Preventie - & handhavingsplan middelengebruik 2024-2027

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;

heeft vastgesteld:

 

Integraal actieplan middelengebruik

 

Het preventie - & handhavingsplan middelengebruik

 

2024-2027

 

1. Inleiding

1.1 Aanleiding en doel

Blootstelling aan alcohol, maar ook aan drugs, tabak, nicotine en vapes tijdens de jeugd kunnen schadelijke gevolgen hebben. Het is belangrijk om samen met partners maatregelen te treffen om het middelengebruik onder jongeren en jongvolwassenen te beperken. Een belangrijk onderdeel is de omgeving bewust maken van signalen en handelingsperspectief te bieden. We zien dat de cijfers wat betreft middelengebruik onder jongeren relatief hoog zijn. In het integrale actieplan middelengebruik van de gemeente Groningen ligt de focus voornamelijk op jongeren en jongvolwassenen. Dit is omdat we prioriteiten moeten stellen en we het vermoeden hebben dat er bij jongeren en jongvolwassenen in ieder geval nog veel winst te behalen valt. Dit beleid geeft een integrale aanpak weer om het middelengebruik te beperken onder jongeren en jongvolwassenen. In het plan is aandacht voor zowel preventie als handhaving. Er wordt wel stevig ingezet op het preventieve gedeelte, voorkomen is immers beter dan genezen.

 

‘Het doel van preventie is te zorgen dat mensen gezond blijven door hun gezondheid te bevorderen en te beschermen. Ook heeft preventie tot doel, ziekten en complicaties van ziekten te voorkomen of in een zo vroeg mogelijk stadium op te sporen. Preventieve maatregelen worden op verschillende locaties (settings) uitgevoerd, bijvoorbeeld in de zorg, op school, in de wijk en op de werkplek. Bij een integrale benadering richten preventiemaatregelen zich zowel op het gedrag van de personen als op de fysieke en sociale omgeving .’ 1

 

1.2 Visie

Vanuit het gezondheidsbeleid hebben we de visie van positieve gezondheid overgenomen. De World Health Organisation (WHO) definiëerde in 1948 het begrip ‘gezondheid’ als ‘a state of complete physical, mental and social well-being and not merely the absence of disease or infirmity’. Vanuit die definitie ontstond een omslag in het denken van ziekte & zorg naar gezondheid & gedrag. In het preventie- en handhavingsplan sluiten wij ons aan bij het begrip "positieve gezondheid", zoals geïntroduceerd door Machteld Huber: "het vermogen van individuen om met levensuitdagingen (fysiek, emotioneel, sociaal) om te gaan en daar eigen regie over te voeren." In deze kijk op gezondheid ligt de nadruk op veerkracht, eigen regie en welbevinden. Niet de ziekte of het probleem staat centraal, maar het vermogen en de eigen (veer)kracht van mensen om hiermee om te gaan en te kunnen participeren in de samenleving. Machteld Huber onderscheidt zes pijlers voor positieve gezondheid: lichaamsfuncties, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, sociaal-maatschappelijk participeren (meedoen) en dagelijks functioneren. De optelsom hiervan is van invloed op de mate waarin een individu in staat is om te gaan met levensuitdagingen. Het gaat dus om veel meer dan gezondheid in de klassieke zin van het woord. Het gaat ook om het hebben van een sociaal netwerk, werk of dagbesteding enzovoort. Door het toepassen van het concept Positieve Gezondheid in het preventie- en handhavingsplan wordt anders gekeken naar de wijze waarop jongeren benaderd worden om hun gedrag te veranderen. Door op deze manier te kijken naar middelengebruik onder jongeren en jongvolwassenen, gaat de aandacht meer uit naar het inzetten op beschermende factoren. Welke beschermende factoren kunnen ervoor zorgen dat jongeren en jongvolwassenen minder middelen gaan gebruiken? Dit vraagt om activiteiten gericht op de jeugd maar ook om activiteiten gericht op de omgeving.

