Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
Awb; Algemene wet bestuursrecht;
- b.
College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder;
- c.
Europees steunkader: een mededeling, richtsnoer, kaderregeling, besluit of vrijstellingsverordening op het gebied van staatssteun die de Europese Commissie of de Raad van de Europese Unie, gelet op de artikelen 106, derde lid, 107, 108 of 109 van het Verdrag heeft vastgesteld, waaronder de Algemene groepsvrijstellingsverordening: Verordening (EU) nr. 2017/1084 van de Commissie tot wijziging van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 156/1);
- d.
Europese Commissie: de commissie als bedoeld in artikel 17 van het Verdrag betreffende de Europese Unie;
- e.
Evenement: het geheel van activiteiten dat niet gericht is op het maken van winst en wordt gehouden tijdens een één- of meerdaagse gebeurtenis die:
- -
gericht is op publiek en voor het brede publiek toegankelijk is;
- -
van culturele, sportieve, maritieme en/of vermakelijke aard is;
- -
een tijdelijk karakter gedurende een aaneengesloten periode heeft;
- -
een lokale, regionale of bovenregionale uitstraling heeft, en;
- -
niet zijnde feesten (incl. bedrijfsfeesten, wijkfeesten, besloten feesten en jubilea), alsmede kermissen, braderieën, branche-activiteiten, belangenbehartiging, goede doelen, onderzoeken, professionalisering van een doelgroep, fora, platforms en activiteiten die een politiek, godsdienstig, religieus en/of levensbeschouwelijk karakter hebben;
- f.
Jaarthema: het thema dat het college jaarlijks kan bepalen als het college dat voor een bepaald jaar belangrijk vindt voor evenementen in Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen en dat bij de beoordeling van de subsidieaanvraag wordt betrokken;
- g.
Lokale uitstraling:
- -
gericht op een specifieke doelgroep in (een geografisch deel van) Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen;
- -
heeft een positieve invloed op de deelnemers en/of bezoekers van een evenement en/of de inwoners van (een geografisch deel van) Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen;
- -
heeft een klein effect op het imago van Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen;
- h.
Regionale uitstraling:
- -
heeft minstens een lokale uitstraling;
- -
richt zich aanvullend op het aantrekken van deelnemers en/of bezoekers uit de regio Kop van Noord-Holland;
- -
heeft een gemiddeld effect op het imago van de gemeente Den Helder;
- i.
Bovenregionale uitstraling:
- -
heeft minstens een regionale uitstraling;
- -
richt zich aanvullend op het aantrekken van deelnemers en/of bezoekers uit een of meer provincies en/of buitenland;
- -
heeft een groot effect op het imago van Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen;
- j.
Onderneming: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, dus ook stichtingen en verenigingen, die een economische activiteit uitoefent;
- k.
Raad: de gemeenteraad van de gemeente Den Helder;
- l.
Verdrag: het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Artikel 2 Reikwijdte verordening en bevoegdheid college
- 1.
Deze verordening is van toepassing op subsidieverstrekking door het college voor lokale, regionale en bovenregionale evenementen in Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen.
- 2.
Alle in de subsidietitel 4.2 van de Awb aan het bestuursorgaan toegekende bevoegdheden worden uitgeoefend door het college.
- 3.
Het college is belast met de uitvoering van deze verordening.
Artikel 3 Subsidievoorwaarden
- 1.
Voor subsidiering op grond van deze verordening komen in aanmerking aanvragen om subsidie voor evenementen die passen binnen het beleid van de gemeente Den Helder.
- 2.
Tenzij het college anders beslist, dient de volledige subsidie die is toegekend op basis van deze verordening voor een evenement dat niet doorgaat, te worden terugbetaald.
Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
- 1.
De subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor de direct aan de organisatie en uitvoering van een evenement verbonden kosten, die resteren na aftrek van inzet van eigen financiële middelen en bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn voor het realiseren van het evenement.
- 2.
Kosten als bedoeld in het eerste lid komen enkel voor subsidie in aanmerking als dit kosten betreffen die gericht zijn op een of meer van de volgende kostensoorten:
- a.
organisatie, beveiliging en veiligheid;
- b.
- c.
- d.
kosten voor vrijwilligers;
- e.
- f.
- 3.
Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de in het tweede lid genoemde kosten.
- 4.
