Subsidieregeling Regio Deal Waterstof 2024-2026

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder;

 

gelet op artikel 3 van de Subsidieverordening Regio Deal Maritiem Cluster;

 

overwegende dat;

 

  • de ondertekenaars van de Regio Deal Maritiem cluster Kop van Noord-Holland (hierna: de Regio Deal) het gebruik van waterstof in de Kop van Noord-Holland willen bevorderen door het verstrekken van subsidies voor activiteiten die daaraan bijdragen;

  • één van de doelen van de Regio Deal in het kader van het versterken van de brede welvaart in de regio is, het zetten van stappen richting gebruik van waterstof als energiedrager in mobiliteit en in de agri-sector;

  • de Regio Deal het gebruik van waterstof wil stimuleren door de vraagzijde van de relatief nieuwe markt voor waterstof te stimuleren;

  • hiervoor de inzet van een subsidieregeling is beoogd;

  • er inmiddels diverse (subsidie)regelingen zijn voor emissie-loze voertuigen (bedrijfsauto’s vrachtauto’s, bussen), bedrijfsmiddelen en -technieken, bouwmachines en waterstofprojecten;

  • een subsidieregeling ten behoeve van ondernemers vanuit de Regio Deal een aanvulling moet zijn op, en niet hetzelfde als, reeds bestaande regelingen;

  • ook de agri-sector en scheepvaart verduurzaamd moeten worden;

  • het gebruik van waterstof daarbij een serieuze optie is;

  • het in de agri-sector gaat om bijvoorbeeld de overgang naar tractoren en andere bedrijfsmiddelen op waterstof;

  • zowel in de scheepvaart als in de agri-sector geldt dat emissieloos materieel en emissieloze mobiliteitsoplossingen nog niet altijd eenvoudig uit de catalogus kunnen worden gekocht;

  • in verband met de lange levensduur van agri-materieel en schepen de ombouw (retrofit) van bestaande fossiel aangedreven voer- en vaartuigen naar emissie-loos daarom ook interessant is;

  • er nog beperkt onderzoek is gedaan naar de ombouw (retrofit) van bestaande fossiel aangedreven voer- en vaartuigen naar emissie-loze voer- en vaartuigen in de agri-sector en scheepvaart;

  • verder onderzoek naar dergelijke ombouw dan ook wenselijk is;

  • de aanschaf van waterstof-aangedreven bedrijfsmiddelen bovendien duurder is dan die van conventionele bedrijfsmiddelen;

  • CAPEX-ondersteuning daarom tevens gewenst is;

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Regio Deal Waterstof 2024-2026:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    Verordening: Subsidieverordening Regio Deal Maritiem cluster;

  • -

    Kop van Noord-Holland: het gebied bestaande uit de gemeenten Den Helder, Hollands Kroon, Schagen en Texel;

  • -

    Onderneming: een natuurlijk persoon of rechtspersoon die een economische activiteit uitvoert, ongeacht de rechtsvorm of de wijze van financiering;

  • -

    Voertuig, vaartuig of materieel ‘op waterstof’: een equivalent van een voertuig, vaartuig of materieel dat door waterstof wordt aangedreven en wordt ingezet in specifiek de agri-sector of de scheepvaart;

  • -

    UBO: Ultimate Beneficial Owners, ook wel uiteindelijk belanghebbenden, zijnde mensen die de uiteindelijke eigenaar zijn van of zeggenschap hebben over een organisatie.

Artikel 2. Doel van de regeling

Deze regeling heeft tot doel het stimuleren van het gebruik van emissie-loos materieel en emissie-loze voer- en vaartuigen op waterstof door ondernemingen in de scheepvaart en de agri-sector om een impuls te geven aan de vraag naar waterstof en daarmee aan een overgang naar een duurzame waterstofeconomie.

Artikel 3. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze regeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 4 bedoelde activiteiten.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor:

    • a.

      een onderzoek naar de technische en financiële haalbaarheid van de ombouw van fossiel aangedreven voer- of vaartuigen of materieel naar voer- of vaartuigen of materieel met een aandrijving door middel van het gebruik van elektromotoren, gebruik makend van waterstof, die worden gebruikt in de agri-sector en de scheepvaart;

    • b.

      de ombouw van fossiel aangedreven voer- of vaartuigen of materieel naar voer- of vaartuigen of materieel met een aandrijving door middel van het gebruik van elektromotoren, gebruik makend van waterstof, die worden gebruikt in de agri-sector en de scheepvaart;

    • c.

      de aanschaf van door middel van waterstof aangedreven vaar- of voertuigen of materieel, niet zijnde bedrijfsauto’s, vrachtauto’s en of bussen, die worden gebruikt in de agri-sector en de scheepvaart.

