Nadere regel subsidie Zomerprogramma Utrecht als onderdeel van het Nationaal Programma Onderwijs gemeente Utrecht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

  • gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet;

  • gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Utrecht;

Gezien de brief van de Minister aan alle gemeenten over de bestedingsdoelen van het budget dat zij krijgen uit het Nationaal Programma Onderwijs, en over de manieren waarop het ministerie gemeenten en scholen in gemeenten ondersteunt bij de uitvoering van het programma;

Overwegende dat:

  • het wenselijk is een tijdelijke subsidieregeling op te stellen voor de realisatie van activiteiten op wijkniveau voor kinderen van het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs die ondersteuning nodig hebben op sociaal-emotioneel gebied in Utrecht in de zomervakanties van 2022, 2023 en 2024.

  • Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie Zomerprogramma Utrecht als onderdeel van Nationaal Programma Onderwijs;

Artikel 1 Definities

Deze nadere regel verstaat onder:

  • a.

    Penvoerder: Een rechtspersoon die subsidie aanvraagt mede namens andere rechtspersonen.

  • b.

    Nationaal Programma Onderwijs (NPO): het NPO is er voor herstel en ontwikkeling van het onderwijs tijdens en na corona. Het NPO is een aanvullend budget vanuit het Rijk waarmee gemeentes in samenwerking met scholen, kinderdagopvang, buitenschoolse opvang, (jeugdgezondheids)zorg, bibliotheken en andere partners maatregelen nemen om de vaardigheden van leerlingen op cognitief, executief, sociaal en emotioneel vlak te helpen stimuleren. Het geld voor de gemeentes is in aanvulling op en ter ondersteuning van de middelen die de scholen zelf krijgen, en de aparte steunpakketten voor de jeugd die beschikbaar zijn.

Daarnaast worden er een aantal wijken genoemd in deze nadere regel. Daar verstaan we onder:

  • a.

    Utrecht West: buurten Lombok, Nieuw Engeland, Oog in Al, Schepenbuurt en Welgelegen.

  • b.

    Utrecht Noordwest: buurten Zuilen, Ondiep en Pijlsweerd.

  • c.

    Overvecht: buurten Zamenhofdreef, Taagdreef, Donaudreef, Neckardreef, Zambesidreef, Tigrisdreef, Vechtzoom-Zuid, Vechtzoom-Noord, Bedrijvengebied Overvecht en Poldergebied Overvecht.

  • d.

    Utrecht Zuid: buurten Lunetten, Hoograven, Tolsteeg, Bokkenbuurt en Rotsoord.

  • e.

    Utrecht Zuidwest: buurten Kanaleneiland, Transwijk, Rivierenwijk en Dichterswijk.

  • f.

    Leidsche Rijn: buurten Leidsche Rijn Centrum, Leeuwesteyn, Grauwaart, Parkwijk, Het Zand, Hoge Weide, Terwijde, Langerak en Rijnvliet.

  • g.

    Vleuten-De Meern: buurten Vleuten, De Meern, Haarzuilens, Rijnenburg, Oudenrijn, Vleuterweide en Veldhuizen.

  • h.

    Binnenstad-Oost-Noordoost: dit gebied bestaat uit de wijken Binnenstad, Oost en Noordoost. In deze nadere regel worden de buurten Zeven steegjes (Binnenstad), Sterrenwijk (Oost) en Staatslieden (Noordoost) bedoeld.

Artikel 2 Doel

Het doel van het zomerprogramma is:

Het tijdens de zomervakantie organiseren van activiteiten in de eigen wijk op het gebied van sport, spel, cultuur en educatie voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar e voor kinderen van het primair onderwijs (PO) en voortgezet onderwijs (VO) die extra ondersteuning nodig hebben. Doel is: het tegengaan van de ‘zomervakantiedip’, andere kinderen ontmoeten en samen dingen ondernemen en ontdekken. Dit draagt bij aan het zich fijner voelen, netwerk opbouwen, eigen identiteit vormen en spelenderwijs leren.

Artikel 3 Eisen aan de subsidieaanvrager

  • 1.

    De subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid. De aanvrager is een welzijnsorganisatie, een stichting, een onderwijsinstelling of een samenwerkingsverband van onderwijsinstellingen.

  • 2.

    Per wijk(en) is er één rechtspersoon die als penvoerder namens de andere organisaties optreedt en met wie andere wijkorganisaties samenwerken in het zomerprogramma.

Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond

Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks het subsidieplafond vast door middel van de subsidiestaat.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

De doelgroep van het zomerprogramma zijn kinderen van 2,5 tot 4 jaar en kinderen van het PO en VO die door de coronamaatregelen achterstand hebben opgelopen in taal of sociaal-emotionele ontwikkeling en daardoor extra ondersteuning nodig hebben om eerlijkere kansen te krijgen.

Voor ieder van de wijken Utrecht West, Utrecht Noordwest, Leidsche Rijn, Overvecht, Utrecht Zuid, Utrecht Zuidwest, Vleuten-De Meern en het gebied Binnenstad-Oost-Noordoost kan er één aanvraag ingediend worden waarbij één rechtspersoon, die als penvoerder optreedt, subsidie aanvraagt.

Binnen deze aanvraag zijn subsidiabele activiteiten:

  • a.

