Bestaande tekst
|
Nieuwe tekst
|
Afdeling 10 Straatnaamborden, huisnummere.d.
|
Afdeling 10 Straatnaamborden, huisnummers e.d.
|
Artikel 5:38 Definities
In deze afdeling wordt verstaan onder:
- a.
adres: door het college aan een verblijfsobject, een standplaats of een ligplaats toegekende benaming, bestaande uit een combinatie van de naam van een openbare ruimte, een nummeraanduiding en de naam van een woonplaats.
- b.
afgebakend terrein: een terrein met een kunstmatige of natuurlijke afbakening, waarop zich geen verblijfsobjecten bevinden en dat betreedbaar en afsluitbaar is.
- c.
convenant: het tussen de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Koninklijke TPG Post BV gesloten Kader Convenant en Nader Convenant inzake postcodes.
- d.
nummeraanduiding: door het college als zodanig toegekende aanduiding van een verblijfsobject, een standplaats, een ligplaats en een afgebakend terrein dat bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter- en/of cijfercombinatie.
- e.
openbare ruimte: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorziene buitenruimte die binnen één woonplaats is gelegen.
- f.
pand: kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
- g.
rechthebbende: een ieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht of een persoonlijk recht zodanig beschikking heeft over een onroerende zaak dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is om in die zaak te handelen zoals in deze afdeling is voorgeschreven, alsmede de beheerder.
- h.
standplaats: door het college als zodanig aangewezen terrein of een gedeelte daarvan dat is bestemd voor het permanent plaatsen van een niet direct en duurzaam met de aarde verbonden en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte ruimte.
- i.
uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen inzake naamgeving en nummering (adressen).
- j.
verblijfsobject: de kleinste binnen één of meerdere panden gelegen en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik die ontsloten wordt via een eigen afsluitbare toegang vanaf de weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte, die onderwerp kan zijn van goederenrechtelijke rechtshandelingen en in functioneel opzicht zelfstandig is.
- k.
wijk- en buurtindeling: een indeling van de gemeente in wijken en buurten conform de eisen die het CBS aan deze indeling verbindt.
- l.
woonplaats: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorzien gedeelte van het grondgebied van de gemeente.
|
Artikel 5:38 Definities
- 1.
In deze afdeling en de daarop gebaseerde bepalingen wordt verstaan onder:
dat wat daaronder wordt verstaan in de Wet basisregistratie adressen en gebouwen.
- 2.
In deze afdeling en de daarop gebaseerde bepalingen wordt verder verstaan onder:
- –
afgebakend terrein: een terrein met een kunstmatige of natuurlijke afbakening, waarop zich geen verblijfsobjecten bevinden en dat betreedbaar en afsluitbaar is.
- –
nummeraanduiding: dat wat daaronder wordt verstaan in de Wet basisregistratie adressen en gebouwen, met dien verstande dat deze bestaat uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter- en/of cijfercombinatie, en ook betrekking kan hebben op een afgebakend terrein.
- –
rechthebbende: een ieder die krachtens eigendom of een beperkt zakelijk recht of een persoonlijk recht zodanig beschikking heeft over een onroerende zaak dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is om in die zaak te handelen zoals in deze afdeling is voorgeschreven, alsmede de beheerder.
|
Artikel 5:39 Woonplaats
- 1.
Het college stelt de grens en de naam van de woonplaats(en) vast en kan desgewenst de woonplaats(en), al dan niet op basis van bouwblokken, in wijken en buurten verdelen en aanduiden met namen, zo nodig met letters en nummers.
- 2.
Het college kent per woonplaats namen toe aan delen van de openbare ruimte en zonodig aan gemeentelijke gebouwen en bouwwerken.
- 3.
Onder vaststellen, verdelen, aanduiden en toekennen, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken daarvan.
|
Artikel 5:39 Naamgeving woonplaatsen en openbare ruimte
- 1.
Het college stelt de grens en de naam van een of meer woonplaatsen vast en kan deze in wijken en buurten verdelen conform de eisen die het Centraal Bureau voor de Statistiek aan deze indeling verbindt.
- 2.
Het college kent per woonplaats namen toe aan delen van de openbare ruimte en zo nodig aan gemeentelijke gebouwen en bouwwerken.
- 3.
Onder vaststellen, verdelen, aanduiden en toekennen als bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken daarvan.
|
Artikel 5:40 Ligplaats en standplaats
- 1.
Het college stelt de ligplaatsen en standplaatsen vast.
- 2.
Het college kent binnen het grondgebied van de gemeente nummers toe aan verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen.
- 3.
Het college bepaalt de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen.
- 4.
De toekenning of afbakening, zoals bedoeld in het tweede en derde lid, kan ook op voor personen toegankelijke objecten, zijnde niet verblijfsobjecten of op afgebakende terreinen worden toegepast, indien dat naar oordeel van het college noodzakelijk is.
- 5.
Onder vaststellen, toekennen en bepalen zoals bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken daarvan.
|
Artikel 5:40 Nummering objecten
- 1.
Het college stelt de lig- en standplaatsen vast.
- 2.
Het college kent nummeraanduidingen toe aan verblijfsobjecten, lig- en standplaatsen.
- 3.
Het college bepaalt de afbakening van panden, verblijfsobjecten, lig- en standplaatsen.
- 4.
De toekenning of afbakening, bedoeld in het tweede en derde lid, kan ook op voor personen toegankelijke objecten, zijnde niet verblijfsobjecten, dan wel op afgebakende terreinen worden toegepast.
