Delegatiebesluit omgevingsplan gemeente Groningen voor ontwikkelgebied Stadshavens

De raad van de gemeente Groningen;

gelezen het voorstel van burgemeesters en wethouders van 19 maart 2024,

Overwegende dat:

• de gemeenteraad op grond van artikel 2.4 van de Omgevingswet bevoegd is het omgevingsplan voor het grondgebied van de gemeente Groningen vast te stellen en/of te wijzigen;

• de Omgevingswet de mogelijkheid biedt om de bevoegdheid tot het vaststellen van delen van het omgevingsplan te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders;

• de raad van de gemeente Groningen op 15 mei 2024 voor de ontwikkeling van Stadshavens de wijziging van het omgevingsplan gemeente Groningen heeft vastgesteld;

• met deze wijziging het nieuwe deel van het omgevingsplan gemeente Groningen voor de transformatie van het deelplangebied Stadshavens is voorbereid;

• met deze wijziging feitelijk de bestaande bedrijfsmatige activiteiten binnen het deelplangebied onder een tijdelijke regeling zijn gebracht;

• met deze wijziging van het omgevingsplan de transformatie van Stadshavens nog niet mogelijk gemaakt is, maar wel voorbereid en het plan aansluit op de eisen die de Omgevingswet daaraan stelt;

• de daadwerkelijke, deelplangewijze transformatie van Stadshavens mogelijk gemaakt zal worden met afzonderlijke wijzigingen van het omgevingsplan gemeente Groningen;

• voor deze afzonderlijke wijzigingen van het omgevingsplan voor de transformatie van Stadshavens in de eerste wijziging van het omgevingsplan voor Stadshavens onder meer zogenaamde ‘Gouden Regels’ en ‘ontwikkelregels’ zijn opgenomen, waarbinnen deze transformatie zal moeten plaatsvinden;

Gelet op:

artikel 2.4, artikel 2.8 en artikel 4.14, eerste en vijfde lid, van de Omgevingswet, artikel 156 van de Gemeentewet en artikel 10:13 t/m artikel 10:21 Algemene wet bestuursrecht;

B E S L U I T:

vast te stellen het ‘Delegatiebesluit omgevingsplan gemeente Groningen voor de gebiedsontwikkeling Stadshavens’.

Artikel 1. Delegatiebevoegdheid wijziging omgevingsplan

De raad delegeert aan het college de bevoegdheid tot wijziging van het omgevingsplan gemeente Groningen voor het deelgebied Stadshavens, met dien verstande dat de wijziging past binnen de kaders die met de ‘Gouden Regels’ en ‘ontwikkelregels’ voor het ontwikkelgebied Stadshavens zijn bepaald, zoals opgenomen in het omgevingsplan gemeente Groningen.

Met een door een onafhankelijk bureau opgesteld mobiliteitsplan kan het college afwijken van het aantal van 1.200 (half)verdiepte parkeerplaatsen in parkeergarages, mits deze parkeergarages wel gerealiseerd worden in een gebouwde omgeving, niet op straat.

De herinrichting van de kade Eemskanaal en het Damsterdiep en de uitvoering van de ‘Motie Vreemd: Havenkwartier in de Deense Haven’ vallen ook binnen de reikwijdte van dit delegatiebesluit indien hiervoor een wijziging van het omgevingsplan nodig is.

Artikel 2. Kennisgeving toepassing delegatiebesluit

De raad wordt voorafgaande aan de terinzagelegging van de ontwerpwijziging van het omgevingsplan voor het gebied Stadshavens schriftelijk geïnformeerd. De raad wordt tevens schriftelijk geïnformeerd over het definitieve besluit.

Artikel 3. Evaluatie

Binnen een termijn van 2 jaar na vaststelling van het wijzigingsbesluit Stadshavens volgt een evaluatie van de toepassing van dit delegatiebesluit. Het college bereidt deze evaluatie voor.

Artikel 4. Inwerkingtreding besluit

Dit delegatiebesluit treedt in werking de dag na bekendmaking ervan.

Artikel 5. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als ‘Delegatiebesluit omgevingsplan gemeente Groningen voor ontwikkelgebied Stadshavens’.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Groningen van 15 mei 2024.

De voorzitter,

De griffier,

Toelichting delegatiebesluit omgevingsplan gemeente Groningen voor het ontwikkelgebied Stadshavens

Inleiding

Per 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Dit is een van de grootste wetswijzigingen met betrekking tot de fysieke leefomgeving. De Omgevingswet bundelt wetgeving en regels voor ruimte, wonen, infrastructuur, milieu, natuur en water. Daarmee vormt de wet de basis voor de samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving.

