daarmee bijna alleen mogelijk voor de familieleden van de bewoners van het woonwagenkamp.
Met leefbaarheid is het doel dat een woonwagenkamp schoon, heel, veilig, legaal is én ook blijft. Hieronder wordt verstaan:
De gemeente Zevenaar is verantwoordelijk voor het beheer van de openbare ruimte en naleving van regelgeving op de woonwagenlocatie. Daarbij gaat het bijvoorbeeld over:
Dit woonwagenbeleid is opgesteld om te zorgen voor een eerlijke en transparante verdeling van de huurwoonwagens en standplaatsen waarbij de aanbevelingen in het landelijke beleidskader over het gemeentelijke woonwagen- en standplaatsenbeleid leidraad zijn. Hierdoor wordt zorggedragen dat het gemeentelijke beleid aansluit bij het mensrechtelijke kader voor deze doelgroep.
Rolverdeling gemeente versus woningcorporatie
Het huisvestingsbeleid voor woonwagenbewoners is een verantwoordelijkheid van de gemeente. Dat staat in het beleidskader voor gemeentelijk woonwagen- en standplaatsenbeleid dat bij het ministerie van Binnenlandse Zaken op 12 juli 2018 publiceerde. De gemeente is verantwoordelijk voor het lokale woonbeleid, neergelegd in de Woonzorgvisie 2024-2028. Het daadwerkelijk realiseren en exploiteren van (sociale) woonruimten is geen kerntaak van gemeenten. De gemeente is natuurlijk wel verantwoordelijk voor de ruimtelijke ordeningskant van het standplaatsenbeleid. Via het toekomstige omgevingsplan wordt vastgelegd waar de kavels voor standplaatsen liggen en hoeveel dat er zijn. Ook is de gemeente verantwoordelijk voor het beheer van de openbare ruimte en voor handhaving van bijvoorbeeld bouwvoorschriften en brandveiligheid.
Woonwagenbewoners die een huishoudinkomen hebben tot aan de inkomensgrenzen, genoemd in artikel 48 van de Woningwet, behoren tot de doelgroep van woningcorporaties. Het ontwikkelen, verhuren en exploiteren van sociale huurwoonwagens behoort daarmee tot de kerntaak van de woningcorporaties. Bij ontwikkeling van dit beleid is er één sociale huurwoonwagen in Zevenaar, het woonbehoefteonderzoek concludeert dat in dit segment de grootste uitbreidingsbehoefte ligt. Gemeente en woningcorporaties zijn over uitbreiding van standplaatsen en woonwagens met elkaar in gesprek en hebben de intentie hier zo spoedig mogelijk afspraken over maken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-366919.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.