Verordening fysieke leefomgeving gemeente Gorinchem kabels en leidingen

De Raad van de gemeente Gorinchem, gezien het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders van 13 februari 2024.

 

BESLUIT:

 

Vast te stellen;

 

Verordening fysieke leefomgeving Gemeente Gorinchem, hoofdstuk kabels en leidingen

 

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze Verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    College: College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Gorinchem;

  • b)

    Niet-openbare kabels: kabels, zoals genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet ten dienste van een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk;

  • c)

    Leidingen: ondergrondse kabels of buizen, gelegen in, op of boven de grond, met uizondering van bovengrondse hoogspanningskabels of in infrastructurele voorzieningen, met alle daarbij behorende voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten, afsluiters, brandkranen, kasten, etc., die dienen of kunnen dienen tot transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen dan wel van energie of informatie;

  • d)

    Openbare gronden: openbare gronden, als genoemd in hoofdstuk 1 Verordening Fysieke Leefomgeving 2021 gemeente Gorinchem;

  • e)

    Openbare ruimte: alle publiek openbare en toegankelijke - zij het mogelijk met restrictie - plaatsen binnen de gemeente Gorinchem;

  • f)

    Netwerkbeheerder: beheerder van een niet-openbaar elektronisch communicatienetwerk of een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen, onder wiens verantwoordelijkheid een kabel of leiding wordt aangelegd, beheerd of geëxploiteerd, waaronder tevens wordt begrepen degene die een vergunning voor het aanleggen van een kabel of leiding heeft aangevraagd;

  • g)

    Aanvrager: Netwerkbeheerder, als genoemd in artikel 1, onder k, van de Verordening;

  • h)

    Vergunning: besluit van het College op een aanvraag op basis van deze Verordening, met een vergunning op basis van deze Verordening wordt gelijkgesteld een vergunning verleend op basis van artikel 6.1.6 van de Verordening Fysieke Leefomgeving;

  • i)

    Aansluiting: het gedeelte van de kabel of leiding door openbare grond dat een een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen verbindt met een netwerkaansluitpunt;

  • j)

    Netwerkaansluitpunt: het geheel van verbindingen, met hun technische toegangsspecificaties, die deel uitmaken van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen, en nodig zijn om toegang te verkrijgen tot deze netwerken;

  • k)

    Werkzaamheden: werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen in en op openbare gronden en daarnaast alle werkzaamheden die de gemeente uit hoofde van haar functie als beheerder van openbare grond in het kader van kabels en leidingen dient uit te voeren;

  • l)

    Werken: een constructie, of werkzaamheden, niet zijnde een gebouw, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

  • m)

    Infrastructurele voorziening: voor de geleiding van een leiding specifiek aangebrachte constructie, waaronder in ieder geval wordt verstaan leidingentunnels en leidingenviaducten, en in infrastructuur aanwezige constructies waar ook leidingen in, op of aan kunnen worden bevestigd;

  • n)

    Ondergrondse obstakels: bodemverontreiniging, materialen, objecten en stoffen die nadelige beïnvloeding van de staat van de aan te leggen of gelegde kabel of leiding tot gevolg hebben of kunnen hebben;

  • o)

    Nutsvoorzieningen: voorzieningen van openbaar nut ten behoeve van de levering en afvoer van bijvoorbeeld energie, water en warmte;

  • p)

    Verordening: Verordening fysieke leefomgeving van gemeente Gorinchem;

  • q)

    Nadeelcompensatieregeling: Nadeelcompensatieregeling van de gemeente Gorinchem.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1.

    Deze Verordening is van toepassing op het aanleggen, houden, onderhouden, exploiteren en verwijderen van kabels en leidingen in de openbare ruimte en in of op infrastructurele voorzieningen.

  • 2.

    Deze Verordening is niet van toepassing op kabels, bedoeld in de Telecommunicatiewet en op leidingen, die onderdeel zijn van een inrichting als bedoeld in de Wet milieubeheer of deel uitmaken van drukapparatuur als bedoeld in het Warenwetbesluit drukapparatuur.

Artikel 3 Handboek

Het College kan ter uitvoering van deze Verordening nadere regels vaststellen.