Het college kan bij nadere regels besluiten dat andere kosten dan genoemd in het tweede lid voor subsidie in aanmerking komen.
Artikel 5 Subsidieplafond
- 1.
Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast voor deze verordening.
- 2.
Indien het subsidieplafond wordt bereikt, vindt verstrekking van subsidie plaats in volgorde van de door het college aangebrachte rangschikking, totdat het voor de betrokken subsidie vastgestelde subsidieplafond is bereikt.
- 3.
Bij de rangschikking van de aanvragen kent het college punten toe aan de hand van de volgende criteria:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
duur van de subsidieverlening.
- 4.
Het college kan nadere regels stellen voor het toekennen van het aantal punten aan de hand van de criteria zoals vermeld in het derde lid.
Artikel 6 Aanvrager
Op grond van deze verordening kan subsidie worden aangevraagd door:
- a.
een stichting zonder winstoogmerk;
- b.
een vereniging met rechtspersoonlijkheid en zonder winstoogmerk.
Artikel 7 Aanvraagtermijn
- 1.
Een subsidieaanvraag voor een evenement wordt bij het college ingediend vanaf 1 september tot en met 31 september van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het evenement plaatsvindt.
- 2.
Een subsidieaanvraag voor een evenement dat plaatsvindt in het eerste kwartaal van een jaar kan bij het college worden ingediend vanaf 1 juni tot en met 30 juni van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het evenement plaatsvindt.
- 3.
In afwijking van het tweede lid is het voor een evenement dat plaatsvindt in het eerste kwartaal van 2025 niet mogelijk om in de periode voor 1 juli 2024 subsidie aan te vragen.
- 4.
Alleen volledige subsidieaanvragen worden in behandeling genomen. Indien een onvolledige subsidieaanvraag is ingediend, wordt de aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een hersteltermijn van twee weken geboden om de subsidieaanvraag te completeren. Wordt binnen de hersteltermijn van twee weken het gevraagde niet aangeleverd, dan wordt de subsidieaanvraag niet in behandeling genomen.
Artikel 8 Voorwaarden voor het indienen van een aanvraag
- 1.
Een subsidieaanvraag kan uitsluitend digitaal bij het college worden ingediend via de website van de gemeente Den Helder.
- 2.
Bij het indienen van een subsidieaanvraag moeten de vereiste documenten worden ingediend volgens de formats die zijn vastgesteld door het college.
- 3.
Bij de subsidieaanvraag voor een evenement wordt ingediend:
- a.
het programma van het evenement;
- b.
de begroting van het evenement waarin de subsidieaanvrager aantoont dat de subsidie nodig is om het evenement doorgang te laten vinden;
- c.
het promotieplan van het evenement;
- d.
het overzicht van de actuele samenstelling van het bestuur van de aanvrager;
- e.
- i.
indien de aanvrager voor het eerst een subsidie aanvraagt: een exemplaar van de oprichtingsakte en de statuten;
- ii.
indien een aanvrager al meer dan éénmaal subsidie voor een vergelijkbaar evenement in voorgaande jaren heeft aangevraagd, geeft de aanvrager bij elke nieuwe subsidieaanvraag aan of er wijzigingen in de oprichtingsakte en statuten, als bedoeld onder e, sub 1, zijn doorgevoerd. Indien er sprake is van wijzigingen in de oprichtingsakte of de statuten, dan dient de aanvrager de actuele versie van deze documenten bij de subsidieaanvraag in te dienen;
- f.
als de aanvrager een onderneming is wordt tevens ingediend:
- i.
een opgave van subsidies, vergoedingen of tegemoetkomingen in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die al zijn of zullen worden ontvangen voor de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;
- ii.
een verklaring als bedoeld in de de-minimisverordening van de Europese Commissie (de-minimisverklaring), waarmee de onderneming verklaart dat met de subsidieverstrekking de drempelwaarde uit de de-minimisverordening, gerekend over een periode van 3 jaar, niet wordt overschreden;
- 4.
Het college kan andere dan de in het derde lid genoemde gegevens verlangen, indien die voor het nemen van een beslissing op de subsidieaanvraag noodzakelijk zijn.
- 5.
Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de op grond van dit artikel aan te leveren documenten.
Artikel 9 Beslistermijn
- 1.
