Gemeenteblad van Midden-Drenthe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Midden-Drenthe | Gemeenteblad 2024, 296928 | andere voorlichtingsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Midden-Drenthe | Gemeenteblad 2024, 296928 | andere voorlichtingsinformatie |
Preventie- en handhavingsplan Alcohol 2024 – 2027
Voor de uitvoering van de Alcoholwet
Vastgesteld op: 14 december 2023
Vastgesteld door: Gemeenteraad
Het drinken van alcohol wordt vaak geassocieerd met gezelligheid. Echter, heeft het drinken van alcohol veel nadelige gevolgen zowel op korte als de lange termijn. Vooral op jongeren heeft alcohol negatieve effecten en dan met name op de hersenontwikkeling. Daarom is het belangrijk om gezamenlijk op te trekken om het alcoholgebruik in te perken.
Het is de taak van de gemeente om elke vier jaar een Preventie- en Handhavingsplan Alcohol op te stellen, waarin de ambities en doelen staan beschreven op het gebied van alcohol. Daarnaast staan in het plan de preventie- en handhavingsacties waar wij de komende vier jaar op willen inzetten. Om de doelen te kunnen behalen is de samenwerking met partijen zoals de VNN, Welzijn Mensenwerk, scholen, ouders/verzorgers, politie, horecaondernemers en sportverenigingen van groot belang. Wij zullen deze partijen dan ook veel betrekkingen bij de uitvoering van het plan.
In artikel 43a van de Alcoholwet is opgenomen dat gemeenten verplicht zijn om elke vier jaar een Preventie- en Handhavingsplan Alcohol vast te laten stellen door de gemeenteraad. Met dit Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2024-2027 geeft de gemeente invulling aan deze belangrijke wettelijke taak.
De doelstellingen en ambities uit het plan sluiten aan bij de landelijke doelstellingen zoals deze zijn opgenomen in het Nationaal Preventieakkoord. Landelijk wordt er gestreefd naar een daling van het aantal jongeren (onder de 18 jaar) dat ooit alcohol heeft gedronken van 45% naar 25% in 2040.
Om een beeld te krijgen van de huidige situatie omtrent alcoholgebruik in de gemeente Midden-Drenthe zijn er verschillende onderzoeken geraadpleegd en enquêtes uitgezet. Uit de gezondheidsmonitor van de GGD blijkt dat er meer Drentse jongeren drinken en ook vaker drinken in vergelijking met de rest van Nederland. Daarnaast blijkt uit de enquêtes dat circa de helft van de ouders/verzorgers alcohol koopt voor hun minderjarige kind. Het alcoholgebruik onder volwassen en ouderen geeft een positiever beeld. Bij volwassenen is het aantal zware drinkers gedaald in vergelijking met 2016. En ouderen in Drenthe drinken minder dan landelijk gezien.
Om het beeld compleet te maken zijn er verschillende gesprekken gevoerd met samenwerkingspartners en organisaties als VNN, Welzijnswerk, slijterijen, dorpshuizen, de horecaondernemers, politie en sportverenigingen. Tijdens deze gesprekken komt naar voren dat bij plattelandsgemeenten, zoals Midden-Drenthe, alcoholgebruik al op jongere leeftijd begint en dat ouders dit ook toestaan. Voorlichting, trainingen voor barpersoneel en met name de rol van de ouders in preventie wordt belangrijk geacht.
Het overkoepelende doel van het Preventie- en Handhavingsplan is “het terugdringen van alcoholgebruik onder de 18 jaar en het overmatig/zwaar alcohol gebruik bij volwassenen om schadelijke gevolgen van alcohol te voorkomen”. Om het overkoepelende doel te bereiken zijn onder andere onderstaande concrete doelen geformuleerd:
Alleen preventie is niet voldoende om alcoholgebruik te beïnvloeden. Hiervoor zijn ook handhavingsactiviteiten nodig. De komende vier jaar willen wij prioriteit geven aan de volgende acties:
Elke vier jaar wordt het beleid geëvalueerd. Monitoring van de doelstellingen vindt plaats aan de hand van de uitkomsten van de onderzoeken van de GGD die elke 4 jaar worden uitgevoerd.
1.1.2 Gemeentelijk gezondheidsbeleid
2.1.1 Nationaal Preventieakkoord
2.1.2 Landelijke doelstellingen
2.2 Regionale en lokale ontwikkelingen
3.1 Schadelijkheid van alcohol
3.2 Alcoholgebruik in Drenthe en Midden-Drenthe
3.3 Informatie van samenwerkingspartners
3.3.1 Politierapportages en horecacontroles
3.4 Informatie door veldonderzoek
3.4.1 Alcohol gerelateerde overlast meldingen (MOR)
3.4.3 Samenwerkingspartners en organisaties
5. Uitvoering preventie en handhaving
5.1.4 Gemeente en samenwerkingspartners
5.3 Verbinding preventie en handhaving
Op 1 juli 2021 werd de Drank- en Horecawet vervangen door de Alcoholwet. De Alcoholwet is een bijzondere wet die de verstrekking van alcoholhoudende dranken regelt. Daarnaast staat in artikel 43a dat gemeenten verplicht zijn om elke vier jaar, gelijktijdig met de nota gemeentelijk gezondheidsbeleid, een Preventie- en Handhavingsplan Alcohol vast te laten stellen door de gemeenteraad. Met dit Preventie- en Handhavingsplan Alcohol 2024-2027 geeft de gemeente invulling aan deze belangrijke wettelijke taak.
Het Preventie- en Handhavingsplan biedt gemeenten de mogelijkheid om de (soms nog) gescheiden werelden van preventie en handhaving dichter bij elkaar te brengen en te verenigen in een integraal beleidsplan met één gezamenlijke missie:
Artikel 43a van de Alcoholwet benoemt een aantal onderdelen die in het plan moeten worden opgenomen:
1.1.2 Gemeentelijk gezondheidsbeleid
Op 27 juni 2019 heeft de gemeenteraad de beleidsnota Bewegen en Leefstijl 2019-2023 vastgesteld, het gezondheidsbeleid van de gemeente Midden-Drenthe. Het hoofddoel van het beleid is het stimuleren van een gezonde leefstijl. Hieronder valt ook het ontmoedigen van middelengebruik. Een belangrijke doelstelling uit deze beleidsnota is het verhogen van het percentage jongeren in de leeftijd van 12-18 jaar dat nog nooit gedronken heeft met 5%.
In het gezondheidsbeleid worden al een aantal preventie maatregelen genoemd waar dit beleid nauw op aan kan sluiten. Het team Gezond in Midden-Drenthe zet actief in op preventie en voorlichting, bijvoorbeeld door jaarlijks het project IkPas te promoten waar steeds meer mensen aan meedoen. Dit betekent dat je als persoon zelf de uitdaging aangaat om een periode niets te drinken en op die manier ervaart wat het met je doet. Zo worden naast kinderen ook volwassenen (ouders/verzorgers) steeds meer betrokken bij de voorlichting over middelengebruik.
De beleidsnota Bewegen en Leefstijl 2019-2023 wordt herijkt. Bij de herijking wordt de verbinding gelegd met het Preventie- en Handhavingsplan alcohol door aan te sluiten bij de doelstellingen en preventieve acties uit dit plan.
Het is belangrijk om samen met partners maatregelen te treffen om het alcoholgebruik onder jongeren te beperken en alcohol gerelateerde schade te voorkomen. Belangrijke partners hierin zijn scholen, sportverenigingen, politie, Gemeentelijke Gezondheidsdienst Drenthe (GGD Drenthe), Verslavingszorg Noord-Nederland (VNN), horecaondernemers en daarbij ook de branchevereniging Koninklijke Horeca Nederland, jongerenwerkers, welzijnswerk en organisatoren van evenementen. Het Preventie- en Handhavingsplan wordt in samenwerking met deze partijen opgesteld. Tevens wordt ook in het plan verwerkt hoe tijdens de handhaving en preventie de samenwerking wordt gezocht met de verschillende partijen.
2.1.1 Nationaal Preventieakkoord
Eind oktober 2018 is landelijk het Nationaal Preventieakkoord vastgesteld en ondertekend door een groot aantal partijen in Nederland, zo ook door de VNG namens de gemeenten en door GGD GHOR namens de GGD'en. Het akkoord moet eraan bijdragen dat preventie gaat leiden tot onder andere een betere gezondheid van alle inwoners, minder verschillen in gezondheid en een goede start voor alle kinderen. De focus ligt op het terugdringen van overgewicht, rookgedrag en overmatig alcoholgebruik.
