Subsidieregeling CityLab010 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van de wethouder Haven, Economie, Horeca en Bestuur (wijken en kleine kernen van 18 juni 2024;

gelet op de artikelen 3, 4, 6 en 8 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;

overwegende, dat het wenselijk is een subsidieregeling vast te stellen ter stimulering van vernieuwende initiatieven voor maatschappelijke vraagstukken;

besluit:

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam;

• openbare ruimte: ruimte die voor iedereen toegankelijk is en voor inrichting en beheer onder verantwoordelijkheid valt van het college.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3 Activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor:

• a. activiteiten die betrekking hebben op het leveren van een maatschappelijke bijdrage door het groener, socialer of veiliger maken van Rotterdam door de ontwikkeling of inzet van een product, dienst of activiteit die nog niet op reguliere basis in Rotterdam, of in het deel van Rotterdam waarop de aanvraag betrekking heeft, voorkomt;

• b. activiteiten die betrekking hebben op het leveren van een maatschappelijke bijdrage op een andere wijze dan bedoeld in het vorige lid door de ontwikkeling of inzet van een product, dienst of activiteit die nog niet op reguliere basis in Rotterdam, of in het deel van Rotterdam waarop de aanvraag betrekking heeft, voorkomt.

Artikel 4 Doelgroep

Een aanvraag voor een subsidie kan worden ingediend door een rechtspersoon die blijkens het handelsregister van de Kamer van Koophandel in Nederland is gevestigd of door een natuurlijk meerderjarig persoon die blijkens de basisregistratie personen in Rotterdam woont.

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

• 1. Voor subsidie komen de redelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 3.

• 2. Kosten die voorafgaand aan de indiening van de aanvraag zijn gemaakt, komen niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 6 Hoogte van de subsidie

• 1. De subsidie bedraagt voor rechtspersonen ten hoogste € 50.000 en voor natuurlijke personen ten hoogste € 25.000.

• 2. De hoogte van de subsidie is inclusief de eventuele omzetbelasting die de aanvrager over de lasten van de subsidieactiviteiten is verschuldigd.

Artikel 7 Subsidieplafond

• 1. Het subsidieplafond voor het kalenderjaar 2024 bedraagt in totaal € 1.000.000 en is uitgesplitst in twee deelplafonds:

  • a. voor subsidies voor activiteiten als bedoeld in artikel 3, onderdeel a,

    bedraagt het deelplafond € 950.000;

  • b. voor subsidies voor activiteiten als bedoeld in artikel 3, onderdeel b,

    bedraagt het deelplafond €50.000.

• 2. Indien het deelplafond, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, niet volledig wordt uitgeput, wordt het resterende bedrag toegevoegd aan het deelplafond, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a.

Artikel 8 Verdeelregels subsidie bedoeld in artikel 3, onderdeel a

• 1. De verdeling van de subsidie voor de activiteiten, bedoeld in artikel 3, aanhef en onderdeel a, geschiedt aan de hand van de door het college aan de aanvragen toegekende rangschikking, tenzij de aanvraag op een grond als bedoeld in de artikelen 10 tot en met 16 wordt afgewezen of buiten behandeling wordt gesteld.

• 2. Bij de rangschikking van de aanvragen volgt het college het advies van de Stadsjury CityLab010 inzake de toegekende punten voor de kwaliteit van het projectplan, de mate van vernieuwing en de mate van maatschappelijke bijdrage, bedoeld in de artikelen 14 tot en met 16.

• 3. De subsidie wordt op volgorde van het aantal toegekende punten verleend waarbij geldt dat de subsidie als eerste wordt verleend aan de aanvrager aan wiens aanvraag het hoogste puntenaantal is toegekend. Indien aan twee of meer aanvragen hetzelfde puntentotaal is toegekend, gaat de aanvraag met het hoogste puntenaantal voor de mate van maatschappelijke bijdrage voor.

• 4. Indien bij toepassing van het vorige lid blijkt dat meerdere aanvragen niet alleen hetzelfde puntentotaal hebben, maar ook hetzelfde puntenaantal voor maatschappelijke bijdrage en die aanvragen vanwege het bereiken van het subsidieplafond niet allemaal kunnen worden gehonoreerd, neemt het college de mate van opschaalbaarheid van de in de aanvraag omschreven activiteiten als uitgangspunt.