Het college beslist over de ingediende subsidieaanvragen voor evenementen die in het eerste kwartaal van het komende jaar plaatsvinden en die zijn ingediend vóór 1 juli van het jaar daaraan voorafgaand uiterlijk 1 september. Deze beslistermijn kan eenmalig worden verlengd tot en met 30 september.
- 2.
Het college beslist over de ingediende subsidieaanvragen voor evenementen anders dan bedoeld in het eerste lid, uiterlijk 1 december. Deze beslistermijn kan eenmalig worden verlengd tot en met 31 december.
- 3.
Bij aanvragen om een subsidie die overeenkomstig artikel 108, derde lid van het Verdrag worden aangemeld bij de Europese Commissie wordt de beslistermijn verdaagd totdat de Europese Commissie een eindbeslissing heeft genomen, tenzij het college anders beslist.
Artikel 10 Wijze van beoordeling
Een subsidieaanvraag wordt aan de hand van de volgende criteria en in verhouding tot andere subsidieaanvragen beoordeeld:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
duur van de subsidieverlening.
Artikel 11 Aanvullende weigerings-, intrekkings- en wijzigingsgronden
- 1.
Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid (overschrijding subsidieplafond), en 4:35 van de Awb (overige weigeringsgronden) weigert het college de subsidie in ieder geval als:
- a.
de Europese Commissie overeenkomstig artikel 108, tweede lid, van het Verdrag heeft vastgesteld dat de subsidie onverenigbaar is met de interne markt;
- b.
er sprake is van strijdigheid van de subsidieaanvraag en/of een of meer activiteiten van het evenement met enige bepaling in deze subsidieverordening of andere (daarop gebaseerde) wet- of regelgeving.
- 2.
Onverminderd het eerste lid kan het college de subsidie weigeren als:
- a.
het evenement niet past binnen het beleid van de gemeente Den Helder;
- b.
het evenement niet voldoende gericht is op of onvoldoende ten goede komt aan Den Helder, Julianadorp en/of Huisduinen of de inwoners daarvan;
- c.
de aanvrager in zijn algemeenheid of specifiek voor het betrokken evenement doelstellingen beoogt of activiteiten ontplooit en/of zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;
- d.
de subsidie niet of in onvoldoende mate besteed zal worden aan de activiteiten en/of het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;
- e.
de subsidieverstrekking op grond van artikel 107 van het Verdrag niet is toegestaan totdat de Europese Commissie met toepassing van artikel 108, tweede lid, van het Verdrag heeft vastgesteld dat de subsidie verenigbaar is met de interne markt;
- f.
het een aanvrager betreft tegen wie een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerdere beschikking van de Europese Commissie waarin de steun onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt is verklaard.
- 3.
Onverminderd de voorgaande leden kan het college de subsidie weigeren of intrekken als:
- a.
de aanvrager ook zonder subsidie over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden, hetzij uit (horeca)inkomsten tijdens het evenement kan beschikken om de kosten te dekken;
- b.
de aanvrager niet beschikt(e) over de vereiste vergunningen, ontheffingen of andere documenten dan wel nalatig is (geweest) bij het naleven van de (regels van de) evenementenvergunning en daartoe een bestuursrechtelijk instrument is ingezet zoals een waarschuwing, bestuursdwang, of een andere maatregel.
- 4.
Onverminderd de voorgaande leden kan het college de subsidie wijzigen, weigeren of intrekken in het geval en onder de voorwaarden bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur.
Artikel 12 Hoogte en duur van de subsidie
- 1.
De subsidie bedraagt maximaal 25% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen, met een minimum van € 500,- en een maximum van € 25.000,-.
- 2.
Het college bepaalt de hoogte van de subsidie op basis van de mate waarin door de aanvrager een bijdrage wordt geleverd aan beoordelingscriteria die genoemd staan in artikel 10.
- 3.
Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de subsidiehoogte, de wijze van beoordeling van subsidieaanvragen en de in het eerste lid genoemde criteria.
Artikel 13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger is verplicht alle relevante wijzigingen tijdig aan het college te melden voor zover deze wijzigingen van invloed zijn op het evenement en/of de organisatie daarvan.
Artikel 14 Verantwoording door de subsidieontvanger
- 1.
Het college stelt subsidies lager dan € 5.000,- direct vast.
- 2.