Het Nationaal Preventieakkoord krijgt een verdere uitwerking in het Integraal Zorgakkoord (IZA)en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). De komende jaren gaan we als gemeente aan de slag met de uitwerking en implementatie van deze akkoorden. Een belangrijk doel vanuit het GALA om in dit beleidsplan bij aan te sluiten is ‘gezonde leefstijl: het voorkomen en vroegsignalering van middelengebruik onder jongeren’. Concrete doelen die hierbij horen is toezicht en handhaving op de naleving van de leeftijdsgrens. Daarnaast moet er worden ingezet op de versterking van de netwerksamenwerking met partijen als de GGD en VNN voor de aanpak van vroegsignalering.
De ambitie voor 2040 wat betreft alcoholgebruik is als volgt:
Jongeren onder de 18 drinken geen alcohol. De groep overmatige en zware drinkers is fors afgenomen en ook drinken tijdens de zwangerschap komt niet meer voor. |
Een mooie ambitie waar we lokaal, middels de doelstellingen in dit Preventie- en Handhavingsplan, aan willen bijdragen.
2.1.2 Landelijke doelstellingen
Landelijk wordt er gestreefd naar een daling van het aantal jongeren (onder de 18 jaar) dat ooit alcohol heeft gedronken van 45% naar 25% in 2040. Een andere doelstelling is dat er in 2030 sprake is van 100% naleving van de leeftijdsgrens. Om deze doelstelling te halen worden er op landelijk niveau verschillende maatregelen genomen, waarvan de meesten zijn opgenomen in de Alcoholwet:
Door middel van verschillende landelijke campagnes besteedt de overheid extra aandacht aan de voorlichting over alcoholgebruik. Hieronder staan een aantal voorbeelden van deze campagnes. De campagnes kunnen gebruikt worden bij de preventie activiteiten.
NIX18 campagne. Met de NIX18 campagne wil het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) de sociale norm ‘niet drinken en roken tot je 18e’ versterken. Iedereen zou het normaal moeten gaan vinden dat jongeren onder de 18 jaar niet roken of drinken. De overheid ondersteunt daarbij ook verstrekkers van alcohol bij het naleven van de leeftijdsgrens met de NIXzonderID-campagne.
2.2 Regionale en lokale ontwikkelingen
Uit het Wijkgezondheidsprofiel van 2022 blijkt dat onder de Drentse gemeenten de behoefte bestaat om steviger in te zetten op een integrale aanpak van preventie, om zo de gezondheid van de inwoners te stimuleren. Zoals ook benoemd in de introductie, is het daarom belangrijk om met de preventie maatregelen in dit beleid aan te sluiten op de al bestaande preventieve acties die bijvoorbeeld voortkomen uit het gezondheidsbeleid of al uitgevoerd worden door de verschillende organisaties binnen de provincie en gemeente. Hieronder worden een aantal van deze acties, speerpunten en organisaties kort benoemd.
VNN is een belangrijke samenwerkingspartner. De afdeling VNN Preventie kan in samenwerking met JOGG-Team fit een Instructie Verantwoord Alcohol (IVA) schenken geven aan barvrijwilligers. Daarnaast kan VNN een preventieprogramma genaamd Helder op School aanbieden, wat onderdeel is van de Gezonde School.
3. P robleem - en risicoanalyse
3.1 Schadelijkheid van alcohol
De risico’s van alcoholgebruik onder jongeren zijn groot. Langdurig zwaar alcoholgebruik, maar ook incidenteel overmatig alcoholgebruik kan de hersenontwikkeling onherstelbaar beschadigen. Jongeren zijn gevoeliger voor alcoholschade dan volwassenen. Wie op jonge leeftijd begint met het drinken van alcohol, loopt bovendien meer kans op schadelijk drinkgedrag op latere leeftijd. Korte termijneffecten van een schadelijk alcoholpatroon zijn bijvoorbeeld verwondingen, ongevallen, alcoholvergiftiging en risicovol seksueel gedrag.
Het Trimbos Instituut is een onafhankelijk, wetenschappelijk kennisinstituut op het gebied van mentale gezondheid, alcohol, tabak en drugs. Op de website is veel informatie te vinden over het alcoholgebruik onder jongeren en volwassenen van de afgelopen jaren. Daarnaast beschikt ook de GGD, via de gezondheidsmonitor, over veel informatie omtrent het alcoholgebruik. Wanneer er naar de beschikbare informatie wordt gekeken komt het volgende landelijke beeld naar voren (2021):
Tabel 1: Registraties bij de SEH met een alcoholvergiftiging of letsel na alcohol gerelateerd ongeval in 2021
*Er hebben 14 ziekenhuizen meegedaan aan het onderzoek, daarnaast wordt betrokkenheid van alcohol niet altijd geregistreerd bij een SEH bezoek, het betreft daardoor een ondergrens.
3.2 Alcoholgebruik in Drenthe en Midden-Drenthe
In het najaar van 2021 is voor het laatst de jeugdgezondheidsmonitor uitgevoerd door de GGD Drenthe in samenwerking met de GGD GHOR en het RIVM. Het onderzoek is uitgevoerd onder jongeren uit klas 2 en 4 van het voortgezet onderwijs (leeftijdscategorie tussen 12 en 18 jaar). In totaal hebben in Drenthe 3541 jongeren deelgenomen aan het onderzoek, waarvan 246 uit de gemeente Midden-Drenthe.
Voor heel Drenthe kunnen een aantal conclusies worden getrokken uit het onderzoek:
In veel gemeenten is het alcoholgebruik toegenomen ten opzichte van 2019. Er drinken meer Drentse jongeren in vergelijking met de rest van Nederland. Zo heeft in Drenthe 59% van de jongeren wel eens alcohol gedronken, waar dit landelijk 52% is. Daarnaast is 47% van de Drentse jongeren ooit dronken geweest, in Nederland is dit 41%.
Tabel 2: Uitkomsten jeugdgezondheidsmonitor 2021
*onder de jongeren die ooit alcohol gedronken hebben
** onder de jongeren die in de afgelopen 4 weken gedronken hebben
Figuur 1: Vergelijking cijfers jeugdgezondheidsmonitor Drenthe en Midden-Drenthe
Wanneer er wordt gekeken naar de invloed van de ouders/verzorgers op het alcoholgebruik geeft een kwart van de leerlingen van 12-14 jaar aan dat de ouders het goed vinden dat ze alcohol drinken, 22% van de ouders zegt er niets van en 23% raadt het af. Bij leerlingen van 15-18 jaar vindt 48% van de ouders het goed, zegt 10% er niets van en raadt 14% het af. In Midden-Drenthe verbied 9% van de ouders het drinken van alcohol, in heel Drenthe ligt dit percentage nog lager, namelijk op 6%. 2% van de jongeren in Midden-Drenthe geeft aan een verslaving aan alcohol, drugs of gokken van iemand in het gezin te hebben meegemaakt of nu te ervaren.
Figuur 2: Mening ouders over alcoholgebruik Midden-Drenthe
In 2020 is de laatste gezondheidsmonitor uitgevoerd onder volwassenen tussen de 19 en 64 jaar. Hieronder worden de uitkomsten voor Drenthe weergegeven. Figuur 3 vergelijkt, van de belangrijkste uitkomsten, de situatie in Drenthe met de situatie in de gemeente Midden-Drenthe.
Van de volwassenen die weleens alcohol drinken, kan 58% worden geclassificeerd als lichte drinker, 17% als matige drinker en 8% als (zeer) excessieve drinker (zie Garretsen-alcoholschaal, bijlage 1). Wanneer we kijken naar hoe volwassenen zichzelf typeren, beschouwt 63% zichzelf als een lichte drinker, 17% als een gematigde drinker en 2% als een stevige drinker.
Als volwassenen alcohol drinken, doen ze dat bijna allemaal in het weekend (97%). 55% van de volwassenen in Drenthe drinkt ook doordeweeks alcohol, gemiddeld 1 tot 2 glazen per dag, landelijk is dit 59%. In vergelijking met doordeweeks wordt er in het weekend meer gedronken: 20% van de volwassenen drinkt gemiddeld in het weekend 5 glazen of meer per dag en 26% drinkt 3 à 4 glazen.
