Gemeenteblad van Amersfoort
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amersfoort | Gemeenteblad 2024, 364386 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amersfoort | Gemeenteblad 2024, 364386 | beleidsregel |
Uitvoeringsprogramma Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2024 & Jaarverslag VTH 2023
In de bijlagen bij dit programma zijn in het indicatoren overzicht de belangrijkste gegevens terug te vinden over de behaalde resultaten van het afgelopen jaar. Deze gegevens zijn gebruikt om de doelbereiking te scoren (zie hoofdstuk 3), de prioriteitstelling aan te passen (hoofdstuk 5) en verder verwerkt in de productbladen (bijlage 3) voor het aanpassen van de doelstellingen.
Hieronder per thema de belangrijkste conclusies uit het indicatoren overzicht gecombineerd met de kwalitatieve analyse van de collega’s / experts gevolgd door de geprioriteerde thema's en de nieuwe doelstellingen.
Vergunningverlening Wabo en brandveiligheid
Vergunningverlening APV en Bijzonder wetten
Toezicht en handhaving Wabo, APV en bijzondere wetten
De geprioriteerde thema’s waar we concrete doelstellingen op geformuleerd hebben zijn als volgt:
Open orde, leefbaarheid en APV
1.1 Waarom een jaarverslag en een Uitvoeringsprogramma?
Dit Uitvoeringsprogramma en jaarverslag is een uitwerking van de Uitvoering- en Handhavingstrategie 2023 – 2027 (vanaf nu U&H strategie). Daarin is de basis gelegd hoe de gemeente Amersfoort haar rol, en die van haar inwoners ziet als het gaat om taken op het gebied van Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH).
De U&H strategie is gelijktijdig met dit Uitvoeringsprogramma vastgesteld. Het oude VTH Beleid was aan herziening toe en is aangepast op de recente maatschappelijke ontwikkelingen en de invoering van zowel de Omgevingswet (Ow) als de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb). Het oude beleid is geëvalueerd en de doelstellingen zijn aangepast. Mede op basis van prioriteiten die zijn opgehaald bij de gemeenteraad. Dit alles heeft geleid tot een op delen aangepaste prioriteitstelling, aangepaste doelstellingen en aangepaste activiteiten.
Het jaarverslag beschrijft wat de gemeente in 2023 heeft uitgevoerd op het gebied van Vergunningen, Toezicht en Handhaving. Het Uitvoeringsprogramma geeft inzicht in de activiteiten die de gemeente op het gebied van VTH in 2024 wil gaan uitvoeren. Hierbij worden de activiteiten die worden uitgevoerd door de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) meegenomen. Het Uitvoeringsprogramma van de RUD Utrecht is ook als bijlage opgenomen.
De gemeente wil hiermee bereiken dat het voor iedereen helder en duidelijk is hoe de gemeente uitvoering geeft aan haar VTH-beleid. Duidelijkheid en transparantie over het beleid en de uitvoering draagt namelijk bij aan het vergroten van het begrip bij diegenen die hiermee te maken krijgen.
Het jaarlijks vaststellen van een Uitvoeringsprogramma is een plicht die voortvloeit uit art. 7.3 van het Besluit Omgevingsrecht.
In het Omgevingsrecht zijn er regels waar overheden zich aan moeten houden bij het uitvoeren van VTH-taken. Deze regels zijn er om de veiligheid en gezondheid van mens en natuur binnen de fysieke leefomgeving te beschermen.
Eisen aan de inrichting van deze processen zijn wettelijk vastgelegd in het Omgevingsbesluit. Dit zijn de zogenaamde procescriteria. De procescriteria bevatten de eisen die gesteld worden aan de sluitende beleidscyclus: de zogenaamde en bekende ´BIG-8´-cyclus.
De provincie beoordeelt of gemeenten het uitvoeren van de wettelijke VTH-taken adequaat uitvoert. Het VTH-beleid en het Uitvoeringsprogramma vormen hiervoor de basis.
Met dit Uitvoeringsprogramma en jaarverslag wordt invulling gegeven aan deze wettelijke verplichtingen.
Dit jaarverslag en Uitvoeringsprogramma bestaat enerzijds uit een algemene beschrijving van wat de gemeente heeft gedaan en wat de gemeente wil gaan doen aan de uitvoering van haar VTH-taken.
Anderzijds bestaat het uit ‘Productbladen’ waarin per product of activiteit toelichting wordt gegeven op vragen als ‘Wat doen we? Waarom doen we het? Wat vinden we belangrijk?’ etc.
De productbladen zijn tot stand gekomen vanuit de provincie brede samenwerking op VTH-gebied. Er is een ‘menukaart’ ontwikkeld van alle VTH-taken. Per gemeente wordt bepaald welke productbladen in de gemeente van toepassing zijn. Deze productbladen worden jaarlijks ‘gekozen’. De opzet en opbouw van de productbladen is altijd hetzelfde en wordt als zodanig door alle gemeenten gebruikt. Hiermee is bereikt dat per product inzichtelijk is hoe voor de betreffende taak/activiteit invulling is/wordt gegeven aan de beleids- en uitvoeringscyclus. Ook wordt de inhoud van de productbladen zoveel mogelijk met elkaar afgestemd. Aan de andere kant staat het gemeenten vrij om een eigen invulling te geven aan de inhoud van de productbladen. Er blijft ruimte om maatwerk mogelijk te maken en lokale nuances aan te brengen.
2.1 Welke taken voeren we uit?
Dit Uitvoeringsprogramma gaat over (de uitvoering van) de VTH-taken waarvoor wij het bevoegd gezag zijn. Het gaat over wet- en regelgeving die betrekking heeft op de fysieke leefomgeving in een zo breed mogelijk zin.
Concreet zijn dit de volgende landelijke en gemeentelijke kaders:
Welke VTH-taken de gemeente Amersfoort precies uitvoert en hoe hieraan concreet invulling wordt gegeven staat beschreven in de Productbladen (bijlage 3).
2.2 Wie voeren de VTH-taken uit?
De VTH-taken worden niet alleen door de gemeente zelf uitgevoerd, er wordt samengewerkt met meerdere VTH-partners.
Uitvoeringsorganisatie gemeente Amersfoort
De gemeente Amersfoort heeft de uitvoering van haar VTH-taken georganiseerd binnen de afdeling VTH. Daarbij zijn vrijwel alle VTH-taken op het gebied van milieu ondergebracht bij de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (hierna: RUD). Op het gebied van brandveiligheid wordt nauw samengewerkt met de Veiligheidsregio Utrecht (hierna: VRU).
Binnen de afdeling VTH zijn Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving functioneel en per medewerker gescheiden. Hiermee wordt voorkomen dat een bedrijf een vergunning én daarna een controle krijgt van dezelfde medewerker.
De beschikbare capaciteit bij de afdeling VTH voor de uitvoering van de VTH-taken over 2024 staat opgenomen in bijlage 4 Doelstellingen en formatie 2024.
In de jaren voorafgaand aan 2024 is de formatie op verschillende functies fors uitgebreid (juridisch, teammanagers, coördinatoren handhaving en beleidscapaciteit). Daarbij wordt er wel gewerkt met een flexibele schil om de veranderende capaciteitsvraag als gevolg van aanbod uit de markt en impact van Omgevingswet en Wkb op te kunnen vangen.
In de beleidsevaluatie (als bijlage bij de U&H strategie) is opgenomen welke doelstellingen we met deze formatie hebben gerealiseerd. Op basis van deze evaluatie concluderen we dat naast het reguliere werkaanbod, er ruimte is om aanvullende doelstellingen te realiseren en de niet gerealiseerde doelstellingen alsnog te behalen. Deze doelstelling zijn te vinden in hoofdstuk 5. Hier hebben we ook inzet en formatie aan gekoppeld.
In de komende jaren zullen we de doelbereiking blijven afzetten tegen de formatieontwikkeling om zo in te schatten of de formatie afdoende zal zijn voor de gewenste kwaliteit.
De financiële borging voor de inzet van de beschikbare capaciteit en de nodige middelen ligt vast in de gemeentelijke jaarlijkse begroting.
De benodigde middelen voor Vergunning, Toezicht en Handhaving worden deels gedekt door inkomsten uit de leges en deels door financiering vanuit de algemene middelen. Werkzaamheden die gerelateerd zijn aan het vergunningenproces worden gefinancierd uit de legesinkomsten. De overige kosten worden gedekt uit de algemene middelen. Dit bedrag is financieel gewaarborgd in de begroting.
Uit de leges worden de kosten voor vergunningverlening, administratieve zaken en de helft van beleid en kwaliteitszorg bekostigd. Dit betreft namelijk werkzaamheden die zowel omgevings- als evenementenvergunning betreffen. Beleid en kwaliteitszorg wordt slechts voor de helft betrokken omdat zij ook werkzaamheden buiten het vergunningenproces verrichten.
Het budget voor het management en toezicht en handhaving en de andere helft van beleid en kwaliteitszorg komt uit de algemene middelen.
Zodra de vraag om vergunningen toeneemt, en ook het daaraan verbonden toezicht, wordt er extra ingehuurd vanuit het budget dat ontstaat door de toegenomen leges.