DE VERGUNNING

Artikel 4 Vergunningenstelsel

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning kabels of leidingen in of op openbare gronden aan te leggen of te houden, te onderhouden, te exploiteren of te verwijderen.

  • 2.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning bestaande kabels of leidingen te wijzigen, te verplaatsen of een andere functie te geven dan die in de vergunning is omschreven.

Artikel 5 Vergunningsprocedure

  • 1.

    Een vergunning wordt door het College op aanvraag aan de Netwerkbeheerder verleend, mits wordt voldaan aan het bepaalde bij of krachtens deze Verordening.

  • 2.

    Voor de aanvraag dient gebruik te worden gemaakt van een daartoe door het College vastgesteld (digitaal) formulier.

  • 3.

    Bij de aanvraag verstrekt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens:

    • a)

      Naam, e-mail, adres en telefoonnummer van degene die de kabel of leiding in eigendom heeft, degene die de kabel of leiding beheert en degene die de kabel of leiding exploiteert;

    • b)

      Een opgave van de soort kabel of leiding en het beoogde gebruik;

    • c)

      Een uitvoeringsplan met daarin opgenomen:

      • -

        Een opgave van het gewenste tracé;

      • -

        Een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden geplaatst, alsmede de situering daarvan;

      • -

        Een omschrijving van eventuele opbrekingen;

      • -

        De doorsnede van de kabel of leiding en kabel- of leidinggoot;

      • -

        De lengte en breedte van de kabel- of leidingsleuf;

      • -

        De maatregelen voor de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige kabels en leidingen;

      • -

        Het voorgenomen tijdstip van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

      • -

        Naam, e-mail, adres en telefoonnummer van de aannemer(s) of onderaannemer(s) die belast zijn met de werkzaamheden en van een contactpersoon ten tijde van de uitvoering van de werkzaamheden.

  • 4.

    De werkzaamheden dienen minimaal 10 werkdagen voor de uitvoering digitaal te worden gemeld via een centraal meldpunt.

  • 5.

    Bij spoedeisende omstandigheden, waarvoor uitstel van de werkzaamheden niet mogelijk is of buiten de normale werktijden plaatsvindt, geschiedt de melding digitaal, bij het College achteraf, binnen 48 uur na aanvang van de werkzaamheden, met voornoemd formulier.

  • 6.

    Het College kan nadere regels stellen inzake de gegevens die bij de aanvraag moeten worden verstrekt.

Artikel 6 Karakter van de vergunning

  • 1.

    Een voor een kabel of leiding verleende vergunning geldt voor deze kabel of leiding. De netwerkbeheerder draagt er zorg voor dat de aan de vergunning verbonden voorschriften worden nageleefd.

  • 2.

    Indien de kabel of leiding ten aanzien waarvan een vergunning is verleend wordt overgedragen, de netwerkbeheerder in een andere rechtsvorm wordt omgezet, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert, of indien de kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een niet openbaar elektronisch communicatienetwerk of van een netwerk ten behoeve van nutsvoorzieningen in of op openbare gronden, melden de oude en de nieuwe netwerkbeheerder, respectievelijk meldt de nieuwe rechtspersoon, dit onverwijld schriftelijk aan het College.

  • 3.

    Indien de kabel of leiding wordt overgedragen aan een nieuwe netwerkbeheerder gaan de rechten en plichten die betrekking hebben op de kabel of leiding van de oude netwerkbeheerder over op de nieuwe netwerkbeheerder.

  • 4.

    In afwijking van het eerste, tweede en derde lid kan het College in de vergunning bepalen dat de vergunning slechts geldt voor de netwerkbeheerder.

  • 5.

    Een krachtens deze Verordening verleende vergunning geldt, voor zover van toepassing, tevens als een vergunning op grond van de Verordening Fysieke Leefomgeving 2021 van de gemeente Gorinchem, met betrekking tot het beschadigen van een weg, het aanbrengen/hebben van voorwerpen op, aan, in, over of boven een weg respectievelijk het uitvoeren van werkzaamheden aan straatkolken en dergelijke.

Artikel 7 Termijnen

  • 1.

    Het College beslist binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    De termijn bedoeld in het eerste lid kan met acht weken worden verlengd. Betreft het een aanvraag waarbij meerdere gedoogplichtigen zijn betrokken, dan kan deze termijn met twaalf weken worden verlengd.