 

1.3 Ambities

Zo min mogelijk overmatig alcoholgebruik onder jongvolwassenen

Overmatig alcoholgebruik onder jongvolwassenen (18-27 jaar) heeft enorm veel invloed op de hersenontwikkeling. Daarom is het belangrijk om het alcoholgebruik onder jongvolwassenen te verminderen. Dat levert uiteindelijk veel gezondheidswinst op.

 

Geen middelengebruik onder de 18 jaar

Het gebruik van middelen is onder de 18 jaar schadelijker dan bij volwassenen. Daarom is de aanschaf van middelen onder 18 jaar verboden. Hierdoor kunnen we alleen maar als doel met elkaar hebben om uiteindelijk geen middelengebruik onder de 18 jaar te hebben.

 

Integraal aanbod met o.a. middelengebruik op alle middelbare scholen in Groningen aanbieden

De school is een belangrijke vindplaats voor middelengebruik onder jongeren. Pubers zijn enorm beïnvloedbaar en zijn daardoor kwetsbaar. Daarom is het belangrijk om maatregelen te nemen om deze groep bewust te maken van de gevaren van middelengebruik, zodat zij zelf betere keuzes kunnen maken. We zouden graag in 2027 zien dat elke middelbare school die inzet op dit thema heeft vastgelegd in hun schoolbeleid.

 

Een rookvrije generatie

Roken kan veel schade aan de gezondheid aanbrengen. Daarom is het belangrijk dat kinderen zo min mogelijk in aanraking komen met roken. Ten eerste om te zorgen dat zij niet “meeroken” en ten tweede om te zorgen dat zij geen slecht voorbeeld te zien krijgen, waardoor de drempel voor hen later groter is om te gaan roken.

2. Kaders

Een preventie- en handhavingsplan staat niet op zichzelf. Er is regelgeving die kaders stellen en soms een onderbouwing of stimulans zijn voor het beleid op middelengebruik.

 

2.1 Wetten en akkoorden

Nationaal preventieakkoord

Het Nationaal Preventieakkoord biedt het kader voor het preventie- en handhavingsplan waar we ons als gemeente voor moeten inzetten. Eind 2018 is het Nationaal Preventieakkoord ondertekend door een groot aantal partijen in Nederland, zo ook door de VNG namens de gemeenten en door GGD GHOR namens de GGD'en. Het Nationaal Preventieakkoord bevat doelstellingen over vermindering van roken, alcoholgebruik en overgewicht. De ambitie voor 2040 wat betreft middelengebruik is als volgt: "Jongeren onder de 18 drinken geen alcohol. De groep overmatige en zware drinkers is fors afgenomen en ook drinken tijdens de zwangerschap komt niet meer voor."

 

Wet publieke gezondheid

De Wet publieke gezondheid regelt de organisatie van de openbare gezondheidszorg, de bestrijding van infectieziektecrises en de isolatie van personen/vervoermiddelen die internationaal gezondheidsgevaren kunnen opleveren. Ook regelt de wet de jeugd- en ouderengezondheidszorg. De Wet publieke gezondheid vervangt sinds 2008 de Infectieziektenwet, de Wet collectieve preventie volksgezondheid en de Quarantainewet.

 

Alcoholwet

In de Alcoholwet staat dat gemeenten een preventie- en handhavingsplan voor middelen moet opstellen. Verder staan in de Alcoholwet eisen over de verkoop van alcohol. Toezicht en handhaving vindt plaats door gemeentelijke toezichthouders.

 

Opiumwet

Op basis van de Opiumwet is geregeld welke drugs verboden is en wat de strafbaarstelling is. De Opiumwet verbiedt de productie, bezit en verkoop. In de Opiumwet staat geen gebruiksverbod. Lokaal is in de Algemene plaatselijke verordening wel een artikel opgenomen dat het verboden is om drugs te gebruiken als het samengaat met een verstoring van de openbare orde.