Voor 2024 zijn deze legesinkomsten veel onzekerder dan de afgelopen jaren door een wijziging van de legesverordening als gevolg van de inwerkingtreding van de Ow en Wkb. Het is een zaak goed te monitoren hoe de legesinkomsten zich in de loop van 2024 ontwikkelen om hier ook de eventuele formatie op aan te passen.
De RUD voert voor de gemeente Amersfoort milieutaken uit. De samenwerkingsafspraken tussen de RUD en Amersfoort liggen vast in een dienstverleningsovereenkomst (hierna: DVO). De RUD rapporteert ieder half jaar en ook jaarlijks over de voortgang van de uitvoering van haar taken voor de gemeente. Ook stelt de RUD jaarlijks een uitvoeringsplan op. Dat uitvoeringsplan maakt jaarlijks integraal onderdeel uit van het Uitvoeringsprogramma. Dit Uitvoeringsprogramma is op basis van de regionale U&H strategie zoals die ook door het college van Amersfoort is vastgesteld.
De VRU adviseert de gemeente Amersfoort en de Provincie Utrecht in het kader van de vergunningverlening op het gebied van brandveilig gebruik. Ook voert de VRU op dit gebied het toezicht uit. De VRU controleert daarnaast risicogericht op bestaande bouwwerken en geeft voorlichting over brandveiligheid aan consumenten en ondernemers. De samenwerkingsafspraken tussen de VRU en de gemeente Amersfoort liggen vast in een DVO. De VRU rapporteert jaarlijks over de uitgevoerde werkzaamheden en stelt jaarlijks in overleg met de gemeente Amersfoort een jaarplan op.
De provincie Utrecht heeft de (wettelijke) taak gekregen om de samenwerking tussen bestuursorganen op het gebied van de VTH-taken te coördineren. In de provincie Utrecht is al jaren een breed samengesteld PSO operationeel, dat is doorontwikkeld in een Bestuurlijk Overleg VTH. Hiermee wordt invulling gegeven aan de formele eisen uit de Omgevingswet. Naast de overheden (gemeenten, provincie, waterschappen, politie, Openbaar Ministerie), landelijke inspectiediensten (NVWA, RWS, Belastingdienst, SZW, ILT) en de Veiligheidsregio, nemen ook een aantal beherende instanties (Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Utrechts Landschap) en belangenorganisaties, zoals Utrechts Particulier Grondbezit deel aan het overleg. Daarnaast nemen ook de Omgevingsdienst regio Utrecht (ODRU) en de Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD Utrecht) als adviseurs deel aan het overleg.
In het kader van de invoering van de Omgevingswet is er intensief samengewerkt en zijn de afspraken bestuurlijk vastgelegd en verder uitgewerkt in praktische afspraken tussen alle samenwerkende partners.
Interbestuurlijk Toezicht (hierna: IBT)
De Provincie Utrecht ziet toe of- en in hoeverre gemeenten voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen. Het IBT richt zich zowel op de taken vergunningenverlening, toezicht en handhaving, als op ruimtelijke ordening, milieu, externe veiligheid en erfgoed/monumenten.
In de provinciale verordening systematische toezichtinformatie is vastgelegd welke informatie de provincie van de gemeenten jaarlijks wil ontvangen op de onderdelen van het Omgevingsrecht. Op basis van de aangeleverde informatie vindt de beoordeling plaats. Hierbij kon het oordeel uitkomen op “voldoet niet”, “voldoet deels” of “voldoet”.
De Amersfoort is over de periode 2016-2017 beoordeeld met het oordeel ’redelijk adequaat’. Voor de periode 2017-2021 is dit verbeterd naar het oordeel ‘adequaat’. De beoordeling over 2022 en 2023 is uitgekomen op ‘voldoet deels’.
De samenwerking tussen de waterschappen en gemeenten in de provincie Utrecht heeft betrekking op het toezicht en handhaving van zaken die grondwater of oppervlaktewater gerelateerd zijn, zoals waterkwaliteit en -kwantiteit, medegebruik van openbaar water en nautisch toezicht op vaarbewegingen.
Door de invoering van de Omgevingswet zijn de afspraken weer herzien en praktisch vertaald in werkafspraken.
In incidentele gevallen wordt gezamenlijk opgetrokken. In dat kader vindt uitwisseling van gegevens plaats. In voorkomende gevallen vindt er signaaltoezicht plaats.
In het geval strafrechtelijk optreden is vereist, bijvoorbeeld bij de vervolging van milieuovertredingen, waarbij sprake is van economische delicten, vindt afstemming plaats met het functioneel parket. De vervolging van overtredingen openbare ruimte worden afgehandeld door het Openbaar Ministerie Midden-Nederland. Inzet van OM en politie is conform de landelijke handhavingsstrategie, die geborgd is in ons handhavingsbeleid.
Politie, OM, belastingdienst en gemeenten werken regionaal samen met het RIEC. Regionaal Informatie en Expertise Centrum. (Landelijk LIEC). Het RIEC Midden Nederland heeft een actieplan “wie praat, die gaat” opgesteld, hierin zijn de regionale prioriteiten voor de komende jaren vastgelegd, gericht op het tegengaan van ondermijning. Casuïstiek wordt opgepakt onder het werkproces van signaal tot interventie; hieronder val onder andere de lokale casuïstiek uit het ondermijningsoverleg, maar ook casuïstiek in het Districtelijk Team Ondermijning. Bij de lokale casuïstiek, indien relevant, betrekken wij ook onze partners zoals de RUD.
De politie treedt als partner vooral zichtbaar op bij de handhaving van de openbare orde. De politie werkt nauw samen met de BOA’s, bijvoorbeeld tijdens de horecaconctroles in de weekenden. Ook tijdens de reguliere werkzaamheden van de BOA’s ondersteunt de politie wanneer dat gevraagd wordt. En vice versa.
De politie besteedt daarnaast op drie niveaus aandacht aan milieudelicten:
Het opsporen en bestrijden van (middel)zware milieucriminaliteit gebeurt door een Regionaal Milieuteam. Ook is er een landelijke recherche die zich bezighoudt met (inter)nationale milieumisdaden.
In 2022 is er een handhavingsarrangement met de politie getekend waarin nadere afspraken over o.a. de samenwerking zijn gemaakt.
2.3 Ontwikkelingen in het vakgebied
Label-C verplichting kantoorgebouwen
In 2023 is er gestart met het toezicht en handhaving op de energielabel-C verplichting van kantoorgebouwen. In 2023 schreven we alle pandeigenaren aan waarbij we aangeven dat ze moeten voldoen aan de labelverplichting. Tevens geven we ze de mogelijkheid om in een plan van aanpak aan te geven hoe ze per 1 januari 2024 wel voldoen aan de labelplicht indien dit nu nog niet het geval is.
Vanaf 2024 starten we met juridische handhaving bij panden die niet voldoen. De inspanningen over 2023 hebben al effect gesorteerd. Zo is het aantal adressen dat niet aan de verplichting voldeed tussen zomer 2023 en 1 januari 2024 teruggelopen van 104 naar 50.
Per 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden.
De uitgangspunten van deze wet zijn participatie en integrale aanpak op basis van vertrouwen, met als doelen minder en overzichtelijkere regels, meer ruimte voor initiatieven van burgers en bedrijven en lokaal maatwerk.
Binnen de gemeente Amersfoort hebben we ons programmatisch voorbereid op de Omgevingswet. Inmiddels is de uitvoering in de lijn ter hand genomen.
De verbeteringen die de voorbereiding op de Omgevingswet nu al hebben opgeleverd zijn inmiddels onderdeel van het dagelijks werk:
Wet kwaliteitsborging (Wkb) voor het bouwen
Private kwaliteitsborging is het technisch toetsen van bouwplannen en het houden van toezicht op de realisatie van de bouw door private partijen in plaats van door de overheid. De bouwsector is hierbij zelf verantwoordelijk voor de bouwkwaliteit. De invoering van de Wkb heeft effecten op legesinkomsten in combinatie met capaciteitsbehoefte, nieuwe werkprocessen etc.
Door het uitstel van het deel van de wet dat gaat over renovatie en verbouw, in combinatie met de vele aanvragen die nog onder de Wabo zijn ingediend eind 2023 verwachten we pas in de loop van 2024 iets te kunnen zeggen over de effectiviteit van de vastgestelde strategieën in de U&H strategie en de ontwikkeling van de legesinkomsten.
In 2024 zal er een groene boa starten die specifiek zal worden ingezet op de groene aspecten binnen de stad Amersfoort. Denk hierbij aan toezicht in parken en het buitengebied.
Naast de inzet van de groene boa wordt er een protocol ontwikkeld om aandacht te hebben voor soorten- en gebiedsbescherming bij evenementen en wordt het groencompensatiebeleid verder uitgerold. Dit laatste zal ook toezichtcapaciteit vergen.