Met de Omgevingswet wordt het wettelijk kader voor verschillende aspecten van de fysieke

leefomgeving vereenvoudigd. Doel van de Omgevingswet is het bereiken van een balans tussen:

• een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit bereiken en in stand houden;

• de fysieke leefomgeving doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen om er maatschappelijke behoeften mee te vervullen.

Eén van de verbeterdoelen van de Omgevingswet (Ow) is ook snellere dienstverlening en snellere bestuurlijke besluitvorming. Ook in de procedure voor het wijziging van het omgevingsplan is een mogelijkheid opgenomen de besluitvorming te versnellen, namelijk het delegatiebesluit.

Onder de Ow kan de raad ervoor kiezen om taken te delegeren. Zo biedt de Ow de mogelijkheid om het vaststellen van delen van het omgevingsplan te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college). Het delegeren kan praktische redenen hebben. Bijvoorbeeld ten gunste van een vlottere procedure en sneller duidelijkheid voor de omgeving of om te voorkomen dat er zaken dubbel worden gedaan. Het college vergadert namelijk een stuk vaker dan de raad. De raad behoudt uiteraard de kaderstellende en controlerende taak.

Deze nieuwe delegatiemogelijkheid is mede in plaats gekomen van de mogelijkheid om de bevoegdheid om een bestemmingsplan uit te werken of te wijzigen over te dragen aan het college.

Het instrument van een uitwerkingsplicht werd binnen de gemeente Groningen vaak gebruikt in ontwikkelgebieden. Bijvoorbeeld in Meerstad is in het verleden een bestemmingsplan voor Meerstad-West door de raad vastgesteld waarin de kaders voor de ontwikkeling in zijn geheel werden vastgelegd. Het gebied werd voorzien van een uit te werken bestemming. Het college moest binnen die kaders het plan uitwerken via uitwerkingsplannen. Voor elk concreet deelgebied werd op die manier een uitwerkingsplan in procedure gebracht en door het college vastgesteld.

Onder de Ow kan het college het omgevingsplanplan wijzigen als zij hiertoe via een delegatiebesluit van de raad bevoegd is.

Reikwijdte van het delegatiebesluit

Het in de Ow genoemde delegatiebesluit vormt een afzonderlijk besluit. Het maakt geen deel uit van het omgevingsplan en kan op elk moment worden genomen. Het bepaalt binnen welke grenzen en onder welke voorwaarden de bevoegdheid kan of moet worden uitgeoefend en, voor zover nodig, binnen welke termijn. Het is dus aan de gemeenteraad om te bepalen of en zo ja, op welke wijze, toepassing aan deze bevoegdheid wordt gegeven. Daarbij beschikt de raad over de bevoegdheid om beleidsregels vast te stellen over de gedelegeerde bevoegdheid.

De Ow maakt het niet mogelijk om de bevoegdheid tot het vaststellen van het omgevingsplan volledig over te dragen, dus niet voor het hele grondgebied. De Ow definieert echter niet wat onder ‘delen’ moet wordt verstaan. Maar het maakt wel duidelijk dat die bevoegdheid slechts gedeeltelijk mag worden overgedragen. Dit kan voor een bepaald gebied of een bepaald onderwerp.

Participatie en rechtsbescherming

De wijziging van het omgevingsplan door het college op grond van een delegatiebesluit moet aan dezelfde eisen voldoen als een door de gemeenteraad aangebrachte wijziging van het omgevingsplan.

Zo geldt voor elk wijzigingsbesluit de uniforme openbare voorbereidingsprocedure; de ontwerp-wijziging wordt gedurende zes weken ter inzage gelegd om iedereen de gelegenheid te bieden zienswijzen in te dienen.

De Ow verplicht verder om bij elke wijziging van het omgevingsplan goed na te denken en aan te geven wat er aan participatie is gedaan en wat de resultaten ervan zijn. Dit geldt ook voor de wijzigingsbesluiten waarvoor het college bevoegd is met vaststelling van het delegatiebesluit.

Als een deel van het omgevingsplan Groningen op grond van het delegatiebesluit wordt gewijzigd, kan daartegen op dezelfde manier worden opgekomen als tegen de vaststelling van het omgevingsplan door de raad zelf. Dit betekent dat er beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De rechtsbescherming is gelijk aan de wijziging van het omgevingsplan die door de raad wordt vastgesteld.