 

Experiment gesloten coffeeshopketen

Voor hennep en hasjiesj geldt een ander regime. In 2024 gaat het experiment gesloten coffeeshopketen van start. In de experimentregelgeving staan regels over verbod op aanwezigheid van en verkoop aan minderjarigen, verplichting om voorlichtingsmateriaal in coffeeshop te hebben en verkooppersoneel moet een cursus hebben gevolgd die gericht is op voorlichting geven en bij vermoeden van problematisch gebruik kunnen doorverwijzen naar informatie of zorg. Daarbij komt de hennep en hasjiesj afkomstig van aangewezen telers, en op kwaliteit gecontroleerd zal zijn. Tijdens het experiment zal toezicht en handhaving door de gemeentelijke toezichthouders plaatsvinden.

 

2.2 Doelgroep

De doelgroep van dit actieplan zijn jongeren en jongvolwassenen tot 27 jaar. Het is bekend dat de gezondheidsschade van alcohol- en drugsgebruik het grootst is onder de 24 jaar. Jongeren en jongvolwassenen onder de 27 jaar zijn fysiek nog niet geheel volwassen en met name de hersenen zijn nog in ontwikkeling. Middelengebruik kan deze ontwikkeling schaden. Bij jongeren die regelmatig middelen gebruiken is de kans op verslavingen op latere leeftijd groter. Voor de doelgroep tot 18 jaar ligt het accent op het tegengaan van alcohol – en cannabisgebruik, maar we hebben ook aandacht voor bijvoorbeeld vapen. Voor de doelgroep tot 24 ligt het accent op het tegengaan van overmatig alcoholgebruik zoals het ‘binge-drinken’. Voor wat betreft drugs ligt de focus voornamelijk op preventie: het voorkomen dat jongeren beginnen met middelengebruik. De centrale overheid heeft de leeftijdsgrens voor verkoop én bezit van alcohol per 1 januari 2014 verhoogd naar 18 jaar. Het toezicht op de naleving van deze leeftijdsgrens wordt als een belangrijke prioriteit beschouwd binnen het gemeentelijk preventie- en handhavingsbeleid. De nadruk in dit preventie- en handhavingsplan ligt op jongeren en jongvolwassenen. Dit wil echter niet zeggen dat we helemaal geen oog hebben voor de doelgroep volwassenen. De insteek is om (overmatig) middelengebruik zo vroeg mogelijk te ontmoedigen, zodat de kans kleiner is dat men op een latere leeftijd (overmatig) gebruik maakt van middelen.

3. Huidige situatie

De meeste cijfers komen uit 2021. Daardoor is dat het meest recente feitelijke beeld wat we hebben. We verwachten echter dat de cijfers de afgelopen jaren niet fundamenteel gewijzigd zijn. In dit hoofdstuk worden een aantal cijfers en resultaten uitgelicht. De rest van de resultaten is te vinden in de Alcohol – en drugsscanner die het Trimbos Instituut voor ons heeft uitgevoerd (bijlage 2).

 

3.1 Beeld van middelengebruik in Groningen

3.1.1 Rioolwateronderzoek

In maart 2022 heeft de gemeente Groningen een rioolwateronderzoek naar drugsgebruik laten uitvoeren. Dit onderzoek geeft een objectief beeld van de totale hoeveelheid geconsumeerde drugs gedurende een bepaalde periode in de gemeente Groningen. Resultaten zeggen daarmee iets over inwoners van Groningen maar ook over bezoekers/toeristen die in de meetperiode aanwezig waren. De resultaten kunnen niet opgesplitst worden naar (leeftijds) groepen. In de week dat er rioolwateronderzoek is gedaan in de gemeente Groningen was de consumptie van de diverse gemeten drugs over het geheel genomen vergelijkbaar met het profiel van andere grote steden in Nederland. In vergelijking tot andere gemeenten waar vergelijkbaar onderzoek is gedaan lag de consumptie van cocaïne en 3-MMC/4-MMC relatief hoog. De piek lag vooral in het weekend. De consumptie van cannabis was gedurende de week dat er gemeten werd opvallend hoog. Niet eerder zijn er zulke hoge loads gevonden in Nederland. De cijfers die hierboven zijn beschreven bevestigen dit signaal van hoog cannabisgebruik in de gemeente Groningen.