Bescherming van het rijkelijk aanwezige erfgoed binnen Amersfoort heeft al jaren de aandacht. Met namen in de vergunningverlening waarin eisen worden gesteld aan de sloop en verbouw van erfgoed. Op de uitvoering conform vergunning wordt ook toezicht ingezet en gehandhaafd als niet aan de vergunningvoorschriften wordt voldaan. Niet vergunning gebonden toezicht vindt minder frequent plaats. In 2024 wordt op ten minste 1 thema (bijvoorbeeld reclame-uitingen) projectmatig toezicht georganiseerd.
Om de kwaliteit van de uitvoering van de VTH-taken te optimaliseren en borgen, is de Wet VTH in het leven geroepen. Het doel van deze wet is een veilige en gezonde leefomgeving, door het bevorderen van de kwaliteit en samenwerking bij de uitvoering en handhaving van het Omgevingsrecht.
De wet regelt de randvoorwaarden voor gemeenten en provincies om tot een hogere kwaliteit van handhaving te komen. Zo is het basistakenpakket van de omgevingsdiensten wettelijk vastgelegd en is het aan gemeenten een verordening kwaliteit VTH te hebben.
In de U&H strategie is als bijlage 6 de “Kwaliteitscriteria Comply or Explain” opgenomen waarin we beschrijven hoe we omgaan met de kwaliteitscriteria. Amersfoort wil voldoen aan de geldende kwaliteitscriteria. Voldoen aan de kwaliteitscriteria is niet eenvoudig en vergt continu investeren en onderhoud.
We verantwoorden in welke mate we voldoen aan de kwaliteitscriteria en waar we niet voldoen leggen we dat uit (‘comply or explain’).
De kwaliteitscriteria bestaan uit 3 delen:
In grote lijnen voldoen we aan de inhoudelijke criteria. Het merendeel is geborgd in de U&H strategie en via dit Uitvoeringsprogramma.
De procescriteria zijn een gedetailleerde uitwerking van de inhoudelijke criteria. De procescriteria samen leiden tot een sluitende beleidscyclus en kwaliteitsborging. Deze beleidscyclus is in Amersfoort gesloten door middel van het VTH Uitvoeringsbeleid, Probleemanalyse, Uitvoeringsstrategien, VTH uitvoeringsprogramma, Begroting, Jaarrekening, de uitvoering, het monitoren van de doelstellingen en de beleidsevaluatie.
De criteria voor kritieke massa zorgen voor voldoende vakmanschap in de vorm van voldoende opleiding, ervaring, kennis en het onderhouden en het borgen daarvan.
In bijlage 6 is gedetailleerd opgenomen in welke mate in Amersfoort wordt voldaan de deze criteria. In bijlage 5 staat een overzicht in hoeverre de RUD Utrecht aan de gestelde kwaliteitscriteria voldoet.
Door de invoering van zowel de Wkb als de Omgevingswet gaat het VTH-speelveld 1 er heel anders uitzien, wat grote gevolgen zal hebben in welke mate aan de gestelde kwaliteitscriteria kan worden voldaan.
Zoals in bijlage 6 en 7 te lezen valt voldoet Amersfoort op vrijwel alle deskundigheidsgebieden aan de gestelde eisen. Die deskundigheidsgebieden waar niet wordt voldaan zijn vrijwel allemaal belegd bij de RUD. In bijlage 5 geeft de RUD aan hoe zij ook op deze deskundigheidsgebieden ook wil voldoen aan die eisen.
Qua kennis is in 2023 geïnvesteerd in Omgevingswet en Wkb. Zowel juridisch als bouwtechnisch. Voor 2024 blijft hier de focus op het leren werken onder de Ow en Wkb. Ook wordt er aanvullend kennis opgedaan over het nieuwe Bbl en de wet Bibob.
In onze U&H strategie is vastgelegd wat we belangrijk vinden als het gaat om de uitvoering van de VTH-taken. Op basis van de visie en de risicoanalyse is aangegeven aan welke thema’s en taken we prioriteit geven. Dit jaarverslag en Uitvoeringsprogramma is hier een uitwerking van. Daarbij is het goed om in het algemeen en ook specifiek (per productblad) nogmaals aan te geven wat we belangrijk vinden.
Onderstaande visie op het uitvoeren van de VTH-taken hebben we vastgelegd in het VTH-beleid en vertalen we zo goed mogelijk in doelstellingen en prioriteiten.
In de evaluatie van het VTH beleid 2019-2022 zijn de algemene en kwaliteitsdoelstellingen geëvalueerd. Hierbij is aangegeven of de doelstelling eind 2023 is behaald en of we de doelstelling behouden voor 2024 of laten vervallen.
Hieronder de doelstellingen die in de U&H Strategie 2024 -2027 zijn opgenomen.
Deze doelstellingen zien op hoe we ons werk doen. Hier zijn dus geen specifieke activiteiten aan gekoppeld. Voor de prioriteitsdoelstellingen is dit wel het geval.
Na gesprekken met de gemeenteraad heeft het college in de U&H strategie opnieuw de thema’s vastgesteld die zijn geprioriteerd voor 2024 en verder. Voor elk geprioriteerd thema wordt tenminste 1 doelstelling opgenomen en in de productbladen van activiteiten voorzien.
In onderstaande tabellen zijn de thema’s per domein op alfabetische volgorde opgenomen en voorzien van doelstellingen.
Openbare orde, leefbaarheid en APV
In bijlage 4 ‘Doelstellingen en formatie 2024’ zijn de geprioriteerde thema’s gekoppeld aan de inzet van boa’s.
In bijlage 4 ‘Doelstellingen en formatie’ zijn bovenstaande doelstellingen gekoppeld aan concrete inzet.
In het VTH-beleid zijn voor vergunningverlening en toezicht en handhaving uitvoeringsstrategieën vastgesteld. In dit Uitvoeringsprogramma volstaan we met een verwijzing naar deze algemene werkwijzen en komen ze dus ook niet terug in de productbladen. In deze strategieën is namelijk al rekening gehouden met de prioriteit die we toekennen aan het uitvoeren van een bepaalde taak.
4 Wat hebben we gedaan? – Jaarverslag-
Jaarlijks wordt een Uitvoeringsprogramma en een jaarverslag opgesteld. In het afgelopen jaar hebben we gewerkt aan het uitvoeren van het Uitvoeringsprogramma zoals dat was vastgesteld. In dit hoofdstuk wordt zowel in algemene zin teruggeblikt op dit Uitvoeringsprogramma, als gedetailleerd verslag gelegd per taak/activiteit. Hiervoor wordt verwezen naar de productbladen in bijlage 3 en ‘bijlage 1 Indicatoren overzicht 2023’. Dit maakt dit hoofdstuk het Jaarverslag van 2023. Tenslotte wordt ingegaan op de lessen die hierbij zijn geleerd en of en in hoeverre we hierdoor moeten bijsturen in de toekomst.
In de bijlagen bij dit programma zijn in het indicatoren overzicht de belangrijkste gegevens terug te vinden over de behaalde resultaten van het afgelopen jaar. Deze gegevens zijn gebruikt om de doelbereiking te scoren (zie hoofdstuk 3), de prioriteitstelling aan te passen (hoofdstuk 5) en verder verwerkt in de productbladen (bijlage 2) voor het aanpassen van de doelstellingen.
Hieronder per thema de belangrijkste conclusies uit het indicatoren overzicht gecombineerd met de kwalitatieve analyse van de collega’s / experts. Daaronder staan ook de resultaten per doelstelling weergegeven.
Vergunningverlening Wabo en brandveiligheid
Vergunningverlening APV en Bijzonder wetten
Toezicht en handhaving Wabo, APV en bijzondere wetten
Voor de prioriteitsdoelstellingen is in onderstaande tabel aangegeven of ze in 2023 zijn
Aanvullende doelstellingen uit 2023
4.4 Welke lessen hebben we geleerd en wat gaan we bijsturen?
In de beleidsevaluatie is opgenomen welke lange termijn doelstellingen zijn behaald en welke niet. Teven is aangegeven welke doelstellingen zijn komende ter vervallen en welke opnieuw worden opgenomen in de U&H strategie. In 2027 stellen we een nieuwe U&H strategie vast.
De prioriteitsdoelstellingen zijn in paragraaf 4.3 gescoord op doelbereiking. Een deel daarvan is meegenomen naar 2024 op basis van de nieuwe prioritering. Deels zijn ze ook vervangen omdat ze gerealiseerd zijn, de scope van het programma is gewijzigd of omdat de prioriteitstelling is aangepast.
In de productbladen staat verder per product beschreven wat we in 2024 willen bereiken en verbeteren.
De lessen die we hebben geleerd in het voorgaande jaar nemen we mee in het komende jaar. Dit hoofdstuk beschrijft zowel in algemene zin, als in gedetailleerde zin per taak/activiteit wat het komende jaar in het Uitvoeringsprogramma komt. De activiteiten die we prioriteren komen niet enkel voort uit de geleerde lessen van afgelopen jaar, maar komen ook uit U&H strategie en daarin opgenomen lange termijn doelstellingen. In paragraaf 5.2 de geprioriteerde thema’s waar we in 2024 gerichte acties op plannen. De doelstellingen die hier bij horen staan al opgesomd in paragraaf 3.2 en komen terug in de productbladen. We sluiten dit hoofdstuk en het Uitvoeringsprogramma als geheel af, met de productbladen van alle activiteiten die we binnen VTH het komende jaar uit zullen voeren.
