Gemeenteblad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2024, 322580 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2024, 322580 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Nadere regel subsidie Veilig Thuis-Jeugdbescherming-Jeugdreclassering gemeente Utrecht 2025
Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;
De Utrechtse gemeenten in samenwerking met elkaar wensen te komen tot een gezamenlijke subsidie aan één organisatie voor taken op het terrein van, Veilig Thuis 18+/18- namens 26 gemeenten in zes Jeugdzorgregio’s en voor (preventieve) Jeugdbescherming en Jeugdreclassering namens 23 gemeenten in de vijf Utrechtse Jeugdzorgregio's (de Utrechtse gemeenten van de Jeugdzorgregio Foodvalley uitgezonderd).
Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie Veilig Thuis-Jeugdbescherming-Jeugdreclassering gemeente Utrecht 2025.
Deze nadere regel verstaat onder:
Deelnemend e geme e nten: de gemeenten namens welke de uitvoerende dienst de subsidieverlener uitzet, te weten: Utrecht, Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Leusden, Soest, Woudenberg, De Ronde Venen, Montfoort, Oudewater, Stichtse Vecht, Woerden, Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede, Zeist, Renswoude, Rhenen, Veenendaal, Vijfheerenlanden, Houten, IJsselstein, Nieuwegein en Lopik;
Klacht: een uiting van ontevredenheid van cliënt of subsidieverlener aan Gecertificeerde Instelling en Veilig Thuis organisatie, over de geleverde diensten door de hoofdaannemer of diens onderaannemers of een persoon werkzaam bij, of namens de hoofd- en onderaannemer waarbij de in de subsidieleidraad vastgelegde eisen niet zijn nagekomen. Hieronder worden ook verstaan mededelingen en meldingen die de nakoming betreffen en niet formeel als klacht zijn ingediend;
Medewerkers: de personen die worden ingezet bij de uitvoering van de taken. Dit betreft medewerkers als werknemers in dienst van de Gecertificeerde Instelling en Veilig Thuis organisatie of diens onderaannemers, evenals medewerkers die werkzaam zijn, onder meer als zelfstandige zonder personeel (zzp-er) en worden ingehuurd door de Gecertificeerde instelling; en Veilig Thuis
Onderaannemer: een Gecertificeerde Instelling en/of Veilig Thuis organisatie die, op grond van een bindende overeenkomst met de hoofdaannemer gehouden kan worden om in opdracht en namens en voor rekening en risico van subsidieaanvrager op grond van deze regeling werkzaamheden te verrichten met betrekking tot de uitvoering van de subsidiabele taken voor ten hoogste 5% van perceel 1 en voor ten hoogste 45% van perceel 2;
Regio's: de regio’s waarin de deelnemende gemeenten zijn verdeeld, te weten:
Deze regeling is van toepassing op het verlenen van subsidie voor het jaar 2025 aan een organisatie voor het, ten behoeve van jeugdigen en volwassenen, als hoofdaannemer uitvoeren of laten uitvoeren van de taken op het gebied van Veilig Thuis en, ten behoeve van jeugdigen, uitvoeren of laten uitvoeren van taken op het gebied van (preventieve) Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. Dit betreft de (wettelijke) taken ten aanzien van Veilig Thuis, Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder a en b van de nadere regel subsidie.
Gemeenten zijn sinds 2015 verantwoordelijk voor de uitvoering van (preventieve) Jeugdbescherming en Jeugdreclassering. Volgens de Jeugdwet mogen deze taken alleen worden uitgevoerd door daartoe Gecertificeerde Instellingen. Gemeenten zijn daarnaast ook verantwoordelijk voor de uitvoering van de taken van Veilig Thuis: het advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling. Dit is vastgelegd in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Een goede aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling heeft als doel het structureel borgen van veiligheid. Dit vraagt om het organiseren van een doorlopende lijn van preventie en vroeg-signalering, melden, interventie, herstel, tot en met nazorg en participatie. Naast het doorlopen van het proces verwachten we ook actief deelnemen (in structuur en samenwerking) aan de beweging die per regio in het kader van het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming wordt gemaakt.