3.1.2 Belangrijkste cijfers en signalen van professionals en betrokken partijen

Jongeren

Wanneer we kijken naar jongeren in Groningen liggen de grootste zorgen bij het gebruik van cannabis. Jongeren die cannabis gebruiken komen uit alle lagen van de samenleving, al lijkt gebruik met name bij jongeren waar al meer problemen spelen, voor problemen te zorgen. Het gebruik van cannabis lijkt in deze leeftijdsgroep normaler geworden en soms gezien als (sociaal) tijdverdrijf. Het beeld van de gesprekspartners dat een relatief grote groep jongeren cannabis gebruikt komt overeen met de gemeentelijke cijfers waar 7,7% (t.o.v. 4,4% landelijk) in 2021 aangeeft de afgelopen 4 weken cannabis te hebben gebruikt. Andere drugs lijken minder vaak te worden gebruikt. Dit blijkt zowel uit de gesprekken als de cijfers (7% heeft ooit harddrugs gebruikt waarvan 38% aangeeft dit in de afgelopen 4 weken gedaan te hebben). Naast zorgen rondom gebruik van drugs spelen ook zorgen met betrekking tot criminaliteit en de ervaren (on)veiligheid een rol. Het lijkt erop dat jongeren in jeugdgroepen gevaar lopen betrokken te worden in het criminele circuit en zo in aanraking komen met gevaarlijke personen. Ook zijn er vele signalen van jongeren met messen/wapens op zak al is niet duidelijk of dit een direct verband met middelengebruik/handel heeft. Wat betreft het gebruik van alcohol lijkt (problematisch) alcoholgebruik geen grote rol te spelen onder jongeren. Wanneer we de cijfers uit Groningen vergelijken met het landelijk gemiddelde zien we inderdaad dat zowel recent drinken als recent dronkenschap en bingedrinken iets onder het landelijk gemiddelde liggen (zie bijlage 2). Dat wil niet zeggen dat het geen probleem is dat toch een deel van de jongeren in klas 2 (13%) en 4 (39%) in de afgelopen vier weken alcohol hebben gedronken (2021). Wanneer jongeren alcohol drinken is dit met name thuis (soms zelfs met goedkeuring van de ouders).

 

Jongvolwassenen

Studenten spelen, met een kwart van de Groningse inwoners, een grote rol in de stad. Gesprekken over jongvolwassenen gingen dan ook met name over de groep studenten. De groep uitgaanders (anders dan studenten) is niet nader gespecificeerd tijdens de gesprekken en kwam zijdelings ter sprake. De resultaten en conclusies moeten met name met betrekking tot de studenten gelezen worden. Zowel uit de cijfers als uit de gesprekken met partners komt naar voren dat Groningse jongvolwassenen/studenten veel drinken ten opzichte van het landelijk gemiddelde (studenten: zwaar drinken 23% vs. 16% landelijk, overmatig 17% vs. 11% landelijk). Voor het forse alcoholgebruik lijken er geen grote zorgen te zijn. Er heerst de tendens dat het bij de levensfase hoort en in de meeste gevallen het (fors) drinken ook weer afneemt. Echte problemen worden in eerste instantie niet genoemd al volgen deze later in de gesprekken wel zoals agressie, grensoverschrijdend gedrag en (niet veilig) thuiskomen. Ook voor het gebruiken van drugs komt het beeld van de gesprekspartners overeen met de cijfers waarbij er onder studenten vaker cannabis (51% vs. 22%) xtc (25% vs. 13%), cocaïne (16% vs. 7%) en lachgas (23% vs. 9%) is gebruikt in het afgelopen jaar ten opzichte van het landelijk beeld onder studenten (2021). Wat betreft het gebruik van drugs zijn er grotere zorgen dan over het gebruik van alcohol. Zorgen gaan met name over het normaler lijkende karakter van drugsgebruik onder deze groep en het idee dat studenten de gevaren niet (altijd goed) overzien. Tot slot zijn personen uit een specifieke groep jongvolwassenen (waaronder ook jongeren met een licht verstandelijke beperking) betrokken bij het dealen van middelen, wat een aantrekkingskracht uitoefent op (kwetsbare) jongeren in jeugdgroepen. De mate van problematisch gebruik in deze groep is onbekend.