Per productblad van uit te voeren VTH-taak staan de volgende onderdelen zo concreet mogelijk beschreven:
De lijst met producten is samen met de regiogemeenten ontwikkeld. Wij leveren niet alle producten die in de lijst opgenomen staan, omdat niet elke gemeente dezelfde afbakening hanteert voor dit Uitvoeringsprogramma.
5.4 Overzicht productbladen VTH-samenwerking
Onderstaand de productbladen zoals die voor Amersfoort gelden. De productbladen die regionaal wel ontwikkeld zijn, maar die we in Amersfoort niet gebruiken (bijvoorbeeld omdat ze niet binnen de scope van dit plan passen, of omdat de taken in een ander productblad op zijn genomen) zijn uitgegrijsd. De productbladen zijn te vinden in bijlage 3.
Bijlage 1 Indicatoren overzicht 2023
Bijlage 2 Jaarverslag en Uitvoeringsprogramma (JUP) RUD Utrecht
Bijlage 3 Productbladen Amersfoort
Bijlage 4 Doelstellingen en formatie 2024
Bijlage 5 Kwaliteitscriteria kritieke massa RUD Utrecht
Bijlage 6 Kwaliteitscriteria Comply or Explain
Bijlage 7: Kwaliteitscriteria Kritieke massa gemeente Amersfoort
Bijlage 1 Indicatoren overzicht 2023
In dit indicatorenoverzicht staan de belangrijkste gegevens die nodig zijn om de werkzaamheden van VTH over 2023 te kunnen duiden en te beoordelen in welke mate de doelstelling over 2023 zijn gerealiseerd.
Vanaf einde Q1 2023 zijn we gaan werken met een nieuwe applicatie vooruitlopen op de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Hierdoor worden zaken anders geregistreerd en gecategoriseerd. Zodra de Ow en Wkb in werking zijn vanaf 1 januari 2024 veranderen de vergunningen en meldingen voor een belangrijk deel ook op de inhoud. Het vergelijken van de cijfers over eerdere jaren en 2023 heeft om deze redenen dan ook niet veel zin. Onderstaande de belangrijkste aantallen over 2023.
Voor de APV, floA en Alcoholwet zijn we al eerder in de nieuwe applicatie gaan werken en veranderen de vergunningen op de inhoud ook niet wezenlijk. Een vergelijk met 2022 is hierdoor beter mogelijk.
Het jaarverslag inclusief alle indicatoren is opgenomen in bijlage XXX
5.1 Indicatoren behorende bij de doelstellingen uit de Top-10
Brandveiligheid en constructieve veiligheid bestaande bouw en Brandveilig gebruik + landelijke bouwincidenten
Toezicht op sociale veiligheid waaronder ondermijning
Percentage van de tijd die boa's besteden aan het bevorderen van sociale veiligheid (jeugd, alcohol, wijkboa’s). |
Milieu en energie bij bedrijven
Gedetailleerd jaarverslag voor de milieutaken en het Uitvoeringsprogramma 2023 wordt los aangeboden en in besluitvorming gebracht .
Grofvuil en huishoudelijk afval
Een deel van het toezichtwerk wordt bepaald door de meldingen ‘Handhaving Openbare Ruimte’ die binnenkomen. Onderstaand de trend in het aantal meldingen over jaren, de spreiding per thema en per wijk.
Een deel van de extreme stijgers en dalers is te wijten aan het anders categoriseren van de meldingen.
Bijlage 2 Jaarverslag en Uitvoeringsprogramma (JUP) RUD Utrecht
In 2023 hebben we over de hele linie maar liefst 99,9% van de afgesproken productie gerealiseerd. Dat is het dichtstbij de volle 100% sinds het bestaan van de RUD Utrecht. Tegelijkertijd hebben we ons zo goed mogelijk voorbereid op de Omgevingswet; we hebben bijvoorbeeld milieubelastende activiteiten toegekend aan bedrijven en onze werkprocessen opnieuw ingericht. De productie heeft hier niet onder geleden, en dat is een hele mooie prestatie in de efficiëntie van onze medewerkers. Ik ben dan ook meer dan tevreden over het jaar 2023.
Zeker ook omdat de algemeen besturen van de ODRU en de RUD op 7 december groen licht gaven om het fusietraject te starten. Een belangrijke mijlpaal voor beide omgevingsdiensten, waardoor we gezamenlijk kunnen gaan bouwen aan een robuuste, innovatieve en vitale omgevingsdienst. Een dienst die doelmatig bijdraagt aan het oplossen van onze de maatschappelijke opgaven. Daarnaast kunnen we als één omgevingsdienst nog betere dienstverlening voor opdrachtgevers, bedrijven en inwoners leveren. Inmiddels zijn de eerste stappen gezet. Onze opdrachtgevers – met name bestuurders en regievoerders – spelen een prominente rol in deze eerste fase. Zij gaan fundamentele keuzes voor de omgevingsdienst van de toekomst maken.
We zullen elkaar dan ook veel zien en spreken dit jaar. Daarbij beperken we ons niet tot de fusie, maar delen we ook meer over ons werk en de kennis die we als RUD in huis hebben. We zullen hiervoor weer werkbezoeken organiseren in het najaar. Daar besteden we aandacht aan onze huidige werkpraktijk, en hoe dit bijdraagt aan de bescherming van onze leefomgeving, maar kijken we vooral ook vooruit.
In het Omgevingsrecht staan regels voor het gebruik en de bescherming van de fysieke omgeving waarin wij leven. Tot die fysieke omgeving behoren onder andere de lucht, de bodem, het water, de natuur en de ruimtelijke ordening. We willen dat deze regels in en over de fysieke leefomgeving worden nageleefd om de omgeving en haar gebruikers te beschermen. Daarom zetten we middelen en capaciteit in op de zo genaamde VTH instrumenten. Hierdoor adviseren we op verschillende plannen en (beleids)regels, leveren wij vergunningen en houden wij toezicht en treden wij handhavend op om de leefomgeving te beschermen.
In 2023 is de Uniforme uitvoerings- en handhavingsstrategie (UHS) opnieuw vastgesteld in onze regio. Op basis van uniforme beleidsuitgangspunten van onze opdrachtgevers zijn de kaders en doelstellingen vastgesteld om een kwaliteitsimpuls te realiseren in de fysieke leefomgeving. Er is het afgelopen half jaar organisatie breed nagedacht en gesproken over de doorontwikkeling van de rapportages. Er is een heidag geweest onder begeleiding van een extern bureau, met als doel een betere rapportage te creëren. Het MT heeft een beslissing genomen over de ontwikkelrichting van de rapportages, met in achtneming van de fusie periode, we zullen de regievoerders hier uiteraard in meenemen. De nieuwe rapportages zullen vanaf oktober volgend jaar gefaseerd rapporteren over deze regionale doelstellingen en bijhorende KPI’s. Zo maken we deze nieuwe beleidscyclus sluitend. In samenwerking met onze opdrachtgevers moeten er keuzes gemaakt blijven worden over wat meer of minder aandacht verdient bij de inzet van ons VTH instrumentarium. In deze samenwerkingsruimte ontstaat er ruimte voor maatwerk op lokaal niveau, zodat er rekening gehouden wordt met specifieke beleidsdoelen en bestuurlijke prioriteiten.
Deze keuzes die zijn gemaakt in het jaarprogramma 2023 zijn leidend geweest voor onze uitvoering. We beschrijven in de rapportage het aantal gerealiseerde producten (adviezen, vergunningen en toezicht) en overige activiteiten Vanwege de adaptatie van een nieuw zaaksysteem en de migratie van zaken zijn de KPI’s niet operationeel en geschikt om in deze rapportage op te nemen. Er wordt komend jaar projectmatig gewerkt om deze gefaseerd in te voeren.
Dankzij onze risico gerichte toezicht systematiek werken we sinds dit jaar met geautomatiseerde risicogerichte jaarlijsten. In de voorbereiding op de Omgevingswet hebben we de systematiek omgebouwd. De nieuwe systematiek is gebaseerd op MBA’s en de regionale risicoanalyse (RRA). Daarnaast hebben we een VTH multiplier ontwikkeld op basis van de Landelijke Handhavings Strategie Omgevingsrecht (LHSO) die ons in staat stelt de bezoekfrequentie van een bedrijf aan te passen op basis van het aantal en de ernst van overtredingen.
In het volgende hoofdstuk van deze rapportage staat de relatie naar de specifieke beleidsdoelen van de opdrachtgever beschreven, vanaf komend jaar zal dit hoofdstuk geactualiseerd worden naar de uniforme beleidsdoelen uit het UHS. In hoofdstuk 3 staat tevens in tabelvorm de samenvatting van de gerealiseerde inzet. In bijlage 1 is een beschrijving van de organisatie van het werkaanbod opgenomen. In bijlage 2 zijn de uitvoeringsbladen opgenomen die bestaan uit de realisatie per wetgeving op detail niveau, en het (juridisch)kader waarin we opereren. Deze uitvoeringsbladen zijn in ontwikkeling. In bijlage 3 staat het voorstel van de RUD Utrecht voor de inzet van 2024. In bijlage 4 treft u de pilot rapportage aan voor Wm-toezicht op basis van de RGT systematiek. In bijlage 5 is een pilot rapportage opgenomen voor Energie toezicht.