De gezondheidsmonitor onderzoekt naast alcoholgebruik ook vele andere gezondheidsaspecten, zoals eenzaamheid. Ruim 40% van de Drentse volwassenen voelt zich eenzaam. Eenzaamheid kan een relatie hebben met alcoholgebruik.
Figuur 3: Uitkomsten gezondheidsmonitor volwassenen 2020
Naast een gezondheidsmonitor voor volwassenen, is er in 2020 ook een gezondheidsmonitor uitgevoerd onder ouderen vanaf 65 jaar. Hieronder worden de uitkomsten voor Drenthe weergegeven. Figuur 4 vergelijkt, van de belangrijkste uitkomsten, de situatie in Drenthe met de situatie in de gemeente Midden-Drenthe.
Van de ouderen die weleens alcohol drinken kan 45% worden geclassificeerd als lichte drinker, 20% als matige drinker en 4% als (zeer) excessieve drinker. Wanneer we kijken naar hoe ouderen zichzelf typeren, beschouwt 54% zichzelf als een lichte drinker, 13% als een gematigde drinker en 1% typeert zichzelf als een stevige drinker.
Als het gaat om alcoholgebruik zien we duidelijke verschillen tussen mannen en vrouwen. Mannen drinken vaker en meer alcohol dan vrouwen, zowel op doordeweekse dagen als in het weekend. Ze worden dan ook vaker getypeerd als een matige of excessieve drinker. Daarnaast zijn er in verhouding meer vrouwen die niet drinken.
Figuur 4: Uitkomsten gezondheidsmonitor ouderen 2020
3.3 Informatie van samenwerkingspartners
3.3.1 Politierapportages en horecacontroles
Elke week maakt de politie een rapportage van de binnengekomen meldingen in die week. Deze rapportages zijn gefilterd op alcohol gerelateerde incidenten. De resultaten hiervan zijn weergegeven in figuur 5.
Figuur 5: Alcohol gerelateerde meldingen in politierapportages 2022
Bovenstaande figuur geeft per maand het aantal alcohol gerelateerde meldingen weer uit de politierapportages van 2022. Ondanks dat alle meldingen gerelateerd zijn aan alcohol, hebben de meldingen betrekking op verschillende situaties. Veel van de meldingen hebben betrekkingen op incidenten binnen de relatiesfeer waarbij er conflicten zijn ontstaan doordat één of beide personen onder invloed zijn van alcohol. Andere meldingen gaan over overlast van jongeren onder invloed die geluidsoverlast veroorzaken, vernielingen aanbrengen of afval achterlaten bij speeltuinen, schoolpleinen en bankjes. Daarnaast worden er een aantal meldingen gedaan van burenoverlast gerelateerd aan alcoholgebruik. Er zijn enkele meldingen van rijden onder invloed, verwarde personen en zorgen over minderjarige kinderen die verblijven bij ouders/verzorgers met een verslaving. De meldingen hebben dus betrekking op alle leeftijdscategorieën.
Wanneer het gaat om minderjarigen kan het zo zijn dat bureau HALT in beeld komt. Uit de cijfers van vorig jaar blijkt echter dat er geen verwijzingen naar HALT hebben plaatsgevonden die gerelateerd zijn aan alcohol. Over het algemeen zijn in de laatste jaren het totaal aantal HALT verwijzingen ook erg afgenomen. Van 38 in 2019, 10 in 2020, 12 in 2021 naar 5 in 2022.
Belangrijk om te vermelden is dat er ook incidenten zijn waarbij er mogelijk alcohol in het spel is, maar dit niet genoemd wordt in de melding. Dit betekent dat de cijfers in werkelijkheid hoger kunnen zijn dan hier is weergegeven.
In 2022 heeft de politie op verschillende avonden in het jaar horecacontroles uitgevoerd. Hierbij zijn verschillenden dingen geconstateerd. Er zijn horecagelegenheden waarbij weinig tot geen controle plaatsvindt op het identiteitsbewijs. Dit vindt slechts steekproefsgewijs plaats bij de ingang, maar niet meer bij de bar.
Begin 2022 waren er vaak minderjarigen aanwezig in de horecagelegenheden, die door gebrek aan ID controle ook alcohol tot hun beschikking hadden. Hier is gedurende het jaar een verbetering in te zien, waarbij het publiek in de horecagelegenheden verschuift naar meer meerderjarigen. Wat wel het gehele jaar opvalt is dat barmedewerkers alcohol drinken tijdens bardiensten.
Naast de gezondheidsmonitor stelt de GGD ook wijkprofielen op. Voor Drenthe is het laatste wijkprofiel opgeleverd in 2022. Per wijk wordt er ingegaan op meerdere onderwerpen die te maken hebben met gezondheid, waaronder ook overmatig drankgebruik. Per wijk wordt weergegeven of er sprake is van gemiddeld meer of minder overmatige drinkers in vergelijking met andere wijken. Daarnaast wordt het percentage overmatige drinkers weergegeven.
Tabel 3: Overmatig drankgebruik in wijken Midden-Drenthe 2022
3.4 Informatie door veldonderzoek
3.4.1 Alcohol gerelateerde overlast meldingen (MOR)
Inwoners kunnen via een webformulier ‘melding openbare ruimte’ meldingen indienen. De meldingen die de afgelopen jaren zijn binnengekomen zijn uitgezocht en er is gekeken hoeveel van deze meldingen gerelateerd waren aan alcohol. De aantallen zijn weergegeven in figuur 6.
Figuur 6: Alcohol gerelateerde meldingen openbare ruimte 2018-2022
Het merendeel van deze meldingen wordt veroorzaakt door hangjongeren die rondhangen bij bankjes, schoolpleinen en speeltuinen, hier alcohol en drugs nuttigt en het afval vervolgens achterlaat. Een enkele keer wordt er een melding gedaan van overlast van de buren door een feest waar alcohol wordt genuttigd. Er is één melding binnengekomen over een horecagelegenheid.
In april 2023 is er, in samenwerking met het onafhankelijk onderzoeksbureau Enigma Research, een enquête uitgezet onder jongeren tussen de 12 en 18 jaar en onder ouders/verzorgers met kinderen tussen de 12 en 18 jaar. Het doel van de enquête was om een beeld te krijgen van het alcoholgebruik onder jongeren in de gemeente Midden-Drenthe. 279 jongeren hebben de enquête volledig ingevuld. Onder de ouders/verzorgers is de respons helaas een stuk lager, 43 personen hebben de enquête ingevuld. De resultaten van deze groep moeten daarom als indicatief worden beschouwd.
Hieronder wordt een kort overzicht gegeven van de belangrijkste resultaten. De volledige resultaten van het onderzoek zijn te vinden in bijlage 3.
Figuur 7: Resultaten van de vraag "Op welke plekken drink je alcohol"
Een derde van de ouders/verzorgers vindt 18 jaar een acceptabele leeftijd voor het drinken van alcohol. 28% vindt dat hun kind alcohol mag drinken vanaf 16 jarige leeftijd. Er zijn ook ouders/verzorgers die liever zien dat hun kind pas op latere leeftijd alcohol drinkt, zo vindt bijvoorbeeld 10% 21 jaar een acceptabele leeftijd.
3.4.3 Samenwerkingspartners en organisaties
Er zijn verschillende gesprekken gevoerd met vertegenwoordiging van de dorpshuizen, het dorpenoverleg Midden-Drenthe, team Gezond in Midden-Drenthe, JOGG-Teamfit, de horecaondernemers (Beilen, Westerbork, vertegenwoordiging KHN), politie en sportverenigingen. Daarnaast is er een enquête uitgezet onder samenwerkingspartners inclusief HALT, VNN, GGD, welzijnswerk, jongerenwerkers, slijterijen en organisatoren van evenementen. Ook is er op 28 maart 2023 een bijeenkomst georganiseerd voor raads- en commissieleden, om het gesprek te voeren over de doelstellingen en ambities in het Preventie- en Handhavingsplan. Hieronder worden kort een aantal onderwerpen die aan bod zijn gekomen uitgelicht. De volledige uitwerking van de gesprekken, enquêtes en de bijeenkomst met de raads- en commissieleden is te vinden in bijlage 2.