  • 2.

    De activiteiten dienen:

    • a.

      niet te zijn aangevangen, inhoudende dat er nog geen (koop)overeenkomst voor het verrichten van een onderzoek, de ombouw of de aanschaf, als bedoeld in het eerste lid, is gesloten, voordat de aanvraag om subsidie op grond van deze regeling is ingediend;

    • b.

      afgerond te zijn:

      • i.

        indien de subsidie betrekking heeft op een onderzoek, als bedoeld in het eerste lid, onder a, binnen 6 maanden nadat subsidie op grond van deze regeling is verleend;

      • ii.

        indien de subsidie betrekking heeft op een ombouw, als bedoeld in het eerste lid, onder b, of een aanschaf, als bedoeld in het eerste lid, onder c, binnen 12 maanden nadat subsidie op grond van deze regeling is verleend.

Artikel 5. Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan:

  • a.

    een onderneming die actief is in de agri-sector en/of de scheepvaart en is gevestigd in de Kop van Noord-Holland, blijkend uit haar inschrijving bij de Kamer van Koophandel; of

  • b.

    een onderneming actief in de scheepvaart, blijkend uit haar inschrijving bij de Kamer van Koophandel, en die haar bedrijfsactiviteiten aantoonbaar structureel uitvoert op de wateren grenzend aan de gemeenten in de Kop van Noord-Holland en daarbij een of meerdere havens in deze gemeenten structureel aandoet.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

De subsidie heeft uitsluitend betrekking op:

  • a.

    de te maken kosten voor het laten uitvoeren van een onderzoek, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a;

  • b.

    de te maken kosten voor een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b;

  • c.

    de te maken kosten voor een aanschaf, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c.

Artikel 7. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Een subsidie bedraagt:

    • a.

      in geval van een onderzoek, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a, maximaal 75% van de kosten voor het laten uitvoeren van het onderzoek zoals die blijken uit de ingediende offerte, als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder f, met een maximum van 3.000,- euro;

    • b.

      in geval van een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, maximaal 30% van de totale ombouwkosten zoals die blijken uit de ingediende offerte, als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder g, onderdeel i, met een maximum van 50.000,- euro;

    • c.

      in geval van een aanschaf, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c, maximaal 30% van de hogere aanschafkosten ten opzichte van de aanschafkosten van een vergelijkbaar conventioneel bedrijfsmiddel zoals die blijken uit de ingediende offerte, als bedoeld in artikel 10, tweede lid, onder g, onderdeel i, met een maximum van 50.000,- euro.

  • 2.

    Een aanvrager kan op grond van deze regeling slechts eenmaal subsidie verkrijgen.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid is het voor een aanvrager mogelijk om zowel eenmaal subsidie voor een onderzoek, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a, als eenmaal subsidie voor een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, te ontvangen met een maximum van in totaal 50.000,- euro voor beide subsidies tezamen.

  • 4.

    Subsidieverleningen op grond van deze regeling aan een andere onderneming, waarvan de UBO(‘s) van een aanvrager ook UBO is (zijn), worden voor de beoordeling of aan het bepaalde in het tweede en derde lid is voldaan toegerekend aan die aanvrager.

Artikel 8. Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor deze regeling bedraagt 345.000,- euro.

Artikel 9. Wijze van verdeling

  • 1.

    Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige aanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een hersteltermijn van twee weken geboden om de aanvraag digitaal te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn van twee weken het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.

  • 2.

    Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van het moment van ontvangst van complete aanvragen, totdat het subsidieplafond is bereikt.

  • 3.

    Als de aanvrager krachtens het eerste lid de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als moment van ontvangst van de aanvraag het moment waarop de digitaal aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 4.

    Indien het vastgestelde subsidieplafond dreigt te worden overschreden of wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op hetzelfde moment is ontvangen, worden die aanvragen door middel van loting gerangschikt.

Artikel 10. Aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag om een subsidie wordt via de gemeentelijke website (www.denhelder.nl) bij burgemeester en wethouders ingediend door middel van het, daarvoor door burgemeester en wethouders vastgestelde, aanvraagformulier.

  • 2.