In 2022 hebben alle Utrechtse colleges de “Uniforme uitvoering- handhavingsstrategie” (U&H strategie) vastgesteld en de strategie is onlangs nog geactualiseerd. Om een goed vervolg te kunnen geven aan de U&H-strategie, die ook kan rekenen op regionaal draagvlak, is er in de regio besloten tot een verlenging van de huidige U&H-strategie tot en met 31 december 2025. De U&H-strategie gaat over de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) die gemeenten en provincie hebben overgedragen aan de omgevingsdiensten (ODRU en RUD) en ziet op zowel de basis- als plustaken. De doorontwikkeling van onze organisatie vanuit de gestelde ambities en doelstellingen in de UHS gaat gewoon door met onder andere; a) onze klachten analyse tool, welke ons in staat stelt om effectiever te acteren en rapporteren op klachten; b) Onze actualisatie programma vergunningen waardoor we met een slimme systematiek ons vergunningenbestand kunnen actualiseren en beheren; en c) onze inzet aan ZZS projecten en onze verdere kennisopbouw op dit thema.
Hoewel we volop bezig zijn met deze doorontwikkeling zijn we nog niet in staat om op de beleidsdoelstellingen uit de UHS te rapporteren. In de eerste helft van volgend jaar staat er een project geprogrammeerd om de beleidsdoelen uit de UHS te operationaliseren en hierop te gaan rapporteren.
Op basis van de specifieke beleidsdoelen van elke gemeente is de inzet aan producten en diensten bepaald en vertaald in ureninzet per product. In dit hoofdstuk staat een kort overzicht over welke beleidsdoelen en -prioriteiten bij deze gemaakte keuzes zijn gebruikt.
De gemeente Amersfoort wil weten wat er leeft in Amersfoort, en ondersteunt inwoners en partners waar nodig om kansen te stimuleren en problemen op te lossen. Daarvoor handelt de gemeente Amersfoort volgens de kernwaarden dichtbij, nieuwsgierig en aanspreekbaar. De RUD medewerkers zijn regelmatig bij de afdeling VTH van de gemeente Amersfoort waar zij samen met de Amersfoortse collega’s invulling geven aan de kernwaarden.
Binnen het werk van de RUD Utrecht worden dan ook de volgende doelstellingen aangehouden bij de uitvoering van het werk:
In 2022 worden alle (100%) milieuaanvragen en –meldingen op basis van objectieve criteria getoetst. De RUD Utrecht draagt er zorg voor dat deze objectieve criteria in afstemming met de andere RUD Utrecht partners worden opgesteld, waardoor uniformiteit binnen het werkgebied van de RUD Utrecht is gewaarborgd (indien noodzakelijk kan gemotiveerd worden afgeweken);
De RUD Utrecht zet zich in op diverse aspecten die te maken hebben met de bescherming van het milieu. De hoogste risico’s die ze bij de gemeente Amersfoort voor het milieu zien, zijn te vinden in de landelijke risico prioritering; bij de volgende activiteiten en/of branches:
In dit hoofdstuk worden de behaalde resultaten over de periode januari tot en met december 2023 op hoofdlijnen weergegeven. De hoofdlijn beschrijft de resultaten in het algemeen (DVO), van de aanvullende opdrachten en van de projecten. De realisatie van de regionale taken vallen buiten deze rapportage, vanwege de aard van de werkzaamheden, en worden eind van het jaar verrekend onder de deelnemers.
Hieronder treft u de overzichten aan van de resultaten op hoofdlijnen, per wetgeving en van de aanvullende opdrachten en de projecten. De gerealiseerde omzet wordt getoetst aan een toetspercentage, genaamd verwachte omzet (%). Voor deze rapportage is het toetspercentage 100%. We hanteren de volgende indeling over de voortgang van de realisatie:
Tabel 1. Overzicht realisatie op hoofdlijnen
Tabel 2. Overzicht realisatie per wetgeving DVO
Tabel 3. Overzicht realisatie projecten
Project Vetgasfabriek Amersfoort
Voor het project de vetgasfabriek bekleed de RUD in 2023, net als afgelopen jaren, de rol van adviseur alsmede de rol van bevoegd gezag (de VTH taken).
Er is afgelopen jaar een concept monitoringsrapportage 2022 binnengekomen. De monitoringsrapportage is beoordeeld door het bevoegd gezag en besproken in de projectgroep. De ontbrekende gegevens zijn inmiddels aangevuld en goedgekeurd, waarbij aanvullende afspraken zijn gemaakt over een aanvullend integraal advies die in de volgende monitoringsrapportage 2023 zal worden opgenomen. Om hieraan invulling te geven wordt momenteel door het adviesteam een risico- en faalkansanalyse uitgevoerd die zal moeten leiden tot beter inzicht in de effectiviteit van de sanering en het bereiken van de saneringsdoelstelling.
Gebleken is dat de teerverwijdering achter blijft bij de verwachting in het saneringsplan. De oorzaak hiervan en de consequenties voor de uitvoering en verdere verloop van de sanering wordt momenteel door het adviesteam onderzocht. Tweede kwartaal 2024 wordt de rapportage van het adviesteam hierover verwacht. Dit zal waarschijnlijk leiden tot enige aanpassing van het monitoringsplan.
Daarnaast is de eerste (halfjaarlijkse) voortgangsrapportage opgesteld en door het bevoegd gezag beoordeeld. Hieruit blijkt dat de interpretatie van de gegevens en conclusies van de rapportage onvoldoende worden onderbouwd. De rapportage is besproken, is aangepast en er zijn afspraken gemaakt voor de eerstvolgende rapportage.
Naast de beoordeling van de rapportages en overleggen hierover vindt wekelijks afstemming met de gemeente Amersfoort plaats. In dit overleg wordt de voortgang besproken en bijzonderheden vermeld die zich tijdens de uitvoering voordoen. Dit overleg is ingesteld om te borgen dat alle activiteiten bij het bevoegd gezag bekend zijn om zo goed mogelijk invulling te kunnen geven aan de toezichtstaken. Op deze wijze kunnen de eventuele fysieke controles op het juiste moment worden ingezet.
In 2023 zijn gezien de complexiteit van het project de benodigde uren met 100 opgeschaald voor de bevoegd gezag rol en 60 uur voor de adviesrol. Daarnaast is, gezien de overschrijding, tevens een aanvullende opdracht verstrekt voor de resterende inzet van 2023 met een doorloop naar 2024. Voor volgend jaar is er een intensieve begeleiding van deze complexe bodemsanering noodzakelijk, zowel vanuit de VTH taken als vanuit de adviesrol. De duur van de sanering is op dit moment moeilijk in te schatten, maar zal nog minstens 5 jaar gaan duren.
Tabel 4. Overzicht realisatie aanvullende opdrachten
Over het geheel genomen is de realisatie van de bedrijfsomzet in 2023 de begroting iets overschreden (104%). Onze mensen hebben geprobeerd te anticiperen en te sturen op de realisatie waar mogelijk. Er zijn echter wel een aantal aandachtpunten waarbij de realisatie extra aandacht verdient. Gezien de huidige realisatie van zowel het DVO als ook de aanvullende opdrachten kan het zijn dat er, conform de bijdrage verordening, een herberekening plaatsvindt van de vaste bijdrage n.a.v. de jaarrekening.
Op wetgevingsniveau hebben we 106% gerealiseerd ten opzichte van de begroting. Hiermee is de verwachte omzet gerealiseerd. De realisatie op meldingen is achtergebleven, de realisatie op beschikkingen is op schema ten opzichte van het begroot aantal uren en de realisatie op technische advisering heeft een overschrijding. We hebben op alle voorgenoemde (vraag gestuurde producten) instrumenten 118% gerealiseerd ten opzichte van de begroting. Hiermee is sprake van een overschrijding. De overgang naar de Omgevingswet per 1 januari 2024 heeft niet gezorgd voor een toename in aanvragen/meldingen aan het einde van het jaar (onder de oude wetgeving).
Voor toezicht is 98,8% gerealiseerd. Zie voor verdere informatie met betrekking tot de fysieke milieucontroles bijlage 4.
In totaal is in 2023 164% van de raming gerealiseerd en is daarmee sprake van een ruime overschrijding van het jaarbudget. Dit is aan de ene kant het gevolg van een sterke toename van het aantal asbestsaneringen. Voor de meldingen is deze toename vanaf de 2e helft van 2022 structureel vastgesteld. Aangezien er meer werkzaamheden worden uitgevoerd is er ook sprake geweest van meer toezicht. Omdat het aantal meldingen in het laatste kwartaal enigszins is afgenomen (nog wel structureel boven de ramingen) ten opzichte van het eerste deel van het jaar is de totale overschrijding wat lager uitgevallen dan in oktober werd verwacht.
