Subsidieregeling Vitale Binnenstad 2024

Het college van burgemeester en wethouders van Leiden,

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Leiden 2021,

besluit de volgende regeling vast te stellen: Subsidieregeling Vitale Binnenstad 2024,

TITEL I. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• a. aanvrager: een organisatie of natuurlijk persoon die op de voorgeschreven wijze een verzoek indient om subsidie te verkrijgen;

• b. ASV: de Algemene Subsidieverordening gemeente Leiden;

• c. beeldbepalend initiatief: een grootschalig initiatief (meer dan 10.000 bezoekers) met een lange traditie (ten minste vijf jaar) in Leiden dat past bij Leiden als stad van kennis en cultuur, die de elementen leefbaarheid en levendigheid bevat en rekening houdt met de balans tussen deze twee elementen;

• d. beoordelingscommissie: een commissie bestaande uit vijf vertegenwoordigers uit de verschillende sectoren van de binnenstad zoals de culturele sector, Leidse ondernemers, kennisinstellingen, bewonersverenigingen, lokale stichtingen en/of studentenverenigingen, met een door hen uit hun midden aan te wijzen voorzitter, die ambtelijk wordt bijgestaan door een secretaris;

• e. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden;

• f. duurzame samenwerking: vorm van samenwerking die is gericht op een meerjarige looptijd en structurele inzet van de samenwerkingspartners voor ogen heeft;

• g. impulssubsidie: een eenmalige subsidie voor het geven van een impuls aan een initiatief die bijdraagt aan een vitale binnenstad;

• h. inclusie: iedereen die dat wil kan volwaardig deel uitmaken van de samenleving en hoort erbij;

• i. pitchbijeenkomst: een bijeenkomst die wordt georganiseerd per subsidieronde, waarbij de aanvragers de mogelijkheid krijgen om hun subsidieaanvraag toe te lichten;

• j. subsidie beeldbepalend initiatief: een subsidie voor het kunnen uitvoeren van een beeldbepalend initiatief, die bijdraagt aan een vitale binnenstad voor de duur van maximaal 4 jaar;

• k. vitale binnenstad: een toekomstbestendige binnenstad die inspeelt op maatschappelijke ontwikkelingen, een aantrekkelijk vestigingsklimaat heeft en waar er een balans is tussen levendigheid en leefbaarheid.

Artikel 2 Doel van de subsidie

Deze subsidieregeling is van toepassing op door het college te verstrekken subsidies met het doel om een gedeeltelijke bijdrage te geven aan initiatieven, die bijdragen aan een vitale binnenstad. Het is de bedoeling dat initiatieven na afloop van de subsidie zo veel mogelijk zelfstandig kunnen worden gefinancierd. Initiatiefnemers moeten in onderlinge duurzame samenwerking en via clustering op zoek naar oplossingen, die leiden tot kostenbesparing of extra inkomsten.

Artikel 3 Reikwijdte

Voor zover in deze subsidieregeling niet anders is bepaald, zijn de begripsomschrijvingen en bepalingen van de ASV van toepassing.

Artikel 4 Voorwaarden subsidieaanvraag

De subsidieaanvraag voldoet aan de volgende voorwaarden:

• 1. De aanvraag wordt schriftelijk en bij voorkeur digitaal ingediend via eHerkenning of DigiD bij het college via het betreffende aanvraagformulier via de website van de gemeente www.leiden.nl/subsidies.

• 2. Bij de aanvraag verstrekt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens:

  • a. Voor categorie A subsidie beeldbepalend initiatief een projectplan met daarin

    • een beschrijving van het initiatief/activiteit(en) waarvoor de subsidie wordt aangevraagd (dat voldoet aan minimaal drie van de vier criteria);

      • o Een bezoekersaantal van meer dan 10.000 personen blijkt in een editie van afgelopen vijf jaar (bijvoorbeeld gegevens Veiligheidsregio of eerdere ticketverkoop aantallen).