    Aanbod in sport, spel en cultuuractiviteiten voor kinderen die in bovenstaande doelgroep vallen die zijn gericht op sociaal emotionele ontwikkeling, plezier en taalontwikkeling door middel van spelenderwijs leren.

  • b.

    Toeleiding van de doelgroep naar het zomerprogramma en communicatiemiddelen in de wijk.

  • c.

    De organisatiekosten van een zomerprogramma in de desbetreffende wijk.

Artikel 6 Eisen aan de subsidieaanvraag

  • 1.

    De activiteit genoemd in de aanvraag dient een bijdrage te leveren aan de doelstellingen zoals beschreven in deze nadere regel.

  • Uit de aanvraag moet blijken dat wordt voldaan aan de eisen zoals gesteld in artikel 6, derde lid van de Algemene subsidieverordening.

  • De aanvraag gaat in ieder geval vergezeld van de documenten die genoemd worden in de Algemene subsidieverordening, artikel 6, vierde lid:

    • a.

      Een overzicht van de activiteiten met daarbij een omschrijving waarvoor subsidie wordt gevraagd en van de doelen van die activiteiten.

    • b.

      Een financiële onderbouwing van de aanvraag die aansluit op het overzicht van de activiteiten. In deze onderbouwing staat per activiteit opgenomen welke personele en materiële middelen nodig zijn voor de activiteiten. Tevens is het gevraagde subsidiebedrag helder onderbouwd met daarbij een sluitende begroting met – indien van toepassing - daarin alle (overige) inkomsten.

  • 2.

    Aanvullend aan het overzicht van de activiteiten en bijbehorende financiële onderbouwing verstrekt de aanvrager ook de volgende informatie:

    • a.

      Hoeveel doelgroep kinderen in de wijk mee gaan doen aan het zomerprogramma.

    • b.

      Hoe de doelgroep toe geleid gaat worden naar het zomerprogramma.

    • c.

      Met welke partijen en scholen (uit de wijk) er samengewerkt gaat worden.

    • d.

      Een toelichting op eventuele afwijkingen van onderstaande uitgangspunten (3 a tot en met c).

  • 3.

    De aanvrager verstrekt tevens in de aanvraag informatie over hoe de volgende uitgangspunten meegenomen zullen worden in de realisatie van een zomerprogramma:

    • a.

      Een zomerprogramma vindt plaats op een of twee vaste locaties in de wijk.

    • b.

      Een zomerprogramma vindt plaats in de eerste en laatste week van de zomervakantie.

    • c.

      Aan de doelgroep kinderen wordt gevraagd hoe zij zelf de invulling van een zomerprogramma zouden doen.

  • Als er afgeweken wordt van bovenstaande uitgangspunten bij punt 3, dan moet dit gemotiveerd worden.

Artikel 7 Indieningstermijn subsidieaanvraag

De aanvragen dienen uiterlijk 30 juli 2024 te worden ingediend met e-herkenning via het digitale loket bij burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht.

Artikel 8 Maximaal subsidiebedrag per aanvraag/aanvrager

Per wijk wordt maximaal €35.000 subsidie verleend.

Artikel 9 Beoordeling subsidieaanvraag

De aanvragen die tijdig en volledig zijn ontvangen worden op volgorde van binnenkomst op basis van de volgende criteria beoordeeld:

  • 1.

    De mate waarin uit de aanvraag blijkt dat het aangevraagde subsidiebedrag ten goede komt van de doelgroep en de gestelde doelstelling.

  • 2.

    De mate waarin in de aanvraag duidelijk wordt hoe er wordt samengewerkt met organisaties en scholen in de wijk om het zomerprogramma te organiseren.

  • 3.

    De mate waarin in de aanvraag duidelijk wordt hoe de juiste doelgroep bereikt zal worden en hoe deze kinderen worden toe geleid naar het zomerprogramma.

  • 4.

    De mate waarin het aangevraagde bedrag in verhouding staat tot het aantal te bereiken doelgroep kinderen.

  • 5.

    In welke mate het zomerprogramma wordt ingevuld, rekening houdend met de uitgangspunten beschreven bij artikel 2.4 van deze nadere regel.

Alle criteria moeten met een voldoende worden beoordeeld.

Artikel 10 Besluitvorming

Bij de besluitvorming geldt de volgende procedure:

De tijdig en volledig ontvangen aanvragen worden op basis van de in artikel 2.8 benoemde criteria beoordeeld met inachtneming van het subsidieplafond; op basis van deze beoordeling besluiten burgemeester en wethouders binnen 13 weken na het verstrijken van de deadline.

Artikel 11 Evaluatie

Het beleid waarvoor de subsidie voor het zomerprogramma wordt ingezet, wordt periodiek geëvalueerd. De evaluatie kan leiden tot aanpassing van de subsidieregeling en deze nadere regel.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze nadere regel treedt in werking de dag na bekendmaking en vervalt per 31 juli 2025, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op subsidiebesluiten die onder de werking van deze regeling zijn genomen.

Artikel 13 Citeertitel

Deze nadere regel wordt aangehaald als Nadere regel subsidie Zomerprogramma Utrecht als onderdeel van Nationaal Programma Onderwijs.

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 9 juli 2024

De burgemeester,

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Michiel J. Ruis

Naar boven