Voorlichting voor zowel ouders als jongeren wordt gezien als een belangrijk preventief middel. Voorlichting zou dan gegeven moeten worden door iemand die de jongeren ook echt aanspreekt, zoals een ervaringsdeskundige (bijvoorbeeld een kinderarts). Zo kunnen de jongeren en hun ouders kennis maken met de gevaren van alcohol. Ook moeten kinderen leren omgaan met groepsdruk.
In de handhaving spelen de BOA’s een rol. Zij kunnen regelmatig controleren op de wet- en regelgeving, zoals de naleving van de leeftijdsgrens en doorschenken bij dronkenschap. Het wordt als prettig ervaren als deze controles worden aangekondigd, zodat er ook een preventieve werking vanuit kan gaat.
De probleem- en risicoanalyse uit hoofdstuk drie en de conclusies die daaruit getrokken kunnen worden, zijn vertaald in lokale doelstellingen voor de komende vier jaar.
Dit Preventie- en Handhavingsplan heeft de volgende overkoepelende doelstelling:
Het terugdringen van alcoholgebruik onder de 18 jaar en het overmatig/zwaar alcoholgebruik bij volwassenen om schadelijke gevolgen van alcohol te voorkomen. |
Bij het opstellen van de doelstellingen is rekening gehouden met de trend waarbij o.a. jongeren sinds 2019 meer en vaker zijn gaan drinken en dat er ook procentueel meer Drentse jongeren drinken vergeleken met het landelijke gemiddelde. Daarnaast zal er na twee jaar een evaluatie plaatsvinden waarna de doelstellingen, indien nodig, bijgesteld kunnen worden.
De volgende concrete doelstellingen zijn geformuleerd voor de periode 2024-2027:
Tabel 4: Doelstellingen 2024-2027
Bovengenoemde doelstellingen zijn een aanvulling op de landelijke doelstellingen. De belangrijkste landelijke doelstellingen voor 2040 zijn als volgt:
Het aantal jongeren onder de 18 dat ooit alcohol heeft gedronken daalt met 20% |
||
Het aantal vrouwen dat drinkt tijdens de zwangerschap daalt met ruim 4,5% |
||
Tabel 5: landelijke doelstelling voor 2040
In de Alcoholwet worden een aantal eisen gesteld, zoals aan doorschenken bij dronkenschap en het controleren van de leeftijdsgrens. Hier kunnen ook een aantal doelstellingen aan verbonden worden:
Er zijn ook een aantal algemene doelstellingen die kunnen ondersteunen bij het halen van de overkoepelende doelstelling. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om het vergroten van de bewustwording onder jongeren en hun ouders van de risico’s van overmatig alcoholgebruik, het vergroten van de kennis onder inwoners in het herkennen van signalen van overmatig alcoholgebruik en weten wat te doen wanneer men dit signaleert. Ondanks dat dit geen concrete doelstellingen zijn, levert het behalen van deze doelen een belangrijke bijdrage aan de bovenstaande doelen.
5. U itvoering preventie en handhaving
Om de preventie- en handhavingsstrategie te richten op de juiste doelgroepen is het goed om eerst kort de verschillende motivaties te benoemen voor het drinken van alcohol.
Aanbod en beschikbaarheid van alcohol. Beschikbaarheid is gerelateerd aan aantal verkooppunten en openingstijden hiervan, prijs, marketing en reclame van producten. Er is een onderscheid te maken tussen ‘retail-availability’, via commerciële aanbieders (zoals supermarkten, horeca en avondwinkels) en ‘social availability’, dat werkt via het sociale systeem (familie, school, werk en vrienden).
Bovenstaande laat zien dat een integrale aanpak essentieel is. Zo’n integrale aanpak is gericht op een mix van vier pijlers:
Deze vier pijlers komen terug in de preventieve- en handhavingsacties die in dit hoofdstuk worden besproken.
Bij preventie is het doel om door middel van educatie (zoals voorlichting) en communicatie de verschillende doelgroepen bewust te maken van de risico’s en effecten van (overmatig) alcoholgebruik. Jongeren zijn hierbij een belangrijke doelgroep. In de uitvoering zullen jongeren dan ook veel betrokken worden o.a. door het benaderen van scholen, jeugdsozen en sportverenigingen.
In dit Preventie- en Handhavingsplan staan er vier doelgroepen centraal die invloed hebben op het alcoholgebruik of kunnen ondersteunen bij de educatie en communicatie over de effecten van alcohol.
De eerste drie doelgroepen beschikken niet altijd over voldoende kennis van de risico’s van alcohol of zij weten niet hoe zij kunnen bijdragen aan het voorkomen van (problemen door) alcoholgebruik. Daarom vormen zowel bewustwording van de risico’s als het bieden van handelingsperspectief een rode draad in de preventieve acties die worden ondernomen. De laatste doelgroep kan ondersteuning bieden bij de educatie en communicatie richting deze doelgroepen om de bewustwording en kennis te vergroten.
Ouders/verzorgers spelen een ontzettend belangrijke rol, zo niet de belangrijkste rol, wanneer het gaat om het alcoholgebruik van hun kinderen. Door het voorbeeld dat ze geven middels hun eigen alcoholgebruik en hun houding ten aanzien van alcohol, hebben ze invloed op wat hun kinderen weten over alcohol, hoe zij denken over alcoholgebruik en welke effecten zij verwachten van het gebruik. Het is daarom essentieel om in te zetten op de bewustwording en kennis van ouders/verzorgers over alcohol door het geven van voorlichting, ze bewust te maken van hun belangrijke rol en de invloed die zij hebben op hun kinderen.
Ouders/verzorgers kunnen het alcoholgebruik van hun kinderen beïnvloeden door bijvoorbeeld afspraken te maken en regels te stellen over alcohol. Daarnaast kunnen ze ervoor zorgen dat kinderen minder makkelijk aan alcohol kunnen komen, door het zelf niet beschikbaar te stellen. Voordat ouders/verzorgers overgaan tot het maken van afspraken en het inperken van de beschikbaarheid van alcohol, is het belangrijk dat ze bewust zijn van de effecten en risico’s van alcohol. Het is daarom zeer belangrijk om ouders/verzorgers te informeren en voorlichting te geven. Hier wordt dan ook vol op ingezet. VNN kan hierbij een rol spelen door het organiseren van een bijeenkomst waarbij ouders/verzorgers worden geïnformeerd over de laatste stand van zaken op het gebied van middelen, gamen en gokken en voorzien van opvoedingsadviezen. De bijeenkomsten kunnen o.a. worden georganiseerd op de school van de kinderen, maar ook op de sportverenigingen. Dit kan eventueel samengaan met een voorlichting voor de kinderen.
Scholen spelen een belangrijke rol wanneer het gaat om het voorkomen van alcoholgebruik onder jongeren. Omdat kinderen een groot deel van hun tijd doorbrengen op school hebben docenten ook een belangrijke signalerende functie. VNN beschikt over een uitgebreid aanbod om scholen te ondersteunen, zowel op het gebied van voorlichting en bewustwording als bij de signalerende functie. Zo zijn er verschillende lesprogramma’s en trainingen voor docenten. Daarnaast kan VNN helpen bij het opstellen van schoolregels om er voor te zorgen dat de norm NIX18 wordt uitgedragen en dat de school een alcoholvrije omgeving is.
Voorlichting over alcohol op het voortgezet onderwijs kan bijvoorbeeld gegeven worden door een ervaringsdeskundige die werkzaam is als kinderarts op de alcoholpoli. De ervaringsdeskundige kan ingaan op de effecten van alcohol door voorbeelden te noemen uit eigen ervaring. Het is belangrijk om ook de ouders te betrekken bij de voorlichting.
Veel scholen zijn daarnaast ook bezig met het bevorderen van een gezonde leefstijl. Alcoholgebruik en dan met name overmatig alcoholgebruik past niet binnen een gezonde leefstijl. Wanneer er aandacht wordt besteed aan een gezondere leefstijl op scholen kan het alcoholgebruik hierin meegenomen worden. Dit zorgt voor een integrale aanpak waarbij meerdere thema’s gelijktijdig opgepakt kunnen worden.