      • o Het initiatief past bij het profiel van Leiden als stad van kennis en cultuur door een programmering van hoogwaardige culturele waarde (bijvoorbeeld theater, kunst, muziek) en een component te hebben dat te maken heeft met kennis (bijvoorbeeld geschiedenis, wetenschap, innovatie).

      • o Bevat de elementen levendigheid en leefbaarheid. Onder levendigheid wordt verstaan dat het initiatief die een economische spin-off heeft (bijvoorbeeld door een hoog aantal bezoekers, samenwerking met horeca of inhuur van lokale diensten). Onder leefbaarheid wordt verstaan dat er rekening wordt gehouden met bewoners (bijvoorbeeld door het versturen van een bewonersbrief of samenwerking met wijkvereniging).

      • o Het initiatief heeft ten minste vijf opeenvolgende jaren (met uitzondering van 2020-2022) eerder georganiseerd in de stad (bijvoorbeeld beeldmateriaal of andersoortige gegevens)

    • een aanvullende beschrijving van het initiatief/activiteit(en) waarvoor de subsidie wordt aangevraagd (dat voldoet aan de volgende aanvullende criteria);

      • o Informatie waaruit blijkt dat de activiteit bijdraagt aan vernieuwing, als bijvoorbeeld

        • sprake is van een doorgroei en daarmee het behalen van een groter bereik of

        • vernieuwing op het gebied van programmering of locatie of

        • een nieuwe doelgroep wordt bereikt of

        • een doorstart wordt gemaakt na minstens één jaar geen doorgang te hebben gevonden;

      • o Hoe duurzame samenwerking met één of meerdere organisaties/partners is of wordt georganiseerd;

        • er wordt met één of meer organisaties duurzaam samengewerkt voor de activiteiten van de aanvraag;

        • ten minste 10% van de begroting bestaat uit cofinanciering van een derde partij, de cofinanciering mag financieel zijn of in kind;

        • er is een duidelijke taakverdeling tussen de samenwerkingspartners;

        • er is bestendigheid in de samenwerking: hoe de samenwerking op de aangevraagde activiteiten na afloop van de subsidieregeling wordt voortgezet en geformaliseerd.

      • o hoe de activiteiten bijdragen aan de speerpunten van een vitale binnenstad;

      • o welke doelgroep met de activiteit bereikt gaat worden en om hoeveel mensen het gaat;

      • o waar en wanneer de activiteit plaatsvindt;

      • o het te verwachten draagvlak voor de activiteit onder bewoners, ondernemers, instellingen in Leiden of overige belanghebbenden.

  • b. Voor categorie B impulssubsidie een projectplan waarin het volgende staat omschreven:

    • beschrijving van het initiatief/activiteit(en) waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

      • o Informatie waaruit blijkt dat het een nieuw of bestaand initiatief betreft. Bij bestaande initiatieven moet uit de informatie blijken of

        • sprake is van een doorgroei en daarmee het behalen van een groter bereik of

        • vernieuwing op het gebied van programmering of locatie of

        • een nieuwe doelgroep wordt bereikt of

        • een doorstart wordt gemaakt na minstens één jaar geen doorgang te hebben gevonden;

      • o Hoe duurzame samenwerking met één of meerdere organisaties/partners is of wordt georganiseerd;

        • er wordt met één of meer organisaties duurzaam samengewerkt voor de activiteiten van de aanvraag;

        • ten minste 10% van de begroting bestaat uit cofinanciering van een derde partij, de cofinanciering mag financieel zijn of in kind;

        • er is een duidelijke taakverdeling tussen de samenwerkingspartners;

        • er is bestendigheid in de samenwerking: hoe de samenwerking op de aangevraagde activiteiten na afloop van de subsidieregeling wordt voortgezet en geformaliseerd.

      • o hoe de activiteiten bijdragen aan de speerpunten van een vitale binnenstad;

      • o welke doelgroep met de activiteit bereikt gaat worden en om hoeveel mensen het gaat;

      • o waar en wanneer de activiteit plaatsvindt;

      • o het te verwachten draagvlak voor de activiteit onder bewoners, ondernemers, instellingen in Leiden of overige belanghebbenden.