3.1.3 Meest recente bevindingen uit landelijke onderzoeken

Uit Het Grote Uitgaansonderzoek 2 (HGU) 2023 blijkt dat het gebruik van ecstasy, cocaïne en 3-MMC onder uitgaanders is toegenomen vergeleken met 2020. Het gebruik van 3-MMC is relatief het meest gestegen: het komt onder uitgaanders drie keer zo vaak voor als in 2020. Het gebruik van lachgas is sterk afgenomen. Daarnaast rapporteren veel gebruikers van cocaïne en ketamine ongewenste effecten na gebruik, zoals een snelle hartslag, vermoeidheid en slaapproblemen. Eén op de vijf gebruikers van ketamine meldt blaasklachten die een voorbode kunnen zijn voor meer ernstige urologische klachten. Fors alcohol drinken tijdens het uitgaan blijft ook in 2023 de norm: gemiddeld drinken mannen dan 7 glazen en vrouwen ruim 5 glazen. Voorafgaand aan het uitgaan komen daar nog ruim 6 glazen voor mannen en 4 voor vrouwen bij. Tijdens het uitgaan wordt ook flink gerookt, al lijkt een groot deel ‘gelegenheidsrokers’. Iets minder dan zestig procent (58,9%) had ten minste één keer in het afgelopen jaar gerookt en 22,0% rookte dagelijks. Op uitgaansdagen roken de respondenten meer dan op dagen dat zij niet uitgaan: respectievelijk gemiddeld 10 sigaretten versus 7 sigaretten. Het percentage uitgaanders dat in het afgelopen jaar heeft gevapet is verdubbeld, van 22,4% in 2020 naar 50,2% in 2023.

4. Doelen en inspanningen

4.1 Beleidsdoelen

Op basis van de cijfers en de ambities uit hoofdstuk 2 en 3, zijn er een aantal concrete en realistische beleidsdoelen opgesteld. Deze zijn toegespitst op de grotere ambities die zich richten op het tegengaan van middelengebruik onder de 18 jaar en het verminderen van middelengebruik onder jongvolwassenen. Hieronder staan de concrete beleidsdoelen.

 

  • -

    In 2027 ligt het percentage jeugdigen (klas 2 en 4 VO) dat in de afgelopen maand alcohol heeft gedronken op 20% of lager. In 2021 lag dit percentage op 26%.

  • -

    In 2027 ligt het percentage jeugdigen (klas 2 en 4 VO) dat wel eens rookt op 5% of lager (exclusief de e-sigaret). In 2021 lag dit percentage op 8%.

  • -

    In 2027 ligt het percentage jeugdigen (klas 2en 4 VO) die in de afgelopen maand cannabis heeft gebruikt op 5% of lager. In 2021 lag dit percentage op 8%.

  • -

    In 2027 ligt het percentage 18-34 jarigen dat weleens rookt op 20% of lager. In 2021 lag dit percentage op 24,6% . 3

4.2 Preventiemaatregelen

In de alcohol – en drugsscanner zijn de aanbevelingen die vanuit het Trimbos Instituut zijn gedaan te vinden. In de paragrafen hieronder wordt aangegeven welke stappen we voor elke aanbeveling ondernemen op het gebied van preventie. Daarnaast zijn de acties die we ondernemen op het creëren van een rookvrije generatie opgenomen in een paragraaf.

