Gemeenteblad van Dronten
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Dronten | Gemeenteblad 2024, 331059 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Dronten | Gemeenteblad 2024, 331059 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Beleidsregels bijzondere bijstand Dronten 2024
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten,
gelet op artikel 1.3.9 van de verordening Sociaal Domein gemeente Dronten;
overwegende dat het college bevoegd is beleidsregels vast te stellen voor de verlening van bijzondere bijstand als bedoeld in artikel 35 Participatiewet;
vast te stellen de hierna volgende Beleidsregels bijzondere bijstand Dronten 2024
Hoofdregel is dat er geen bijzondere bijstand mogelijk is voor medische kosten. De Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet langdurige zorg (Wlz) en Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) zijn passende en toereikende voorliggende voorzieningen voor medische behandelingen, medicijnen en hulpmiddelen.
Als u niet in aanmerking komt voor bijzondere bijstand kunnen wij, gelet op alle omstandigheden in uw individuele situatie, beoordelen of u in afwijking van deze beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor bijzondere bijstand, als hiervoor dringende omstandigheden aanwezig zijn.
Artikel 2 Aanvraagdatum en drempelbedrag
Bijstand verlenen met terugwerkende kracht mag niet (artikel 44, lid 1 Participatiewet). Dit verbod geldt ook voor bijzondere bijstand. Met het verbod om met terugwerkende kracht toe te kennen moet niet te streng worden omgegaan bij de bijzondere bijstand. Vooruitlopend op de Participatiewet in Balans wordt de maximale termijn om bijstand met terugwerkende kracht te verlenen drie maanden.
Artikel 35, lid 2 Participatiewet geeft ons de mogelijkheid om bijzondere bijstand te weigeren voor kosten welke binnen een periode van 12 maanden het drempelbedrag van € 166,00 (bedrag geldt per 1 januari 2024) niet te boven komen. Hier maken wij geen gebruik van.
Artikel 3 Draagkracht uit inkomen
Wij hebben als gemeente bij de bijzondere bijstand volledige vrijheid in de vaststelling van de draagkracht van de aanvrager.
Eind 2023 is door het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) een minima-
effectrapportage opgeleverd. Het Nibud heeft geadviseerd om de inkomensgrenzen van
regelingen te verhogen en om het draagkrachtpercentage bij bijzondere bijstand lager vast te stellen om armoedevallen bij deze huishoudens te verminderen. Dit draagkrachtpercentage wordt nu vastgesteld op 50 procent. Van iedere euro boven de inkomensgrens, telt de helft mee als draagkracht
Bij een minnelijk traject probeert een schuldhulpverlener (in Dronten Maatschappelijke Dienstverlening Flevoland) uw schulden te regelen met al uw schuldeisers. Een minnelijk traject betekent dat de schuldeisers vrijwillig meewerken aan een schuldregeling. Als uw schuldeisers niet willen meewerken, kunt u een beroep doen op het wettelijke traject, dat is de Wsnp.
Artikel 4 Draagkracht uit vermogen
Een auto of motor (niet beiden) met een waarde tot maximaal € 3.350 geldt als algemeen gebruikelijk. Indien de waarde meer bedraagt dan € 3.350 wordt alleen dit meerdere in aanmerking genomen als vermogen.
Het bedrag van € 3.350 is gelijk aan het grensbedrag voor kwijtschelding van belastingen op grond van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet.
Voor de vaststelling van de waarde van de auto (inclusief BTW) maken wij gebruik van de ANWB/BOVAG koerslijst. Het gaat hierom de gemiddelde waarde van inruil bij een autobedrijf en verkoop aan een particulier.
Artikel 5 Afwijkende draagkracht bij bepaalde kostensoorten
Zie de toelichting bij artikel 3.
Artikel 6 Draagkrachtperiode en wijziging in draagkracht
Bij lid 2 hanteren wij de einddatum die de rechtbank noemt in de beschikking.
Artikel 7 Vorm en hoogte bijzondere bijstand
De bijstand, dus ook de bijzondere bijstand, wordt in beginsel om niet gegeven. Dit staat in artikel 48 lid 1 Participatiewet. De Participatiewet kent daarnaast ook andere vormen van bijstandsverlening, zoals een geldlening of in natura.
In afwijking van artikel 48 Participatiewet bepaalt artikel 51 lid 1 Participatiewet dat voor de vorm waarin de bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen wordt gegeven een bepaalde voorkeur geldt.
Bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen wordt als lening verstrekt tenzij de belanghebbende is toegelaten tot een wettelijk schuldhulpverleningstraject, voldoet aan de voorwaarden van dat traject en het verstrekken van bijzondere bijstand in de vorm van een lening het slagen van het traject in gevaar brengt. Dan wordt de bijzondere bijstand om niet verstrekt.
Voor de vaststelling van de hoogte van medische kosten gaan wij uit van de bedragen die gehanteerd worden in de Zorgverzekeringswet of daarop gebaseerde regelgeving.
Voor de vaststelling van de hoogte van bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen gaan wij uit van de gedachte dat duurzame gebruiksgoederen tweedehands kunnen worden aangeschaft. Hiervoor verwijzen wij richting kringloopwinkels en bepaalde websites zoals Marktplaats.
Voor bepaalde kosten hanteren wij de richtprijzen vanuit de NIBUD-prijzengids, zoals bij de aanschaf van witgoed (als hiervoor geen andere regeling beschikbaar is).
Hoofdregel is dat er geen bijzondere bijstand mogelijk is voor medische kosten, omdat er sprake is van een voorliggende voorziening.
Bij dringende redenen (zoals bedoeld in artikel 16 Participatiewet) kunnen wij hiervan afwijken.
Artikel 9 Aanvullende bijstand voor levensonderhoud voor jongeren van 18 tot 21 jaar
Personen van 18 tot 21 jaar die niet in een inrichting verblijven, kunnen recht hebben op algemene bijstand. Van deze jongeren wordt verwacht dat zij een beroep doen op hun ouders. Daarom zijn de normen algemene bijstand voor deze personen afgestemd op de niveaus van de Algemene Kinderbijslagwet.
Jongeren voor wie de lage norm onvoldoende is om in de noodzakelijke kosten van het bestaan te kunnen voorzien, zullen een beroep moeten doen op hun (stief)ouders. Ouders zijn verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie (artikel 1:395a Burgerlijk Wetboek). De hoogte van de bijstand is op deze onderhoudsplicht afgestemd.
Als dit niet mogelijk is, kan er bijzondere bijstand worden verleend.
Binnen de Participatiewet in Balans wordt geadviseerd om de hoogte van de aanvullende bijzondere bijstand te harmoniseren aan jongeren van wie ouders niet in beeld zijn of geen ondersteuning kunnen bieden door ziekte of armoede.
De hoogte van de aanvullende bijzondere bijstand voor levensonderhoud is afhankelijk van uw woon- en leefsituatie. Hierbij is de hoofdregel dat wij de uitkeringsnorm hanteren die voor u zou gelden als u 21 jaar zou zijn.
Artikel 10 Bewindvoering en budgetbeheer
Budgetbeheer bij MDF is gratis en daarmee een voorliggende voorziening.
Hoofdregel is dat reiskosten algemene kosten van het bestaan zijn en u daarvoor niet in aanmerking komt voor bijzondere bijstand. Bij dringende redenen kunnen wij hiervan afwijken.
De noodzaak voor het bezoeken van een zieke of een gedetineerde wordt aanwezig geacht bij bezoek aan tot het gezin behorende familieleden of familieleden in de eerste graad (ouders, kinderen).
Bij bijzondere omstandigheden kunnen wij hiervan afwijken en kunnen wij de bijzondere bijstand ook toekennen voor bezoek aan familieleden in de tweede graad (grootouders, kleinkinderen, broers, zussen).
Ook bezoeken aan bijvoorbeeld een verzorgings-/verpleeghuis, revalidatiekliniek of hospice komen in aanmerking voor bijzondere bijstand.
De frequentie is maximaal 4 keer per maand. Bij dringende redenen kan hiervan worden afgeweken, altijd op advies van een professional uit de jeugdhulp of jeugdbescherming.
Voor reiskosten voor ten laste komende kinderen, is het kindgebonden budget van de Belastingdienst een voorliggende voorziening. Als het kindgebonden budget niet toereikend is, verstrekken wij een aanvulling vanuit de bijzondere bijstand.
Bij de beoordeling of het kind wel of niet zelfstandig kan fietsen, houden wij rekening met diverse factoren zoals leeftijd, afstand, veiligheid onderweg, etc.
Bij dringende redenen (artikel 16 Participatiewet) kunnen wij een aanvraag bijzondere bijstand wel (gedeeltelijk) toekennen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-331059.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.