Los van de grotere hoeveelheid asbestsaneringen is als gevolg van de calamiteit aan de Verdiweg dit jaar sprake geweest van grootschalige inzet op de post handhaving. Voor deze post is sprake van een overschrijding van 280 uur. Dit is minder dan verwacht in de oktoberrapportage aangezien het strafrechtelijk onderzoek (in afstemming met de NLA) grotendeels nog niet is afgerond en in 2024 zal worden voortgezet.
Op basis van de oktoberrapportage heeft afstemming plaatsgevonden met de gemeente en is akkoord gegeven voor verrekening van de overschrijdingen van de DVO.
We zijn dit jaar met deze opdracht gestart bij de gemeente. De opstart en afstemming kost altijd wat extra tijd. Daarnaast is er voldoende aanbod vanuit de gemeente. Gemeente Amersfoort is een proactieve gemeente t.o.v. natuuraspecten en dat betekent dat ecologische advisering een duidelijk rol inneemt. Het betreft hier een aanvullende opdracht van 850 uur. Vanwege een ruim aanbod aan adviesverzoeken lopen we voor op schema. Het contact tussen gemeente en RUD op dit onderdeel is goed. Zowel ecologische vraagstukken bij sloop en bouw als ook vraagstukken rondom evenementen zijn aan de orde geweest en zijn voorzien van ons advies
De aanvullende opdracht van 850 uur voor volgend jaar is al verstrekt, de ervaringen zijn dus positief. Voor 2025 zal deze inzet in het Dvo moeten landen willen we structureel leveringszekerheid kunnen bieden aan de gemeente Amersfoort.
Op wetgevingsniveau hebben we 95% gerealiseerd ten opzichte van de begroting.
We hebben voor vergunningverlening milieu drie zaken als complex aangemerkt (zie toelichting onderstaand). Voor handhaving milieu lopen er tevens 4 complexe dossiers en voor Bodem zijn er 2 dossiers aangemerkt.
De inventarisatie van complexe dossiers vindt gedurende het jaar doorlopend plaats. Indien van toepassing, zullen we deze dossiers tussentijds bespreken. Voor verdere details op dossier niveau zie uitvoeringsblad 30, complexe dossiers.
Bijlage 1: Achtergronden en organisatie
Verantwoording werkzaamheden van de RUD Utrecht
Om een goede input te kunnen leveren voor de beleidskeuzes die de opdrachtgevers moeten maken, moet de RUD Utrecht zorgen voor een goede vastlegging van alle gegevens met betrekking tot haar werkzaamheden. Dit doet ze door het vastleggen van o.a.:
Deze monitoring maakt inzichtelijk in welke mate doelgroepen de regels naleven en welke knelpunten er zijn als het gaat om het naleefgedrag. De RUD Utrecht is samen met haar opdrachtgevers bezig om hier een juiste vorm van verslaglegging in te ontwikkelen. In ieder geval worden na afloop van een begrotingsjaar de behaalde prestaties en de werkelijke kosten geëvalueerd. De evaluatie laat zien wat er met de ureninzet voor toezicht en handhaving is bereikt. Bovendien bevat de monitoringsinformatie gegevens over de toezichttaken in relatie tot de beschikbare capaciteit. Door planning en realisatie met elkaar te vergelijken ontstaat inzicht in een meest doelmatige inzet van de beschikbare capaciteit.
Het samenwerkingsverband van de RUD Utrecht hanteert een gezamenlijk werkproces. Dit past in de gedachte van “de BIG 8” waarbij de werkprocessen afgestemd worden op de strategische doelen en prioriteiten van de opdrachtgevers. De RUD Utrecht is vervolgens de specialist in de uitvoering en bepaalt de juiste werkprocessen. Vervolgens stemt de RUD Utrecht in het Producten en Dienstencatalogus (PDC) deze werkprocessen af met de opdrachtgevers. Sinds dit jaar hebben de gemeenten en Provincie binnen de Provincie Utrecht ook een Uniforme Handhavings Strategie (UHS) vastgesteld, een unicum in de regio Utrecht. In de UHS staat een uniforme risico-analyse op basis van milieubelastende activiteiten (voor de basistaken) opgenomen alsook de Landelijke handhavingsstrategie omgevingsrecht. Deze zullen beide leidend zijn voor de uitvoering van onze toezichtstaken. Bij de RUD Utrecht zal bij de invoering van de Omgevingswet een vertaling plaats gaan vinden naar nieuwe Omgevingswet werkprocessen bij o.a. het cluster milieutoezicht en vergunningverlening. In de handhavingsbesluiten motiveert de RUD Utrecht bij eventuele afwijkingen en deze legt ze vast in de digitale omgeving van PowerBrowser.
Met het maken van dit jaarprogramma geven we invulling aan diverse wettelijke plichten, te weten:
De RUD Utrecht heeft een milieuklachtentelefoon. Per februari 2019 is de RUD Utrecht voor klachten ook bereikbaar via één telefoonnummer (frontoffice). Deze meldkamer is 24/7 bereikbaar en zorgt er voor dat klanten direct en professioneel te woord worden gestaan. Zo nodig wordt de melding doorgezet naar de gemeente of een waterschap. Wanneer een melding/klacht door de RUD Utrecht namens het bevoegd gezag opgepakt moet worden, zorgt de meldkamer er voor dat de juiste discipline (groen, grijs, blauw) ingezet wordt. Bij het organiseren van de consignatie kijkt de RUD Utrecht hoe de verschillende taakvelden zo efficiënt en effectief mogelijk kunnen worden ingezet.
Scheiding vergunningverlening/toezicht en handhaving
Vergunningverlening enerzijds en toezicht en handhaving anderzijds zijn functioneel gescheiden en deels in verschillende teams belegd. Hiermee is gewaarborgd dat de medewerkers, die verantwoordelijk zijn voor een vergunning, niet ook toezicht houden of handhaven op de zelfgeschreven vergunning.
Om te voorkomen dat na verloop van tijd de toezichthouder te lang verantwoordelijk is voor handhaving van één en dezelfde inrichting, worden medewerkers periodiek gerouleerd over de inrichtingen. Ook in 2024 zal weer gerouleerd worden.
Nieuwe, op de RUD Utrecht afkomende wetten vergen het nodige van haar personeel. Een brede inzetbaarheid van personeel wordt steeds belangrijker voor een adequate/efficiënte taakuitvoering. De RUD Utrecht traint daarom haar medewerkers op bijv. adviesvaardigheden en het vergaren van nieuwe kennis (bijv. op het gebied van ruimtelijke ordening en de omgevingswet).
Medio 2022 zijn de kwaliteitscriteria voor de kritieke massa door een werkgroep van IPO/VNG aangepast in het kader van de Omgevingswet. We voldoen op de generieke onderdelen nog steeds aan de criteria. Op de specialistische deskundigheidsgebieden voldoen we deels niet meer door vertrekkende medewerkers dit wordt opgelost door de samenwerking met collega omgevingsdiensten of door specialistische kennis in te huren. Voor zowel handhaving als vergunningverlening milieu wordt het in de nabije toekomst wel kritiek omdat een aantal medewerkers de komende jaren hun pensioengerechtigde leeftijd bereiken en opvolging geborgd moet worden. Dit is een aandachtpunt, hiervoor wordt op teamniveau plannen gemaakt. Om de criteria in de toekomst beter te borgen en meer inzichtelijk te maken is het voorstel om het proces te professionaliseren en automatiseren. We zijn aan het onderzoeken of we via ons tijdschrijfsysteem, automatisch inzicht kunnen genereren in bepaalde elementen van de kwaliteitscriteria, zoals kritieke massa, vlieguren en bepaalde expertises. Zo worden de kwaliteitscriteria inzichtelijk op medewerkersniveau en op organisatie niveau wat ons beter grip geeft op deze wettelijke vereisten. Tot slot vindt er landelijk een project plaats met als doel de kwaliteitscriteria 3.0. op te stellen en vast te stellen, vanuit het interbestuurlijk programma worden we hierop geïnformeerd.
Samenwerking en afstemming met andere VTH-partners
De RUD Utrecht werkt in het veld samen met andere VTH-partners. De intensiteit van samenwerking en de mate waarin de samenwerking structureel is ingericht, verschilt. De RUD Utrecht werkt in toenemende mate samen (bijv. met de ODRU), waarbij de samenwerking niet op basis van een samenwerkingsovereenkomst plaatsvindt. Hieronder zijn (niet limitatief) samenwerkingspartners opgesomd en een aantal samenwerkingsafspraken.