Het college kan bij vaststelling van de subsidie, zoals bedoeld in het eerste lid, bepalen dat een subsidieontvanger binnen 8 weken nadat het evenement waarvoor subsidie is verstrekt heeft plaatsgevonden verplicht is:
- a.
achteraf bewijs in te dienen dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;
- b.
een kort inhoudelijk verslag van het evenement in te dienen;
- c.
een overzicht te verstrekken van de werkelijke kosten volgens het format dat is vastgesteld door het college;
- d.
een realistische inschatting te verstrekken van enerzijds het werkelijke aantal deelnemers/bezoekers en anderzijds van het werkelijke aantal mensen kijkers/mensen dat als publiek het evenement heeft bezocht, en
- e.
een overzicht te verstrekken van uitingen in de pers en op relevante social mediakanalen.
- 3.
Het college kan subsidies vanaf € 5.000,- tot € 10.000,- direct vaststellen.
- 4.
Het college kan bij vaststelling van de subsidie, zoals bedoeld in het derde lid, bepalen dat de aanvrager binnen 8 weken nadat het evenement waarvoor subsidie is verstrekt heeft plaatsgevonden verplicht is:
- a.
achteraf bewijs in te dienen dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;
- b.
een kort inhoudelijk verslag van het evenement in te dienen;
- c.
een overzicht te verstrekken van de werkelijke kosten volgens het format dat is vastgesteld door het college;
- d.
een realistische inschatting te verstrekken van enerzijds het werkelijke aantal deelnemers/bezoekers en anderzijds van het werkelijke aantal mensen kijkers/mensen dat als publiek het evenement heeft bezocht, en
- e.
een overzicht te verstrekken van uitingen in de pers en op relevante social mediakanalen.
- 5.
Het college kan bij de verlening van subsidies vanaf € 5.000,- tot € 10.000,- bepalen dat de aanvrager binnen 8 weken nadat het evenement waarvoor subsidie is verstrekt heeft plaatsgevonden verplicht is een aanvraag tot vaststelling van de verleende subsidie in te dienen. De aanvraag tot vaststelling wordt door de aanvrager via de website van de gemeente Den Helder ingediend. De aanvraag tot vaststelling bevat:
- a.
een inhoudelijk verslag van het evenement met bewijs waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, zijn verricht;
- b.
een overzicht van de werkelijke kosten volgens het format dat is vastgesteld door het college;
- c.
een realistische inschatting van enerzijds het werkelijke aantal deelnemers/bezoekers en anderzijds van het werkelijke aantal mensen kijkers/mensen dat als publiek het evenement heeft bezocht, en
- d.
een overzicht van uitingen in de pers en op relevante social mediakanalen.
- 6.
De aanvrager van een subsidie van € 10.000,- en hoger dient binnen 8 weken nadat het evenement heeft plaatsgevonden een aanvraag tot vaststelling van de verleende subsidie in te dienen. De aanvraag tot vaststelling wordt door de aanvrager via de website van de gemeente Den Helder ingediend. De aanvraag om vaststelling bevat:
- a.
een inhoudelijk verslag van het evenement met bewijs waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, zijn verricht;
- b.
een overzicht van de werkelijke kosten volgens het format dat door het college is vastgesteld;
- c.
een realistische inschatting van enerzijds het werkelijke aantal deelnemers/bezoekers en anderzijds van het werkelijke aantal mensen kijkers/mensen dat als publiek het evenement heeft bezocht, en
- d.
een overzicht van uitingen in de pers en op relevante social mediakanalen.
- 7.
Indien een aanvrager niet verplicht is na afloop van een evenement verantwoording af te leggen over de voor het evenement verleende subsidie of een aanvraag tot vaststelling van de verleende subsidie in te dienen, staat het de aanvrager vrij een inhoudelijke en/of financiële terugkoppeling van het evenement te geven aan het college.
- 8.
Het college kan nadere regels stellen over de (wijze van) verantwoording van de subsidie door de subsidieontvanger.
Artikel 15 Terugvorderingsgronden
Het college vordert een subsidie terug met rente als dit nodig is ter uitvoering van een terugvorderingsbesluit van de Europese Commissie of een onherroepelijke rechterlijke uitspraak.
Artikel 16 Berekening van uurtarieven, uniforme kostenbegrippen
Bij subsidie waarop een Europees steunkader van toepassing is, komen alleen die tarieven en kostenbegrippen in aanmerking die voldoen aan de eisen van het toepasselijke steunkader.