    • c. een sluitende begroting:

      • met het totaal aan inkomsten en uitgaven voor deze activiteiten;

      • een overzicht van aangevraagde of reeds toegekende subsidies of vergoedingen voor dezelfde activiteiten, en de stand van zaken daarvan.

      • met een toelichting op hoe de aanvrager of samenwerkingspartner via cofinanciering, al dan niet door inzet van personele uren, bijdraagt aan de activiteit.

• 3. Maximaal 50% van de sluitende begroting van de onder het tweede lid, sub a bedoelde activiteiten komt in aanmerking voor subsidie.

• 4. De andere helft (50%) van het projectbudget moet door aanvragers zelf of door een samenwerkingspartner worden ingebracht. Het is mogelijk om deze financiële bijdrage in kind te leveren, dat wil zeggen door inzet van personele uren vanuit de organisatie.

• 5. Als een subsidieaanvraag door het college wordt doorgelaten naar de pitchbijeenkomst, moet de subsidieaanvrager fysiek aanwezig zijn bij de pitchbijeenkomst. In bijzondere gevallen kan het college overwegen om een uitzondering te maken.

Artikel 5 Weigeringsgronden

• 1. Een subsidie op grond van deze regeling wordt, behalve volgens het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht of de ASV, geweigerd indien niet voldaan is aan de voorwaarden en criteria genoemd in deze regeling:

  • a. de financiële middelen van de aanvrager, met inbegrip van een naar aanleiding van de aanvraag toe te kennen subsidie, onvoldoende worden geacht om de te subsidiëren activiteit(en) te verrichten;

  • b. de kosten van de activiteit(en) niet in redelijke verhouding staan tot de omvang van de beoogde activiteit of het daarmee te bereiken effect op een vitale binnenstad;

  • c. op voorhand bekend is dat voor de aangevraagde activiteit niet de benodigde vergunningen en ontheffingen in bezit zijn of verleend gaan worden;

  • d. de aanvraag alleen bedoeld is om het duurzame voortbestaan van een organisatie te financieren;

  • e. een subsidie voor het initiatief vanuit een andere Leidse subsidieregeling is verleend.

• 2. Een subsidie wordt geweigerd als de aanvraag in de betreffende categorie minder dan het minimaal te behalen punten heeft behaald.

TITEL II SPECIFIEKE BEPALINGEN

In deze subsidieregeling zijn twee subsidiecategorieën:

• A. Subsidie beeldbepalend initiatief en

• B. Impulssubsidie.

CATEGORIE A Subsidie beeldbepalend initiatief

Artikel 6 Doelgroep

Deze subsidiecategorie is bedoeld voor beeldbepalende initiatieven die bijdragen aan een vitale binnenstad.

Artikel 7 Indieningstermijn en beslistermijn

• 1. Er is één moment per vier jaar waarop een subsidieaanvraag voor beeldbepalende initiatieven kan worden ingediend.

• 2. Uiterlijk 1 oktober 2024 voor beeldbepalende initiatieven die plaatsvinden in het daaropvolgende kalenderjaar of kalenderjaren.

• 3. De aanvrager ontvangt binnen 13 weken na het verstrijken van de deadline voor het indienen van een subsidieaanvraag een schriftelijke beslissing op de aanvraag.

Artikel 8 Beoordelingscriteria en procedure

Een aanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de in de bijlage A van deze regeling opgenomen gewogen criteria voor Categorie A subsidie beeldbepalend initiatief.

Procedure

• 1. Aanvragen die niet voldoen aan de definitie van beeldbepalend initiatief, gaan door naar categorie B voor de verdere beoordeling.

• 2. Als aan de in artikel 4 genoemde voorwaarden voor categorie A wordt voldaan, dan wordt de subsidieaanvraag door het college beoordeeld.

