Regeling stimuleringssubsidie wijk- en dorpspunten en wijk- en dorpsinitiatieven gemeente Vught

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vught;

 

gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Subsidieverordening gemeente Vught 2017;

 

BESLUIT:

 

vast te stellen de volgende regeling:

 

Regeling stimuleringssubsidie wijk- en dorpspunten en wijk- en dorpsinitiatieven gemeente Vught

Artikel 1 Definities

  • 1.

    Tenzij in deze subsidieregeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen in de Subsidieverordening gemeente Vught 2017.

  • 2.

    In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Asv: Algemene subsidieverordening gemeente Vught 2017;

    • b.

      Awb: Algemene wet bestuursrecht;

    • c.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vught;

    • d.

      gemeente: gemeente Vught;

    • e.

      organisatie: een rechtspersoon, zoals een stichting of een vereniging, zonder winstoogmerk, of een ander organisatorisch verband, zonder winstoogmerk, die wijk- en dorpsinitiatieven organiseren en/of uitvoeren in een buurt, wijk of dorp in de gemeente Vught;

    • f.

      regeling: Regeling Stimuleringssubsidie wijk- en dorpspunten en wijk- en dorpsinitiatieven gemeente Vught;

    • g.

      wijk- en dorpspunten: organisaties/locaties die van de gemeente het predicaat wijk- of dorpspunt hebben gekregen;

    • h.

      wijk- en dorpsinitiatieven: initiatieven van organisaties en van natuurlijke personen waarbij de activiteiten gericht zijn op het versterken van de leefbaarheid, sociale samenhang, ontmoeting en burenhulp van/in een buurt, wijk of dorp.

Artikel 2 Doel regeling

Het doel van deze regeling is om activiteiten te ondersteunen die bijdragen aan het versterken van de leefbaarheid, sociale samenhang, ontmoeting en burenhulp in buurten, wijken en/of dorpskernen van de gemeente. Dit doet de gemeente door:

  • 1.

    ondersteuning te bieden aan wijk- en dorpspunten;

  • 2.

    bewoners (natuurlijke personen) en organisaties zelf in staat te stellen wijk- en dorpsinitiatieven te ontplooien en uit te voeren.

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt aan:

  • 1.

    een organisatie voor één of meer van de volgende activiteiten: het organiseren en uitvoeren van activiteiten van een wijk- of dorpspunt of van meerdere wijk- en dorpspunten gezamenlijk. Hierbij wordt gedacht aan het bieden van een laagdrempelige inloopvoorziening waar inwoners elkaar kunnen ontmoeten, het organiseren van ontmoetingsactiviteiten en andere activiteiten die bijdragen aan het verwezenlijken van het doel van deze regeling zoals opgenomen in artikel 2;

  • 2.

    een organisatie of natuurlijk persoon voor één of meer van de volgende activiteiten: het organiseren en uitvoeren van wijk- en dorpsinitiatieven met een minimaal bereik van 20 deelnemers en die bijdragen aan het verwezenlijken van het doel van deze regeling zoals opgenomen in artikel 2.

Artikel 4 Vereisten en voorwaarden

  • 1.

    De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd dienen onderbouwd en aantoonbaar een bijdrage te leveren aan het doel van deze regeling zoals opgenomen in artikel 2.

  • 2.

    De activiteit waarvoor subsidie wordt gevraagd moet ten goede komen aan de inwoners van de gemeente.

  • 3.

    Subsidie zoals opgenomen in artikel 3 lid 1 wordt uitsluitend verleend aan een organisatie.

  • 4.

    Subsidie zoals opgenomen in artikel 3 lid 2 kan zowel aan een organisatie als aan een natuurlijk persoon worden verleend.

  • 5.

    De subsidie moet noodzakelijk zijn voor het verrichten van de activiteiten.

  • 6.

    Voor subsidie zoals opgenomen in artikel 3 geldt dat een organisatie of een natuurlijk persoon slechts één keer per jaar subsidie kan ontvangen op grond van deze regeling.

  • 7.

    Het college kan bij het besluit tot subsidieverlening nadere verplichtingen opnemen.

Artikel 5 Subsidiehoogte en (niet) subsidiabele kosten

  • 1.

    De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal:

    • a.

      € 1.500 per jaar per wijk- of dorpspunt;

    • b.

      € 500 per jaar per wijk- of dorpsinitiatief.