Artikel 17 Hardheidsclausule, ontheffing en onvoorziene gevallen
- 1.
Indien toepassing van deze verordening leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.
- 2.
Het college kan in individuele gevallen ontheffing verlenen van één of meerdere verplichtingen op grond van deze verordening.
- 3.
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Artikel 18 Slotbepalingen
- 1.
Subsidies die zijn aangevraagd, verleend en/of vastgesteld op grond van de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2020, en bezwaarschriften die betrekking hebben op die subsidies, worden afgehandeld conform die verordening.
- 2.
De Subsidieverordening evenementen Den Helder 2020, zoals vastgesteld op 29 juni 2020, wordt ingetrokken op het moment dat deze verordening in werking treedt.
- 3.
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van haar bekendmaking.
- 4.
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Subsidieverordening evenementen Den Helder 2024’.
Toelichting
bij de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2024
Artikelsgewijze toelichting.
Artikel 1 Begripsbepalingen
Regio
Met de regio en met Regio Kop van Noord-Holland wordt bedoeld de gemeenten Schagen, Hollands Kroon en Den Helder.
Definitie evenement
Evenementen verschillen in de mate van uitstraling. De uitstraling van een evenement kan als lokaal, regionaal of bovenregionaal worden aangemerkt. Wanneer sprake is van welke mate van uitstraling is uitgelegd in de begripsbepalingen.
Een evenement mag niet gericht zijn op het maken van winst. Onderdelen van evenementen mogen wel winst maken. In sommige gevallen zoals horeca of merchandising is dat zelfs wenselijk omdat de organisator dat inzet als inkomsten van het evenement.
Artikel 2 Reikwijdte verordening en bevoegdheid college
Geen toelichting.
Artikel 3 Subsidievoorwaarden
Indien het voor een subsidieaanvrager niet duidelijk is of een evenement past binnen het beleid van de gemeente, kan hierover van te voren contact opgenomen worden met de gemeente Den Helder.
Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Inzet eigen financiële middelenWe gaan ervan uit dat een subsidieaanvrager een bijdrage uit eigen middelen doet aan een evenement. Deze eigen bijdrage moet de subsidieaanvrager in de begroting van het evenement opnemen.
Artikel 5 Subsidieplafond
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht is de gemeente verplicht jaarlijks vooraf aan aanvragers van evenementensubsidie duidelijk kenbaar te maken welk bedrag maximaal beschikbaar is om uitvoering te geven aan de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2024 en wat de verdelingssystematiek is.
Artikel 6 Aanvrager
Om evenementensubsidie te kunnen aanvragen moet de subsidieaanvrager een stichting of vereniging zijn. De vereniging moet rechtspersoonlijkheid hebben. Stichtingen die evenementensubsidie aanvragen mogen niet gericht zijn op het maken van winst.
Artikel 7 Aanvraagtermijn
De reguliere aanvraagtermijn is vanaf 1 september tot en met 30 september. Uit de evaluatie van de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2020 bleek dat er een wens is dat organisatoren van evenementen die in het eerste kwartaal (januari, februari of maart) van enig jaar plaatsvinden, eerder weten of ze wel of niet evenementensubsidie krijgen. Er is daarom in de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2024 een extra aanvraagtermijn opgenomen. Dit betekent dat een subsidieaanvraag voor een evenement dat plaatsvindt in het eerste kwartaal kan worden ingediend vanaf 1 juni tot en met 30 juni van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het evenement plaatsvindt.
De aanvrager van subsidie voor een evenement dat in het eerste kwartaal wordt gehouden kiest of de aanvraag vanaf 1 juni tot en met 30 juni wordt ingediend of vanaf 1 september tot en met 30 september.
Omdat de Subsidieverordening evenementen Den Helder 2024 pas na 1 juli 2024 inwerking treedt, kunnen aanvragen voor evenementen die in het eerste kwartaal 2025 plaatsvinden nog geen gebruik maken van de extra indieningstermijn vanaf 1 juni tot en met 30 juni 2024. In die gevallen kan alleen gebruik gemaakt worden van de indieningstermijn vanaf 1 september tot en met 30 september 2024.