4.2.1 We zetten in op een integrale aanpak middelengebruik voor studenten

In september 2023 is er een projectleider gezonde en veilige studietijd vanuit het Akkoord van Groningen aangenomen. De afgelopen maanden heeft de projectleider goed in kaart kunnen brengen wat er speelt onder studenten (zowel WO, HBO als MBO studenten). De studenten weten de projectleider ook steeds beter te vinden en dat heeft als gevolg dat we steeds beter weten waar de behoeften van studenten liggen. Daar kunnen we vervolgens ons beleid op afstemmen. De komende jaren willen we, waar dat mogelijk en wenselijk is, dan ook meer initiatieven die voor en door studenten worden georganiseerd ondersteunen, omdat we van studenten horen dat dit voor hun het beste werkt. Ook zouden we meer aan educatie op het HBO en WO willen doen als dat financieel mogelijk is. Daarnaast voert VNN regelmatig gesprekken met studentenverenigingen om daar bewustzijn te creëren rondom alcohol – en drugsgebruik. Daar gaan we als gemeente meer bij aanhaken. Ook gaan we meer aandacht besteden aan het contact met het hoger onderwijs. Vanuit de lokale partners vanuit het hoger onderwijs werd ook de behoefte uitgesproken om beter contact te hebben met de gemeente en vaker samen op te trekken in het middelengebruik onder studenten.

4.2.2 We zetten in op een integrale aanpak cannabispreventie en hebben blijvend aandacht voor alcoholpreventie

Zoals in dit plan al naar voren komt, willen we zo integraal mogelijk samenwerken op het thema middelengebruik. Het implementatietraject ‘Opgroeien in een Kansrijke Omgeving (OKO)’ helpt ons om meer integraal samen te werken om middelengebruik onder jongeren terug te dringen. Het implementatietraject zet in op de vier domeinen rondom een jongere (10-18 jaar). Deze domeinen zijn: het gezin, de school, de peergroep en de vrijetijdsvoorzieningen. De komende vier jaar gaan we samen met onze lokale partners verder onderzoeken waar we binnen dit traject op de domeinen in gaan zetten. Inmiddels is er een projectleider aangenomen en zijn we het traject aan het opstarten.

 

Daarnaast willen we inzetten op educatie op middelbare scholen en mbo-scholen. Dit doen we door Helder op School aan te bieden op de vo en mbo-scholen. We doen dit in samenwerking met Verslavingszorg Noord Nederland (VNN). Dit is onderdeel van het integrale preventieaanbod wat we uiteindelijk willen uitrollen op alle scholen. Helder op School is een preventieprogramma met een integrale aanpak om leerlingen of studenten bewust te maken van de gevolgen en hen te stimuleren niet te roken of drinken, geen drugs te gebruiken en niet te veel te gamen. Onder deskundige begeleiding wordt er stap voor stap gewerkt aan het creëren van een gezond klimaat op school. Helder op School heeft vier pijlers: opstellen van een helder beleid, geven van lessen die werken, signaleren en begeleiden van leerlingen met problemen en aanpassen van de fysieke omgeving en betrekken van de ouders. Helder op School is opgezet door het Trimbos Instituut en is onderdeel van de Gezonde School, het landelijk initiatief voor verbetering van gezondheid op scholen. Zoals eerder in het plan ook al is beschreven, is het doel uiteindelijk om een integraal aanbod op alle scholen te hebben rondom middelengebruik en mentale gezondheid, zodat elke jongere in Groningen dezelfde educatie krijgt op dit thema.

4.2.3 We zoeken de (verdere) samenwerking met de horeca op en werken aan een gedeelde visie

We hebben met studentenverenigingen en de horeca die is aangesloten bij de Koninklijke Horeca Nederland een Convenant Veilig Uitgaan opgesteld. Niet alle horecazaken hebben dit convenant ondertekend. De komende jaren zouden we graag meer de verbinding willen zoeken met de niet-aangesloten horecazaken om ook met deze groep meer tot een gedeelde visie rondom middelengebruik te komen. Verder hebben we een Nachtraad. Deze stichting houdt zich bezig met alles rondom de Groningse nacht. Hun speerpunten zijn gezelligheid, diversiteit en veiligheid. Het is belangrijk om de samenwerking met deze stichting aan te blijven gaan. Ten slotte streven we naar 100% deelname aan het Convenant Veilig Uitgaan van de betrokken partners en volledige nakoming van afspraken door de betrokken partijen. Om dit te realiseren zullen we de komende tijd vanuit het gezondheidsdomein meer gesprekken gaan voeren met de horeca.