Artikel 3 Eisen aan de subsidieaanvrager
De subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door een Gecertificeerde Instelling en Veilig Thuis organisatie welke een bundeling van taken uit kan voeren zoals benoemd in artikel 5 en voor de taken genoemd onder artikel 5 lid b gecertificeerd is. De taken waarop deze subsidie betrekking heeft, zijn ingedeeld in twee percelen. Perceel 1, zoals omgeschreven geldt voor alle zes de regio’s, terwijl perceel 2 slechts voor de regio’s Utrecht Stad, Eemland, Utrecht West, Zuid Oost Utrecht en Lekstroom geldt. Voor perceel 1 nemen ook de Utrechtse gemeenten van de regio FoodValley deel.
Artikel 4 Vaststellen subsidieplafond
In onderstaande tabellen staat de geschatte omvang van de opdracht vermeld. Hierbij zijn per regio de geschatte maximumomvang vermeld. Deze zijn gebaseerd op de cijfers van de afgelopen jaren. Daarbij wordt opgemerkt dat de regio FoodValley alleen deelneemt aan perceel 1 (louter gemeenten provincie Utrecht).
Op basis van de jaarverantwoording over 2025 worden de bedragen definitief vastgesteld.
De gemeente Utrecht verstrekt aan de Veilig Thuis Organisatie en de Gecertificeerde Instellingen een separate subsidie voor de inzet van medewerkers uit de genoemde organisaties in 2 wijken in Utrecht, Overvecht en Leidsche Rijn voor werkzaamheden in de Expertise teams Veiligheid. De inzet van het aantal medewerkers in 2025 is gebaseerd op de realisatie in 2024 en wordt geaccordeerd in de Stuurgroep Kind- en Gezinsbescherming. De kosten zijn niet opgenomen in de hierboven genoemde omvang van de opdracht.
Artikel 5 Subsidiabele activiteiten
Vanuit het principe ‘één gezin, één plan’, is er bewust voor gekozen om de taken van Veilig Thuis, (preventieve) Jeugdbescherming en Jeugdreclassering te bundelen. Met de wens om deze bundeling van taken te behouden heeft de onderhavige subsidie betrekking op de uitvoering van de wettelijke taken in navolgende opsomming.
Op het eerste lid, kunnen de activiteiten ook innovatieve en aanvullende pilots en projecten omvatten met betrekking tot de taken, die raken aan (de doelgroepen van) de betreffende taken. Deze kunnen worden opgestart dan wel beëindigd en daarmee de toestroom van cliënten beïnvloeden. Dit geldt zowel voor perceel 1 als voor perceel 2.
Voor zover het een Gecertificeerde Instelling en Veilig Thuis organisatie betreft die direct voorafgaand aan 1 januari 2025, bedoeld in artikel 5 eerste lid, in opdracht van de burgemeester en wethouders activiteiten als bedoeld in het eerste lid uitvoerde, kan, met ingang van de datum waarop de daarvoor gesloten overeenkomst of verleende subsidie van rechtswege of met wederzijds instemming is beëindigd, ook subsidie worden verleend voor het uitvoeren van taken die hun aanvang hebben gevonden in de periode voorafgaand aan 1 januari 2025, bedoeld in artikel 5, eerste lid, dan wel in die periode bij rechterlijk bevel of oordeel zijn opgelegd.
Artikel 6 Eisen aan de aanvraag
Voor de subsidieaanvraag gelden de volgende eisen:
De subsidieaanvraag is onderbouwd met een plan, dat eveneens de beschrijving bevat waarin er door de subsidieaanvrager onderscheid is gemaakt tussen de taken die vallen onder perceel 1 en perceel 2 en de wijze waarop de subsidieaanvrager deze taken wil (laten) uitvoeren. De subsidieaanvrager wijkt daarbij niet af van de eisen genoemd in de nadere subsidieregeling en zijn eigen aanvraag op de subsidie.
De subsidieaanvraag en het bijbehorende aanvraagformulier zijn ondertekend door een persoon die aantoonbaar bevoegd is de rechtspersoon van de subsidieaanvrager rechtsgeldig te vertegenwoordigen. Indien bij de uitvoering van activiteiten gebruik wordt gemaakt van een onderaannemer gaat het aanvraagformulier vergezeld van een rechtsgeldig ondertekende verklaring van de hoofdaannemer en de onderaannemer die aangeeft dat partijen overeen zijn gekomen welke activiteiten door de onderaannemer zullen worden uitgevoerd en dat hoofdaannemer garant staat voor uitvoering ervan.