• 3. Het college beoordeelt de aanvraag op de in de bijlage A van deze regeling opgenomen gewogen criteria voor categorie A.

• 4. De door het college beoordeelde aanvragen in categorie A worden gerangschikt van meest aantal punten naar minst aantal punten.

• 5. Het college neemt een gemotiveerd besluit over welke subsidieaanvragen een subsidie toegewezen krijgen en over de hoogte van het toe te wijzen subsidiebedrag rekeninghoudend met het subsidieplafond van categorie A.

• 6. Als bij honorering van de aanvragen in categorie A subsidie beeldbepalend initiatief het subsidieplafond wordt bereikt, dan worden de overige aanvragen van categorie A toegevoegd aan categorie B.

• 7. De overige aanvragen worden dan overeenkomstig de beoordelingsprocedure van categorie B Impulssubsidie verder beoordeeld.

Artikel 9 Hoogte subsidie en verdeelregels

• 1. Het college stelt voor deze subsidieverlening voor categorie A subsidie beeldbepalend initiatief een subsidieplafond vast van € 217.778,-.

• 2. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd door het college.

• 3. Het budget wordt eenmalig verdeeld en voor de duur van 4 jaar maximaal verleend.

• 4. De maximaal aan een bestaand initiatief toe te kennen subsidie bedraagt €60.000,-.

• 5. Tot de subsidiabele kosten behoren in ieder geval niet:

  • a. Kosten die niet aantoonbaar bijdragen aan de activiteiten waarvoor de subsidie is aangevraagd;

  • b. Kosten die naar het oordeel van het college niet redelijk zijn.

• 6. Het te subsidiëren bedrag is inclusief eventueel verschuldigde btw.

• 7. Indien bij honorering van alle aanvragen het beschikbare budget wordt overschreden, is de mate waarin naar het oordeel van het college aan een of meerdere criteria wordt voldaan, bepalend voor prioriteitstelling en de hoogte van de subsidietoekenning.

CATEGORIE B Impulssubsidie

Artikel 10 Doelgroep

Deze subsidiecategorie is bedoeld voor het geven van een impuls aan initiatieven die bijdragen aan een vitale binnenstad.

Artikel 11 Indieningstermijn en beslistermijn

Er zijn twee momenten per jaar waarop een subsidieaanvraag voor een impulssubsidie kan worden ingediend.

• 1. Uiterlijk 1 maart voor initiatieven/activiteiten die plaatsvinden in de periode van juni in hetzelfde kalenderjaar tot juni van het daaropvolgende kalenderjaar.

• 2. Uiterlijk 1 oktober voor initiatieven/activiteiten die plaatsvinden in het daaropvolgende kalenderjaar.

• 3. De aanvrager ontvangt binnen 13 weken na het verstrijken van de deadline voor het indienen van een subsidieaanvraag een schriftelijke beslissing op de aanvraag.

Artikel 12 Beoordelingscommissie

• 1. Deze subsidieregeling maakt gebruik van een beoordelingscommissie voor categorie B Impulssubsidie, die het subsidieplafond verdeelt over de beoordeelde subsidieaanvragen.

Artikel 13 Beoordelingscriteria en procedure

Een aanvraag wordt beoordeeld aan de hand van de in de bijlage B van deze regeling opgenomen gewogen criteria voor Categorie B Impulssubsidie.

Procedure

• 1. Alleen volledige aanvragen die aan de in artikel 4 genoemde voorwaarden voldoen, worden beoordeeld door een beoordelingscommissie.

• 2. Deze beoordelingscommissie beoordeelt de aanvraag op de in bijlage B van deze regeling opgenomen gewogen criteria voor categorie B Impulssubsidie.

• 3. Op basis van de score uit het beoordelingsformulier worden de subsidieaanvragen doorgelaten naar de pitchbijeenkomst.

• 4. De aanvragers pitchen hun initiatief in elkaars bijzijn aan de commissie.

• 5. De door de commissie beoordeelde aanvragen worden gerangschikt van meest aantal punten naar minst aantal punten.