• 5. Indien door honorering van een aanvraag het subsidieplafond wordt overschreden, wordt die aanvraag geheel afgewezen.

• 6. Een aanvraag wordt enkel meegenomen in de rangschikking indien in totaal minimaal zes punten voor de kwaliteit van het projectplan, de mate van vernieuwing en de mate van maatschappelijke bijdrage zijn toegekend, waarbij geldt dat per onderdeel ten minste één punt is verkregen.

Artikel 9 Verdeelregels subsidie bedoeld in artikel 3, onderdeel b

• 1. De verdeling van de subsidie voor de activiteiten, bedoeld in artikel 3, aanhef en onderdeel b, geschiedt gelezen het advies van de Stadsjury CityLab010, tenzij de aanvraag op een grond als bedoeld in de artikelen 10 tot en met 16 wordt afgewezen of buiten behandeling wordt gesteld.

• 2. Het college, gelezen het advies van de Stadsjury CityLab010, kent overeenkomstig de artikelen 14 en 16 punten toe voor de kwaliteit van het ingevulde Format projectplan CityLab010 2024 en de mate van vernieuwing van het initiatief.

Paragraaf 2 Besluitvorming subsidie

Artikel 10 Termijn indienen aanvraag

Aanvragen kunnen worden ingediend in de periode van 1 september 2024, 09:00 uur tot en met 14 november 2024, 12:00 uur.

Artikel 11 De aanvraag

• 1. De aanvraag wordt ingediend op www.rotterdam.nl/subsidies en voorzien van het volledig ingevulde Format projectplan CityLab010 2024.

• 2. Het ingevulde Format projectplan CityLab010 2024 bevat ten minste:

  • a. een omschrijving van het initiatief, de beoogde doelstelling en de maatschappelijke bijdrage die daardoor ontstaat;

  • b. een uitleg waarom het plan vernieuwend is;

  • c. een plan van aanpak waaronder de planning en de activiteiten;

  • d. een omschrijving van de communicatie-inzet en verantwoording;

  • e. een omschrijving van eventuele samenwerkingsverbanden;

  • f. een omschrijving van de projectorganisatie waarbij wordt aangegeven welke personen het initiatief gaan uitvoeren;

  • g. een sluitende begroting die voor minimaal 50% is gedekt in de vorm van een eigen bijdrage in tijd, kennis of middelen of door cofinanciering door fondsen, investeerders, giften of andere inkomsten met een onderbouwing op deze cofinanciering of eigen bijdrage;

  • h. bij een beoogde continuering van het initiatief, een opzet hiertoe inclusief verdienmodel;

  • i. indien van toepassing, een beschrijving van de mate van opschaalbaarheid van het initiatief;

  • j. een omschrijving van het draagvlak van direct belanghebbenden;

  • k. in het geval een aanvraag toeziet op activiteiten in de openbare ruimte, een begroting van de onderhoudskosten tijdens en na de subsidieperiode danwel een begroting van de verwijderingsbijdrage van de activiteiten in de openbare ruimte.

• 3. Indien de aanvrager een rechtspersoon is of een natuurlijk persoon met een onderneming als bedoeld in de Verordening (EU) nr. 1407/2013, wordt bij de subsidieaanvraag een ingevulde en ondertekende de-minimisverklaring ingediend.

• 4. Een aanvrager kan ten hoogste twee aanvragen indienen.

Artikel 12 Aanvullen onvolledige aanvraag

Indien een aanvraag om subsidie onvolledig is, wordt de aanvrager een termijn van tien werkdagen verleend om de aanvraag aan te vullen. De termijn gaat in op de eerste werkdag na verzending van het verzoek om aanvulling.

Artikel 13 Weigeringsgronden

• 1. De aanvraag voor subsidie wordt in ieder geval afgewezen indien:

  • a. het initiatief buiten de gemeentegrenzen van Rotterdam wordt uitgevoerd;

  • b. het initiatief niet ten behoeve van de inwoners van Rotterdam wordt uitgevoerd;

  • c. het initiatief voor dezelfde activiteiten reeds een subsidie heeft ontvangen van het college;

  • d. subsidiëring voor dezelfde activiteiten op grond van een andere regeling van het college mogelijk is;

  • e. een sluitende begroting die voor minimaal 50% is gedekt in de vorm van een eigen bijdrage in tijd, kennis of middelen of door cofinanciering door fondsen, investeerders, giften of andere inkomsten met een onderbouwing op deze cofinanciering of eigen bijdrage ontbreekt;

  • f. het initiatief in de openbare ruimte wordt uitgevoerd en in de aanvraag geen rekening wordt gehouden met de structurele kosten van het beheer en onderhoud tijdens en na de subsidieperiode dan wel de verwijderingsbijdrage na subsidie;

  • g. de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd al zijn gestart of reeds zijn afgerond.