4.2.4 We zetten in op het rookvrij maken van plekken waar kinderen komen

We hebben de afgelopen jaren al stappen gemaakt in het rookvrij maken van onze gemeente. Zo zijn er rookvrije zones aangewezen rondom scholen, ziekenhuizen en andere openbare plekken. Ook zijn er campagnes gevoerd in samenwerking met de GGD. We hebben het streven om in 2025 alle sportparken en speeltuinen rookvrij te maken. Om dit te bereiken gaan we in samenwerking met stadsbeheer en Sport050 bebording en stoeptegels plaatsen om de boodschap van de rookvrije generatie nog meer onder de aandacht te brengen. Daarnaast worden er gesprekken met sportverenigingen gevoerd door Sport050 met als doel om van het niet roken bij sportparken het nieuwe normaal te maken.

 

4.3 Toezicht en handhaving

In de gemeente Groningen wordt het toezicht op de Alcoholwet en coffeeshops uitgevoerd door het team Horeca en Prostitutie van afdeling Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte. Toezicht in de openbare ruimte wordt uitgevoerd door onze boa's. In het Uitvoeringsprogramma Leefbaarheid en Veiligheid 2022-2024 en het Handhavingsprotocol Horeca Gemeente Groningen is vastgelegd wat we doen en hoe we dat doen. Voor de nieuwe plannen moet de prioriteit liggen op het tegengaan van alcohol – drugsgebruik onder de jeugd.

4.3.1 Controles alcohol- en middelen

We houden toezicht op naleving van wettelijke eisen uit de Alcoholwet en vergunningsvoorwaarden (zoals bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet) in de horeca, detailhandel, paracommercie en bij grote en/of risicovolle evenementen. We controleren hierbij onder andere op 18-, overmatig alcoholgebruik, vereiste aanwezigheid leidinggevende en het doorschenken aan dronken mensen. Ook let ons team op het gebruik van middelen (harddrugs) in horeca inrichtingen. Deze informatie delen we met ketenpartners.

 

Prioriteit ligt bij het handhaven van de leeftijdsgrens (onder de 18 geen druppel) voor het aankopen van alcohol. Dit doen wij onder meer door het inzetten van minderjarige testkopers in zowel de horeca als bij verkooppunten. Ook zetten we extra in op de controle van de leeftijdsgrens bij evenementen waar het risico op verstrekking van alcohol aan jongeren groter is.

 

Onze boa’s van het team handhaving openbare ruimte letten daarbij in het bijzonder op het gebruik van alcohol door jongeren in de openbare ruimte. Zij kunnen hiervoor een boete krijgen.

 

De gemeente Groningen doet mee met het experiment gesloten coffeeshopketen. Het toezicht en handhaving op coffeeshops zal daarom binnenkort plaatsvinden in het kader van de voorschriften van dit experiment. Deze voorschriften zijn vastgelegd in landelijke regelgeving en lokaal beleid en nadere regels. Coffeeshops worden meerdere keren per jaar gecontroleerd door de toezichthouders van afdeling horeca en prostitutie. Voorschriften zijn er onder andere op het gebied van verkoop onder de 18 jaar, preventie en de aanwezigheid of verkoop van harddrugs. In de Nota drugsbeleid is opgenomen welke sancties worden opgelegd bij overtredingen van de voorschriften.

 

Controles bestaan in het kort uit:

 

  • -

    Basiscontroles vergunningsvoorwaarden Alcoholwet

    • Horeca

    • Slijterijen

    • Paracommercie (sportverenigingen, jongerencentra, dorpshuizen etc.).