Alcoholverstrekkers zijn verantwoordelijk voor de naleving van de Alcoholwet. Van hen wordt verwacht dat ze op de hoogte zijn van de leeftijdsgrens en deze naleven. Daarnaast wordt van ze verwacht dat ze niet doorschenken bij dronkenschap en personen in een dronken staat niet toelaten bij een horecagelegenheid, evenement of sportvereniging. Om de alcoholverstrekkers hierin de ondersteunen kunnen verschillende acties worden ondernomen.
Voor medewerkers van de horeca, slijterijen, evenementen, supermarkten en sportverenigingen zijn verschillende trainingen ontwikkeld. Deze trainingen gaan in op de verantwoordelijkheden van barmedewerkers en bieden daarnaast een handelingsperspectief. VNN kan bijvoorbeeld fysieke trainingen, zoals IVA trainingen, verzorgen voor barmedewerkers en vrijwilligers waarin verschillende onderwerpen worden behandeld, zoals de naleving van de wet- en regelgeving, trends en het omgaan met alcohol gerelateerde agressie. Om de kennis te behouden is het streven om de medewerkers elk jaar een training te laten volgen. Hierbij is het idee om de trainingen gemixt te laten plaatsvinden zodat ervaringen uitgewisseld kunnen worden. Een barmedewerker bij een dorpshuis maakt namelijk andere dingen mee dan een barmedewerker bij een horecagelegenheid of evenement.
Naast VNN kan ook Team Gezond in Midden-Drenthe een rol vervullen bij de trainingen. Het team verzorgt zelf geen trainingen maar speelt hierin wel een faciliterende rol.
Een gezonde sportomgeving is belangrijk. In de praktijk vindt na een sportwedstrijd vaak een ‘derde helft’ plaats in de sportkantine. De barinkomsten zijn voor een sportvereniging vaak een belangrijke, zo niet de belangrijkste, inkomstenbron. Om alcoholgebruik in sportkantines te verminderen en alcoholverstrekking aan minderjarigen te voorkomen, kunnen sportverenigingen een alcoholbeleid opstellen. Hierbij kunnen ze worden ondersteund door de gemeente, NOC*NSF, VNN en JOGG-Teamfit/Gezond in Midden-Drenthe.
Het is belangrijk dat de alcoholverstrekkers op de hoogte zijn van de lokale beleidsmaatregelen. De alcoholverstrekkers worden periodiek op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen door middel van een gesprek met de betrokken medewerkers van de gemeente en organisaties als welzijnswerk en Gezond in Midden-Drenthe. Deze gesprekken zijn ook bedoeld om te bespreken waar de alcoholverstrekkers tegen aanlopen en gezamenlijk te kijken naar oplossingen.
Daarnaast is het belangrijk dat alcoholverstrekkers zelf communiceren over de landelijke campagnes als NIX18 en NIX zonder ID en deze actief uitgedragen door bijvoorbeeld posters of stickers op te hangen van de verschillende campagnes.
5.1.4 Gemeente en samenwerkingspartners
De gemeente en samenwerkingspartners zoals de GGD, VNN, Gezond in Midden-Drenthe en Welzijnswerk kunnen samen optrekken om de scholen, ouders en alcoholverstrekkers te ondersteunen. Hiervoor kunnen de volgende acties worden ondernomen:
VNN kan zowel scholen, ouders als alcoholverstrekkers handvatten en ondersteuning bieden bij voorlichting. Voor scholen zijn er bijvoorbeeld lesprogramma’s en ondersteuning bij het opstellen van schoolregels. Voor horecaondernemers zijn er trainingen die ingaan op de wet- en regelgeving maar ook op hoe om te gaan met alcohol gerelateerde agressie.
Daarnaast zijn er ook acties gericht op bepaalde doelgroepen. Zwangere vrouwen kunnen bijvoorbeeld in gesprek over een gezonde leefstijl inclusief het gebruik van middelen. Daarnaast kan gekeken worden naar prioritering van doelgroepen die extra aandacht behoeven zoals eenzame ouderen. VNN kan ondersteuning bieden bij het bereiken van deze specifieke doelgroepen.
Versterken netwerksamenwerking
De komende jaren gaan we als gemeente aan de slag met de uitwerking en implementatie van het IZA en GALA. Met name het doel gezonde leefstijl is belangrijk om in dit plan bij aan te sluiten. Hieronder valt het voorkomen en vroegsignalering van middelengebruik onder jongeren. Belangrijk hierbij is het opzetten van een samenwerkingsverband met VNN en GGD en het verstekken van de netwerksamenwerking met andere relevante partijen. Met de bovenstaande acties willen we hier de komende jaren op gaan inzetten.
Voor de uitvoering van het IZA en GALA zijn SPUK gelden beschikbaar. Voor het specifieke doel van voorkomen en vroegsignalering van middelen gebruik is € 4.431 beschikbaar. Dit bedrag kan jaarlijks aangevraagd worden van 2023 tot en met 2025. Het bedrag kan ingezet worden voor bijvoorbeeld de voorlichtingen en trainingen die hierboven genoemd zijn. De voorlichtingen en trainingen worden gegeven door de netwerkpartners zoals VNN.
Onderzoek laat zien dat een beleid dat alleen inzet op preventie niet voldoende is om het alcoholgebruik te beïnvloeden. In deze paragraaf wordt daarom ingegaan op de handhavingsactiviteiten waar de komende vier jaar op ingezet wordt. Daarnaast wordt kort uiteengezet hoe de beschikbare capaciteit wordt ingezet om deze activiteiten uit te voeren.
De focus van het toezicht ligt op de leeftijdsgrens, het voorkomen van dronkenschap en het beheersen van de beschikbaarheid. Het betreft de volgende bepalingen:
In artikel 20, lid 1 van de Alcoholwet is opgenomen dat het verboden is om alcoholhoudende drank te verstrekken aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Hierbij hoort ook het verbod op het verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van 18 jaar of ouder, welke kennelijk bestemd is voor een persoon van wie de leeftijd niet is vastgesteld.
Naast bovenstaande handhavingsprioriteiten wordt er de komende vier jaar ingezet op de onderstaande aanvullende acties:
- Voorschriften voor evenementen
Artikel 35 lid 2 van de Alcoholwet biedt burgemeesters de mogelijkheid om voorschriften te verbinden aan het verlenen van een ontheffing voor bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard, zoals evenementen en buurtfeesten. Er kunnen bijvoorbeeld voorwaarden worden gesteld aan de manier waarop de verantwoorde verstrekking van alcohol wordt ingericht.
Wanneer er een evenementenvergunning aangevraagd wordt bij de gemeente Midden-Drenthe moet in het draaiboek/veiligheidsplan en in de huisregels afspraken worden opgenomen over alcohol bij o.a. minderjarigen. Te denken valt aan het hanteren van leeftijdsbandjes. Dit is een onderdeel van de vergunning.
In geval van een ontheffing, zoals van toepassing is op o.a. paasvuren, moet er een aparte ontheffing voor Alcohol worden aangevraagd. In de Alcoholontheffing kunnen voorwaarden worden opgenomen.
- Beperking van schenktijden voor de paracommercie
Artikel 4 van de Alcoholwet biedt gemeenten de mogelijkheid om regels te stellen waar de paracommerciële instellingen zich aan moeten houden bij de verstrekking van alcoholhoudende dranken. Hierbij kan gedacht worden aan het opleggen van bepaalde schenktijden of het hanteren van sluitingstijden. Deze regels moeten worden opgenomen in de Algemeen Plaatselijke Verordening.
Artikel 25d van de Alcoholwet geeft gemeenten de bevoegdheid om ter bescherming van de volksgezondheid of in het belang van de openbare orde happy hours/prijsacties te kunnen beperken. Met deze bevoegdheid kunnen de meest excessieve acties (meer dan 40% korting) worden verboden. Het beperken van de mogelijkheden om met prijzen voor alcoholhoudende dranken te stunten is een geschikt instrument om overmatig drankgebruik in het uitgaansleven te beperken en dronkenschap te voorkomen. De gemeente kan het verbod op prijsacties vastleggen in de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV). Dit is op dit moment nog niet vastgelegd. De komende twee jaar worden de prijsacties geïnventariseerd. Naar aanleiding van de inventarisatie wordt beoordeeld of een verbod op prijsacties in de APV moet worden opgenomen. Indien ervoor gekozen wordt om prijsacties te verbieden, zal dit goed gecommuniceerd moeten worden naar de ondernemers.