Het is niet mogelijk om tegen het delegatiebesluit zelf bezwaar en/of beroep in te stellen.

Wat mag er geregeld worden in een delegatiebesluit?

In de memorie van toelichting van de Ow heeft de wetgever een aantal voorbeelden van delegatie beschreven:

• De raad kan in zijn omgevingsvisie een transformatiegebied aanwijzen en het college bij delegatiebesluit opdragen om het omgevingsplan zo te wijzigen dat de transformatie op grond van het omgevingsplan is toegestaan. Ook kan de raad het college opdragen om afwijkingsbesluiten (zgn. omgevingsvergunning met buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA)) te nemen en het omgevingsplan daarmee in overeenstemming te brengen. Een delegatiebesluit kan deze mogelijkheden ook allebei toestaan.

• De raad kan het aanpassen van een omgevingsplan als gevolg van de aanwijzing van een beschermd stadsgezicht delegeren aan het college, ook in algemene zin.

• De raad kan aan bepaalde locaties functies toekennen waarbij de bouw- en gebruiksregels in delegatie door het college in het omgevingsplan worden gegeven.

• De gemeenteraad kan bij delegatiebesluit bepalen dat het college het omgevingsplan op een bepaalde wijze wijzigt, zodra een bepaald perceel minnelijk is verworven.

Het delegatiebesluit is geen statisch document en kan waar nodig aangevuld en gewijzigd worden. Dit kan zelfs op programma- of projectniveau. Het biedt de mogelijkheid dat de gemeenteraad globaal de visie en kaders voor een gebied vaststelt, waarbij het college gedetailleerd maatwerk mogelijk maakt.

De gemeenteraad het delegatiebesluit op elk moment intrekken of aanpassen.

Procedure delegatiebesluit

Voor een delegatiebesluit geldt de korte procedure van de Awb. Dit betekent dat er geen ontwerp-delegatiebesluit ter inzage hoeft te worden gelegd. Ook is er geen bezwaar en beroep mogelijk tegen een delegatiebesluit.

Het delegatiebesluit moet wel kenbaar worden gemaakt in het elektronisch Gemeenteblad.

Voorstel delegatie voor concrete uitwerking op deelplanniveau voor Stadshavens

Zoals eerder aangegeven is snellere dienstverlening een belangrijk doel van de Ow. Voor Stadshavens heeft u op 15 mei 2024 met de vaststelling van de wijziging van het omgevingsplan voor Stadshavens het stedenbouwkundige en programmatisch kader voor de ontwikkeling vastgelegd. Hiermee ligt onder meer het maximaal aantal woningen voor de hele ontwikkeling vast, de parkeernormen, bandbreedtes voor de hoogte van de bebouwing, etc. Met dit ‘grote’ plan wordt invulling gegeven aan de eisen die het Rijk en de provincie Groningen stellen aan het omgevingsplan (via instructieregels) en de eisen vanuit de Omgevingswet. Voor Stadshavens ligt het omgevingsplan op dat moment klaar, alleen voor de uitwerking op deelplanniveau is nog een wijziging nodig om de ontwikkeling van het betreffende deelgebied ook daadwerkelijk mogelijk te maken en concreet in te vullen.

Voor de concrete uitwerking op deelplanniveau wordt met de vaststelling van dit delegatiebesluit de bevoegdheid om het omgevingsplan te wijzigen bij het college neergelegd. Deze concrete deelplanuitwerking bevat dan onder meer de concrete positionering en bouwhoogte van de woningen en commerciële en maatschappelijke voorzieningen, inclusief bijbehorende regels voor beeldkwaliteit. Hiermee sluiten we aan bij de bevoegdheden zoals we die in de voorheen geldende praktijk – vóór invoering van de Omgevingswet – kenden (met ‘moederplan’ en uitwerkingsplannen).

Overige afspraken delegatiebesluit

Voorafgaande aan de terinzagelegging van de ontwerpwijziging van het omgevingsplan voor een uitwerking van een deelplan van Stadshavens informeren wij u schriftelijk. Ook wordt u schriftelijk geïnformeerd over de definitieve vaststelling van het wijzigingsbesluit. Op basis van deze schriftelijke informatie kunt u altijd een voorstel indienen voor een meningsvormende sessie met uw raad.

Evaluatie na 2 jaar

Verder wordt binnen een termijn van 2 jaar na vaststelling van het delegatiebesluit voor Stadshavens de toepassing ervan geëvalueerd.