  • -

    Hotspotcontroles 18-

    • Alcoholverkooppunten zoals supermarkten

    • Evenementen

  • -

    Handhaving op alcoholgebruik in de openbare ruimte

    • In het bijzonder bij jongeren

  • -

    Controles coffeeshops

4.3.2 Risicoanalyse horeca

Samen met afdeling openbare orde en veiligheid (OOV) en politie bepalen we bij welke horeca inrichtingen de risico’s op overtredingen groter zijn. Dit doen we op basis van zowel kwalitatieve als kwantitatieve informatie. Hiervoor gebruiken we onze data- en informatieanalisten, maar ook ervaringen van onze inspecteurs en boa’s op straat. We controleren de inrichtingen met een hoger risico vaker en gerichter, onder andere op het nakomen van de vergunningsvoorwaarden en het schenken aan jongeren onder de achttien.

4.3.3 Handhavingsprotocol

In het Handhavingsprotocol Horeca Groningen hebben we vastgelegd wat voor soort sancties we opleggen bij overtredingen in horecagelegenheden. Hierbij gaat het van een waarschuwing tot een boete bij een lichte overtreding tot schorsing of intrekking van de horecavergunning bij zwaardere overtredingen. In de Nota drugsbeleid staan de bestuurlijke maatregelen bij overtredingen in coffeeshops.

5. Financiën

De activiteiten vanuit handhaving worden vanuit de directie Openbare Orde en Veiligheid bekostigd en vallen binnen de reguliere inzet van toezicht en handhaving. Voor 2024 is er 210.000 euro gereserveerd voor preventie van middelengebruik vanuit het toegekende knelpunt ‘Aansluiten programma Opgroeien in een Kanrijke Omgeving (OKO)’ en vanuit de GALA-middelen is er 27.995 euro beschikbaar voor 2024. Voor 2025 t/m 2027 zijn we nog op zoek naar structurele financiering. De projectleider gezonde en veilige studietijd wordt betaald vanuit het Akkoord van Groningen.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 12 juni 2024.

burgemeester,

Koen Schuiling

griffier,

Josine Spier

Bijlage 1: Uitvoeringsagenda’s middelengebruik

 

Onderstaande tabel geeft de huidige uitvoeringsagenda weer.

 

Activiteit

Wie?

Wanneer?

Helder op school*

VNN met gemeente Groningen

2024 en verder

Campagne alcoholpreventie (IkPas)

VNN met gemeente Groningen

2024

Opgroeien in een Kansrijke Omgeving

(OKO)

Trimbos Instituut en Gemeente Groningen

2024 - 2027

Speeltuinen, sportaccommodaties en bushaltes rookvrij maken*

Gemeente Groningen

2024-2025

Samenwerken met Projectleider ‘Gezonde en veilige studietijd’

Gemeente Groningen

2024 -2025

 

* Zonder structurele financiering stoppen deze activiteiten in 2025.

 

Het budget voor preventie middelengebruik is momenteel nog beperkt. Onderstaande tabel geeft de uitvoeringsagenda wanneer er meer geld beschikbaar komt, bijvoorbeeld vanuit de regio of het Rijk.

 

Activiteit

Wie?

Wanneer?

Integraal aanbod op alle middelbare scholen in Groningen aanbieden

Gemeente Groningen in samenwerking met mogelijke uitvoeringspartijen

2024 en verder

Opgroeien in een Kansrijke Omgeving

(OKO) en de nader te bepalen activiteiten die hier uitrollen

Trimbos Instituut en Gemeente Groningen

2024-2027

Aansluiten/faciliteren van initiatieven vóór en dóór studenten

Gemeente Groningen in samenwerking met uitvoerende partijen

2024 en verder

 

Bijlage 2: Alcohol – en drugsscan Trimbos Instituut

Dubbelklikken om het PDF bestand te openen.

 

 

Naar boven