Voor supermarkten is er een ander wetsartikel van toepassing. Verkopers in de retail, waaronder supermarkten, mogen geen kortingen boven de 25% geven op alcoholhoudende dranken. Die regel geldt zowel voor online winkels als fysieke winkels, zoals supermarkten, slijterijen en webshops (artikel 2a Alcoholwet). De NVWA ziet hierop toe.
Om te controleren op bovenstaande prioriteiten, worden er verschillende controles ingepland in de komende jaren. Bij deze controles wordt in alle gevallen gelet op naleving van de leeftijdsgrens en doorschenken bij dronkenschap. De evenementen worden vanzelfsprekend gecontroleerd op de voorwaarden die zijn opgenomen in de vergunning.
De mystery visits worden uitgevoerd door jongeren onder de 18 jaar. Bij scholen, jeugdsozen en buurthuizen zullen jongeren worden gevraagd om de mystery visits uit te voeren. Zij zullen alcoholische dranken proberen te kopen bij de supermarkten en slijterijen. Indien de jongeren alcoholische dranken kunnen kopen en meekrijgen, ontvangen de ondernemers achteraf een brief van de gemeente.
Voor de controles op bovenstaande prioriteiten zijn er binnen de gemeentelijke organisatie twee BOA’s beschikbaar (2fte). Wanneer nodig kan er worden samengewerkt met BOA’s uit andere Drentse gemeenten. Samenwerking met de politie is bij deze controles belangrijk.
De eerste twee jaar worden bovenstaande controles uitgevoerd. Na deze twee jaar worden de controles geëvalueerd. Er wordt gekeken naar waar de meeste overtredingen hebben plaatsgevonden, waarna er een risicomatrix kan worden opgesteld ten behoeve van risicogericht toezicht. Dit betekent dat het toezicht plaatsvindt daar waar de meeste risico’s zijn op overtredingen.
De sanctionering van overtredingen wordt uitgevoerd middels de voorgeschreven bevoegdheden die zijn vastgelegd in de artikelen 41 tot en met 44b van de Alcoholwet. Zo is bijvoorbeeld in artikel 44 lid 1 opgenomen dat de burgemeester de bevoegdheid heeft om de verkoop van zwak-alcoholhoudende dranken te ontzeggen, wanneer er binnen 12 maanden driemaal artikel 20, lid 1 (leeftijdsgrens) is overtreden. De burgemeester kan daarnaast een bestuurlijke boete opleggen bij een overtreding van artikelen 3, 4, 9, derde, vierde en vijfde lid, 12 tot en met 19, artikel 20, eerste tot en met derde lid, 22, eerste en tweede lid, 24, 25, behoudens het derde lid, 25a tot en met 25d, 29, derde lid, 35, tweede en vierde lid, of 38.
Als aanvulling op hetgeen dat is opgenomen in de Alcoholwet wordt er in het geval van een eerste overtreding een waarschuwing opgelegd (in de gevallen waarbij sprake is van de mogelijkheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete). De sanctionering van overtredingen blijft echter altijd maatwerk. Dit betekent dat er altijd gekeken wordt naar de situatie en omstandigheden.
In sommige gevallen is het opleggen van een bestuurlijke boete niet mogelijk. Zo valt de sanctionering van de bepalingen over dronkenschap (artikel 20 lid 4 en 5 Alcoholwet) onder artikel 252 van het Wetboek van Strafrecht.
5.3 Verbinding preventie en handhaving
Controles op basis van steekproeven (minimaal 12 keer per jaar) |
||
Tabel 6: Verbinding tussen preventie en handhaving
Om te zorgen voor een goede uitvoering moet duidelijk zijn wie verantwoordelijk is voor welke acties. Daarom wordt hieronder per acties kort weergegeven wie de initiatiefnemer is en wie de samenwerkingspartners zijn. Daarnaast wordt weergegeven op welke basis de actie wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld jaarlijks of gedurende de hele periode.
Training en voorlichting: het initiatief voor trainingen en voorlichting ligt bij de gemeente en de samenwerkingspartners VNN, Gezond in Midden-Drenthe en de GGD. Trainingen worden jaarlijks gegeven aan barmedewerkers/vrijwilligers van sportverenigingen, evenementen horecagelegenheden, dorpshuizen en supermarkten/slijterijen. Ook voorlichtingen worden jaarlijks gegeven op het voortgezet onderwijs. Het initiatief kan ook liggen bij de scholen, sportverenigingen of alcoholverstrekkers wanneer er vaker behoefte is aan trainingen of voorlichtingen.
De doelstellingen die zijn geformuleerd in hoofdstuk 4 kunnen worden gemonitord aan de hand van de uitkomsten van onderzoeken van de GGD. Zo bieden de jeugdgezondheidsmonitor, gezondheidsmonitor volwassen en de gezondheidsmonitor ouderen inzicht of de gestelde doelen behaald zijn. Elke vier jaar worden deze onderzoeken uitgevoerd, dit betekent dat er elke 4 jaar een mogelijkheid is om de doelstellingen te monitoren en te evalueren.
Elke twee jaar wordt er een tussenevaluatie uitgevoerd om de voortgang te bepalen en waar nodig bij te sturen. Er is gekozen voor een evaluatie na twee jaar, omdat de implementatie van de preventie- en handhavingsacties de nodige tijd in beslag neemt. Hierdoor wordt het effect van die acties pas later zichtbaar. Bij de evaluatie zullen tevens de drinkplaatsen worden meegenomen, maar worden ook de deelnemers aan de voorlichtingen bijgehouden. Zo kan worden gemonitord of de voorlichtingen aansprekend zijn en of ze ook effect hebben op het drankgebruik onder jongeren.
Daarnaast wordt elke vier jaar het volledige beleid geëvalueerd. De evaluatie biedt input voor de volgende vier jaar. Bij de evaluatie wordt gebruik gemaakt van een soortgelijke enquête onder jongeren en ouders/verzorgers die voorafgaand aan dit beleid ook is uitgezet. Dit om de verschillen te kunnen bepalen tussen de situatie voorafgaand aan het beleid en na afloop van het beleid.
In deze bijlage worden een aantal definities gegeven, met name omtrent de hoeveelheid geconsumeerde alcohol. Belangrijk om te vermelden is dat bij veel van deze woorden meerdere definities bestaan. In die gevallen is gekozen om aan te sluiten bij de definities van de GGD of van Trimbos Instituut in het geval de GGD geen definitie geeft.
Aangeschoten : afhankelijk van de persoon is bij 3 tot 7 glazen (0,5 tot 1,5 promille) sprake van een aangeschoten toestand. Stemming en gedrag veranderen duidelijk. Het geheugen, de reactiesnelheid en de coördinatie (bijvoorbeeld evenwicht) verminderen. Ook verslechtert het zicht en is er sprake van verminderde rijvaardigheid.
Dronken : afhankelijk van de persoon is bij circa 15 glazen (1,5 tot 3 promille) sprake van een dronken toestand. De benoemde effecten van een aangeschoten toestand worden versterkt. Daarnaast is er sprake van overdreven emotioneel en mogelijk agressief gedrag. Fysieke effecten kunnen zijn een rood gezicht, vergrootte pupillen, misselijkheid en braken.
B ijlage 2: R esultaten gesprekken en enquêtes samenwerking s partners
Bijlage 3 : Rapportage Enigma Research , april 2023
Rapportage Preventie- en handhavingsplan al cohol
Duik dieper in de resultaten met de online rapportage
2. Resultaten onderzoek onder jongeren
3. Conclusie onderzoek onder jongeren
4. Resultaten onderzoek onder ouders/verzorgers
5. Conclusie onderzoek onder ouders/verzorgers
De gemeente Midden-Drenthe is bezig met het opstellen van een preventie- en handhavingsplan alcohol. Het doel van dit plan is alcoholgerelateerde schade, vooral bij jongeren, te voorkomen. Dat kan bijvoorbeeld met voorlichting en de inzet van handhaving op het schenken van alcohol aan minderjarigen.