Artikel 14 Kwaliteit Format projectplan CityLab010 2024

Het college kent gelezen het advies van de Stadsjury CityLab010, voor de kwaliteit van het ingevulde Format projectplan CityLab010 2024 aan een aanvraag ten minste nul en ten hoogste drie punten toe, waarbij nul punten betekent dat het niet aannemelijk is dat de beoogde resultaten worden behaald door uitvoering van het ingevulde Format projectplan CityLab010 2024 en waarbij drie punten betekent dat er een grote mate van zekerheid is dat de beoogde resultaten worden behaald.

Artikel 15 Mate van vernieuwing

Het college kent, gelezen het advies van de Stadsjury CityLab010, voor de mate van vernieuwing aan een aanvraag ten minste nul en ten hoogste drie punten toe, waarbij nul punten betekent dat een aanvraag niet vernieuwend is en drie punten betekent dat de aanvraag in hoge mate vernieuwend is.

Artikel 16 Maatschappelijke bijdrage

Het college kent, gelezen het advies van de Stadsjury CityLab010, voor de mate van maatschappelijke bijdrage aan een aanvraag ten minste nul en ten hoogste zes punten toe, waarbij nul punten geheel geen maatschappelijke bijdrage betekent en zes punten een grote maatschappelijke bijdrage betekent.

Artikel 17 Voorleggen aanvragen aan Stadsjury CityLab010

• 1. Aanvragen die niet op grond van artikel 13 zijn afgewezen, worden met een ambtelijk advies voorgelegd aan de Stadsjury CityLab010.

• 2. De Stadsjury geeft, gelezen het ambtelijk advies, een gemotiveerd advies over de puntenscores als bedoeld in artikel 14 tot en met 16 aan het college.

Artikel 18 Beslistermijn

Het college beslist, in afwijking van artikel 7, eerste lid, van de Subsidieverordening Rotterdam 2014 uiterlijk op1 mei 2025.

Artikel 19 Verplichtingen voor de subsidieontvanger

• 1. De subsidieontvanger vermeldt in alle berichtgevingen die betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten dat subsidie is ontvangen op grond van deze regeling.

• 2. De subsidieontvanger werkt mee aan evaluatieonderzoeken die in opdracht van het college worden uitgevoerd.

• 3. De subsidieontvanger werkt mee aan het presenteren van het plan op een of meer door het college georganiseerde netwerkavonden voor CityLab010.

• 4. Bij initiatieven die de openbare ruimte van de gemeente betreffen, heeft het college de regie op de uitvoering.

• 5. De activiteiten waarvoor subsidie is verleend, zijn uiterlijk op 31 december 2026 uitgevoerd.

Paragraaf 3 Slotbepalingen

Artikel 20 Intrekking en overgangsbepalingen

De Subsidieregeling Citylab010 2023 wordt ingetrokken, met dien verstande dat deze van toepassing blijft op de subsidies die op grond van die regeling zijn aangevraagd of verstrekt.

Artikel 21 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 22 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling CityLab010 2024.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 juni 2024.

De secretaris,

G.J.D. Wigmans

De burgemeester,

A. Aboutaleb

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl

Toelichting bij Subsidieregeling Stadsjury CityLab010 2024

De instelling van de CityLab010-subsidieregeling is ingegeven door de noodzaak om vernieuwende initiatieven in de stad Rotterdam te ondersteunen, conform de ambities uiteengezet in het coalitieakkoord Rotterdam 2022-2026, getiteld "Eén Stad". Deze regeling, die de voorgaande regeling van 2023 vervangt, heeft een looptijd van één jaar, met de mogelijkheid tot actualisatie of aanpassing indien nodig.