  • 2.

    De subsidiabele kosten zijn de kosten die noodzakelijk zijn voor het organiseren en uitvoeren van wijk- en dorpspunten en wijk- en dorpsinitiatieven. Dit zijn bijvoorbeeld zogenaamde onkosten die voortvloeien uit het organiseren en uitvoeren van de activiteiten.

  • 3.

    Niet subsidiabel zijn de kosten voor (eten en drinken van) buurtbarbecues, vrijwilligersvergoedingen en prijzen die uitgereikt worden tijdens een activiteit.

Artikel 6 Aanvraagprocedure

  • 1.

    De aanvraag voor subsidie zoals opgenomen in artikel 3 lid 1 dient uiterlijk op 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft te worden ingediend.

  • 2.

    De aanvraag voor subsidie zoals opgenomen in artikel 3 lid 2 dient uiterlijk zes weken voordat het initiatief plaatsvindt te worden ingediend.

  • 3.

    Het college beslist op een aanvraag uiterlijk binnen zes weken nadat een volledige subsidieaanvraag is ontvangen. Voor de aanvragen die uiterlijk op 1 oktober moeten worden ingediend, geldt dat deze beslistermijn ingaat op 1 oktober.

  • 4.

    Uitsluitend voor het subsidietijdvak 2024 kunnen aanvragen als bedoeld in artikel 3, eerste en tweede lid, worden ingediend van 1 augustus tot 1 december 2024. Het college beslist op een aanvraag binnen zes weken nadat een volledige subsidieaanvraag is ontvangen.

  • 5.

    De subsidieaanvraag wordt via het aanvraagformulier op de website van de gemeente Vught ingediend.

  • 6.

    De aanvrager legt bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en documenten over:

    • a.

      gegevens over de organisatie of natuurlijk persoon (dat laatste voor zover noodzakelijk voor de subsidie);

    • b.

      een beschrijving van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd (wat is het plan?);

    • c.

      een begroting voor de kosten die zijn gemoeid met de organisatie en uitvoering van de activiteiten, en eventuele opbrengsten (bijv. deelnemersbijdrage);

    • d.

      voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 lid 2 geldt dat de aanvrager bij de aanvraag moet aangeven hoeveel deelnemers met de activiteit(en) worden bereikt.

Artikel 7 Subsidieplafond, verdeelmethode en indexering

  • 1.

    Voor het subsidiëren van de activiteiten stelt het college het subsidieplafond per kalenderjaar vast.

  • 2.

    Voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 lid 1 geldt het volgende. Indien de aanvragen, die voldoen aan deze regeling het vastgestelde subsidieplafond te boven gaan, verdeelt het college de subsidie naar evenredigheid. Dit houdt in dat per aanvraag een lager subsidiebedrag wordt verleend dan het aangevraagde subsdidiebdrag. Dit wordt in verhouding toegepast op alle subsidieontvangers.

  • 3.

    Voor de subsidie als bedoeld in artikel 3 lid 2 geldt het volgende. Subsidie wordt verleend op volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Zodra en voorzover de aanvragen het vastgestelde subsidieplafond overschrijden, wordt de subsidie geweigerd.

  • 4.

    Jaarlijks kan een indexering plaatsvinden van de subsidiebedragen, genoemd in artikel 5, met het percentage dat in de kadernota staat opgenomen.

Artikel 8 Na de aanvraag: verantwoording, vaststelling en betaling

  • 1.

    De subsidie wordt direct vastgesteld en betaald.

  • 2.

    Bij besluit tot subsidieverlening kan, in afwijking van lid 1, worden bepaald dat de betaling in het tweede kwartaal waarop de subsidie betrekking heeft wordt betaald.

  • 3.

    Het college kan aan de organisatie voor de wijk- en dorpspunten vragen om te verantwoorden welke activiteiten hebben plaatsgevonden met de subsidie en hoeveel deelnemers zijn betrokken.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan bepalingen in deze regeling buiten toepassing verklaren of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het doel van de regeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 10 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als ‘Regeling stimuleringssubsidie wijk- en dorpspunten en wijk- en dorpsinitiatieven gemeente Vught’.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van het college van de gemeente Vught op 24 juni 2024

Burgemeester en wethouders van Vught,

secretaris,

W.F.F. Keijzers

burgemeester,

R.J. van de Mortel

Naar boven