• 6. De beoordelingscommissie neemt aan het einde van de pitchbijeenkomst een gemotiveerd besluit over welke subsidieaanvragen een subsidie toegewezen krijgen en over de hoogte van het toe te wijzen subsidiebedrag.

Artikel 14 Hoogte subsidie en verdeelregels

• 1. Het college stelt voor de subsidieverlening categorie B Impulssubsidie jaarlijks een subsidieplafond vast van € 217.778. Dit wordt evenredig over twee subsidierondes verdeeld waardoor er per ronde 50% van het subsidieplafond beschikbaar is.

• 2. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd door het college.

• 3. Indien het budget van de eerste ronde niet wordt bereikt, wordt het resterende bedrag toegevoegd aan het budget van de tweede ronde.

• 4. De maximaal aan een initiatief toe te kennen subsidie bedraagt € 50.000,-.

• 5. Tot de subsidiabele kosten behoren in ieder geval niet:

  • a. Kosten die niet aantoonbaar bijdragen aan de activiteiten waarvoor de subsidie is aangevraagd;

  • b. Kosten die naar het oordeel van het college niet redelijk zijn.

• 6. Het te subsidiëren bedrag is inclusief eventueel verschuldigde btw.

• 7. Indien bij honorering van alle aanvragen het beschikbare budget wordt overschreden, is de mate waarin naar het oordeel van het college aan een of meerdere criteria wordt voldaan, bepalend voor prioriteitstelling en de hoogte van de subsidietoekenning.

• 8. Aanvragen in categorie B kunnen maximaal drie jaar achtereenvolgend worden toegekend.

• 9. In het geval dat in het jaar ervoor subsidie is toegekend voor hetzelfde project, kan het jaar erna alleen een bedrag worden toegekend dat lager is dan het jaar ervoor.

TITEL III. BEVOORSCHOTTING, VERANTWOORDING EN VASTSTELLING

Artikel 15 Bevoorschotting subsidie

• 1. Het college bevoorschot de subsidie in zijn geheel.

• 2. De uitbetaling vindt plaats op het moment van de verlening van de subsidie.

• 3. Het subsidiebedrag wordt definitief vastgesteld na verantwoording.

Artikel 16 Verantwoording subsidies tot en met € 5.000

• 1. Subsidies tot en met € 5.000 worden door het college:

  • a. direct vastgesteld of;

  • b. ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken, vanaf de datum waarop de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.

• 2. Bij een ambtshalve vaststelling als bedoeld in lid 1, onderdeel b, kan het college de aanvrager verplichten om op de door haar aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

• 3. Het college zal bij subsidies die direct worden vastgesteld, steekproefsgewijs controleren of de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig de subsidieaanvraag en eventuele overige verplichtingen zijn gerealiseerd.

Artikel 17 Verantwoording subsidies vanaf € 5.001 tot € 100.000

• 1. Bij subsidies vanaf € 5.001 tot € 100.000 dient de subsidieontvanger een aanvraag tot subsidievaststelling in bij het college uiterlijk 13 weken na het uitvoeren van de activiteiten waar subsidie voor is ontvangen.

• 2. Het college kan in individuele gevallen afwijken van de termijn genoemd in lid 1.

• 3. De aanvraag tot subsidievaststelling bevat:

  • a. een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht, met daarbij een toelichting op de behaalde impact van de activiteit met het oog op de beoordelingscriteria;

  • b. een financieel verslag, waaruit de aan de verrichte activiteiten verbonden inkomsten en uitgaven blijken. De subsidie van gemeente is in het financieel verslag duidelijk weergegeven.

Artikel 18 Vaststelling subsidie

• 1. Het college stelt binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling dan wel, indien geen aanvraag vereist is, na het indienen van de verantwoording, de subsidie vast.

• 2. Indien uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het lid 1 genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling dan wel de verantwoording.

