Rectificatie: Vaststellen hogere waarden Stationsgebied, Hoorn

 

 

(Deze publicatie betreft een rectificatie omdat het besluit en de bijbehorende stukken niet digitaal raadpleegbaar waren. De oorspronkelijke publicatie is op 11 januari 2024 bekendgemaakt, beschikbaar via Gemeenteblad 2024, 18850)

 

Burgemeester en wethouders van Hoorn hebben op grond van artikel 110a van de Wet geluidhinder op 31 oktober 2023 besloten om, in het kader van het bestemmingsplan Stationsgebied, hogere waarden voor geluid vast te stellen vanwege wegverkeer op het Dampten, het Stationsplein, de Spoorsingel, het Keern, de Van Dedemstraat, de Noorderstraat, de Provincialeweg en voor het railverkeer op het spoor naar station Hoorn.

 

Alle wegen (met uitzondering van de 30 km/uur wegen en hoofdspoorwegen) zijn, op basis van de Wet geluidhinder, voorzien van een geluidzone. Nieuwe geluidgevoelige bestemmingen, zoals woningen, die binnen een dergelijke zone langs een weg of spoorweg zijn gelegen, moeten op een zodanige afstand hiervan te zijn gelegen dat de geluidbelasting niet te hoog wordt en voldoet aan de zogenaamde ‘voorkeursgrenswaarde’ die de Wet geluidhinder stelt.

 

Akoestisch onderzoek

- Wegverkeer

Uit het akoestisch onderzoek dat is uitgevoerd, blijkt dat op de gevel van geluidgevoelige bestemmingen als gevolg van het verkeer op het Dampten, het Stationsplein, de Spoorsingel, het Keern, de Van Dedemstraat, de Noorderstraat en de Provincialeweg een hogere geluidbelasting optreedt, dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB voor wegverkeerslawaai.

 

De geluidbelastingen bedragen ten hoogste respectievelijk 51, 62, 63, 61, 60, 55 en 55 dB en zijn daarmee lager dan de in de Wet geluidhinder aangegeven maximale ontheffingswaarde met betrekking tot wegverkeer.

 

- Spoorwegverkeer

Uit het onderzoek blijkt ook dat op de gevel van geluidgevoelige bestemmingen een hogere geluidbelasting optreedt dan de voorkeursgrenswaarde van 55 dB voor spoorweglawaai als gevolg van het railverkeer op het spoor naar station Hoorn.

 

De geluidbelasting vanwege het spoor bedraagt ten hoogste 68 dB en is daarmee lager dan in de Wet geluidhinder aangegeven maximale ontheffingswaarde met betrekking tot railverkeer.

 

Ter inzage

Het besluit en de bijbehorende stukken liggen ter inzage vanaf 19 januari 2024 tot het einde van de beroepstermijn ter inzage op de volgende locaties:

- de tijdelijke locatie van de publieksbalie van het stadhuis in het pand van de Rabobank: Nieuwe Steen 29 te Hoorn;

- op www.ruimtelijkeplannen.nl onder planid: NL.IMRO.0405.BPStationsgebied-va01;

- op https://omgevingswet.overheid.nl/ (onder regels op de kaart) onder planid: NL.IMRO.0405.BPStationsgebied-va01.

 

Beroep

Binnen zes weken na de dag waarop het besluit ter inzage is gelegd kan, door een belanghebbende, tegen het besluit beroep worden ingediend bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Een beroepschrift dient te worden gestuurd aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag.

 

Voorlopige voorziening

Het besluit treedt in werking na het verstrijken van de beroepstermijn. Een ingesteld beroep schorst de inwerkingtreding van het besluit niet. Wel is het gedurende de beroepstermijn mogelijk om in spoedeisende gevallen de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak schriftelijk te verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen tegen het besluit. Indien een dergelijk verzoek is gedaan, wordt de inwerkingtreding van het besluit opgeschort totdat op het verzoek is beslist. Het verzoek om voorlopige voorziening moet ook worden gestuurd naar eerder genoemd adres.

 

Een beroepschrift en/of verzoek om voorlopige voorziening kan ook digitaal worden ingediend. Dit kan via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Hiervoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD).

Voor het indienen van een beroepschrift en/of verzoek om voorlopige voorziening zijn griffierechten verschuldigd.

Naar boven