De informatie, die in uw aanvraag wordt verstrekt, wordt door de subsidieverlener als strikt vertrouwelijk behandeld, gewaarborgd en wordt niet aan derden verstrekt, tenzij het informatie betreft die als gevolg van een wettelijke verplichting openbaar moet worden gemaakt of reeds openbaar is. De vertrouwelijkheid wordt ook bewaard wanneer de aanvraag niet tot de totstandkoming van een beschikking zal leiden.
Wet- en regelgeving en landelijke kwaliteitskaders
Artikel 7 Indieningstermijn aanvraag
De subsidieaanvraag kan tussen 1 september en 31 oktober 2024 worden ingediend.
De subsidie wordt verstrekt aan één subsidieaanvrager. De subsidie wordt verstrekt aan de subsidieaanvrager welke volgens de beoordelingsprocedure voldoet aan de beoordelingscriteria en de hoogste score heeft behaald.
Artikel 9 Beoordelingsprocedure
De beoordelingsprocedure verloopt in de volgende stappen:
De taken waarop deze subsidie betrekking heeft, zijn ingedeeld in twee percelen. In Tabel 4 staat weergegeven: de perceelindeling, regio’s waarop de percelen betrekking hebben en het type beschikking. Beide percelen worden aan één Gecertificeerde Instelling en Veilig Thuis organisatie als hoofdaannemer verleend. Deze hoofdaannemer dient voor wat betreft perceel 1 95% van de dienstverlening zelf, met eigen medewerkers in dienst dan wel inhuur natuurlijke personen, uit te voeren. Voor perceel 2 geldt dat 55% van de dienstverlening zelf, met eigen medewerkers in dienst dan wel inhuur natuurlijke personen, wordt uitgevoerd. Voor het overige gedeelte van de dienstverlening (respectievelijk 5% en 45%) kunnen onderaannemers worden ingezet.
In deze procedure is nadrukkelijk gekozen voor kwaliteit. Ook komen slechts die subsidieaanvragers voor de subsidieverlening in aanmerking, die ten minste een 6 scoren op elk van de afzonderlijke beoordelingscriteria.
De subsidieaanvrager wordt beoordeeld op onderstaande beoordelingscriteria. In de aanvraag dient de subsidieaanvrager te beargumenteren in hoeverre wordt voldaan aan de beoordelingscriteria. De aanvraag wordt beoordeeld door een beoordelingscommissie vanuit de subsidieverlener. De beoordelingscriteria zijn:
Beschrijf hoe subsidieaanvrager borgt dat subsidieaanvrager een laagdrempelige organisatie is voor inwoners en signaleerders (professionals). Communicatie richting uw omgeving, maar ook richting media speelt hierbij een belangrijke rol. Denk aan het gebruik van een website, telefoonnummer, etc.
Het doel van het nieuwe stelsel is om het jeugdbeleid en de voorzieningen efficiënter en effectiever (waaronder zo vroeg mogelijk, zo licht mogelijk) te maken. Het uiteindelijke doel is het versterken van de eigen kracht van de jongere en van het zorgend en probleemoplossend vermogen van zijn gezin en sociale omgeving. Beschrijf welke rol subsidieaanvrager voor zichzelf ziet om bij te dragen aan de kernelementen van de transformatie van Jeugdhulp.
Per criterium kunnen de volgende scores worden behaald.
De subsidieverlener neemt uiterlijk binnen 13 weken na datum van ontvangst van een complete subsidieaanvraag een beschikking op de aanvraag tot verlening, dit geldt zowel voor perceel 1 als perceel 2.
De subsidieaanvrager dient gedurende de subsidieverlening te beschikken over een GI-certificaat, afgegeven door het Keurmerkinstituut. Dit houdt in dat de subsidieaanvrager voldoet aan de kwaliteitseisen die worden gesteld in het normenkader.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-322580.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.