• 3. Indien de aanvraag tot subsidievaststelling niet binnen de in lid 1 van artikel 18 genoemde termijn is ontvangen, gaat het college 6 weken na een eenmalig rappel over tot ambtshalve vaststelling en het terugvorderen van het toegekende bedrag.

• 4. Indien bij de verantwoording blijkt dat niet alle activiteiten zijn uitgevoerd en/of niet het gehele subsidiebedrag is besteed, dan kan het college het subsidiebedrag lager vaststellen en het niet-bestede deel van de subsidie terugvorderen.

TITEL IV. HARDHEIDSCLAUSULE, INWERKINGTREDING EN CITEERTITEL

Artikel 19 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, één of meerdere bepalingen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken.

Artikel 20 Inwerkingtreding

• 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking van de regeling.

• 2. De subsidieregeling Vitale Binnenstad wordt ingetrokken.

Artikel 21 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: ‘Subsidieregeling Vitale binnenstad 2024’.

BIJLAGE A

Beoordelingsformulier – Subsidie beeldbepalend initiatief (categorie A)

Naam bestaand initiatief
Naam organisatie en/of aanvrager
Aangevraagd subsidiebedrag
Eindscore
Opmerkingen

Stap 1: Checkvragen voorwaarden artikel 4

Voldoet aan minimaal drie van de vier onderstaande criteria:

• Bezoekersaantal van meer dan 10.000 personen

• Past bij het profiel van Leiden als stad van kennis en cultuur

• Bevat een beschrijving van de elementen levendigheid en leefbaarheid. Onder levendigheid wordt verstaan dat het initiatief die een economische spin-off heeft (bijvoorbeeld door een hoog aantal bezoekers, samenwerking met horeca of inhuur van lokale diensten). Onder leefbaarheid wordt verstaan hoe er rekening wordt gehouden met bewoners (bijvoorbeeld door het versturen van een bewonersbrief of samenwerking met wijkvereniging).

• Gegevens waaruit blijkt dat het initiatief ten minste vijf opeenvolgende jaren (met uitzondering van 2020-2022) eerder is georganiseerd in de stad.

Voldoet aan alle onderstaande criteria

• Informatie waaruit blijkt dat de activiteit bijdraagt aan vernieuwing, als bijvoorbeeld

  • o sprake zal zijn van een doorgroei en daarmee het behalen van een groter bereik of

  • o vernieuwing op het gebied van programmering of locatie of

  • o een nieuwe doelgroep wil bereiken of

  • o een doorstart wil maken na minstens één jaar geen doorgang te hebben gevonden;

• Hoe duurzame samenwerking met één of meerdere organisaties/partners is of wordt georganiseerd;

• Maximaal 50% van de sluitende begroting van de onder het tweede lid, sub a bedoelde activiteiten komt in aanmerking voor subsidie.

Stap 2: Score op basis van criteria artikel 8

Beoordelingsonderdeel	Maximaal te behalen Kies uit (0 = wordt niet aan voldaan, 1 = wordt nauwelijks aan voldaan, 3 = wordt voldoende aan voldaan, 5 = wordt volledig aan voldaan)	Score	Toelichting
de activiteit draagt direct of indirect bij aan een vitale binnenstad zoals door: het waarborgen en bevorderen van de winkel-, horeca- en cultuurfuncties van de binnenstad het stimuleren van vergroening en ruimtelijke kwaliteit van de binnenstad het stimuleren van de bereikbaarheid van de binnenstad het vergroten van de toegankelijkheid van Leiden als gastvrije en inclusieve binnenstad het bevorderen van een gezond ondernemersklimaat het inzetten op kwalitatief hoogwaardige programmering die aansluit bij stad van kennis en cultuur het bevorderen van de sociale samenhang tussen bewoners en bezoekers aan de binnenstad het bijdragen aan versterking van de fysieke, sociale en/of programmatische verbinding tussen de Leidse binnenstad en het Leiden Bio Science Park;	40 (score x 8)
de activiteit houdt rekening met een goede balans tussen levendigheid en leefbaarheid van de binnenstad	10 (score x 2)
de activiteit bereikt een divers en inclusief publiek	10 (score x 2)
het doel van de activiteit is (financieel) haalbaar	10 (score x 2)
de activiteit draagt bij aan vernieuwing van het aanbod aan initiatieven	10 (score x 2)
de aanvrager werkt samen met andere partijen of individuen binnen en buiten de eigen sector	10 (score x 2)
bij de uitvoering van het initiatief zijn vrijwilligers betrokken of ondernemers, die bij voorkeur in Leiden gevestigd zijn	10 (score x 2)
M aximaal totaal te behalen	100	Minimaal aan behalen punten 75