    Bij de aanvraag legt de aanvrager naast de gegevens zoals opgenomen in artikel 6 van de verordening in ieder geval de volgende gegevens en bescheiden over:

    • a.

      een beschrijving van de activiteit waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • b.

      een uittreksel uit de Kamer van Koophandel dat niet ouder is dan 3 maanden;

    • c.

      een opgaaf van de UBO(‘s) van de aanvrager;

    • d.

      een recente jaarrekening of ander financieel bewijsstuk waaruit de meest recente jaaromzet van de onderneming blijkt;

    • e.

      indien de aanvrager actief is in de scheepvaart en niet gevestigd is in de Kop van Noord-Holland: bewijsmiddelen waaruit blijkt dat de bedrijfsactiviteiten van de onderneming structureel worden uitgevoerd op de wateren grenzend aan de gemeenten in de Kop van Noord-Holland en dat daarbij een of meerdere havens in deze gemeenten structureel worden aangedaan;

    • f.

      indien de aanvraag betrekking heeft op een onderzoek, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a, een kopie van de offerte voor het onderzoek;

    • g.

      indien de aanvraag betrekking heeft op een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, of een aanschaf, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c:

      • i.

        een kopie van de offerte voor de ombouw of aanschaf;

      • ii.

        een dekkingsplan voor de kosten indien het ombouw of aanschaf betreft.

  • 3.

    De aanvraag om subsidie is volledig indien:

    • a.

      het door burgemeester en wethouders beschikbaar gestelde aanvraagformulier door de aanvrager volledig en naar waarheid is ingevuld;

    • b.

      het aanvraagformulier door de aanvrager is ondertekend; en

    • c.

      alle benodigde gegevens en bescheiden, als bedoeld in het tweede lid, bij de aanvraag zijn gevoegd.

Artikel 11. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie wordt ingediend tussen 1 september 2024 en 1 september 2025.

Artikel 12. Beslistermijn

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beslissen zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 6 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend.

  • 2.

    Indien de beslissing niet binnen 6 weken kan worden gegeven, stellen burgemeester en wethouders de aanvrager daarvan in kennis en zij noemen daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking alsnog tegemoet kan worden gezien.

Artikel 13. Aanvullende weigeringsgronden

  • 1.

    In aanvulling op artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7 van de verordening wordt de subsidie (gedeeltelijk) geweigerd als:

    • a.

      niet is voldaan aan de eisen die in deze regeling zijn gesteld om voor subsidie in aanmerking te komen;

    • b.

      de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd reeds zijn aangevangen voordat de aanvraag is ontvangen;

    • c.

      de ondernemer reeds de-minimissteun heeft ontvangen en bij verstrekking van de aangevraagde subsidie op grond van deze regeling het maximaal toegestane bedrag aan de-minimissteun wordt overschreden;

    • d.

      de aanvrager reeds subsidie op grond van deze regeling heeft ontvangen, als bedoeld in artikel 7, tweede tot en met vierde lid.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7 van de verordening kan de subsidie voor een onderzoek, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder a, geheel of gedeeltelijk worden geweigerd als uit hoofde van deze regeling al een keer subsidie is verleend aan een andere aanvrager voor een vergelijkbaar onderzoek en de resultaten van dat onderzoek met de aanvrager kunnen worden gedeeld.

Artikel 14. Verplichtingen

  • 1.

    Indien de subsidie betrekking heeft op een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, of een aanschaf, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c, is de subsidieontvanger, in aanvulling op artikel 8 van de verordening, verplicht:

    • a.

      minimaal één jaar nadat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend zijn verricht te blijven voldoen aan het bepaalde in artikel 5;

    • b.

      één jaar nadat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend zijn verricht door middel van overlegging van bewijsmiddelen aan burgemeester en wethouders aan te tonen dat aan de verplichting onder a is voldaan;

    • c.

      onverwijld schriftelijk mededeling te doen aan burgemeester en wethouders over:

      • i.

        een verhuizing van zijn of haar onderneming;

      • ii.

        een wijzing in zijn of haar bedrijfsactiviteiten waardoor deze niet meer structureel worden uitgevoerd op de wateren grenzend aan de gemeenten in de Kop van Noord-Holland en/of daarbij niet meer structureel een of meerdere havens in deze gemeenten worden aangedaan;

         

        een en ander voor zover de onder i en ii genoemde feiten zich voordoen in de periode tot één jaar nadat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend zijn verricht.

    • d.

      het met subsidie op basis van deze regeling omgebouwde of aangeschafte voer- of vaartuig of materieel minimaal één jaar na de ombouw of aanschaf in eigendom te houden;

    • e.

