Besluit van burgemeester en wethouders van Eindhoven tot vaststelling van de Subsidieregeling Landelijke Vreemdelingen Voorziening

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven maakt bekend, dat het in de vergadering van 2 juli 2024 heeft besloten

  • Gelet op de ASV Eindhoven;

  • Gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

vast te stellen de Subsidieregeling Landelijke Vreemdelingen Voorziening.

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • In aanvulling op de ASV Eindhoven wordt in deze subsidieregeling verstaan onder:

  • Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV): een samenwerkingsverband tussen gemeenten en het Rijk om intensief samen te gaan werken om een landelijk netwerk van begeleidings- en opvangvoorzieningen te realiseren voor migranten zonder recht op verblijf of rijksopvang;

  • ongedocumenteerde: vreemdeling zonder recht op verblijf en rijksopvang;

  • intake: oriënterend gesprek met de ongedocumenteerde;

  • screening: onderzoeken of de ongedocumenteerde in aanmerking komt voor de LVV;

  • casemanagement: zorg dragen voor de individuele begeleiding en activering van de

    ongedocumenteerden bij het realiseren van een duurzame oplossing;

  • samenwerking: samenwerking met andere partijen betrokken bij de LVV;

  • juridische begeleiding: begeleiding gericht op verblijfsmogelijkheden in Nederland;

  • toekomstoriëntatie: begeleiding (individueel of groepsgewijs) waarin de ongedocumenteerde zich oriënteert op verschillende opties: een perspectief (in de illegaliteit) in Nederland, in het land van herkomst of in een derde land;

  • terugkeerbegeleiding: begeleiding gericht op terugkeer naar het land van herkomst;

  • activering: het doen van vrijwilligerswerk of stage of het volgen van een opleiding;

  • maatschappelijke begeleiding: begeleiding gericht op activering en/of sociale aspecten;

  • perspectiefplan: een plan waarin het persoonlijk perspectief en de activiteiten en doelen staan beschreven waar de ongedocumenteerde aan gaat werken om dat perspectief te realiseren en op welke termijn er verwacht wordt het perspectief te bereiken en op welke termijn er tussentijdse evaluatiemomenten worden ingepland. Deze evaluatie zal ten minste iedere zes maanden plaatsvinden;

  • casusoverleg of Lokaal Samenwerkingsoverleg (LSO): Een overlegstructuur waarin professionals van verschillende bij de LVV betrokken organisaties deelnemers van de LVV bespreken om tot een perspectiefbepaling te komen.

  •  

 

Artikel 2 Doel

Met deze subsidieregeling wordt beoogd een duurzaam perspectief te creëren voor de ongedocumenteerden ter uitvoering van het convenant Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV).

 

Artikel 3 Subsidieaanvrager

Voor subsidie komen rechtspersonen in aanmerking.

 

Artikel 4 De te subsidiëren activiteiten

  • 1.

    Een eenmalige subsidie wordt verleend voor activiteiten voor de LVV op het terrein van:

a. Intake, screening en casemanagement; of

b. Juridische begeleiding; of

c. Toekomstoriëntatie en terugkeerbegeleiding; of

d. Activering en maatschappelijke begeleiding; of

e. Samenwerking.

 

2. Onder intake screening en casemanagement worden activiteiten verstaan gericht op instroom, uitstroom en afwijzen van ongedocumenteerden voor de LVV en het opstellen van een perspectiefplan dat gericht is op een duurzaam perspectief:

  • a.

    realiseren van extra instroom in de LVV tot 130 deelnemers;

  • b.

    beoordelen of de ongedocumenteerde regiobinding heeft met centrumgemeente Eindhoven;

  • c.

    informeren van de ongedocumenteerde over het doel van de LVV, werken aan perspectief en de opties die er zijn: legalisatie, terugkeer en doormigratie;

  • d.

    verzamelen van informatie om de situatie van de ongedocumenteerde in kaart te brengen;

  • e.

    beoordelen of de ongedocumenteerde tijdens de intake en screening en daarna opvang nodig heeft) en het organiseren hiervan inclusief uitbetalen van leefgeld;

  • f.

    beoordelen of de ongedocumenteerde psychische hulp nodig heeft en zorgen voor stabilisatie, zodat aan LVV begeleiding kan worden deelgenomen;

  • g.

    systematisch vastleggen van gegevens en informatie van ongedocumenteerde;

  • h.

    samen met de ongedocumenteerde opstellen van het perspectiefplan;

  • i.

    bewaken van het behalen van gestelde doelen en termijnen zoals genoemd in het perspectiefplan en het motiveren van de ongedocumenteerde om te (blijven) werken aan het perspectief;

  • j.

    samen met de ongedocumenteerde actueel houden van het perspectiefplan;

  • k.

    de ongedocumenteerde informeren over beëindiging van opvang en begeleiding.