Om de juiste preventieve middelen in te kunnen zetten en de handhavingsstrategie te kunnen bepalen, is het belangrijk om de situatie rondom het alcoholgebruik onder jongeren in de gemeente Midden-Drenthe in beeld te krijgen. De gemeente Midden-Drenthe heeft daarom aan Enigma Research gevraagd om een onderzoek uit te voeren onder jongeren (12 t/m 17 jaar) en ouders/verzorgers met kinderen in deze leeftijd.
Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van online kwantitatief marktonderzoek. De resultaten zijn verwerkt met behulp van het (mobiele) onderzoekssysteem van Enigma Research. De respondenten zijn door de gemeente Midden-Drenthe zelf geworven door middel van een communicatiecampagne die opriep om deel te nemen aan het onderzoek.
Het veldwerk heeft plaatsgevonden van 29 maart t/m 24 april 2023
Er zijn 279 jongeren van 12 t/m 17 jaar die het onderzoek volledig hebben ingevuld. Met een netto steekproef van 279 afgeronde vragenlijsten valt, met een betrouwbaarheid van 95%, te concluderen dat de steekproefuitkomst maximaal 5,9% zal afwijken van de werkelijke situatie.
Onder de ouders/verzorgers hebben 43 personen meegedaan aan de enquête; de resultaten van deze groep moeten, gezien het lage aantal respondenten, als indicatief worden beschouwd.
Enigma Research is gespecialiseerd in het uitvoeren van online kwantitatief marktonderzoek. We gaan hierbij innovatief te werk en zien het als een uitdaging om nieuwe ontwikkelingen op het gebied van (smart)technologie toe te passen bij de benadering van respondenten. We voeren onze marktonderzoeken uit met behulp van zelfontwikkelde onderzoeksoftware. Door onze kennis van ICT en marktonderzoek met elkaar te combineren, zijn wij in staat om marktonderzoeksoplossingen aan te bieden die naadloos aansluiten op de wensen van onze opdrachtgevers.
Resultaten onderzoek onder jongeren
Praten over het drinken van alcohol
Tweederde van de ondervraagde jongeren heeft in de afgelopen 12 maanden weleens met zijn of haar ouders/verzorgers gepraat over het drinken van alcohol
Vraag 4: Heb je in de afgelopen 12 maanden weleens met je ouders/verzorgers over het drinken van alcohol gepraat?
Uitsplitsing naar mag alcohol drinken van ouders of verzorgers:
Uitsplitsing naar heeft weleens alcohol gedronken:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Toestemming ouder/verzorgers voor het drinken van alcohol
De helft van de jongeren die weleens alcohol heeft gedronken doet dit stiekem
Vraag 5: Mag je van je ouders/verzorgers alcohol drinken?
Uitsplitsing naar heeft weleens alcohol gedronken:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Naarmate de leeftijd toeneemt, vinden ouders/verzorgers het vaker (bij uitzondering) akkoord dat hun kind alcohol drinkt. Vanaf 14 jaar laten ouders/verzorgers de teugels daarbij vaker vieren. Waar 11% van de 12-jarigen en 23% van de 13-jarigen (bij uitzondering) alcohol mag drinken, is dit bij 14-jarigen al bijna de helft (46%). Het percentage neemt verder toe bij 15-jarigen (63%) en onder jongeren van 16 en 17 jaar (77%).
Afspraken over het drinken van alcohol
Zeven op de tien jongeren die van hun ouders/verzorgers alcohol mogen drinken hebben hierover afspraken gemaakt
Vraag 6: Heb je afspraken met je ouders/verzorgers gemaakt over het drinken van alcohol?*
Tweederde van de ondervraagde jongeren heeft weleens alcohol gedronken
Vraag 7: Heb je weleens alcohol gedronken?
Uitsplitsing naar mag alcohol drinken van ouders of verzorgers:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Leeftijd en manier waarop jongeren voor het eerst alcohol dronken
Gemiddeld waren de ondervraagde jongeren 12 jaar toen ze voor het eerst alcohol dronken
Deze vragen zijn alleen voorgelegd aan jongeren die weleens alcohol hebben gedronken.
Vraag 8: Hoe oud was je toen je voor het eerst alcohol dronk?
Vraag 9: Op welke manier/waar dronk je voor het eerst alcohol?
Het vaakst dronk men voor het eerst alcohol met hun ouders/verzorgers thuis (32%). Andere manieren die door minimaal één op de acht worden genoemd zijn met een vriend/vriendin (15%), tijdens een familiefeest (zoals verjaardagen) (14%) of tijdens een feestje met vrienden (13%). Nog eens 6% dronk voor het eerst alcohol in de keet.
De helft van de jongeren die weleens alcohol heeft gedronken drinkt bijna nooit
Deze vraag is alleen voorgelegd aan jongeren die weleens alcohol hebben gedronken.
Vraag 10: Hoe vaak drink je alcohol?
Uitsplitsing naar mag alcohol drinken van ouders of verzorgers:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Jongeren die van hun ouders/verzorgers alcohol mogen drinken, doen dit ook significant vaker. Van die jongeren die weleens alcohol hebben gedronken, maar dit niet mogen van hun ouders/verzorgers drinkt driekwart (77%) bijna nooit. Onder de groep die dit wel mag is dit maar 32%. Ouders/verzorgers hebben dus invloed op het alcoholgebruik van hun kinderen.
Plekken, soort alcohol en manier van verkrijgen
Jongeren drinken het vaakst alcohol op plekken waar geen regelgeving vanuit de overheid is
Deze vragen zijn alleen voorgelegd aan jongeren die weleens alcohol hebben gedronken en dit vaker dan "bijna nooit" doen.
*Bij deze vragen kon men meerdere antwoorden geven. De percentages tellen daardoor op tot meer dan 100%.
Vraag 11: Op welke plek(ken) drink je alcohol?*
Vraag 12: Wat voor soort alcohol drink je?*
Vraag 13: Hoe kom je aan de alcohol?*
De top vier van genoemde plekken zijn allemaal locaties waar geen regelgeving vanuit de overheid is. Toch zegt een gedeelte van de jongeren ook alcohol te nuttigen op plekken waar dit niet aan hen verkocht mag worden; twee op de vijf drinken alcohol op een festival (39%) en/of in de kroeg/café (38%).
Uitspraken met betrekking tot alcoholgebruik
Een kwart heeft weleens het gevoel gehad dat ze te veel alcohol hadden gedronken
Deze vraag is alleen voorgelegd aan jongeren die weleens alcohol hebben gedronken.
Vraag 14: In hoeverre ben je het eens met de onderstaande stellingen?
Stelling: Ik heb weleens het gevoel gehad dat ik te veel alcohol had gedronken.
Uitsplitsing naar mag alcohol drinken van ouders of verzorgers:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Tweederde van de jongeren heeft minimaal weleens iets gezien van de campagne NIX18
Vraag 15: Ken je de campagne NIX18?
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
*Een volledige weergave van de open antwoorden is te vinden in de online rapportage.
Conclusies onderzoek onder jongeren
Communicatie/afspraken met ouders/verzorgers
Zeven op de tien (69%) jongeren, die van hun ouders/verzorgers alcohol mogen drinken, hebben hierover afspraken gemaakt. Het vaakst zijn er afspraken gemaakt met betrekking tot het maximaal aantal glazen dat er gedronken mag worden (24%). Nog eens één op de vijf (19%) heeft (ook) afgesproken welke soort alcohol ze mogen drinken.
Gebruik en verantwoordelijkheid
Meer dan de helft (54%) van de jongeren, die weleens alcohol heeft gedronken, drinkt echter bijna nooit. Het percentage dat bijna nooit drinkt neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Jongeren die van hun ouders/verzorgers alcohol mogen drinken, doen dit ook significant vaker. Ouders/verzorgers hebben dus invloed op het alcoholgebruik van hun kinderen.
De gemiddelde leeftijd dat jongeren zeggen voor het eerst te hebben gedronken komt uit op 12 jaar. Bijna alle locaties waar jongeren voor het eerst dronken betreffen plekken waar geen regelgeving vanuit de overheid is. Het vaakst dronk men voor het eerst alcohol met hun ouders/verzorgers thuis (32%).
Ook de vier meest genoemde plekken waar jongeren met enige regelmaat alcohol drinken zijn locaties waar geen regelgeving vanuit de overheid is. Toch zegt een gedeelte van de jongeren ook alcohol te nuttigen op plekken waar dit niet aan hen verkocht mag worden; twee op de vijf drinken alcohol op een festival en/of in de kroeg/café. Een kwart heeft weleens het gevoel gehad dat ze te veel alcohol hadden gedronken.