      één jaar nadat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend zijn verricht door middel van overlegging van bewijsmiddelen aan burgemeester en wethouders aan te tonen dat aan de verplichting onder d is voldaan;

    • f.

      onverwijld schriftelijk mededeling te doen aan burgemeester en wethouders over wijzigingen in de tenaamstelling van het met subsidie op basis van deze regeling omgebouwde of aangeschafte voer- of vaartuig of materieel, een en ander voor zover deze wijzigingen zich voordoen in de periode tot één jaar nadat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend zijn verricht.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen de subsidieontvanger ook andere verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie of die betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht.

Artikel 15. Eindverantwoording

  • 1.

    Uiterlijk 8 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in.

  • 2.

    Een aanvraag om een subsidievaststelling wordt via de gemeentelijke website (www.denhelder.nl) bij burgemeester en wethouders ingediend door middel van het, daarvoor door burgemeester en wethouders vastgestelde, aanvraagformulier.

  • 3.

    Bij de aanvraag legt de subsidieontvanger in ieder geval de volgende gegevens en bescheiden over:

    • a.

      een afschrift van de getekende overeenkomst voor het uitvoeren van de activiteiten, waarvoor subsidie is verleend;

    • b.

      een afschrift van de factuur en het betaalbewijs van de kosten voor het verrichten van de activiteiten, waarvoor subsidie is verleend en waaruit blijkt wanneer deze activiteiten zijn afgerond;

    • c.

      in geval van subsidie voor een ombouw, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder b, of een aanschaf, als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onder c, een schriftelijke verklaring dat:

      • i.

        de subsidieontvanger minimaal één jaar nadat de activiteiten zijn verricht blijft voldoen aan het bepaalde in artikel 5;

      • ii.

        het omgebouwde of aangeschafte voer- of vaartuig of materieel minimaal één jaar na de ombouw of aanschaf daarvan in eigendom van de subsidieontvanger blijft.

Artikel 16. Subsidievaststelling

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen de subsidie vast binnen 6 weken na de ontvangst van een volledige aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 2.

    Deze termijn kan eenmaal voor ten hoogste 4 weken worden verdaagd.

  • 3.

    Als een aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het tijdstip, als bedoeld in artikel 15, eerste lid, is ingediend, kunnen burgemeester en wethouders de subsidieontvanger schriftelijk een nieuwe termijn stellen. Wordt de volledige aanvraag niet binnen deze termijn ingediend dan kunnen burgemeester en wethouders besluiten tot ambtshalve vaststelling van de subsidie.

Artikel 17. Bevoorschotting en betaling

  • 1.

    Er worden geen voorschotten verstrekt op de subsidie.

  • 2.

    De subsidie wordt 4 weken na vaststelling van de subsidie aan de subsidieontvanger uitbetaald.

Artikel 18. Hardheidsclausule

Indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders in bijzondere en individuele gevallen de toepassing van één of meer artikelen van deze regeling leidt tot een onbillijke situatie, dan zijn burgemeester en wethouders bevoegd hiervan af te wijken.

Artikel 19. Onvoorziene gevallen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen in individuele gevallen ontheffing verlenen van één of meerdere verplichtingen van deze regeling.

  • 2.

    In de gevallen waarin deze regeling niet voorziet, voorziet de verordening.

  • 3.

    In de gevallen waarin noch deze regeling noch de verordening voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 20. Slotbepalingen

  • 1.

    De Subsidieregeling Regio Deal Waterstof, zoals vastgesteld op 11 april 2023, wordt ingetrokken op het moment dat deze regeling in werking treedt.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na die waarop deze bekend is gemaakt in het elektronisch Gemeenteblad.

  • 3.

    Deze regeling wordt ingetrokken op 1 oktober 2026.

  • 4.

    Het bepaalde in deze regeling blijft na de intrekking, als bedoeld in het vorige lid, van toepassing op:

    • a.

      aanvragen op grond van deze regeling die op de intrekkingsdatum nog niet zijn vastgesteld;

    • b.

      aanvragen op grond van deze regeling waartegen een bezwaar- of beroepschrift is ingediend en waar op de intrekkingsdatum nog niet op is beslist dan wel nog geen uitspraak in laatste instantie is gedaan;

    • c.

      verplichtingen die voortvloeien uit de subsidieverlening of -vaststelling op grond van deze regeling en die een langere doorlooptijd hebben dan de intrekkingsdatum.

  • 5.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Regio Deal Waterstof 2024-2026.

Aldus besloten in de collegevergadering van 20 augustus 2024.

burgemeester,

J.A. (Jan) de Boer MSc

loco-secretaris,

S. (Sabrine) Roest-Gijzen

Naar boven