  • 3.

    Indien van de bevoegdheid tot verlenging gebruik wordt gemaakt, doet het College daarvan voor afloop van de termijnen zoals genoemd in het eerste lid, een schriftelijke bevestiging met motivering toekomen aan de aanvrager.

  • 4.

    Bij werkzaamheden waarbij meerdere gedoogplichtigen betrokken zijn, dient de aanvrager een vooroverleg te organiseren waarvoor alle betrokkenen worden uitgenodigd. Het College wordt binnen 10 werkdagen schriftelijk in kennis gesteld van de afspraken gemaakt in dit overleg.

  • 5.

    De aanvrager dient omwonenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden minimaal tien werkdagen voor de start van de werkzaamheden schriftelijk te informeren over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

  • 6.

    Het College houdt een beslissing op de aanvraag voor een kabel- of leidingvergunning aan, indien er geen grond is om de vergunning te weigeren en voor de aanleg, verplaatsing of verwijdering van de kabel of leiding tevens een omgevingsvergunning of een vergunning op grond van de Verordening Fysieke Leefomgeving Verordening vereist is, tenzij:

    • a.

      de betreffende vergunning is afgegeven en zes weken zijn verstreken waarbinnen geen bezwaar is aangetekend; dan wel

    • b.

      een verzoek om een voorlopige voorziening is ingediend en op dat verzoek is beslist.

  • 7.

    De vergunning wordt in ieder geval niet verleend indien niet wordt voldaan aan het bepaalde bij of krachtens deze Verordening.

Artikel 8 Voorschiften

  • 1.

    Het College kan aan de vergunningvoorschriften en beperkingen verbinden onder andere in het belang van:

    • a)

      De bescherming van de openbare orde;

    • b)

      De bescherming van de bodem;

    • c)

      Het waarborgen van de veiligheid van burgers;

    • d)

      Het voorkomen of beperken van gevaar, schade of overlast/hinder;

    • e)

      Het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden;

    • f)

      Het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare gronden;

    • g)

      De bescherming van het uiterlijk ten aanzien van de omgeving;

    • h)

      Archeologische bevindingen;

    • i)

      De bescherming van groenvoorzieningen;

    • j)

      De verkeersveiligheid en/of een goede doorstroming van het verkeer;

    • k)

      Evenementen;

  • 2.

    Daarnaast kan het College aan de vergunningvoorschriften en beperkingen verbinden in verband met de navolgende omstandigheden:

    • a)

      Het verschaffen van nadere informatie;

    • b)

      De afstemming met andere werken;

    • c)

      De verzekering van de toestand waarin het tracé na voltooiing van het werk moet worden opgeleverd;

    • d)

      De bepaling van het tijdstip waarop de feitelijke werkzaamheden aan de kabel of leiding mogen of moeten beginnen;

    • e)

      De vaststelling van het in te dienen werkplan en de termijn waarbinnen het plan moet zijn ingediend;

    • f)

      Het tijdschema voor de aanleg, wijziging of verwijdering van de kabel of leiding;

    • g)

      De voorwaarden waaronder afwijking van het werkplan of het tijdschema is toegestaan;

    • h)

      Het tracé waar de kabel of leiding moet worden gelegd en gehouden.

  • 3.

    Het College kan aan de vergunning nadere regels stellen en daaraan voorschriften en beperkingen verbinden omtrent de plaats en de wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming van kabels of leidingen, het bevorderen van medegebruik van voorzieningen, een zekerheidsstelling verbinden voor de nakoming van verplichtingen en het afstemmen van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken, alsook over de afmetingen van toebehoren, behorende bij een netwerk.

Artikel 9 Geldigheidsduur, intrekkings- en wijzigingsgronden

  • 1.

    Het College kan met het oog op de belangen bedoeld in het eerste lid van artikel 8 een verleende vergunning wijzigen.

  • 2.

