Gemeente Zoetermeer – Publicatie van voornemen tot het aangaan van een tijdelijke huurovereenkomst van een gedeelte van de bedrijfsruimte gelegen aan Stadhuisplein 21 te Zoetermeer

De gemeente Zoetermeer geeft hierbij kennis van haar voornemen tot het sluiten van een tijdelijke verhuurovereenkomst voor een gedeelte van de bedrijfsruimte gelegen aan het Stadhuisplein 21 (2711 EC) te Zoetermeer, kadastraal bekend Gemeente Zoetermeer, sectie C, nummer 6918 (gedeeltelijk) met een grootte van circa 525 m² aan het project “de Ontzameling” van Museum de Voorde.

De gemeente Zoetermeer meent dat het project “de Ontzameling” van Museum de Voorde de enige serieuze gegadigde is die in aanmerking komt voor de (beoogde) tijdelijke verhuur van een gedeelte van voormelde bedrijfsruimte. De gemeente Zoetermeer heeft daarbij het volgende in overweging genomen:

• Het project “de Ontzameling” van Museum de Voorde kan niet op de oude locatie van Museum de Voorde plaatsvinden, aangezien deze gebruikt wordt voor tijdelijke huisvesting van het gemeentelijk apparaat, het project laten plaatsvinden dichtbij de oorspronkelijke locatie van het Museum is wenselijk voor de aanloop;

• Met oog op het feit dat er in dezelfde ruimte een gemeentelijk project gevestigd is, kan slechts een beperkt aantal organisaties zich vestigen in deze ruimte en het project “de Ontzameling” van Museum de Voorde sluit goed aan bij het gemeentelijke project.

Vervaltermijn

Indien u zich niet kunt verenigen met dit voornemen tot verhuur, dan dient u uiterlijk binnen 20 kalenderdagen na publicatie van dit voornemen een kort geding procedure starten bij de rechtbank ‘s-Gravenhage. Dit doet u door een dagvaarding uit te brengen aan het adres van de gemeente Zoetermeer. Als u dit niet binnen 20 kalenderdagen doet, dan vervalt het recht tegen al het voornoemde in rechte op te komen en/of daarop enige vordering tot schadevergoeding of welke andere aanspraak dan ook te baseren, althans heeft u uw rechten daarop verwerkt.

Met deze publicatie geeft de gemeente uitvoering aan het arrest van de Hoge Raad van 26 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1778).