BIJLAGE B

Beoordelingsformulier – Impulssubsidie (categorie B)

Naam bestaand/nieuw initiatief
Naam organisatie en/of aanvrager
Aangevraagd subsidiebedrag
Eindscore
Opmerkingen

Stap 1: Checkvragen voorwaarden artikel 4

Voldoet aan alle onderstaande criteria:

• Informatie waaruit blijkt dat de activiteit bijdraagt aan vernieuwing, als bijvoorbeeld

  • o sprake zal zijn van een doorgroei en daarmee het behalen van een groter bereik of

  • o vernieuwing op het gebied van programmering of locatie of

  • o een nieuwe doelgroep wil bereiken of

  • o een doorstart wil maken na minstens één jaar geen doorgang te hebben gevonden;

• Informatie waaruit blijkt dat het een nieuw of bestaand initiatief betreft. Bij bestaande initiatieven moet uit de informatie blijken of

  • sprake zal zijn van een doorgroei en daarmee het behalen van een groter bereik of

  • vernieuwing op het gebied van programmering of locatie of

  • een nieuwe doelgroep wil bereiken of

  • een doorstart wil maken na minstens één jaar geen doorgang te hebben gevonden;

• Hoe duurzame samenwerking met één of meerdere organisaties/partners is of wordt georganiseerd;

• Maximaal 50% van de sluitende begroting van de onder het tweede lid, sub a bedoelde activiteiten komt in aanmerking voor subsidie.

Stap 2: Score op basis van criteria artikel 13

Beoordelingsonderdeel	Maximaal te behalen Kies uit (0 = wordt niet aan voldaan, 1 = wordt nauwelijks aan voldaan, 3 = wordt voldoende aan voldaan, 5 = wordt volledig aan voldaan)	Score	Toelichting
de activiteit draagt direct of indirect bij aan een vitale binnenstad zoals door: het waarborgen en bevorderen van de winkel-, horeca- en cultuurfuncties van de binnenstad het stimuleren van vergroening en ruimtelijke kwaliteit van de binnenstad het stimuleren van de bereikbaarheid van de binnenstad het vergroten van de toegankelijkheid van Leiden als gastvrije en inclusieve binnenstad het bevorderen van een gezond ondernemersklimaat het inzetten op kwalitatief hoogwaardige programmering die aansluit bij stad van kennis en cultuur het bevorderen van de sociale samenhang tussen bewoners en bezoekers aan de binnenstad het bijdragen aan versterking van de fysieke, sociale en/of programmatische verbinding tussen de Leidse binnenstad en het Leiden Bio Science Park;	40 (score x 8)
de activiteit houdt rekening met een goede balans tussen levendigheid en leefbaarheid van de binnenstad	10 (score x 2)
de activiteit bereikt een divers en inclusief publiek	10 (score x 2)
het doel van de activiteit is (financieel) haalbaar	10 (score x 2)
de activiteit draagt bij aan vernieuwing van het aanbod aan initiatieven	10 (score x 2)
de aanvrager werkt samen met andere partijen of individuen binnen en buiten de eigen sector	10 (score x 2)
bij de uitvoering van het initiatief zijn vrijwilligers betrokken of ondernemers, die bij voorkeur in Leiden gevestigd zijn	10 (score x 2)
M aximaal totaal te behalen	100	Minimaal te behalen punten 65