- 5.
Onder vaststellen, toekennen en bepalen als bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, wordt tevens begrepen het wijzigen en intrekken daarvan.
|
Artikel 5:41 Aanbrengen van namen en nummers
- 1.
De door het college toegekende namen als vervat in artikel 5:39 worden door of in opdracht van de gemeente blijvend zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht.
- 2.
Aan objecten, zoals aangegeven in artikel 5:40 waarvoor een nummer is vastgesteld moet dat nummer
op een doeltreffende wijze zijn aangebracht.
- 3.
Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden namen aan de openbare ruimte en woonplaatsen, wijken en buurten toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.
- 4.
Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden
aan een pand of verblijfsobject, standplaats of ligplaats of afgebakend terrein nummers toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.
|
Artikel 5:41 Aanbrengen aanduiding
- 1.
De door het college aan de openbare ruimte of een gedeelte daarvan toegekende namen, bedoeld in artikel 5:39, worden door of in opdracht van de gemeente blijvend zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht.
- 2.
De door het college aan een object toegekende nummers, bedoeld in artikel 5:40, tweede en vierde lid, worden daaraan
op doeltreffende wijze aangebracht.
- 3.
Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden namen aan de openbare ruimte of delen daarvan, dan wel nummers aan een pand of verblijfsobject, lig- of standplaats of afgebakend terrein, toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.
|
Artikel 5:42 Gedoogplicht naamborden
- 1.
Indien
het college het nodig oordeelt dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met namen van de openbare ruimte, naamverwijsborden, nummerborden, nummerverzamelborden en andere (verwijs)aanduidingen aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden vanwege of op verzoek en overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
- 2.
Indien
het college het noodzakelijk acht om een naambord, waarop de vervallen naam is doorgehaald, tijdelijk naast het naambord met de nieuwe naam te handhaven zal de rechthebbende dit toelaten als daaraan door het college een termijn van niet langer dan een jaar is verbonden.
- 3.
De rechthebbende zorgt er voor dat de in het eerste en tweede lid bedoelde borden vanaf de weg duidelijk leesbaar blijven.
|
Artikel 5:42 Gedoogplicht naamaanduiding
- 1.
Als
het college het nodig oordeelt dat de door haar toegekende aanduidingen, bedoeld in artikel 5:39, tweede lid, aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een andere soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde aanduidingen vanwege of op verzoek en overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
- 2.
Als
het college het nodig oordeelt een naamaanduiding, waarop de vervallen naam is doorgehaald, gedurende ten hoogste een jaar naast de naamaanduiding met de nieuwe naam te handhaven laat de rechthebbende dit toe.
- 3.
De rechthebbende draagt er zorg voor dat de in het eerste en tweede lid bedoelde naamaanduidingen vanaf de weg duidelijk leesbaar blijven.
|
Artikel 5:43 Verplichting tot aanbrengen van nummerborden
- 1.
Tenzij het college anders heeft besloten, zorgt de rechthebbende van een object er voor dat de nummers, zoals bedoeld in artikel 5:40 tweede lid, worden aangebracht op een wijze zoals krachtens artikel 5:44 is bepaald.
- 2.
De rechthebbende draagt er zorg voor dat de in het eerste lid genoemde nummers binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van het college zijn aangebracht.
- 3.
Indien verblijfsobjecten, ligplaatsen, standplaatsen
of een afgebakend terrein nog niet zijn voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na voltooiing aangebracht.
- 4.
Indien
het college heeft besloten om een nummerbord, waarop het vervallen nummer is doorgehaald, naast het nummerbord met het nieuwe nummer te handhaven zal de rechthebbende dit toelaten of daar uitvoering aan geven als daaraan door het college een termijn van niet langer dan een jaar is verbonden.
- 5.
Het college kan de in het tweede en derde lid genoemde termijn verlengen.
|
Artikel 5:43 Aanbrengplicht nummeraanduiding
- 1.
Tenzij het college anders heeft besloten, draagt de rechthebbende van een object er zorg voor dat de nummers, bedoeld in artikel 5:40, tweede lid, worden aangebracht overeenkomstig het krachtens artikel 5:44 bepaalde.
- 2.
De rechthebbende draagt er zorg voor dat de nummers binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van het college zijn aangebracht.
- 3.
Als een verblijfsobject, lig- of standplaats
of afgebakend terrein nog niet gereed is gekomen, wordt het nummer binnen vier weken na het gereedkomen daarvan aangebracht.
- 4.
Als
het college het nodig oordeelt een nummeraanduiding, waarop het vervallen nummer is doorgehaald, gedurende ten hoogste een jaar naast de nummeraanduiding met het nieuwe nummer te handhaven laat de rechthebbende dit toe of geeft de rechthebbende daaraan uitvoering.
- 5.
Het college kan de in het tweede en derde lid genoemde termijnen verlengen.
|
Artikel 5:44 Uitvoeringsvoorschriften
[gereserveerd]
|
Artikel 5:44 Nadere regels
- 1.
Het college kan nadere regels stellen over het proces en de wijze van:
- a.
naamgeving en begrenzing van woonplaatsen, wijken, buurten en bouwblokken;
- b.
naamgeving en begrenzing van de openbare ruimte;
- c.
nummering van verblijfsobjecten, lig- en standplaatsen en afgebakende terreinen;
- d.
opmaak van formulieren, besluiten en verklaringen.
- 2.
De nadere regels zijn niet strijdig met het Convenant inzake postcodes.
|