Bijlage 2: Uitvoeringsbladen Amersfoort
Het doel van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) is om mensen in de buurt van een bedrijf met gevaarlijke stoffen te beschermen. Bij een omgevingsvergunning milieu of een ruimtelijk besluit rond zo'n bedrijf moet het bevoegd gezag rekening houden met veiligheidsafstanden ter bescherming van individuen (plaatsgebonden risico) en groepen personen (groepsrisico). |
|
Het beschermen van het leefmilieu, de gezondheid van inwoners en de omgeving veilig stellen en tegelijkertijd initiatieven mogelijk maken. Besluit externe veiligheid. Om het benodigde kennisnetwerk en provinciale samenwerking in stand te houden vertegenwoordigt de RUD Utrecht de gemeenten en provincie in het PUEV. |
|
Een milieuadvies waarin op verantwoorde wijze rekening gehouden wordt met consequenties van en voor het milieu en de omgeving met als doel milieuschade als gevolg van calamiteiten zoveel mogelijk te voorkomen. Milieuadvies waarin op verantwoorde wijze rekening gehouden wordt met consequenties van en voor het milieu en de omgeving met als doel milieuschade als gevolg van calamiteiten zoveel mogelijk te voorkomen. |
|
Advies op het milieuaspecten externe veiligheid op verzoek van het bevoegd gezag. We registreren het aantal. |
|
We zijn in 2023 uitgekomen op een realisatie van 72% aangezien de vraag is achtergebleven bij de verwachting. Het overgrote deel van de gerealiseerde uren zijn gemaakt op het product RO-advisering m.b.t. externe veiligheid. Met de komst van de Omgevingswet is het externe veiligheidsbeleid gemoderniseerd. Dit gemoderniseerde beleid is meer effectgericht en brengt een aantal nieuwe instrumenten maar ook termen. Dit beleid is voor iedereen nieuw. Kennisdeling is daarom juist nu heel belangrijk. Als regio zijn we vertegenwoordigd in het landelijk platform veilige leefomgeving (LPVL). Hierbij zijn o.a. aangesloten, provincies, omgevingsdiensten, veiligheidsregio’s, gemeentes, het RIVM en de rijksoverheid. Dit platform is erg belangrijk als het gaat om kennisdeling. In 2023 bezochten leden van het platform de gemeente Amersfoort waar zij hebben geleerd over de uitdagingen op het gebied van veiligheid in de regio en Amersfoort in het bijzonder (Landelijk Platform Veilige Leefomgeving deelt kennis bij bezoek aan Amersfoort - Relevant - Netwerk Externe Veiligheid). Kennisdeling met name op gebied van gemoderniseerd omgevingsveiligheid blijft staan als belangrijk punt. Verder heeft het ministerie aangekondigd dat de rekenmethodiek voor gifwolkaandachtsgebieden aangepast zal gaan worden. Binnen een gifwolkaandachtsgebied moet conform het Besluit Kwaliteit Leefomgeving (BKL) in het omgevingsplan of voor een omgevingsvergunning rekening worden gehouden met het groepsrisico. Doordat de omvang van deze aandachtsgebieden zal gaan wijzigen kan dit gebied waar groepsrisico moet worden meegewogen mogelijk wat veranderen. Het ministerie heeft hier per brief de gemeenten en de omgevingsdiensten over geïnformeerd. De berekeningen zullen in veel gevallen worden uitgevoerd door de ODNZKG en komend jaar worden uitgevoerd. |
|
We hebben te maken met een onderschrijding vanwege het achterblijven van de vraag. Er zijn 235 uur op het product RO-advisering gerealiseerd, een paar uur op het product risicoregistratie en 29 uur op het product Visies EV en IBT. Het zijn vraag gestuurde producten, waarbij sturing niet tot nauwelijks mogelijk is. |
|
De afgesproken ureninzet voor 2024 is opgenomen in bijlage 3. |
In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de ureninzet, zoals die voor 2024 is afgesproken.
Bijlage 4: resultaten milieutoezicht
Rapportage 2023 Wet milieubeheer toezicht Amersfoort
Het spontane naleefgedrag binnen de gemeente Amersfoort is lager dan het gemiddelde. Deze percentages zullen gedurende het komende jaar gemonitord worden om te komen tot de beste manier van toezicht. Voor deze analyse zal onder andere gekeken worden naar het soort bedrijven met een bovengemiddeld aantal overtredingen.
Wij spreken van een handhavingsbesluit vanaf een last onder dwangsom. Het duurt vaak langere tijd voordat een controle tot een handhavingsbesluit komt. Dit in verband met de begunstigingstermijn (de termijn om een overtreding ongedaan te maken). Het aantal handhavingsbesluiten kan om deze reden nog verder oplopen.
Controles van de jaarlijst is het geplande werk. De controles die ad-hoc zijn uitgevoerd zijn naar aanleiding van meldingen via de milieuklachten-telefoon, de gemeente zelf of een constatering van een toezichthouder. Dit geeft een beeld van de planbaarheid van het werk.
Toezichthouders registreren overtredingen in het bedrijfsprocessensysteem van de RUD Utrecht. Bij deze registratie maken zij gebruik van de Landelijke Handhavingstrategie (LHS). Overtredingen zijn ingedeeld in categorieën. Deze categorieën zijn hiernaast weergegeven. Per categorie staat hieronder een voorbeeld van het soort overtreding behorende bij deze categorie.
Geluidsnormen worden overschreden.
Verkeerd opslaan van gevaarlijke stoffen.
Emissie-eisen die worden overschreden.
Bouwwerk voldoet niet aan de eisen.
Eindsituatie bodemonderzoek niet uitgevoerd.
Installatie buiten gebruik zonder bewijs leegmaken.
Lozingseisen worden overschreden
Afval gaat niet naar een erkend verwerker.
Gegevens die niet inzichtelijk zijn.
Activiteit zonder melding/vergunning
Bedrijf voldoet niet aan zijn vergunning en/of heeft een milieurelevante wijziging en/of activiteit niet gemeld bij het bevoegd gezag.
Beoordeling overtredingen volgens de Landelijke handhavingsstrategie (LHS)
Bestuursrechtelijke interventie, strafrechtelijke interventie is een mogelijkheid |
|
Bestuursrechtelijke interventie met duaal strafrechtelijke traject |
Milieuklachten zijn meldingen die via de mail en/of telefonisch worden doorgegeven aan de RUD Utrecht. Klachten kunnen vanuit burgers, bedrijven en ketenpartners komen. Gemiddeld genomen zijn er in de zomer meer milieuklachten dan in de winter. Vermoedelijk komt dit doordat mensen in de zomer meer tijd spenderen in de buitenlucht/de leefomgeving waardoor hen vaker iets opvalt.
Telefonische klachten komen via de milieuklachtentelefoon binnen die 24 uur per dag, zeven dagen per week te bereiken is via de (particuliere) meldkamer. Schriftelijke meldingen kunnen via diverse (online) meldingsformulieren komen. Relatief gezien zijn er meer schriftelijke klachten dan telefonisch.
Verschillende type milieuklachten
Bijlage 5: Resultaten energietoezicht
Rapportage 2023 energiecontroles
Voor het onderdeel energie hebben wij in 2023 minder gerealiseerd dan begroot, namelijk 44%. Dit komt voornamelijk door de inzet van energietoezichthouders op de SPUK-subsidie, waarbij in 2023 een kritische grens van 40% besteding gerealiseerd moest worden. Tevens was 2023 het jaar waarin het cluster energie flink uitgebreid is (+4FTE). Het opleiden en trainen van nieuwe toezichthouders heeft tijd gekost, die voor een deel ten koste is gegaan van de DVO-realisatie.
Ondanks de lagere realisatie in 2023 op het DVO, zijn er vanuit cluster energie meer energiecontroles uitgevoerd dan begroot vanuit het DVO. In totaal zijn er in 2023 in Amersfoort, 196 energiecontroles uitgevoerd. Deze zijn verdeeld in:
De controles die vanuit het DVO uitgevoerd zijn, zijn gefinancierd vanuit gemeente Amersfoort en de controles vanuit de SPUK- en VUE3 subsidie zijn gefinancierd vanuit het Rijk.
In totaal zijn er bij 53% van de controles geen overtredingen geconstateerd. Gemiddeld zijn er bij de zaken waar een overtreding geconstateerd is, 3 overtredingen geconstateerd. In onderstaand figuur zijn de controles zonder overtreding versus de controles met overtreding(en) weergegeven.
In onderstaande figuur zijn de vijf meest voorkomende overtredingen weergegeven. De meest voorkomende overtreding in gemeente Amersfoort in 2023 bleek de afwezigheid van een weerafhankelijke regeling op de Cv-installatie te zijn. Een gedetailleerde uitleg van de overtredingen is terug te vinden op Informatiebank Erkende maatregelen energiebesparing (EML) (rvo.nl)
In 2024 starten wij met een groot energieteam en is de verwachting dat wij volledig realiseren op het DVO. Vanuit de SPUK-subsidie zal in Amersfoort ook veel energietoezicht plaatsvinden. De VUE3-subsidie is in december 2023 beëindigd. In 2024 starten wij tevens met toezicht en handhaving op de labelplicht voor kantoorgebouwen. Vanuit gemeente Amersfoort is deze taak niet afgenomen.
Bijlage 3 Productbladen Amersfoort
Bijlage 4 Doelstellingen en formatie 2024
Bovenstaand formatieoverzicht geeft de formatieve ruimte weer. Bij met name vergunningverlening wordt daarnaast gebruik gemaakt van een flexibele schil als het aanbod aan werk toeneemt.