Met deze subsidieregeling beoogt de gemeente Rotterdam de ondersteuning van initiatiefrijke Rotterdammers die bijdragen aan een groenere, socialere en veiligere stad. In de afgelopen negen jaar heeft CityLab010 meer dan 200 initiatieven gesteund, met een totaalbudget van ruim 30 miljoen. De ambitie van het college is om dergelijke initiatieven te blijven ondersteunen, en daarmee bij te dragen aan de maatschappelijke ontwikkeling van Rotterdam.

CityLab010 onderscheidt zich van andere regelingen door haar unieke karakter. Met een brede en integrale inhoud richt de regeling zich op een diverse doelgroep, waaronder organisaties, ondernemers, en natuurlijke personen. De weigeringsgronden zijn zorgvuldig geformuleerd, waardoor de regeling ruimte biedt voor Rotterdamse initiatieven die buiten de kaders van bestaand gemeentelijk beleid vallen. De regeling is wendbaar en biedt flexibiliteit om in te spelen op actuele ontwikkelingen en specifieke behoeften.

CityLab010 beschikt over de benodigde middelen om ambtelijke inzet te waarborgen, met een specifieke collegeopdracht en de aanstelling van een Stadjury. De regeling is gebaseerd op de Subsidieverordening Rotterdam 2014 (SVR 2014) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

De financiële gevolgen van CityLab010 voor de gemeente Rotterdam zijn in kaart gebracht en opgenomen in de begroting. Het college maakt 1 miljoen euro vrij voor deze ronde van CityLab010. Hiermee wordt transparantie geboden over de lasten voor de gemeente.

Een jaarlijkse evaluatie, uitgevoerd in samenwerking met initiatiefnemers, ambtenaren, en de Stadsjury, biedt de mogelijkheid om ervaringen met de regeling te bespreken en waar nodig aanpassingen door te voeren. Daarnaast is er een impact traject verplicht gesteld die zich richt op het in kaart brengen van de maatschappelijke bijdrage. Ook dit traject zal na twee rondes van CityLab010 geëvalueerd worden. Dit cyclische evaluatieproces draagt bij aan de continue verbetering en relevantie van CityLab010.

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

ARTIKEL 2 TOEPASSINGSBEREIK

In dit artikel staat dat het budget is gereserveerd om activiteiten zoals verwoord in artikel 3 te ondersteunen.

ARTIKEL 3 ACTIVITEITEN

Dit artikel bevat de omschrijving van de subsidiabele activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt. Bij deze regeling gaat het om een combinatie van maatschappelijke relevantie en vernieuwing. Daarnaast is er een categorie voor initiatieven die niet onder artikel 3, onderdeel a vallen. Het college kan binnen deze categorie aan één initiatief een subsidie toekennen, op basis van het advies van de Stadsjury. De honorering in deze categorie, zoals omschreven in artikel 3, onderdeel b, heet een Wildcard. De Wildcard is bedoeld voor een aanvraag die na beoordeling door het college als vernieuwend wordt beschouwd en op een andere manier van waarde is voor Rotterdam. Hiermee wil het college CityLab010 openstellen voor alle mogelijke initiatieven in de stad.

ARTIKEL 4 DOELGROEP

De subsidie kan worden aangevraagd door rechtspersonen die staan ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel of door een natuurlijk, meerderjarig persoon die volgens de Basisregistratie Personen in Rotterdam woont.

Informatie over rechtspersonen staat vermeld in artikel 3 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek: Verenigingen, coöperaties, onderlinge waarborgmaatschappijen, naamloze vennootschappen, besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid en stichtingen bezitten rechtspersoonlijkheid.

ARTIKEL 7 SUBSIDIEPLAFOND

Het subsidieplafond is het bedrag dat in 2024 ten hoogste beschikbaar is voor het verstrekken van subsidies. Dit is in totaal maximaal € 1.000.000. Eerst wordt de eventuele toekenning van subsidie aan de activiteit die valt onder artikel 3, onderdeel b toegekend voor maximaal € 50.000. Indien dit bedrag niet volledig wordt toegekend, wordt het resterende bedrag beschikbaar gesteld voor de subsidie die valt onder artikel 3, onderdeel a.

ARTIKEL 8 VERDEELREGELS SUBSIDIE ARTIKEL 3, onderdeel a

In dit artikel worden de verdeelregels uitgelegd voor de aanvragen. De beste initiatieven worden gehonoreerd op basis van een toegekende score. Aanvragen krijgen geen score indien ze niet in behandeling worden genomen op basis van artikel 10 of op basis van artikel 13 worden geweigerd.