 

3. Onder juridische begeleiding worden activiteiten verstaan gericht op het onderzoeken van de juridische mogelijkheden van de ongedocumenteerde, in nauwe samenwerking met de IND, om te bepalen of er wel of geen juridisch perspectief is:

  • a.

    onderzoeken van het juridisch perspectief van de ongedocumenteerde binnen een redelijke periode (maximaal 4 weken);

  • b.

    vormen van een oordeel over het juridisch perspectief van de ongedocumenteerde en vastlegging hiervan in het perspectiefplan;

    • i.

      bij juridisch perspectief: het bepalen van het traject van juridische begeleiding en vastlegging in het perspectiefplan. En het begeleiden van het traject juridische begeleiding, zoals beschreven in het perspectiefplan;

    • ii.

      bij geen juridisch perspectief: het traject van juridische begeleiding beëindigen in overleg met de ongedocumenteerde en casemanager. En het voeren van een overdrachtsgesprek met de ongedocumenteerde en de begeleider van de organisatie die het traject overneemt (toekomstoriëntatie/terugkeer);

  • c.

    systematisch vastleggen van gegevens en informatie van de ongedocumenteerde;

  • d.

    zorgvuldige dossiervorming, waarbij nauw contact is met andere organisaties die juridische informatie over de ongedocumenteerde hebben (bijv. IND).

 

4. Onder toekomstoriëntatie en terugkeerbegeleiding worden activiteiten verstaan gericht op toekomstoriëntatie en het onderzoeken van de terugkeermogelijkheden van de ongedocumenteerde in nauwe samenwerking met DT&V:

  • a.

    houden van toekomstoriëntatie gesprekken en organiseren van bijbehorende activiteiten en vastlegging hiervan in het perspectiefplan;

  • b.

    vormen van een oordeel over het terugkeer perspectief van de ongedocumenteerde en vastlegging hiervan in het perspectiefplan;

  • c.

    zorgen voor heldere communicatie naar de ongedocumenteerde over de mogelijkheden en de stappen die worden gezet;

  • d.

    organiseren van een aanbod dat bijdraagt aan de zelfredzaamheid van de ongedocumenteerde;

  • e.

    leveren van rapportage aan de casemanager ten behoeve van de evaluatie.

 

5. Onder activering en maatschappelijke begeleiding worden activiteiten verstaan die bijdragen aan de individuele doelen van de ongedocumenteerde zoals beschreven in het perspectiefplan, waarbij in ieder geval aandacht is voor persoonlijke ontwikkeling en zelfredzaamheid. Tevens is deze activiteit gericht op het bevorderen van de sociale zelfredzaamheid van de ongedocumenteerde. Hiertoe wordt regelmatig afgesproken met de ongedocumenteerde:

  • a.

    organiseren van activiteiten die de individuele doelen van de ongedocumenteerde ondersteunen, waarbij aandacht is voor zelfredzaamheid en persoonlijke ontwikkeling;

  • b.

    betrekken van de doelgroep bij het ontwikkelen van het aanbod aan activiteiten, waardoor wordt aangesloten op de (individuele) behoeften van de doelgroep;

  • c.

    informeren van de doelgroep over het aanbod aan activiteiten in de stad;

  • d.

    mogelijk maken van activeringsplekken voor de doelgroep zoals opleiding, vrijwilligerswerk en stage;

  • e.

    bieden van maatschappelijke begeleiding.

 

6. Onder samenwerking worden activiteiten verstaan die bijdragen aan intensivering van de samenwerking van de LVV partners.

 

7. De activiteiten uit het tweede tot en met het vijfde lid worden uitgevoerd onder voorbehoud van gelijkblijvende afspraken met het Rijk.’

 

Artikel 5 Subsidievereisten

1. Om in aanmerking te komen voor een eenmalige subsidie zoals bedoeld in artikel 4, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    De activiteiten sluiten aan bij de behoefte van de ongedocumenteerde of een anderzijds aantoonbare behoefte in relatie tot de doelstelling beschreven in artikel 2;

  • b.

    De subsidie wordt rechtstreeks ten behoeve van de LVV ingezet en wordt niet direct dan wel indirect ten behoeve van de organisatie gebruikt;

  • c.

    De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd worden beschreven in de aanvraag met daarin onder andere een beschrijving van de activiteiten, zoals beschreven in artikel 4.

2. Aanvragen worden geweigerd indien:

a. de activiteiten reeds gesubsidieerd zijn; of

b. er sprake is van een onevenredige verhouding tussen totale kosten en resultaten.

 

 

Artikel 6 Subsidieplafond/verdeling van de subsidie

  • 1.

    Het subsidieplafond voor het subsidiëren van activiteiten, zoals bedoeld in deze subsidieregeling, wordt door het college vastgesteld.

  • 2.

    De subsidieaanvragen worden onderling vergeleken op grond van het bepaalde in artikel 2, 4 en 5 van deze subsidieregeling, de effectiviteit en kwaliteit van de activiteiten en de kosten van de activiteiten.

  • 3.

    Indien het bedrag, waarvoor op grond van deze subsidieregeling een subsidie zou moeten worden verleend aan degenen die daartoe tijdig een aanvraag hebben ingediend die aan de vereisten voldoen, groter is dan het op grond van het eerste lid vastgestelde subsidieplafond voor deze subsidieregeling, worden de betrokken subsidies naar evenredigheid verminderd.

 

Artikel 7 Aanvraagtermijn

In afwijking van het bepaalde in artikel 7, tweede lid, in de ASV Eindhoven wordt een aanvraag voor subsidie ingediend vóór 31 augustus 2024.

 

Artikel 8 Inwerkingtreding

1. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag volgend op de bekendmaking en geldt voor aanvragen betrekking hebbend op activiteiten vanaf 1 juli 2024.

2. Deze subsidieregeling wordt met ingang van 1 januari 2025 ingetrokken.

 

 

 

 

Eindhoven, 2 juli 2024.

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,

,burgemeester

, secretaris

Mij bekend,

De gemeentesecretaris van Eindhoven

Naar boven