    Daarnaast kan het College een verleende vergunning wijzigen of intrekken, indien:

    • a)

      De netwerkbeheerder niet binnen zes maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning de werkzaamheden als omschreven in het besluit is begonnen;

    • b)

      De netwerkbeheerder de exploitatie en het onderhoud van de kabel of leiding gedurende een aaneengesloten periode van ten minste zes maanden staakt, dan wel de kabel of leiding anderszins gedurende een periode van ten minste zes maanden niet in gebruik is en niet onderhouden is;

    • c)

      Blijkt dat de vergunning op basis van onjuiste of onvolledige gegevens is verleend;

    • d)

      De vergunning in strijd met enig wettelijk voorschrift is afgegeven;

    • e)

      De netwerkbeheerder het bepaalde bij of krachtens deze Verordening of de voorschriften niet naleeft;

    • f)

      Na het nemen van de vergunning naar het oordeel van het College gegronde aanleiding bestaat te veronderstellen dat het van kracht blijven van de vergunning onaanvaardbare schadelijke gevolgen heeft voor mens, natuur of milieu en hieraan door het stellen van nadere voorschriften en beperkingen aan de het besluit niet kan worden tegemoetgekomen;

    • g)

      Dit noodzakelijk is vanwege de uitvoering van werken.

Artikel 10 Intrekken vergunning

  • 1.

    Het College trekt de vergunning in indien de netwerkbeheerder schriftelijk aan het College verklaart van de vergunning geen gebruik meer te willen maken.

  • 2.

    Degene die een schriftelijke verklaring als bedoeld in het eerste lid afgeeft, wordt gedurende de tijd dat de kabel of leiding na opzegging in de openbare ruimte aanwezig is, beschouwd als netwerkbeheerder, tenzij de kabel of leiding is overgedragen of wordt geëxploiteerd of beheerd door een andere persoon, in welk geval laatstgenoemde persoon als netwerkbeheerder wordt beschouwd.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid wordt in geval van een persoonsgebonden vergunning als bedoeld in artikel 6 lid 4, de vergunninghouder als netwerkbeheerder beschouwd tot het moment dat hij schriftelijk aan het College verklaart van de vergunning geen gebruik meer te willen maken en de exploitatie van de kabel of leiding staakt.

DE AANLEG

Artikel 11 Indienen documenten, termijn voltooiing

  • 1.

    Het College kan de netwerkbeheerder verplichten binnen een door het College vast te stellen termijn na verlening van de vergunning en voor de beoogde aanvang van de feitelijke werkzaamheden voor de aanleg, wijziging of verwijdering van de kabel of leiding bij het College documenten in te dienen.

  • 2.

    De netwerkbeheerder voltooit de werkzaamheden met betrekking tot de aanleg, wijziging of verwijdering binnen zes maanden na aanvang van de werkzaamheden, tenzij in de vergunning anders is bepaald.

Artikel 12 Schaderegeling ingravingen

  • 1.

    De netwerkbeheerder draagt er zorg voor dat het kabel- of leidingtracé na afloop van het werk in de oorspronkelijke, dan wel in de vergunning omschreven staat wordt opgeleverd.

  • 2.

    Indien door de netwerkbeheerder werkzaamheden aan kabels of leidingen in de openbare ruimte worden uitgevoerd, brengt het College de kosten voor herstel, beheer, onderhoud en degeneratie van die openbare ruimte die het rechtstreekse gevolg zijn van de uitgevoerde werkzaamheden bij de netwerkbeheerder in rekening.

Artikel 13 Ondergrondse obstakels

  • 1.

    Indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden ondergrondse obstakels worden aangetroffen, meldt de netwerkbeheerder dit onverwijld aan het College.

  • 2.

    Het College kan bij gebleken ondergrondse obstakels in of nabij het tracé van de kabel of leiding aan de netwerkbeheerder maatregelen opdragen ter bescherming van de belangen waartoe deze Verordening strekt en opschorting van de werkzaamheden gelasten. De kosten van de te nemen maatregelen komen ten laste van de vergunninghouder.

  • 3.

    De in het tweede lid bedoelde opschorting wordt pas gelast, indien:

    • a.

      is gebleken dat geen uitvoering is gegeven aan de door het College aan de netwerkbeheerder opgedragen maatregelen; of

    • b.

      naar het oordeel van het College maatregelen als bedoeld onder a. niet mogelijk zijn.