De overige plannen krijgen een score voor:

• Kwaliteit ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” (artikel 14)

• Mate van vernieuwing (artikel 15)

• Maatschappelijke bijdrage (artikel 16)

Elke aanvraag heeft uiteindelijk 1 score: dat is de optelsom van punten voor de kwaliteit van het projectplan, de mate van vernieuwing en de maatschappelijke bijdrage.

Voorbeeld puntenscore

Als voorbeeld het fictieve plan Start scoort:

• 2 punten voor kwaliteit “Format projectplan CityLab010 2024”

• 2 punten voor mate van vernieuwing

• 3 punten voor de maatschappelijke bijdrage.

• Totaal aantal punten: 2 + 2 + 3 = 7.

Als meer aanvragen in aanmerking komen vanwege een gelijke totaalscore, krijgt eerst het plan met de hoogste score voor maatschappelijke bijdrage een subsidie. Is deze score ook gelijk dan geeft de Stadsjury een inhoudelijk advies over welk plan (of welke plannen) in aanmerking komt (komen) voor een subsidie. Het uitgangspunt hierbij is het subsidieplafond en de mate waarin de aanvraag na afloop van de subsidieperiode uit te breiden is (de mate van opschaalbaarheid). Hiervoor is gekozen om met de verstrekte subsidie zoveel mogelijk effect te bereiken. Artikel 8, lid 5 geeft aan dat indien door het verstrekken van een subsidie het subsidieplafond wordt overschreden, de betreffende aanvraag helemaal wordt afgewezen.

Voorbeeld

Op het moment dat 3 plannen dezelfde totaalscore hebben, dezelfde score voor maatschappelijke bijdrage en er niet voldoende ruimte is in de regeling (subsidieplafond) wordt er gekeken of een van de resterende aanvragers een hoger bedrag heeft gevraagd dan het restant in de regeling. Als dat het geval is wordt deze aanvraag volledig afgewezen. Vervolgens wordt gekeken naar de opschaalbaarheid. Het plan, waarvan de Stadsjury verwacht dat het de meeste opschaalbaarheid na de subsidieperiode heeft, komt als eerste in aanmerking voor een subsidie.

ARTIKEL 9 VERDEELREGELS SUBSIDIE BEDOELD IN ARTIKEL 3

In dit artikel staan de verdeelregels voor de Wildcard centraal. Het college kan maximaal 1 aanvraag honoreren die na beoordeling door het college als vernieuwend wordt beschouwd. De Wildcard is ingevoerd, omdat het college ruimte wil bieden aan vernieuwing nog nader te bepalen maatschappelijke opgaven in de stad.

Paragraaf 2 BESLUITVORMING SUBSIDIE

ARTIKEL 11 DE AANVRAAG

In dit artikel staat waaraan een aanvraag moet voldoen. Een aanvraag moet tijdig worden ingediend via het “Format ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” dat te vinden is op www.citylab010.nl. De subsidieaanvraag zelf loopt via www.rotterdam.nl/subsidies. Artikel 11 laat duidelijk zien welke onderdelen in het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” moeten zijn uitgewerkt.

Onder eigen bijdrage wordt verstaan, alle niet-CityLab010-gelden (deze bedragen minimaal 50% van de totale begroting van het project): eigen financiële bijdrage, eigen uren, crowdfunding, inkomsten uit verkoop etc., sponsoring, subsidies (landelijke overheid), provincie, fondsen.

De de-minimisverklaring (artikel 11, lid 3) is nodig, omdat de staatssteunregels in het Verdrag betreffend de Werking van de Europese Unie (artikelen 107 en 108 VWEU) beperkingen stellen aan overheden als zij steun willen verlenen aan ondernemingen. Met de de-minimisverklaring kan de gemeente Rotterdam nagaan of het voordeel dat een onderneming door deze de-minimissteun krijgt, past binnen de voorwaarden die de Europese staatssteunregels stellen, meer specifiek binnen de voorwaarden die de de-minimisverordening (EU Nr. 1407/2013) stelt.