Artikel 8 Voorwaarden voor het indienen van een aanvraag
Voor een aantal verplichte bijlagen is een format ontwikkeld. Dit is een standaardformulier. Het doel van een format is dat alle benodigde gegevens ingevuld worden. Hierdoor kunnen we de gegevens beter vergelijken en beoordelen.
Verplicht gebruik van formats
Bij een subsidieaanvraag voor evenementen moet o.a. een begroting en een promotieplan worden ingediend, deze worden betrokken bij de beoordeling van de subsidieaanvraag. In het format voor de begroting is aangegeven welke kosten in principe voor subsidie in aanmerking komen. In het format van het promotieplan laat de aanvrager zien hoe en wanneer bekendheid wordt gegeven aan het evenement. De formats staan op de website van de gemeente Den Helder vermeld: Evenementensubsidie - Gemeente Den Helder
Artikel 9 Beslistermijn
De reguliere beslistermijn is 1 december; deze beslistermijn kan eenmalig worden uitgesteld tot 31 december. Voor de aanvragen die op grond van artikel 7 lid 2 zijn ingediend tussen 1 juni en 30 juni is een extra beslismoment opgenomen, nl. uiterlijk 1 september. Deze beslistermijn kan eenmalig verlengd worden tot en met 30 september.
Besluiten over het verlenen van evenementensubsidie worden genomen onder voorbehoud van het beschikbaar stellen van budget door de gemeenteraad voor het betreffende jaar.
Artikel 10 Wijze van beoordeling
Er zijn nadere regels inzake de beoordelingscriteria en de wijze van beoordeling (Subsidieregeling evenementen Den Helder 2024). Alle regelingen zijn te raadplegen via https://lokaleregelgeving.overheid.nl/.
Artikel 11 Aanvullende weigerings-, wijzigings- en intrekkingsgronden
In dit artikel staan de redenen vermeld waarom een subsidieaanvraag kan worden geweigerd, en waarom een subsidieverlening zou kunnen worden ingetrokken of gewijzigd.
Artikel 12 Hoogte en duur van de subsidie
Er kan maximaal 25% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen aan subsidie worden verleend. Dit betekent dat de organisatoren ervoor moet zorgen dat 75% van de kosten uit andere bronnen betaald moet worden. Denk daarbij aan een eigen inbreng van de organisator, entreegelden, sponsorgelden, opbrengsten uit horeca of andere verkoop, andere subsidies etc.
Artikel 13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Geen toelichting.
Artikel 14 Verantwoording door de subsidieontvanger
Hoewel er gewerkt wordt vanuit vertrouwen, is er behoefte aan meer inzicht in o.a. het werkelijke aantal deelnemers en bezoekers, de werkelijke kosten ten opzichte van de begrote kosten en een inhoudelijk verslag achteraf. Om een goed beeld te geven hoe het evenement is verlopen, kan een subsidieontvanger verwijzen naar uitingen in de pers en op relevante social mediakanalen.
Relevante social mediakanalen
Met relevante social mediakanalen wordt in ieder geval bedoeld het social mediakanaal van de evenementenorganisatie dan wel de subsidieaanvrager zelf, maar ook de socials van kranten, dagbladen en tijdschriften, persbureaus, radio en televisie en journalisten die bij de nieuwsmedia werkzaam zijn. Het overzicht dat in het kader van de verantwoording door de subsidieontvanger wordt aangeleverd hoeft niet compleet en uitputtend te zijn. Het overzicht moet wel een redelijk beeld geven over hoe het evenement is verlopen.
Terugkoppeling door subsidieontvanger over de wijze waarop het evenement is verlopen.
Als een subsidieontvanger niet verplicht is achteraf informatie te verstrekken of verantwoording in te dienen, is het voor subsidieontvanger mogelijk een terugkoppeling te geven van het evenement aan college.
Artikel 15 Terugvorderingsgronden
Geen toelichting.
Artikel 16 Berekening uurtarieven, uniforme kostenbegrippen
Geen toelichting.
Artikel 17 Hardheidsclausule, ontheffing en onvoorziene gevallen
In dit artikel wordt beschreven in welke bijzondere gevallen het college kan besluiten af te wijken van de regels van deze verordening.
Artikel 18 Slotbepalingen
Geen toelichting.
/2/png-2/BW.png)
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Gerelateerd
Printen
Delen