Berekening benodigde personele en financiële middelen
Bovenstaande formatie is verwerkt in de meerjarenbegroting van de gemeente Amersfoort.
Voor de VTH-taken hebben we kentallen ontwikkeld. In onderstaande tabellen wordt op basis van verwachte aantallen vergunningen uitgerekend welke formatie benodigd is voor het toetsen van vergunningen en het houden van toezicht.
Bovenstaande taken worden uitgevoerd door (senior) casemanagers omgevingsrecht. Hier hebben we circa 10.5 fte voor nodig. Formatief is er 10.34 fte. De afgelopen jaren hebben we hier echter ook ten minste 3 fte aan casemanagers aan toegevoegd via de flexibele schil. Hier ontstaat dus ruimte voor het realiseren van doelstellingen die buiten de reguliere werkzaamheden om worden gesteld.
Hiernaast verwachten we vanaf 2024 een verschuiving van werkzaamheden als gevolg van de Ow en Wkb. 2024 zal gebruikt worden om in te schatten hoe deze verschuiving eruit ziet.
Bovenstaande taken worden uitgevoerd door bouwinspecteurs en adviseurs constructieve veiligheid. Hier hebben we ruim 9 fte voor nodig. Formatief beschikken we over 9.22 fte aan bouwinspecteurs en adviseurs constructieve veiligheid. Voldoende om de te verwachten taken uit te voeren. Wel krap om ook alle meldingen die worden gedaan met de gewenste prioriteit op te pakken. Ook hier geldt dat er in 2024 een verschuiving plaats zal vinden als gevolg van de Ow en Wkb.
Bovenstaande taken worden uitgevoerd door (senior) casemanagers APV. Hier hebben we circa 2.51 fte voor nodig. We beschikken echter over meer dan het dubbele aantal. Dit wordt met name veroorzaakt doordat deze casemanagers vaak meer doen dan enkel het toetsen van vergunningaanvragen. Het begeleiden van een evenementenproces of het komen tot een geschikte locatie voor een coffeeshop is een tijdrovend proces.
Voor het toezicht in de openbare ruimte beschikken we niet over kentallen. We beschikken over circa 28fte aan formatieve boa-capaciteit. Zij werken op basis van onderstaande prioriteiten en doelstellingen. De overige tijd werken zij aan binnengekomen meldingen handhaving openbare ruimte, waar we over 2023 ruim 8500 meldingen van ontvingen. Naar elke melding wordt gekeken en teruggekoppeld. Niet elk melding wordt ook opgevolgd.
Koppeling doelstellingen aan formatie Omgevingsrecht
Voor het bereiken van de algemene doelstellingen en de prioriteitsdoelstellingen binnen het Omgevingsrecht (zie hieronder) geldt dat deze worden bereikt door een accentverschuiving of nadere aandacht binnen de reguliere taakuitvoering van met name de vergunningverleners en toezichthouders. Ze zijn door de prioritering al meegenomen in de dagelijkse taakuitvoering.
Die doelstellingen die aanvullen worden opgepakt door de beleids- en kwaliteitsmedewerkers (2.78 fte) die niet werkzaam zijn binnen het primaire VTH-proces. Denk hierbij aan het ontwikkelen van een infographic, het opvolgen van landelijke incidenten en het bestuur informeren. Voor de taken op het gebied van groen en ecologie is 1 groene boa aangesteld om de doelstellingen te realiseren.
Bijlage 6 Kwaliteitscriteria Comply or Explain
Landelijk is een set aan criteria ontwikkeld om de kwaliteit van de uitvoering van de VTH taken te meten, de Kwaliteitscriteria 2.24. Het is geen wettelijke verplichting om je aan deze criteria te houden, maar ze staan wel centraal in de discussie. Ook is in de wet opgenomen dat elke gemeente een verordening vast moet stellen waarin zij aangeeft hoe zij de kwaliteit van de uitvoering van de VTH-taken wil waarborgen. In Amersfoort is deze verordening ook vastgesteld. In deze verordening is opgenomen dat de kwaliteitscriteria gelden voor de taken die door de RUD uit worden gevoerd. Voor de taken die niet door de RUD worden uitgevoerd, en dus in overwegende mate binnen onze eigen organisatie, gelden de criteria voor zover nader door het college bepaald. Door middel van het vaststellen van deze strategie gelden deze criteria ook voor de taken die we in eigen huis uitvoeren. In het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma zal verslag worden gedaan van de mate waarin aan de kwaliteitscriteria wordt voldaan.
Inhoudelijke criteria en Procescriteria
Op de inhoudelijke criteria voldoen we voor het overgrote merendeel. Veel van deze criteria zijn weer opgenomen in deel 2 “procescriteria”.
De procescriteria betreffen eisen aan het proces dat doorlopen wordt. De eis is dat de “Big-8” wordt doorlopen. In Amersfoort doorlopen we deze “Big-8” ook elke beleidsperiode. De procescriteria betreffen een lange lijst aan eisen waar aan voldoen moet worden. We voldoen aan de overgrote merendeel van deze criteria. Ruimte voor verbetering is er altijd. Met het vaststellen van deze strategie zetten we hierin ook weer een grote stap voorwaarts. Onder meer door het vaststellen van de ‘Richtlijn dwangsommen en begunstigingstermijnen’ het updaten van de uitvoerings- en handhavingsstrategie en het koppelen van de formatie aan de kentallen en doelstellingen.
In bijlage 7 is per deskundigheidsgebied op persoonsniveau een analyse gedaan van de mate waarin we als gemeente aan de kwaliteitscriteria voldoen.
In totaal zetten we in Amersfoort ruim 40 fte in op de taken zoals beschreven in de kwaliteitscriteria. Exclusief de inzet van de VRU en de RUD. Overall is de bezetting dus meer dan robuust. Wel zijn er verschillen per deskundigheidsgebied. Hieronder per cluster deskundigheidsgebieden de conclusies.
Generieke deskundigheidsgebieden
Voor deze deskundigheidsgebieden geldt dat zowel opleiding, aantal, frequentie als ervaring ruimschoots voldoen. Qua kennis is in 2023 geïnvesteerd in Omgevingswet en Wkb. Zowel juridisch als bouwtechnisch. Voor 2024 blijft hier de focus op het leren werken onder de Ow en Wkb. Ook wordt er aanvullend kennis opgedaan over het nieuwe BBL en de wet Bibob.
Juridische deskundigheidsgebieden
Voor de juridische deskundigheidsgebieden geldt dat we ruimschoots voldoende bezetting hebben. Ook aan de eisen ten aanzien van opleiding, kennis, frequentie en ervaring wordt ruimschoots voldaan. Doordat de juridische deskundigheidsgebieden in Amersfoort anders zijn georganiseerd is het lastig ze af te zetten tegenover de kwaliteitscriteria. Zo wordt een deel van elk juridisch deskundigheidsgebied uitgevoerd door een aparte juridische afdeling. Om kwaliteitsredenen worden bezwaren en beroepen afgehandeld door juridisch specialisten die niet betrokken zijn geweest bij de vergunningverlening en handhaving.
Specialistische deskundigheidsgebieden accent bouwen
Ook hier voldoende aantal, frequentie, opleiding en ervaring. Voor bouwfysica moet nader onderzocht worden of de aanvullende kennis hier ook afdoende is bij alle medewerkers. Met verdergaande private kwaliteitsborging wordt dit wel steeds minder belangrijk.
Complexe brandveiligheidstaken zijn uitbesteed aan de Veiligheidsregio. Dat geldt voor sloop en asbest bij de Omgevingsdienst. De frequentie-eis bij het afhandelen van de eenvoudige sloopmeldingen wordt niet altijd gehaald omdat zit belegd is bij meerdere junior casemanagers die wijkgericht werken.
Met 2 goed opgeleide en ervaren adviseurs constructieve veiligheid wordt hier voldaan aan de eisen.
Specialistische deskundigheidsgebieden accent milieu
Volledig uitbesteed aan de Omgevingsdienst.
Specialistische deskundigheidsgebieden accent ruimtelijke ordening en duurzaamheid
In grote lijnen voldoet Amersfoort ook op deze deskundigheidsgebieden. Voor kostenverhaal, gebiedsontwikkeling en planeconomie hebben we ruimschoots gekwalificeerde mensen in dienst. Echter het aanbod van werk voor de taken zoals ze omschreven staan in de kwaliteitscriteria is dusdanig beperkt dat de frequentie-eis niet wordt gehaald. Het biedt echter meer kwaliteit om deze taken wel door onze eigen planeconomen uit te laten voeren dan hiervoor aanspraak te maken op de markt.
Ook monumentenzorg en archeologie is zeer robuust georganiseerd in Amersfoort met zeer veel (over)gekwalificeerde collega’s. Ook hier geld dat niet iedereen de frequentie-eis haalt. Echter deze gespecialiseerde collega’s in dienst van Amersfoort leveren juist de kwaliteit die benodigd is voor de bescherming van de cultuurhistorische waarden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-364386.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.