ARTIKEL 12 AANVULLEN ONVOLLEDIGE AANVRAAG

Een aanvraag is volledig als het juiste ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” op www.citylab010.nl is ingevuld, gedownload en ingediend via het subsidieloket, en als het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” de onderdelen bevat die in artikel 11 staan.

Inhoudelijke aanvullingen of wijzigingen die worden ingediend na sluiting van de aanvraagtermijn zijn niet toegestaan. Wijzigingen worden enkel geaccepteerd als het gaat om het herstel van evidente fouten; significante wijzigingen worden niet toegestaan.

Indien er sprake is van het herstellen van evidente fouten, wordt de aanvrager een termijn van tien werkdagen verleend om dit te doen. De termijn gaat in op de eerste werkdag na verzending van het verzoek voor herstel.

ARTIKEL 13 WEIGERINGSGRONDEN

In dit artikel worden niet-limitatief de weigeringsgronden voor een subsidieaanvraag genoemd. Tegelijkertijd zijn ook de criteria op grond van de Algemene wet bestuursrecht en de SVR 2014 relevant voor de beoordeling van de aanvraag. Bijvoorbeeld artikel 4.35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel

8 van de SVR 2014 deze bevatten algemene weigeringsronden op basis van de kwaliteit van de aanvraag, de activiteiten en financiën in relatie tot het initiatief.

Als een aanvraag op basis van deze gronden wordt afgewezen, kan deze ambtelijk worden afgedaan en hoeft de aanvraag niet doorgestuurd te worden naar de Stadsjury.

Daarnaast kan een subsidie worden afgewezen als de subsidiabele activiteiten beginnen voor ontvangst van het toekenningsbesluit, zie artikel 5 lid 2. Subsidiabele activiteiten kunnen pas na ontvangst van een toekenningsbesluit worden gestart. Mocht er toch eerder worden gestart, dan zijn gemaakte kosten voor eigen rekening van de aanvrager.

ARTIKEL 14 KWALITEIT PROJECTPLAN

Op basis van het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” en de onderdelen die in artikel 11 lid 2 staan, worden punten toegekend. Die punten laten zien of het aannemelijk is dat de doelstellingen worden gehaald.

ARTIKEL 15 MATE VAN VERNIEUWING

In artikel 3 staat de definitie van vernieuwing die geldt in deze subsidieregeling . In het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” dat bij de aanvraag wordt ingediend, moet ook worden omschreven waarom het plan op basis van deze definitie vernieuwend is voor Rotterdam (artikel 11 lid 2b). Op basis van deze omschrijving worden punten toegekend voor de mate van vernieuwing.

ARTIKEL 16 MAATSCHAPPELIJKE BIJDRAGE

In artikel 3 staat de omschrijving van maatschappelijke bijdrage die geldt in deze subsidieregeling . Op basis van de omschrijving in het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024” worden punten toegekend voor de maatschappelijke bijdrage. Een aanvraag kan de score 0,1,2,3,4,5 of 6 punten krijgen. Hiermee krijgen de punten voor de maatschappelijke bijdrage een iets zwaarder gewicht.

ARTIKEL 17 VOORLEGGEN AANVRAGEN AAN STADSJURY CITYLAB010

Hier staat dat aanvragen die niet op grond van artikel 13 zijn afgewezen, met een ambtelijk advies voor de scores voor de kwaliteit van het ingevulde “Format projectplan CityLab010 2024”, de mate van vernieuwing en maatschappelijke bijdrage aan de Stadsjury CityLab010 worden voorgelegd. Hiermee wordt de ambtelijke expertise optimaal ingezet om de Stadsjury te ondersteunen bij het beoordelen van de aanvragen. De Stadsjury is een onafhankelijke adviescommissie. Het advies van de Stadsjury kan afwijken van het ambtelijke advies. De Stadsjury is niet gehouden om het ambtelijk advies over te nemen.

ARTIKEL 19 VERPLICHTINGEN VOOR DE SUBSIDIEONTVANGER

Hier staan de verplichtingen voor de subsidieontvanger. Daarbij hoort onder andere dat de subsidieontvanger meewerkt aan een evaluatieonderzoek om CityLab010 te verbeteren en aan promotieactiviteiten om andere initiatiefnemers in de stad te inspireren. Verder staat vermeld dat alle activiteiten waarvoor subsidie is verleend uiterlijk op 31 december 2026 uitgevoerd moeten zijn.