Resultaten onderzoek onder ouders/verzorgers
Vraag 5: Hoe vaak drinkt u alcohol?
Vraag 6: In hoeverre bent u het eens met de onderstaande stellingen?
Stelling 3 en 4 zijn niet voorgelegd indien men geen alcohol drinkt.
Rode cijfers (N) zijn indicatief.
Acceptabele leeftijd om voor het eerst alcohol te drinken
Ouders/verzorgers vinden 18 jaar gemiddeld een acceptabele leeftijd om voor het eerst alcohol te drinken
Vraag 7: Wat is in uw ogen een acceptabele leeftijd om voor het eerst alcohol te drinken?
Rode cijfers (N) zijn indicatief.
Opvallend is dat bijna de helft (46%) een leeftijd onder de 18 jaar ook al acceptabel vindt. Hierbij wordt voornamelijk van de oude maatstaaf van 16 jaar en ouder uitgegaan (38% pleit voor 16 of 17 jaar; slechts 8% voor onder de 16 jaar). Eén derde (33%) noemt exact 18 jaar als acceptabele leeftijd.
Praten over het drinken van alcohol en toestemming om te drinken
Ruim negen op de tien ondervraagde ouders/verzorgers hebben in de afgelopen 12 maanden weleens met hun kind gepraat over het drinken van alcohol
Vraag 8: Heeft u in de afgelopen 12 maanden weleens met uw kind over het drinken van alcohol gepraat?
Uitsplitsing naar leeftijd kind:
Vraag 9: Mag uw kind alcohol drinken?
Uitsplitsing naar leeftijd kind:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Ouders/verzorgers lijken vaker met hun kinderen over het drinken van alcohol te praten als ze richting de 18 jaar gaan. Zo heeft een kwart (25%) van de ouders/verzorgers met hun kind van 16 of 17 jaar in de afgelopen 12 maanden vaak over dit onderwerp gepraat, terwijl 4% van de ouders/verzorgers met kinderen in de leeftijd van 12 t/m 15 jaar dit hebben gedaan.
Deze vragen zijn alleen voorgelegd aan ouders/verzorgers waarvan het kind alcohol mag drinken.
Vraag 10: Op welke plek(ken) drinkt uw kind weleens alcohol?*
*Bij deze vraag kon men meerdere antwoorden geven. De percentages tellen daardoor op tot meer dan 100%.
Vraag 11: Koopt u weleens alcohol voor uw kind?
Vraag 12: In hoeverre bent u het eens met de onderstaande
Mijn kind mag alleen alcohol drinken onder toezicht van een volwassene.
De top vier van genoemde plekken zijn allemaal locaties waar geen regelgeving vanuit de overheid is. Toch zegt een gedeelte van ouders/verzorgers ook dat hun kind alcohol drinkt op plekken waar dit niet aan hen verkocht mag worden; twee op de vijf noemen een kroeg/café (38%) en een kwart (25%) zegt dat hun kind drinkt op een festival.
Deze vragen zijn alleen voorgelegd aan ouders/verzorgers waarvan het kind alcohol mag drinken.
Vraag 13: Heeft u afspraken met uw kind gemaakt over het drinken van alcohol?*
*Bij deze vraag kon men meerdere antwoorden geven. De percentages tellen daardoor op tot meer dan 100%.
Vraag 14: Worden de afspraken die u heeft gemaakt met uw kind altijd nagekomen?
Ruim de helft van de ondervraagde ouders/verzorgers zegt of denkt dat hun minderjarige kind weleens alcohol heeft gedronken
Vraag 15: Heeft uw kind weleens alcohol gedronken?
Uitsplitsing naar leeftijd kind:
Rode cijfers (N) zijn indicatief
Groen: Significant hoger dan de andere groepen te samen.
Rood: Significant lager dan de andere groepen te samen.
Vraag 16: Hoe oud was uw kind toen hij/zij voor het eerst alcohol dronk?
Deze vraag is alleen voorgelegd aan ouders/verzorgers die aangeven dat hun kind weleens alcohol heeft gedronken.
Vraag 17: Hoe vaak drinkt uw kind (denkt u) alcohol?
Deze vraag is alleen voorgelegd aan ouders/verzorgers die aangeven dat (zij denken dat) hun kind weleens alcohol heeft gedronken.
Groepsdruk en bekendheid campagne NIX18
Meer dan de helft van de ouders/verzorgers maakt zich (enigszins) zorgen over de invloed van groepsdruk op het (toekomstig) alcoholgebruik van hun kind
Vraag 18: In hoeverre maakt u zich zorgen over de invloed van groepsdruk op het (toekomstig) alcoholgebruik van uw kind?
Vraag 19: Kent u de campagne NIX18?
De voorkeur gaat uit naar online manieren
Vraag 20: Op welke manieren zou u tips en/of adviezen willen ontvangen over hoe u (in de toekomst) uw kind(eren) kunt begeleiden bij alcoholgebruik?
*Bij deze vraag kon men meerdere antwoorden geven. De percentages tellen daardoor op tot meer dan 100%.
Conclusies onderzoek onder ouders/verzorgers
Alcoholgebruik van ouders/verzorgers
De helft (56%) van de ouders/verzorgers drinkt vaker dan één keer per maand alcohol, waarbij ruim één derde (37%) wekelijks drinkt. Bijna alle ouders/verzorgers (91%) zijn zich bewust van de voorbeeldfunctie die ze hebben tegenover hun kind(eren) wat betreft alcoholgebruik. Nog eens 77% zegt ook invloed te hebben op het (toekomstige) alcoholgebruik van hun kind(eren).
Ouders/verzorgers vinden 18 jaar gemiddeld een acceptabele leeftijd om voor het eerst alcohol te drinken. Bijna alle ondervraagde ouders/verzorgers (93%) hebben in de afgelopen 12 maanden weleens met hun kind gepraat over het drinken van alcohol. Van ruim één derde (37%) van de ouders/verzorgers mag hun minderjarige kind alcohol drinken. Ouders/ verzorgers met een kind van 16 of 17 jaar vinden dit vaker goed dan degenen die een kind tussen de 12 en de 15 jaar hebben.
Volgens de ondervraagde ouders/verzorgers drinken jongeren het vaakst alcohol thuis, bij vrienden thuis of bij een feestje onder vrienden (alle drie 69%). Daarnaast drinken twee op de vijf (38%) (ook) tijdens familiefeesten (zoals verjaardagen). De top vier van genoemde plekken zijn allemaal locaties waar geen regelgeving vanuit de overheid is. Toch zegt een gedeelte van ouders/verzorgers ook dat hun kind alcohol drinkt op plekken waar dit niet aan hen verkocht mag worden; twee op de vijf noemen een kroeg/café (38%) en een kwart (25%) zegt dat hun kind drinkt op een festival.
Een ruime meerderheid van de ouders/verzorgers (81%) heeft afspraken gemaakt met hun kind over het drinken van alcohol. Het vaakst zijn er in het verleden afspraken gemaakt over de leeftijd waarop hij/zij mocht drinken (44%). Nog eens 38% heeft afgesproken hoeveel glazen hun kind mag drinken. Driekwart zegt (31%) of denkt (46%) dat de afspraken dat zij hebben gemaakt met hun kind altijd worden nagekomen. Een kwart (23%) is hier niet helemaal van overtuigd.
Ruim de helft (56%) van de ondervraagde ouders/verzorgers zegt of denkt dat hun minderjarige zoon of dochter weleens alcohol heeft gedronken. De ouders/verzorgers die weten dat hun kind weleens alcohol heeft gedronken, noemen gemiddeld de leeftijd van 15 jaar dat hun kind voor het eerst alcohol dronk. Dit is drie jaar ouder dan de gemiddelde leeftijd die de jongeren zelf aangeven. Eén op de vijf (21%) jongeren, waarvan de ouders/verzorgers weten of denken dat ze weleens alcohol drinken, doet dit volgens hun ouders/verzorgers wekelijks. Bijna twee op de vijf (37%) drinkt volgens de ouders/verzorgers bijna nooit of minder vaak dan eens in de maand.
Uitgevoerd door Enigma Research
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-296928.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.