Artikel 14 Stilleggen werkzaamheden

Het College is bevoegd de werkzaamheden stil te leggen, indien er wordt gewerkt:

  • a.

    zonder voorafgaande aanvraag, als bedoeld in artikel 5, 1e lid van deze Verordening;

  • b.

    in afwijking van de vergunning;

Artikel 15 Revisie

Het College kan de netwerkbeheerder verplichten na de voltooiing van het werk tekeningen, waaruit de feitelijke situatie na de uitvoering van de werkzaamheden blijkt, kosteloos aan het College ter beschikking te stellen.

NADEELCOMPENSATIE

Artikel 16 Nadeelcompensatieregeling

Indien blijkt dat een netwerkbeheerder als gevolg van een besluit van het College, inhoudende een intrekking of wijziging van een vergunning, schade lijdt of zal lijden die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale bedrijfsrisico kan worden gerekend en waarvan een vergoeding niet of niet voldoende is verzekerd, kent het College op verzoek aan hem een vergoeding toe, op basis van de Nadeelcompensatieregeling van de gemeente Gorinchem.

VERONTREINIGING, GEVAAR EN HINDER

Artikel 17 Verontreiniging, gevaar en hinder

De netwerkbeheerder is verplicht verontreiniging, gevaar of hinder, dan wel storingen waarbij verontreiniging, gevaar of hinder kunnen optreden, onmiddellijk te melden aan het College.

VERWIJDEREN VAN KABELS OF LEIDINGEN

Artikel 18 Verwijderen kabels en leidingen

  • 1.

    De netwerkbeheerder is verplicht na het verlopen, opzeggen of geheel of gedeeltelijke intrekken van de vergunning de kabel of leiding binnen een door het College te bepalen termijn te verwijderen.

  • 2.

    De artikelen 4, 11, 12, 13 en 15 zijn van overeenkomstige toepassing op de verwijderingen, bedoeld in het eerste lid.

TOEZICHT OP DE NALEVING

Artikel 19 Overtreding

Overtreding van de bij of krachtens deze Verordening gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie zoals vastgelegd in het Wetboek van Strafrecht en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 20 Handhaving

  • 1.

    Indien de houder van een vergunning zich niet houdt aan de voorschriften uit de vergunning, dan kan het College een vergunning intrekken en de openbare grond in oorspronkelijke toestand brengen voor rekening van houder van de vergunning.

  • 2.

    Indien er in de vergunning data voor de start van de werkzaamheden zijn opgenomen, en de werkzaamheden niet op die data worden gestart respectievelijk uitgevoerd vervalt de vergunning, tenzij aantoonbaar sprake is van overmacht, zulks ter beoordeling van de gemeente.

Artikel 21 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze Verordening zijn belast de bij besluit van het College aan te wijzen personen.

OVERIGE EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 22 Overgangsregeling

  • 1.

    Voor kabels en leidingen die op de datum van inwerkingtreding van deze Verordening aanwezig en in gebruik zijn, geldt de schriftelijke toestemming dan wel vergunning op grond waarvan zij gelegd zijn als een vergunning krachtens deze Verordening, zulks met terzijdestelling van de voorschriften die verbonden zijn aan de reeds verleende schriftelijke toestemming dan wel vergunning.

  • 2.

    Indien het College van oordeel is dat een schriftelijke toestemming dan wel reeds verleende vergunning als bedoeld in het eerste lid niet voldoet aan de voorschriften bij of krachtens deze Verordening, kan het College de netwerkbeheerder een termijn stellen waarbinnen de netwerkbeheerder het College nadere informatie over de kabel of leiding dient te verschaffen of een aanvraag voor een vergunning moet indienen, bij gebreke waarvan de schriftelijke toestemming bij een door het College te bepalen tijdstip komt te vervallen.

Artikel 23 Inwerkingtreding

Conform art. 142 van de Gemeentewet treedt deze Verordening in werking 8 dagen na publicatie, op welke datum tevens de AVOI 2016 komt te vervallen.

Artikel 24 Inwerkingtredeing en citeertitel

Deze Verordening wordt aangehaald als: ["Verordening Fysieke leefomgeving, hoofdstuk kabels en leidingen gemeente Gorinchem 2024”].

Aldus vastgesteld door de Raad van de gemeente in de openbare vergadering van 29 februari 2024.

De voorzitter,

De raadsgriffier,

Naar boven